ROMMELKRUID.
DAMRUBRIEK.
est*
De wraak van Frits
en Hans.
Even laehen.
fuwd tóq SQijeg dea*3 *:suiojjuev ou rz («g
dadelijk bij den teugel. „Wel. jonker!" zei Je
hij, „wat riet gij er heden vergenoegd uit."
«Loop heen, babbelaar, antwoordde de jonker
er gaf hem; uit kortswijl, eenen slag met zijne
karwats,
«ogenblikkelijk ijlde de jonker naar zijnen
vader. „Vader!" reide hij. „dat ging daar spoe
diger dan ik durfde vermoeden. Ik had mij
„van dit eerste bezoek niets meer voorgesteld,
„dan ten hoogste een verlof om hetzelve te mo-
«gen herhalen, en nu zijn wij reeds zoo ver ge
vorderd. dat fer niets meer dan uwe toesiem-
■»iwg en zegen noodig is, om nog binnen
i maand in het huwelijk te treden."
gen, dat de Heer van 0. C. u morgen een be
zoek wenscht te geven, teni einde alles uit een
te zetten.
De Heer. Hij zelf? dat is al bijzonder. Wat
moet ik van dit alles denken? die schoone
freule zoo terstond gereed u te huwen; de Heer
van O. C. mij, in stede van ik hem, in deze onze
betrekking een bezoek geven: is men met die
freule dan zoo verlegen, dat men haar den
eersten den besten in de armen wil werpen?
Waarlijk, er rijzen vreemde vermoedens in mij
op, mijn zoon!
De Jonker. Die morgen allen zullen verval
len.
De Heer. Wel ®oo, mijn zoon! al zoo spoedig? Nu nam do jonker voor het eerst in verschei-
dat verwondert mij zeer. En hoe is u de freule dene jaren zijne luit weder in handen; zulks be
bevallen? vreemde alle huisgenooten; alleen Baltus niet.
Wordt vervolgd.
VISSCHERS-INDIANEN.
De aan eilanden en fjorden rijke kust
De Jonker. Uitnemend wel. vader! O. hoe
vriendelijk is haar omgang en hoe juist weet zij
te oordeelenl
De Heer. Gij spreekt als een verliefde, mijn i
zoon! Maar hoe ziet zq er uit? Is zij nog al
bevallig?
Nu werd de jonker geheel welsprekend. Hij
schetste hare vlugge houding, schoon gelaat
er. wegslepende stem; maar toen hij hare oogen
aon beschrijven, bleef hij op eens steken, want i
het was hem. alsof dezelve hem toelonkten. Noordwest-Amerika wordt bewoond door ver
schillende Indianenstammen, die toch min of
„Wel, mijn zoon!" hernam de Heer'lagchen- meer een cultuqreenheid vormen en zich in
de. _gij spreekt met zoo veel vuur. dat ik in- hoofdzaak met vischvangst bezig houden,
„derdaad begeerig ben haar te ontmoeten." In den zomer vervolgen zij den zalm met
lansen en stangen, met haken en fuiken in het
De Jonker. Ik bezit haar portret; wilt gij dat ondiepe heldere water der rivieren. De zalm
komt de rivieren opzwemmen en is dan ge
makkelijk buit te maken. Zalm is dan het
hoofdvoedsel. Plen gedeelte, dat niet voor di-
I recte consumptie in aanmerking komt, wordt
enj gedroogd er» voor den winter bewaard. Een an-
kwam aldra met het portret terug. „Zie daar. iere soort zalm, die meer met netten gevangen
i zien vader?
De Heer. O ja, gaarne!
Nu ijlde de jonker naar zijne kamer.
wordt levert olie. Door middel van verhitte
steenen wordt de olie er uitgekookt in groote
houten bakken. Deze olie vormt met de ge-
droogde zalm het hoofdvoedsel in den winter.
