TWEEDE BLAD.
Arrondissements Rechtbank
te Alkmaar.
JSSSgüMwr--
2ÊS&SË M".'-««*ni"u
i
Donderdag 29 Maar! 1923.
66ste Jaargang. No. 72Ö5.
Voor den Politierechter.
Zitting van Maandag, 2Q, Maart 1923.
Aangehouden.
De eerste zaak die heden wordt behandeld, is con
tra Eduard Mariën uit den Helder en betreft een ten j
l^,?er„Vrg^rcrXheïïr0?adneeI^ voor het n^.Ur^^aa f,j5
De Uveedo "aak is die contra Ilubert Schouten uit Hoe kcn '1"' ik
SSKrv8we;fgeroqXTrd~rXwansReveeCnn; WV> Maar dat staat ook niet in hc,
eens eer. maand gev. procM-veroaaL
Idem, idem.
Teunis Los uit Zuid- en Noord-Schermer heeft ook
molkvorvalsching gepleegd en togen hem wordt een
dat ik drie blagen buiten dienst ben geweest. Ik heb
niet gezegdik zal je wel leeren. Als bruines er niet
bijgekomen was, hadden wij hom niet uit de tent
'kregen. Jonker toonde, een woest sterke vent te zijn.
Do President tol van Twuiver: Had u drank op.
Van Twuiver: Ik bad geen drank op. Wel had ik
wijn gebruikt".
De PresidentAls u wijn ophad, had u toch niet
precies het juiste waarnemingsvermogen, door het nut;
figen van dien wtyn. Ik' vind het niet goed, dat rijkiveid-
wachtera in tijden, dat zij in functie zijn, wijn drinken.
En do getuige Jonker zei dat hij zich niet had verzot
Van 'lwuiver, (met teleurstelling): 't Is zoo jammer,
EdclAchtbarc, dut U dien Jonker aoar niet den oo-
heelcn nacht hebt gezien. Hij hoeft zich wel verzet, in-
zouderheid op den weg. 't Is een woesteling. Langen ijk,
do gemeenteveldwachter liep vóór ons.
De Praesus: Ik meende, dat die achter liep.
Van Twuiver: Ik heb Jonker by dient intrede in h»A
arrc.st-lokuai niet geslagen.
De President: Jonker zei; Ik ben zoo hevig bij den
strot gepakt, ik kon niet zien, ik kreeg er een velletje
door voor mijn oogen.
Van Twuiver, (tot Jonker): Heb ik dat gedaan, Jonker'/
N. Jonker, (gylaten): „Dat zeg Ik met."'
De President: Maar get. zegt: Jk ben door dengene,
die me in den strot pakte, zoo geknepen, dat me do
oogen uitpuilden."
an Twuiver: Jonker heeft wegens ordeverstoring
maand gev. gerequireerd. De uitspraak wordt tot na
beëindiging van te houden nader onderzoek uitge
steld en zal over 14 dagen plaat vinden.
Vernieling.
Lourentius Bleeker van Enkhuizen heeft vernieling
Later heeft Langedijk wel gezegd, dat ik Jonker toch
wel geslagen heb. Jonker moet zelf tegen Bot hebben
gezegdVan Twuiver heelt mij met geslagen. Uok
tegen tien veldwachter Tcuteiing heeft Jonker dat gezegd.
Jonker: Bot zei tegen me, dat luj (Bot) me n.ot
geslagen hacL ik vroeg er Bot naar, omdat ik niet had
kunnen zien. Bot /eiik 'heb ai.een geholpen om je
do tent uit 'te krijgen.
Do PraesusIn het verbaal komt voorKr ontstond
gepleegd aan een woning van liet Hoofd der R.-K. hevig gescheld tusschen Jonker en van Twuiver en
school e Grootebroek en werd gevonnisd met f20 jonkcr kreeg opnieuw slagen. Jonker kreeg slagen.... Er
boete of 20 dagen zitten. gtaat pj(-t met zooveel woorden in, dat van Tjyuiver
verduistering. sloeg, maar er is uit af te ieideu, dat het Van Twuiver
Vervolgens kregen we P. J. van Slot uit Groote- wal die de slagen «af.
broek, die aldaar verduistering had gepleegd en Jonker: Of van Twuiver sloeg voor het arrestlokaal
danrmca flO boo'e °I 10 dCBon hochtonls opUcp. wt,cl nic, ,k wo, b|lnd. lnB ,ll!t arre8t|okaal word
leshandeling. mij mijn j,0ürd toegegooid. Tk gooide die terug. Ik wou
Iheodorus Dekker van Wervershoof heeft op 26 ni^ hebben.
on v?1(laar#Zo0nk5ren J\,Ba£keï mi8h®nde]d- )Vat Van Twuiver: Hoc komt het, dat Jonkcr zoo laat is
met f20 boete of 20 dagen, hechtenis werd gestraft. yaeht, Is hij door Langedijk uangezoi of niet'/
Weer mishandeling. Jonker: Ik had de klacht eerder moeten indienen,
verschenen was Teunis Visser van Enkhui zen schaamde me tegenover mijn ouders. En tegenover
Hij heeft den dorden Maart jl. Godefridus Stavo- ^nyn meisjCi wou niet naar den dokter gaan. Ik dacht
nultor eveneens een Lnkhuizer jongmensch mis- 't allimoal stii blijft, houd ik ook ales stit. Ik
handeld. Hot vonnis was evenals de eisch: f 15 boete tegen, den brigadier majoor der rijksveldwacht te
of 15 dagen hechtenis.
Deuren toe
Volgt een. zaakje met gesloten deuren.
14 dagen uitstel.
fte zaak tegen E. Mariën van straks wordt op-
nieuw aan de orde gesteld, maar hij is nog' absent,
i Nu volgt 14 dagen uitstel. Fino!
Zitting van Dinsdag 27 Maart 1923.
Bedelen.
loos althans zonder
rondzwervende schippersgezel C. T. Th. Fanssen
tegen, den brigadier-majoor der rijksveldwacht
Schagen, den heer A. van Keulen: als zij (de rijksveld
wachters) er wertt van maken, dan maak ik or ook werk
van. lik kreeg proccs-verbaai. En toen heb ik er óók
weitk van gemaakt. Mijn neef had me wel al 100 maal
gezegd: lk begrijp niet, dat je hot niet aangeeft.
President: Is u door gemeenteveldwachter Langedijk
aangezet, om weik van het voorgevallene te maken»
Jonker: Neen, ik heb daarover met hem nict gespro
ken i
Van Twuiver vraagtHeoft Bodfccl (de thans afgetrc
Bedelen. den gemeenteveldwachter H. Boekei te Wieringerwaard
Een, doelloos althans zonder vaste woonplaats - gt s rAcr) cr rael K Jonkcr over gejprokenr...
jndzwervende schippersgezel G TTh Faassen Jonlecr Er is; ovor gMprok(,n. Ik wou weTen, wie me
jfenaamd, hadjcbedafo.cn liep een eisch op lot 3 dagen ZQQ ,n dcn kcol gc haJ Ik heb Qookel ^vraagd.
Die zei, het is oen leelykc zaak. Hij bedoelde daarmee de
Mrt A/m h«rï he®le boel en hij vond, dat het niet had moeten gebeuren.
LC Wat Jonker betreft, vervolgt 'v. Twuiver, ik heb
gczien? dat hij iemand om 'n luttele aanleiding een
gevoelige klap in het gezicht gaf. Op oen ijsfocst heb ik
hechtenis cn 3 jaar rijkswerkinrichting.
Collega ïio. 1.
Willem Mooij, een soortgenoot
evenals deze een zaakje aan de hand
Tegen sinjeur Mooij werd deswege geëTscht 3 dagen
hechtenis en 1 jaar rijkswerkinrichting.
Mishandeld?
Daarna kwamen twee beklaagden tegelijk en wel Hom ook bezig gezien cn hu is niet zoo lokker, hij
de rijksveldwachters W. van lwuiver van 't Zand, kan onfatsoenlijk optreden.
gom. ZJJpe cn W. Bruines, van Winkel. Hen was ten Praesus: Van onfatsoenlijkheid van beklaagde
laste gelegd, dut zij ten voricen jare te Kolhorn bij het blijkt hier toch echter niets.
vervoeren van een arrestant, N. Jonkcr genaamd, onder- Jonker: Van Twuiver heeft voor 't kantongerecht
weg naar het arrcstantenlokaaltje te Kolhorn, dezen gezegd, dat hij mij spaarde, omdut hij bij mijn broer
arrestant zouden hebben mishandeld spreker bedoelt Henk Jonkcr, cafóhoucler in „Vecr-
Na voorlezing van de noodige stukkon wordt bij het burg'v to Anna Paulowna - broodjes met vloesch kroeg,
getuigenverhoor als eerste getuige gehoord Nicoloas Jon- Vim Twuiver voort aan, het zoo nict gezegd te hebben,
'kcr, in de wandeling gewoonlijk Maas Jonkcr geheeten, nnn»nn n«,inrt. ut nrn.^.\
van beroep vroeger timmermansgezel, thans rijwiel her- tw!^Ï «n ftL tï *»n? h!2
atelier, oud 33 jaren en woonaentig aan den Dijkweg ^wuiVer en Bot den getuige Jonker in de tent beet
to Anna Paulowna, ten huize zijner ouders. hadden Van lwuiver zei tegen Jonker Iaat los. ïk
Klaas vertelaarde, in den nacht' van 6 op 7 Juni sprong^ hij en greep Jonkcr inz n nok. wij lolden om.