Daarbij komen dan nog de door de vrouwen in
▼ader!* reide hij. jierwijl hij het hem overhan
digde. „zoo zag zij er reeds op haar zeventien-
«de jaar uit"
De Heer. (Het portret met aandacht beschou- M
werdfc.) Wal zoc. mijn zeen! als dat de freule hd bosch ingezamelde vrachten en andere cet-
verbeeldt dan moei ik bekennen, dat zij er bare producten, zooals bessen, wortels, zeewier
regl aanvallig uitziet Alleen bare kieeding en zeegras. Van het zeewier wordt een soort
bevalt mij niet; deze is niet die van eene freule brood gebakken. Ook weten de mannen 's win-
maar van een burger-meisje. En wat beduidt ters in de bergen nog wel eens een geit, hert
toch dat bijwerk? een berookte wand. eene of beer buit te maken.
ruwe tafel eagemeene stoelen zooals arme lie- Gedurende den geheelen zomer leven deze In
den gebruiken dat begrijp ik niet dianen in hun booten een echt nomadenleven,
in den winter bewonen zij de houten buizen
De Jonker. Dit was zoo een nïval van den langs de kust.
schilder. Maar ja, ik zou wel vergeten u te zeg- Hun booten bestaan uit uitgeholde boom-
De rijen kruisjes geven hetzelfde woord te
Oplossingen zenden naar L. Roggcieen, Spui
97. den Haag.
Het was eens in de lente.
Het zonnetje scheen blij.
Toen legde in een nestje
Ren vogeltje een et
Het was eens in de lente.
Het zonnetje was Zuid.
Toen kroop een kleine vogel
Het kleine eitje uit.
Het was eens in de lente.
Het vas eens in de Met
Het "onnetje suheec vroolijk.
Rn iedereen was blq.
Er waren eens twee vriendjes, die al*qd met
elkaar speelden. Ze boeten Frits en Hans. Het
was in den peren- en appelent nd. De jongens
gingen dikwijls naar den een of anderen boer
en vroegen om een paar appels. Bijna altijd
Nu woonde op bet dorpje, waar Frits en
Hans woonden, ook een rijke boer. Kareisen ge
heet en. die een groote tuin had. maar die even
gierig als rijk was. Op zekeren dag vroegen
Frits en Hans hem om een paar appels. De bt.tr
antwoordde; „Ga maar naar mijn buurman,
die heeft er meer dan ik. Al gaf die duizend
appels weg, zou hij 't nog niet bemerken." Frits
en Hans wisten zeer goed, dat dit niet waar
was. maar ze zeiden niets en gingen weg.
Frits wilde, om zich te wreken, 's avonds bij
Kareisen aan de ramen tikken, en zich dan ver
schuilen. Als hij dan buiten kwam, zou hij
niets zien en boos weer in huis gaan.
Maar Hans vond dat niet goed. Hij was van
meening, dat ze piet hun twintigen zijn tuin
moesten plunderen. Maar dit vond Frits weer
niet goed. Zoo wisten ze telkens wat anders,
maar wat Frits wilde, keurde Hans af en om
gekeerd. Ze besloten dus maar op een geschik
te gelegenheid te wachten. Maar die gelegen
heid kwam niet gauw.
Eens echter, het was op een Woensdagmid
dag. gingen ze voorbij de boerderij van Karei
sen. toen ze deze in den tuin zagen liggen sla
pen. met de pijp van de waterleiding naast zich.
Hij bad de kraan natuurlijk dichtgedraaid.
Als uit één mond riepen de jongens tot elkaar;
-Ik weet wat moois! We zullen hem op een
nieuwerwetsche manier wakker maken" zei
nans.
Ze gingen voorzichtig den tuin in, en nader
den den slapenden man. Frits stopte voorzicn-
tig de pijp tusschen ziin kleeren, terwijl Hans
de kraan opendraaide. Toen wachtten de deug
nieten af. wat er verder gebeuren zou. Ze be
hoefden niet lang te wachten.
stammen, vooral van den rooden ceder, die
prachtig uitgesneden zijn, evenals de houten
huizen trouwens. Deze Indianen zijn namelijk
zeer bedreven in de houtsnijkunst.