1922 te zijn geweest op het feestterrein te Kolhorn, onder. Jonjcer hot mij niet los. Iky sloeg hern mol
gera. Barsingerhorn, tljèens de toon aldaar plaatsvin' don IHJ ,0S,m°l> deï 0p*?b![ÏÏ
Sonde mu/ii'kfestiviteiten wv8 »°P van Twuiver rechts van hem Jonker
Klaas "kreeg onaangenaamheden met menschen uit 't 0'n8 er8 te keer. HlJ^is hcol sterk, ij haddon omie
publiek, waaronder er waren, die mot ontbloot# borst nnnden aan hem vol, "moest los laten en ik Woeg hem
inij aan, gaf getuige voor. rk had to veel drank op, „r in u- r
net als de rijksveldwachters, die waren óók dronken, verschillende gemeenteveldwachter# en ze gebruiken I,an-
Bot,(rijksveldwachter van Wieringerwaard) had te vo- 8°d,ikp,
ren tegen mo gezegd, dat ik nict inoest gaan vechten De PresidentMaar daarvan blijkt niets. Er bliikt b.v.
en ik had ook geantwoord, dat ik dat niet zou doon. nict, dat Boekei over werk maken van de zook heeft
Maar toen men met ontbloote borst en armen zich sproken.
strijavoardig tegenover mo stolde, dacht ik: je kan wel Bruines vervolgt: Er Zouden ten aanzien van dol
aan den 'loop gaan, maar dan krijg jo toch cr op. z0l'^en V®P vcracdiillende gemoenteveldwachters nog twee
De rijksveldwachters hebben me naar buiten gewerkt getuigen in deze zaak kunnen worden ondenraagd.
en toen zöi van Twuiver: nu zullen we Je wel leeren. 1)0 PresidentDo gemeenteveldwachter heeft in deze
Toen lag ik buiten. Ik heb niet gezien, dut het van gcan invloed gehad.
Twuiver was. Zij hebben me gesmoord, 't Was of'ik Bruines: Jonker heeft zich woest gedragen,
blind was. Mijn oogen puilden uit of ze uit hun kassen Praesus: Maar men maff iemand niet zoo geweldig
moesten. Mijn boord brak ten slotte, ik kreeg daardoor beetnakken dat hem de vellet tos voor de oogen komen
ruimte cn kon even zien. Ik zag van Twuiver toen even. en N oers* 1 arrcstlokaal oven kan zien.
Hij liep aan mijn linkerarm. Bruines heb ik niet Bruines: Hij verzette zich eh hi] is zeer sterk:
gezien. Die heeft mij van achteren op het hoofd ..Van TwuiverIk ben 14 dogen nn het voorgevallene
geslagen. ïk heb onder het tra as port weieens iets ge- bij dokter Oudendaal te t Zand geweest om pie onder
zegd. maar feitelijk verzet heb ik mij toe teniet. Mijn arm behandeling te stellen.
kraakte voortdurend en was als gebroken. Mijn arm is BruinesIk heb Jonker met den gummistok op
nog niet goed en is toen door dokter gezet 'geworden, dc" arTjl geslagen.
Ik kan dien arm nog niet naar willekeur bewegen als Van Twuiver U vond het wel erg manheer de
vroeger. Ik heb ten slotte mijn hand op 'mijn hoofd President, dat wij Jonker zoo erg vast hadden, maar
gelegd en kreeg toen op die hand de klappen, terwijl f was inderdaad noodig, hem stevig vast te houden,
net puntje van het werktuig waarmee geslagen werd, Ik had geen gummistok bij Ine. Jonker ^veet niet of hij
op mijn voorhoofd kwam. Ik kreeg daardoor veel last in ™et eens^°k of met de vuist geslagen is. Ik hen
mijn hoofd. Ze gooiden mij mijn boord toe. Ik zeiJonker niet geslagen.
hou die maar, en gooide den boord weer teruff. De tweede getuige .Jan Langedijk, oud 54 jaar, ge-
Eerst heeft van Twuiver me geslagen, later deed Brui- meenteveldwachter van Barsingerhorn en woonachtig
nes dat. Toen we naar het arretantenlokaal gingen, in het tot die gemeente behoorende Kolhorn, volgt nu.
werd ik gedreigd door allebei, dat ze mij zouden tflaan Hij blijft bij zijn proces-verbaal volharden. De feest-
met de klewang (de lange, tegenwoordig gebruikelijke stemming was dien nacht op hoog top, zegt ge*.
sabel met groot gevest, die de vrbegere sabel met Alles vierde feestHet ging ruw toe... 't was erg,
"]lad koperen boveneind, dat zoo gemakkelijk ,h „dien- "Véél eeld werd er verteerd. Eerst was er geen ruzie,
jr" uit handen te rukken was, vervangt) Eindelijk werd Klaas Jonker door de tijksveldwach-
Langedij'k, de gemeenteveldwachter, sprong er ten ters gearresteerd. Zulks op grond van het verstoren van
slotte voor en zei: „nu is 't mooi genoeg." de orde. Ik was toen aan 't einde van de zaal. Ik
Al eerder had ik Langedijk hooren zeggen, tegen hielp de politie. Jonker verzette zich. Met z'n vieren
de mij begeleidende rijksveldwachters„niet zoo erg konden we hem er tenslotte uitkrijgen. Drie rijksveld-
doen". wachters Nen ik' waren aan.hem bezie. Hjj klemde zich
De President wijst get. op den feed. overal aan vast Daarna rSakte hij ten slotte met een
„Ik had," zegt get., „wel drank op, maar wat ik vaart buiten, 't Heele ,,zoodje" raakte onderste boveiL
zeg, (weet ik zeker". zei Langedijk. Ik heb aat óók 'in mijn proces-verbaal
Van Twuiver verklaart nu, desgevraagd, Jonker in 't gezetVan Twuiver en Bruines begeleidden Jonker
geheel niet tc hebben geslagen. naar het arrestantenlokaal. Dat ia op de nieuwe Streek
Jonfcer had met Kolhorners oneenigheid. Ik heb hem aan het kerkgebouw. Ik had er den sleutel van en ging
gewaarschuwd, niet te gaan vechten. mee. Onderweg sprak Klaas Jonker dronkemanswartaal.
Jonker wordt door den Praesus hierop gewezen en zegt Bruines sloeg hem met den gummistok. Een koopman in
nu: neen, dat was'tegen andere jongens Bot heeft mij fruit. Bal genaamd, uit Alkmaar, zag, .dat Jonker
gewaarschuwdJongen, vecht niet Et zeiik 'zal 't niet geslagen wera en hoa^daarover al heel gauw „praatjes",
aoen en ik 'ging bij hen vandaan. fit zei toen tegen Bruines: Niet slaan, 's toch niet
Van Twuiver hervat: ik heb Jonker gewaarschuwd en noodig. Ik ken van Twuiver als een bezadigd ambto-
hij begon weer opnieuw te twisten. naar, al 3 jaar -lang. Behalve dit. was hij steeds be-
De President: Heeft de gemeenteveldwachter Lan- zadigd. Nu was hij echter de kluts kwijt, ik denk,
gedijk Jonker's hand los .gemaakt van het buffet!" ornaat hij al meer dan eens wat met Jonker heeft gehaa.
Van Twuiver: Neen, Bruines snrong bij. De stukken De collega's zeggen me: Jonker is niet makkelijk voor
hout 'vlogen van het buffet, doordat Jonker niet ver- de politie. Van Twuiver wou zijn groote klewang tegen
koos los to laten. Ik 'heb me zoo moeten inspanniei^ Jonker trekken. Be zeg: 't Is mooi genoeg nou.
Ik heb 's morgens om' 9 uur volgens ons? afspraak,
Jonker, die toen ontnuchterd was, ontslagen. Ze hebben
Jonker in de „provoost" geworpen en Tiem weer ge-
slugetvjmet de honden.
PraesusMaar dat staat niet in uw proces-verbaal.
Langedijk: Ze hebben het toch gedaan. Ze hebben
met de .hand Jonker geslagen in het arrcstantonlokèal.
En Jonker was toen niet in staat om zich to verzetten.
Ik heb in de tent eerst Jonker, toen die binnenkwam bij
zijn jas gepakt lk en.van Twuiver stonden aan den in-
nom volk door te laten. Jonker kwam binnen!,
on hem niet. Ik zei: loop door. Ik greep aan zn
jas. Hij zei, je moet me niet zoo knijpen. Onderwee
naar 't arrestiokaal heb ik tot drie maal toe gezegd tot
Bruines: Schei uit met slaan. Waar ia het voor noodig/
En do koopman Bal reageerde er al op.
PraesusTen laste wordt gelegd het mishandelen
tijdens het vervoer van Jonker.
Langedijk Ik kon zien wat er gebeurde, al liep ik op
BÜ 25 JMcter afstand. Jonkcr kreeg op het hoofd slagen.