Met hun steenen. bijl en hamer en houten of
hertshoornen wiggen weten zij de prachtigste
snijwerk-versieringen aan te brengen, groo-
tendeels gestileerde mensch- en dierenfiguren.
In huis treft men de op deze wijze uitgesne
den verbruiksvoorwerpen aan, zooals kisten
voor de kleeren, vierkante etensbakken, lepel
tjes, koppen van tabakspijpen, vischknotsen.
j maskers, enz.
De schors van den ceder wordt met platte
beenen lepels losgemaakt en met gegroefde
beenen hamers geklopt^en levert dan het ma
teriaal voor de kleeren. De pelerinvormige
schoudermantels worden ervan gemaakt. Van
de wortels en de takken van den ceder maakt
men manden en kegelvormige hoeden. Dikke
hoofd- en halsringen met cederschorsbundels
vormden een gewilde dansversiering.
In de laatste jaren is er natuurlijk wel *t een
en ander veranderd, daar de Europeesche nij
verheid ook hier afzetgebied heeft gekregen,
zoodat wollen dekens b.v. steeds meer en meer
in gebruik worden genomen. Vroeger gebruikte
men hiervoor alleen bontwerk of buffel- en
hertsleder.
Vooral de stamhoofden konden zich geweldig
toetakelen. Een hoofdbedekking, met afhan
gende hermélijnhuiden. op den rug, hertslede
ren slobkousen met rammelende papagaaien
snavels versierd. Vroeger droeg men verschil
lende schelpen als versiering, maar tegenwoor
dig worden die meer en meer vervangen door
kralen van gekleurd glas en koperen knoopen,
welke men nu veel mooier vindt. Vroeger droe
gen de vrouwen ook nog een houten pen in de
onderlip en werden* de hoofdjes der kinderen
op verschillend wijzen misvormd.
Het spreekt - anzelf, dat die allerdomste din
gen, die pijnli" ;o en gevaarlijke hoofdmisvor
mingen laogz uaerhand tot het verleden gaan
behooren. Ooi deze in het afgelegen Noordwes
ten van Amr ika levend e Indianen komen
meer in aam king met hoogere cultuurvolken,
waardoor de meest barbaarsche gewoonten lang
zamerhand tot het verleden gaan behooren.
Maar van veel ontwikkeling en beschaving
is er nog geen sprake. Des zomers een noma
denleven in de booten en des winters opgeslo
ten in de houten woningen, leven die men-
schen nog grootendeels aen natuurleven. M.
VERGIFTEN IN TABAKSROOK.
De geleerden zijn het nog altijd niet eens
over de- ve* giftige stoffen en de hoeveelheden
daarvan die bij het rooken van sigaren en si
garetten in het lichaam van den rooker komen.
Vandaar dat er telkens weer onderzoekingen
Kareisen sprong eensklaps overeind, en be
gon als een dolleman in 't rond te dansen, zoa
dat de jongens het uitgierden van de pret.
Eensklaps kreeg Kareisen ze in het oog, en
stormde woedend op hen af. Maar hij liep in
rijn onbesuisdheid zoo hard tegen een appel
boom aan. dat hij achterover tuimelde, terwijl
een groote appel 'hem zeer gevoelig op zijn
hoofd terecht kwam. Woedend sprong hij weer
op en rende de jongens opnieuw achterna. Zijn
as haakte echter vast aan een boomtak. Hij
rukte, trok en kwam vrij, maar met een groote
scheur in zijn jas. Toen hij weer verder zon
gaan. waren de jongens reeds verdwenen. Woe
dend ging hij zijn huis binnen. Zijn vrouw sloeg
'e handen in elkaar van schrik. Het was dan
ook werkelijk om te schrikken. Kareisen was
kletsnat, had eenr blauw oog en gescheurde
kleeren. De jongens hadden zich prachtig ge
wroken, maar Kareisen zei tot zijn vrouw:
„Wacht maar, dat zal hun herouwen!'
Volgende week de rest.