PraesusJonkcr heeft zich erg verzet tijdens do over
brenging, liet zich hangen, later tegenstribbelen, rukken,
trekken, etc. Dat zeggen beide rijksveldwachters.
Langedijk: Neen, Tonker had geen gelegenheid om
zich te verzetten.
Van Twuiver: Al was het helder weer. toch kon
Langedijk op. 25 M. afstand niet alles zien, wat er
voorviel
Praesus: Van Twuiver beweert, Jonker niet geslagen
te Rebben.
LangedijkVan Twuiver sloeg hem wel, ik heb
het gezien. Ik gaf nog raad toen, on als Ho rijksveld
wachters naar mo hadden geluisterd, dan zou dozo
zajik hier niet terechtgekomen zijn. Des morgens 4
uur dcu 7den Juni scheidd i de rijksveldwachters cn
ik. Ik zei tegen Bot cn van 1'wuiver: qntsla uien
Jonker ep vervolg dien man niet.Als cr klachten komen,
dan loopt het vast.met deze 2aak. Ik heb later met den
Districls Commandant over de houding der rijksveld
wachters gesproken.
Van Twuiver: Het lijkt opgezet spol. Langedijk heeft
beweerd, dat de rijksveldwachters gezegd hebben, mot
Langedijk geen dienst to willen doen. Maar dio inun
was mij goed genoeg.
President: U hoort, van Twuiver, dat Langedijk' straks
over u sprak. U hebt wijn gedronken?
Von Twuiver: Ja, dat is zoo. Er waren visschers aad
het dansen. Ook hoogc autoriteiten dedon mee aan het
feest, tiet was Lést. Langedijk was cr en Dubbelman
en Bot en ik cn Bruines. Ik heb twee glaasjes wijn gehad,
'n Zacht kostje. Het trok mijn aandacht, dat Jan Lange
dijk' er niet van dronk. Ik heb anders wol eens gezien,
dat Langedijk bij zoo'n gelegenheid bijv. een cognacje
dronk. Langedijk heeft ons ren Hak wil.ea zodon. L
Langedijk bij mcnschcn geweest om togen do rijksve.d-
wacnters to verklaren. Bij Schenk cn nog een»
President, tot LangedijkHeeft IJ jonker aangezet
om deze zaak te vervolgen
Langedijk: Ik heb dut niel gedaan, do rijksveldwach
ters hebben mc dat wet ten laste gelegd.
President: Jonker zegt ook, dat u dat 'niet gedaan
hebt. Dus we hooren het van u beiden, onder ccde.
Bruines: Het is niet waar, dat ik herhaaldelijk Jonker
geslagen heb. Ik blijf bij Wat ik heb verklaard. Ik 'heb
ine verdedigd, ik heb hem niet mishandeld.
De Ü.v.J.Koopmuu Bal kan zich niets herinneren er
van, dat van 'lwuiver en Bruines dien Jonker zoo
zouden hebben Beslagen. Bar is daarover gehoord.
LangcdiikBal is dan wel kort van memorie. Jonker
zijn met de hund slaken toegebracht in hel arrest lokaal.
Daar was het 'Hoofdzakelijk van Twuiver die Jonker
sloeg.
Bruines: J. Langedijk heeft tegen een persoon
die hier is gezegdhij zou nu den rijksveldwachter
van Winkel wei krijgen, die was nu nog niet van hem af.
1-angedijkIk zou dan die man wel tiens graag hooren.
Ik' kan het me nict indenken. Jk heb 't nicl gezegd.
Jonkcr zeg'lIk heb koopman Bal niet gezien.
Van Twuiverik 'heb 3 dugen nu datum een briefje
gekregen. Dat heb ik bij me.
Lungcdijk 's Morgens uur heb ik Jonker ontslagen.
Dio zei toen: W'at gelukkig, dat jij cr bij was. Anders
hadden zc mc doodgeslagen.
Ito Praesus: liier in die brief staat, dat Bruines met
.den gummistok heeft geslagen.
LangedijkIk zei tot de rijksveldwachtersVerbaal
wegens ordeverstoring wil ik onderteekenen. Verbaui
van yerzet ot wederspannigheid door Jonker gepleegd,
toeken ik nict mee, (i'ot Van Twuiver): Ik Heb cr niet
over gesproken, dat j(j (van Twuiver) hem (.Jonker)
ook geslagen hebt. Muur ik heb wet gezegdVervolg
den man niet meer. Ontsla hem Jonkcr heeft al genoeg
strnf geluid. Dut zei ik 's nachts om 4 uur. Burgemeester
Brecbaart was zelf op 't terrein.
Van Twuiver: Mijnheer Izingedijk 'heeft mij iets
gedicteerd. Langedijk .verklaarde daarbij, dat hij aun
t eind van do zual slond eti toen zag dat ik, (van
I Twuiver) cn Bruinig iemand arresteerden en dat hij
zag dat dat K Jonker was. die zich krachtig verzotte.