Nagekomen oplossingen; Geraldo Hendrique
v d. Mojen. Breezand; Ali Borst, Breezand;
K'aas en Hendrik Kreijger, Callantsoog; Pic-
tertje Keuris, Kolhorn (Ik hoop, dat je ze nu
makkelijker zult vinden!)); Klaasje en Pietje
Me;:er, Haringhuizen. Vriendenclub T.OT.
Kolhorn; Dirk. Jan en Jannie Geerligs. Anna
Prulowna: Ne!lie Hoogland. Petten; Joke Wit.
venter: G. Blom. Hauwert; F. Berkhouwer.
Di-kshorn.
worden ingesteld naar die vergiften en hoe- KLEINE BIJZONDERHEDEN,
veelheden.
Baumberger heeft thans in de Jou»nal of De tempel van Karnak, de grootste ruine ter
Pharmacology and experimental Therapeutics wereld, is een bouwwerk geweest, dat een op-
de resultaten- van zijn desbetreffende onderzoe- pervlakte van 50 hectaren besloeg, en voor 35
kingen het licht doen zien. Tabaksrook bevat eeuwen door Egyptische koningen is gewrocht,
volgens hem 72 tot 25 deelen koolmonoxyde in
10.000 deel en lucht, een concentratie die in Op een boekenveiling te Parijs is voor de
staat is ei nstigé-verschijnselen teweeg te bren Fahles van Lafontaine in zes deelen 25.100
gen wanneer zij gedurende een uur wordt in francs betaald,
geademd, zooals Henderson bewezen heeft.
Onverdunde tabaksrook wordt echter niet Oe Franschen hebben in den wereldoorlog
zonder tusschenpoozen gedurende langen tijd 1.358.872 man verloren, waarvam361.854 als ver-
ingeademd want ook de hartstochtelijks!e roo- mist zijn opgegeven,
ker haalt een zeker aantal malen adem tus
schen twee „trekjes". Van het menschelijk gewicht wordt 43.5 per-
Tocli kan bij een rooker die 5 trekjes per mi- eert ingenomen door de spieren, 19 pet. door de
nuut doot na verloop van één uur reeds 22 per- mgewanden., 17,8 pet. door de huid, 17,5 pet.
cent van zijn haemoglobine (bloedkleurstof) döor de botten en 2,2 pet. door de hersenen,
door koolmonoxyde vergiftigd en aan de adem
haling onttrokken zijn. een concentratie die
voldoende is om hoofdpijn en andere subjec
tieve bezwaren te weeg brengen. Gelukkig bren
gen slechts zeer weinig zware rookers het zoo
ver. Vermoedelijk is 10 percent verzadiging van
de bloedkleurstof met koolmonoxyde dichter
bij het maximum dat gewoonlijk bij het rooken
bereikt wordt en dit percentage geeft gewoon
lijk geen aanleiding tot subjectieve en objec
tieve bezwaren.
Behalve koolmonoxyde bevat de tabaksrook
ook als werkzame bestanddeelen pyridine en
nicotine. Vroeger hechtte men meer waarde
aan de eerste stof tegenwoordig aan de laatste.
Baumberger vond in cigaret-rook 14 tot 33 per
cent terug van de nicotine die in de tabak waar
mede de sigaret gevuld was aanwezig was.
Daar cigaretten ongeveer 1 gram wegen en on
geveer 80 pet. van de tabak opgerookt wordt
zoo gaat er ongeveer 5 milligr. nicotine in den
rook over. Daarvan komt 67 percent in het li
chaam van den rooker terecht als .hij den rook
alleen' in den mond ophaalt, maar'88 pet. wan
neer hij den rook tot in de longen inhaleert". 0 1
Hoeveel daarvan in het bloed terecht komt IAlin„T _4_
hangt nog af van de hoeveelheden, die met het - "E HAD GELIJK,
speeksel verloren* gaan en de speekselafschei-1Onderwijzer: V ie kan zeggen wat prettiger
ding van den beginneling is dan ook in zijn iW: d® zo?- de maan?
voordeel, omdat 3 tot 5 milligram nicotine in A
De uitvinding van linoleum dateert van het
jaar 1860.