Do flarden vlogen van het buffet, waaraan Jonker zich
;1ih<1 vastgeklemd, .af. Toen ontstond ér een .oploop vah
volk cn ik viel achterover cn ik kroeg een brandende
'sigaar in het gclnnt. iuingedijk geeft aan, dat tc hebben
afgeveegd. K. Jonker raakte toen buiten de dans- cn
i consumptietent en werd naar het arrestiokaal "gebracht,
i waaruit hij 's morgens tc 9 ure werd ontslagen. Jonker
j was in do tent in staat van dronkenschap en protesteerde,
toon'Langedijk hem aan de jas pakte, bij welke getogen-
held Jonker zeiJe moePtne niet knijpen,
r Van Twiuver vervolgt: Met de Schager kermis kon
I Hc mijn .urin nog nict gebruiken.
Bruineslk heb in September rnet Koiliorner Kermis 4
dagen dienst gedaan daar. Dat het met Langedijk niet
'zoo erg harmonieerde, dut was, omdut Langedijk nu
I niet hepoold zoo'n rcuze-veldwachter is. Ik doe het
dun liever pcrsoonlyk, dan dat het bedorven wordt. Lan
gcdiik heeft tegen een persoon gezegd: Die rijksveld
wachter vnn Winkel is nog niet van mij af. Ik heb
Jonker niet mishandeld. Als ik Jonker weer zoo ont
moet, zou ik weer zoo doen.
Langedijk: Ik heb gezien, dat v. Twuiver Jonker wel
een slag gaf. Ik kan niet tellen of het precies een bepaald
aantal slagen was. Maar een slag tenminste wel. En
van Twuiver wou bovendien de groote klewang tegen
Jonker trekken.
Mr. Muller (bijzittend rechter): Die brief van J.
Langedijk aan van Twuiver maakt Langedijk's verklaring
zeer geloofwaardig.
BruinesDe wraakneming zat bij Langedijk voor,
voordat wij het feest hebben meegemaakt.
Mr. Muller: Dat is op zichzelf nog geen voldoende
ontlasting.
Van TwuiverJ. Langedijk legt 'n valsche getuigenis
af. Ik heb niet geslagen. Langedijk zegt, in strijd met
de waarheid, van wei. Langedijk is hier twijfelachtig.
Dat was hij ook bij 41en reehter-commissaris. Toen ik
van het wegbrengen van Jonker terugkwam in de tent,
kon ik haast niet op adem komen.
Bruines: J. Laugediik zegt, dat ik in het arrestlokaal
ben geweest. Dat ontken ik. Ik 'ben er niet geweest
Langedijk: Ik ben er zelf met in geweest. Ik had in
dat lokaai niets noodig.
BruinesLangedijk is er wél in geweest. Hij heeft cr
eeq lucifer in opgestoken.
Langedijk Later, toen alles afgeloopen was, heb ik
een lucifer opgestoken in het arrestlokaal.
President: Het zou geweest kunnen zijn, dat Jonker
in het arrestlokaal geauwd is moeten worden. En dat
dan het slaan door van Twuiver niet 'als mishandeling
is bedoeld geweest
Dirk Belkema, een 28-jórige oommies der Directe
Belastingen, thans te Dronrijp vroeger mogelijk in
ben standplaats in de omgeving van Kolhorn treed als
eerste getuige a decharge op. Op verzoek Van Bruines
namelijK. Getuige zegt, dat Langedijk hem (getuige) had
gezegd: Daar zul je meer van hooren, van dat zaakje
zijn ze niet af. Die van Winkel ook niet.
President: Dat is toch nog niets ongunstigs tegenover
den rijksveldwachter. Maar oordeelde u dat er 'n
ongunstige verstandhouding was tusschen Bruines en
Langedijk?
Getuige: Ja, het viel me tenminste op, dat Bruines
aanvankelijk weieens bij Langedijk 'wat gekomen. Later
kwam bU daar niet meer. Ik heb den indruk gekregen,
zegt get., dut J. Langedijk bedoelde: Ik zal je wel krijgen,
Bruines.
Mr. Muitor: 01 'het nu was dat Langedijk bedoelde, dat
Bruines iets verkeerds deed, of dat hij iels tegen Bruines
had, het is moeilijk Qit te maken, gttuigé, oi uw
indruk juist is.
De tweede getuige o decharge is Doedo Bot, rijks
veldwachter. oud 42 jaar, wonende to Wieringerwaard.