Een onderzeesche telegraafkabel weegt 2000
tot 3000 Kg. per mijl.
Een Amerikaansche bedelaar heeft het te
New-York klaar weten te spelen gedurende ge-
ruimen tijd 40 dollar per uur te verdienen, door
tegen de voorbijgaande dames te zeggen, dat
hij zijn arm in den oorlog was kwijtgeraakt.
Meer dan de helft der dag- en weekbladen,
die er op de geheele wereld verschijnen .wor
den in de Engel sche taal gedrukt.
Mendelssohn heeft als componist reeds
17-jarigen leeftijd zijn hoogtepunt bereikt.
water opgelost in een uur tijds ingenomen bij
menschen, die niet gewoon zijn te rooken aan
leiding kan geven tot verschijnselen van acute
nicotinevergiftiging. terwijl rookers uit ge
woonte tweemaal zoo veel kunnen verdragen.
Karei: De zon, meester! Want het is prettiger
gezond te zijn, dan, gemaand1 te worden.
ERG VRIENDELIJK.
Mijn man heeft lang gewacht, me te vra
gen. Hij is erg voorzichtig.
Verder kan men op grond van de hier gege- i .Z-!, Tr<remd' da* juist de voorzichtigen
;n ciifers berekenen, dat in een niet eeventl-er a'tijd inloopen!
ven cijfers berekenen, dat in een niet geventi
leerde kamer van ongeveer 30 kubieke meter
waarin tien menschen gedurende een uur de
eene cigaret na de andere rooken ongeveer n.eD J
twee deelen koolmonoxyde zou bevatten en ge- zien-
noeg nicotine om iemand die de lucht inadem
de 25 milligr. nicotine te doen binnenkrijgen.
Dat lijkt niet veel, vooral voor menschen die ge
woon zijn te rooken, maar het is toch genoeg
om bij niet-rookers hoofdpijn en andere onaan
gename verschijnselen teweeg te brengen.è Een
zoodanige hoofdpijn moet toegeschreven wor
den aan de verhooging van den hersendruk te
weeg gebracht door het nicotinegehalte e^ner-
ziids en het verminderde zuurstofgehalte an
derzijds.
De rooker van een zware cigaret kan zoo-
Toerist: „Neem mij niet kwalijk, maar kun
nen wij mischien de antiquiteiten in dit huis
Bediende: „Het spijt mij wel, mijnheer, maar
zoowel Mi lady als haar dochter zijn op het
oogenblik uit"
Struikroover: „Hoor een», ouwe heer, wat
zou jij zeggen, als ik jou met dezen ploerten
dooier eens een slag op je kersenpit gaf?"
Professor: „Ik zou zeggen, dat het instru
ment een bijzonder verkeerde benaming droeg."
LEER OM) LEER.
Cohen en zijn vrouw hadden voor st eerst in
doende 36 miligram nicotine binnen krijgen bij een aüv!an^ KetKneerd. Na de nota °n*-
..inhaleeren" en 275 bij gewoon rooken. Derge te hebben keek Cohen haar aandach-
liike hoeveelheden brengen ook bij rookers uit eigenaar:
gewoonte ziekelijke verschijnselen teweeg (de r ons ^veel gerekend voor dessert.
doodelijke hoeveelheid nicotine is'gelukkig veel
grooter: ongeveer 500 miligram).
Cigarettenrook bevat veel minder nicotine
volgens Lee en Storm van Leeuwen, dan ta
baksrook van sigaren en pijptabak (ongeveer
de helft). Toch zijn cigaretten gevaarlijker om
dat ze veel sneller opgerookt worden. Bij de
langzame verbranding der sigaren vormt zich
Wij zijn er niet aan geweest."
„Afgezien of u 't gebruikt of niet, 't stond
toch voor u klaar", merkte de eigenaar op.
Cohen gaf het geld voor de rekening.