Get zegt: ik ben er bij1 geweest, dat in den nacht van
6 op 7 Juni Klaas Jonker uit do feesttent tc Kolhorn
werd verwijderd. Ik zag, dat Jonkcr de orde verstoorden
Jonkcr zei tot mo: lk heb veel gedronken on ik ga uu
aüu 't spu'lwttcr. Goed. Even later had Jonker al
weer ruzie. Eerder bad hij oftkJ al twist gehad.' Jonker
had ruzie met zekeren Ario Haven en lion> cgu
Grietje Fijnheer cn Jonker zei: wat zou Jullie, leelijko
Amsterdammers?De derde maal wou Jonkcr al
weer vechten cn wel met con schippersknecht. In het
verbaal staat, dat Langedijk in de tent Jonker heeft vast
gegrepen. Maar Jan Langedijk is in de tent niet'
geweest. Illi weet er niet van of, wat er in de tent
gebeurde. Hij stond buiten. In de tont Waren banken.
Jonker en van Twuiver waren aan den eenen kant
van de banken, ik aan de anderon kant. Bruines kwam'
er bij E n wij allen vielen over de banken. Bij do-
deur zijn we allen weer gevallen. Ik"'weet alleen van
wat in de tent gebeurde, tot we met Klaas Jonker buiten
kwamen. Wat er met de politie en hem verder is
gebeurd, gedurende het transport naar' het arrestiokaal,
daarvan weet ik niet af. Ik kan over de ten laste gelegde
mishandeling niet au reken.
Van Twuiver: Maar of Bockel of Bot gesproken
hebben met K. Jonker.
Bot: Ja, Jonker is mij later achterop gefietst; Ik zei
tegen hemdat je later hoofdpijn had, begrijp ik, Maar
Jonkcr zei tegen mijVan Twuiver heeft mij niöli
geslagen. Die had jhe aan jn'n arm. Bruines, die heeft
me geslagen.
President: Dus Bruines heeft alleen met den gummi
stok geslagen.
BotJonker zei tot mijBoekei heeft mc tot 2 maai
tóe gezegd: Doe klacht. Want Jan Langedijk wil wel
getuigen.
Jonker: Daar weet ik niet van. Ik dacht: hoe moet
ik' fmn getuigen komen'/ Om met getuigen te komen,
die niets kunnen fceggen, dat is bok niets. Het is niet
gemakkelijk om getuigen tc krijgen. Jonk von Kolhorn
nceft mijn boord cn strop opgezocht. Maar die zeiik
bemoei cr me niet mee. Ik heb aan Langedijk gevraagd
of do kóópman Bol wal gezien had. Dae Kon zich niets
herinneren.
BotIk heb 9 Januari gehoord Nicolaas Jonker
Simon Jonkcr en Piet Renooi. hfou zou de zaak rollen....
Jonker, (schamper): de zaak rolt al...
Bot: Boekcl had al gezegd....
Jonkcr: Ik heb gezegd: u bekeurt mc, u zoekt mo.
Bol: En ik heb u nog eens zonder bekeuring Inton
gaan, toen u zonder licht fietste. Zóó zoek ik U.
Jonker, (vinnig):' Ik ken u óók wel zwurt maken,
als ik wil
Mr. Muller: (tot Bruines) Als er menschen zijn, Tlie
gezien hebben, dat u en van Twuiver tijdens hel trans
porteeren van Jonker dezen niet mishandeld hebben,
dan had u die menschen als getuige a decharge kunnen
medebrengen. Nu hebben we hier menschen als ge
tuige a decharge die niet hebben gezien dat u en de
andere beklaagde dien Jonker niet hebt mishandeld
bij het overbrengen.
JBruines: Dat zou nog wél kunnen. Daarover hadden
wij niet zoo nagedacht.
Langedijk': I)e meeste menschen waren al naar huis.
I Maar geheel afgeloopen was het toch nog met. Er Waren
j weinig menschen op den weg Het feestterrein was aan
het einde van het aorp.
Van Twuiver: Klnns Jonker heet Jonker en hij
verbeeldt zich, meer to zijn als hij in wcikelijkheid is.
Ilij is lastig.
t)e O.v.J.Ik' vraag vrijspraak voor van Twuiver.
Van van Twuiver is alleen maar gebleken één slag. die
ïdleen maar gegeven is in het arrestiokaal. Maér is er
geen aanwijzing voor aanwezig. Wé hebben hier de
verklaring van Txmgedijk en die van Van Twuiver. Tk
zal niet aannemen, dat' de verklaring van J. Langedijk
meer in overeenstemming met de waarheid Is, dan die
van W. van Twuiver. Ik "ben cr van overtuigd, dat
Wanneer van Twuiver in een procesverbaal onder ambts
eed moest relatecrcn, wat er alzoo in den nacht van
6 op 7 Juni 1922 is gebeurd, hij* daartegen geen
'bezwaar zou hebben. Mij is geen enkele grond gebleken,
dat J. Langedijk een meincedige verklaring doet. Maar
ook heb ik geen enkelen grona kunnéen vinden om to
vermoeden, aat van Twuiver onoprecht verklaart. Voor
von Twuiver vraag ik alzoo vrijspraak. Nu de ander.
Ik ticb ten aanzien van W. Bruines een verklaring
van den Burgemeester Jn. Koomen Hz. van Winkel
de standplaats van Bruines en oök een verklaring
Van Burgemeester P. Koopman van Nieuwe Niedorp.
Beiden hebben allen lof voor de kranige wijze waarop
Bruines zijn taak als rijksveldwachter uitvoert en over
zijn dienstverrichting zijn ze allebei ten Volle tevreden.
Zij zouden niel Aarzelen om Bruines als voorbeeld te
stellen voor anderen. En het zou hen leed doen als
Bruines door deze geschiedenis overlast in zijne be
trekking zou moeten ondervinden. Ontkennend zou men
voorts antwoorden, ais de vraag werd gesteld, of Bruines
mishandeling heeft gepleegd. Vast staat dat hij geslagen
heeft. Ik zal hebben aan te toonen, dat de slagen,
die Bruines uitdeelde, niet zijn geweest slagen yoor
mishandeling. Over het algemeen heeft trouwend de
Politicman ae wapenen nict gekregen om ze thuis te
laten. De politie moei op de juiste wijze de wapenen
gebruiken. Het komt voor, dathet wel eens n beetje
minder kon met het gebruik der wapenen. Zeker. Maar
ook komt het herhaaldelijk voor, dat de politie veel,
•zéér veel duldt Ik zal eens nagaan, of er voldoende
aanleiding was voor de politie, om le slaan. Klaas
Jonker is veroordeeld wegens het in staat Van dron
kenschap verstoren van <$e openbare orde. Hij 'liep met
uitgetrokken jas rond. Door verschillende teldwachters
is hij gewaarschuwd, niet te gaan vechten. Hij was in
oen wederspannige, revolutionnaire stemming. Hij is
sterk en Heeft zich Inet buitengewoon geweld al^n het
buffet vastgeklemd. Jonker was zich bewust van zijn
kracht. Hij klemde zich vast en alle
rijksveldwachters vielen met hem. Hel "pijnlijke gevoel
dat hij als herinnering aan het „feest" kreeg, is niet
afkomstig van de slagen, die hij met den gummistok
kreeg, maar door het vallen, enz. Qntstaan^ Van Twuiver
heeft zich onder behandeling van dokter Oudendaal te
't Zand. gem Zijpe moeten stellen. Dat Jonker „bijna
geworgd' is, geloof ik niet. En al was hij bijna 'ge
worgd 'geworden, dan.... was het louter 's mans eigen
schuld geweest. Met groot geweld heeft hij jfich verzet.
0.> straat voor do deur ohlstond een zeer ernstige wor
steling Do veldwachter onder., Jonker boven. Jonker is
overgebracht. Tijdens dat overbrengen zijn slagen ge
vallen. De niin, aie Jonker later had, is afkomstig van de
worsteling by de deur.
Bruines erkent slagen te hebben gegeven. Dat is
het eenige. Als ik het zoo voorstel, geloof lk niet, dat
uwe rechtbank Bruines wegens mishandeling zou
veroordoelem. Mishandeling daarvoor is volgens de
wet. noodig het opzettelijk veroorzaken van pijn. En
nu heeft Bruines dien Jonker geslagen mede om hem
pijn te doen. Zeker. Maar met de bedoeling om Jon
ker dan toch, via die pijn, tot redelijkheid te bren
gen. Ik kan het niet met mijn geweten overeen
brengen om hier van deze plaats een veroordeeling
van^ Bruines wegens mishandeling te requireeren.
Wat betreft Van Twuijver. vraag ik wegens gebrek
nan bewijs geen veroordenllng.
En tegen Bruines vrarfg ik geen veroordeeling om
dat ton opzichte van de slagen, door Bruines nan
Jonker toegebracht, niet, bewezen is. dat zo vallen
onder, het de mishandeling betreffende artikel van
't Wetboek van Strafrecht. Ik vraag vrijspraak voor
heide beklaagden.
Van Twuiver legt hierna nog eenige op schrift ge
stelde gegevens over en zegt: ik blijf er bij, dat ik nif>
geslagen heb. Ik ben er zeker van, dat Jan Lange
dijk misschien dwaalt, maar als hij zijn hart recht
uitspreekt, zal hij mij niet tegenspreken.