De eigenaar telde 't na en zag dat er een
gulden te kort was.
Toen hij vroeg waarom dit was. zei Cohen:
„Dat is voor het kussen van mijn vrouw."
„Maar", riep de eigenaar verontwaardigd, ik
Hoe deed u het op uw dertiende jaar?
Och, antwoordde Mozart, ik heb niemand
ooit lastig gevallen met vragen; ik déédl
Verzoeke alles betreffende deze rubriek te
zenden aan C. Amels Wz, WinkeL
Oplossing
PROBLEEM No. 15.
Wit: 24—20 20 9 49-44 27—22 22 13 29 7
36-31 41 5, wint.
Oplossing
PBOBLEEM Nou 16.
Wit: 46-41 21—17 27—22 35—30 44—40 49 29
28-22 32 1 1 40, wint.
LOKZET No. 3.
Autenr A. Wit, Lut]ewinkeL
ZWART.
Stand
23
Stand
38
WIT.
Zwart, 9 schijven, op: 11 tot 14 16 19
24 38,
Wit, 10 schijven, op: 28 27 32 33 37
39 44 47 48.
PROBLEEM No. 19.
Auteur C. Amels, WinkeL
ZWART.
9
10
13
20
23
30
30
50
WIT.
heeft een zone die vochtig is omdat daar het
water en tegelijker tijd enkele vluchtige stof-j
fen als nicotine conder.seeren. Bij het rooken
nasseeren nu de warme gassen die vochtige zo-
ne en verdampen de vluchtige producten in die ij
zone waaronder de nicotine. Daarom: boe klei
ner die vochtige zone en hoe sneller en volle
diger de verbranding des te kleiner is de kans
dat de rook vergiftige vluchtige producten be-
Ynlia»n??!!1'im A - do- dat hii iets vergeten had, vroeg hem, hoe
Tlaarom produceren ogaretteo en dunne hij gedacM had.
paren een rook d-e naar verhoud,np veel ndn- Wel „ee, *w,„oudig,.. zei de man met
der mcotine herat dan een dikke sipaar. en TV doenin „toftn 0 met rcRencn wou ik
„Dat is jou schuld zei Cohen, ze zit er toch."
Msb.
DA1 KRAS.
Een vergeetachtige man kwam op ©en keer
thuis na een hevige regenhui.
„Ik ben door water nat", zei hij tot zijn.
vrouw, „ik had mijn parapluie vergeten."
Zijn vrouw verwonderd dat hij zich herinner-
le rookers weten dan cok bij ondervinding dat
een „vette" sigaar veel meer effect heeft dan
een „magere" sipaar of cigaret. De onaangena
me gewaarwordingen die iemand die niet ge
wend is te rooken. opdoet wanneer hij een si-
paar die uitgegaan is weer aansteekt, kunnen
op dezelfde wijze verklaard worden.
m*n parapluie dichtdoen en merkte ik, dat ik
er geen had."
MOZART EN WONDERKINDEREN.
Mozart had het land aan wonderkinderen,
hoewel hijzelf reeds op zijn dertiende jaar com
poneerde.
Eens vroeg zoo*n vroegrijp muzikantje hem:1
Stand1 Zwart, 6 schijven, op: 8 9 13 ld 19
23, dam op 48.
Stand Wit, 10 schijven, op: 21 22 28 32 34
37 38 40 42 47.
Goede oplossingen ontvangen van L. Schuite
maker, Wognum, J. Sterk, Hoogwoud, P. de
Groot, Warmenhuizen, K. C. Troostheide, Lut
jewinkel.
Wit begint geldt voor ieder probleem.
Oplossingen steeds binnen 8 dagen.
De volgende diepe slagzet werd uitgevoenS
door dein heer P. de Groot:
Stand Zwart: 3 7 9 12 13 14 16 tot 19 23 24.
Stand Wit: 21 26 27 28 32 33 34 38 39 42 43 4A
Wit: 27—22 34—30 33—29 39 30 28—23 42
2 30, wint.