r
t
TWEEDE BLAD.
Raad Anna Paulowna.
FEUILLETON.
Een Levensweg
Raad Winkel.
Uondrrtiag 11 October 1923.
66ste Jaargang. No. 7314.
(Vervolg).
Bij den post jaarwedde ontvanger vindt voorzit
ter het heter den' post op f2200.— te houden in-
plaats van op f1200, het bedrag waarop de Raad de
jaarwedde bepaald heeft willen zien, doch waarover
nog geen beslissing is afgekomen.
De heer Keuris vindt het beter de consequentie
van het raadsbesluit te aanvaarden.
Voorzitter merkt op dat de Raad "het salaris niet
heeft vastgesteld, doch de Raad is alleen gehoord.
Spr. heeft echter geen bezwaar den post op f 1200 uit
te trekken.
Aldus wordt besloten.
Bij deni post jaarwedden- ambtenaar ter secretarie
enz., zegt de heer Kossen uit de besprekingen die zijn
gehouden over het combineeren van de betrekkingen
van ambtenaar ter secretarie en ontvanger, de con
clusie te hebben getrokken, 'dat de volontair ter secre
tarie wel zou kunnen worden gemist. Spr. kwam tot
die conclusie, omdat als de ambtenaar tevens ont
vanger werd, een deel van hefr werk onder de secre
tarie-uren zou worden gemist.
Voorzittêr zegt dat de volontair niet gemist kan
worden en bij combineeren van de betrekkingen amb
tenaar ter secretarie en ontvanger zou een ambte
naar moeten worden aangesteld. Spr. wijst er op dat
de volontair geen volle kracht is en studeeren moet.
De heer Kossen meent dat de jongedame niet ge
salarieerd wordt naar haar capaciteiten. Zij* kan
meer werk presteeren en spr. noemt dat voor haar
niet prettig.
Voorzitter erkent, dat wanneer de volontair zou
solliciteeren, zij een aanbeveling &ou krijgen. Zij is
bij haar ouders thuis en men is blijkbaar tevreden
met de tegenwoordige regeling.
De heer Kossen vraagt nog of de f300 salaris is
of toelage.
Toelage, antwoordt voorzitter en ais een andere vo
lontair noodig is, moet dit opnieuw worden vastge
steld.
De post blijft gehandhaafd.
Voorzitter-wil den post gratificatiën veldwachters
bij kermis enz. verhoogen met f50.om ook Braaf,
die nu en dan als onbezoldigd veldwachter optreedt,
een vergoeding te geven. Spreker heeft bij die gele
genheid wel eens hulp noodig en dan heeft hij graag
Braaf, die een eerlijke, kalme man is.
De heer Looij vraagt of Braaf verplicht is dit te
doen, want de Raad heeft indertijd juist het bode
schap willen scheiden van het politiecorps en nu
wordt het weer vereenigd.
Voorzitter wijst er op dat voort het controleereni der
belasting het noodig was dat Braaf werd onbezoldigd
ambtenaar en nu hij1 dat is heeft spr. liever Braaf
dan dat hij een andere rijksveldwachter moet laten
komen. Als Braaf bezwaren had, zal spr. hem niet
verplichten en spr. zal er ook op letten dat Braaf niet
te veel werk krijgt, omdat de dokter al eens gezegd
heeft dat Braaf het niet te druk mag hebben. Als
hij zich te vermoei^ gevoelt, beboeft hij 't niet te
doen. -,c
De post wordt met f 50 verhoogd
Bij' den; post gratificatie rijksveldwachter te Bree-
zand, vraagt de heer Looij waarom de gemeente nu
die f200 moet betalen.
Voorzitter zegt dat we in^dezen het Rijk naar de
oogen zien, opdat we hier een veldwachter houden.
Spr. herinnert er aan dat de gratificatie aan den
vcrigen rijksveldwachter is verminderd, later geheel
is ingehouden, maar nu we er weer een hebben die
wat geschikt is, zou spr. de gratificatie weer willen
verleenen. U kan. nu wel een beetje kwaad op hem
wezen, maar hij is toch wel geschikt.
De heer Looij zegt dat het goed is ails hij1 zijn
dienst goed verricht, maar als het maar zóó-zóó
wordt, als de taktiek niet zoo is als zij behoort, dan
begint spr. te twijfelen. Als de man het verdient
is spr. er niet tegen.
De heer Koorn meent toch dat men er voorzichtig
mee moet wezen, zoo met lof over den veldwach
ter te spreken, hij is er nog maar een half jaar en
we hebben het met ddh vorigen gezien.
Voorzitter herinnert zich niet over dien met lof
te hebben gesproken en 'fc is spr. geweest die aller
eerst aangedrongen heeft Op vermindering van diens
gratificatie en naderhand op algeheel intrekken»
•Ook deze .post blijft gehandhaafd,
De heer Koorn vraagt of voor het silicaten prijs
opgaaf aan metselaars en schilders wordt gevraagd.
Voorzitter antwoordt bevestigend.
Door den heer Komen, wordt de wenschelijkheid be
toogd om aan de schoolkinderen te verstrekken drie-
maandelijksche rapporten.
Voorzitter zegt dat hierover al meermalen is ge
sproken, maar dat het onderwijzend personeel er
tegen ls.
Opnieuw worden de argumenten voor en tegen het
verstrekken van dergelijke rapporten naar voren
gebracht en voorzitter zegt tenslotte dat B. en W.
zeer waarschijnlijk wel met een voorstel zullen ko
men.
De begrooting van het Burgerlijk Armbestuur wordt
goedgekeurd met een bedrag van f15080, met een
gemeentelijke subsidie van f12300.
Bij den post werkverschaffing voor werkloozen,
pn» mommie uitgetrokken, zegt Voorzitter te' hopen
dat er niet veel noodig zal wezen. Er is spr. beloofd
dat de menschen zooveel mogelijk bij de Zuiderzee
werken aan het werk gehouden zullen worden.
De begrooting van het G.E.B. wordt vastgesteld op
eru bedrag van f30901.75, met een post onvoorzien
van f1120.
Voorzitter acht het bij nader inzien gewenscht de
uitbreiding van het net op te dragen aan Dr. Ver-
hoeks.
De heer Keuris wijst er op, dat hierover in comité
is gesproken en dus eerst mededeeling m openbare
vergadering noodig is.
Voorzitter deelt dan mee, dat van bewoners in
den Grasweg en Boermansweg, evenals van de Krom-
metocht, het verzoek om aansluiting aan het elec-
trlsch net is ingekomen. De kosten worden geraamd
op f14000 en de verzoekers moesten nu een stroom
verbruik van 15 is f2100 garandeeren. 60 Aan
sluitingen zullen dus ongeveer noodig zijn en dit nu
schijnt voor elkaar te komen. Bij nader inzien nu
achtPn B. en W. het beter deze plannen tot uitbrei
ding in handen te stellen van Dr. Verhoeks, omdat
oh. ook de vraag naar voren komt of hst transft r-
ruatorgebouw met deze uitbreiding niet te zwaar
wirdt belast.
De heer Kossen vraagt wanneer er een transforma
torgebouwtje bij moet, of die kosten dan ook valleu
ode uitbreiding. Voorzitter meent dat een en ander
zal afhangen van het rapport. Als het transformator-
j gebouw te zwaar wordt belast, dan zouden we den
kabel vanuit'Wieringerwaard kunnen afwachten.
De heer Lubbert informeert of de lijnwerker ook
1 vergoeding voor het gebruik van zijn rijwiel ont
vangt.
Voorzitter antwoordt van f25, maar gisteravond is
er over gesproken en is de vergoeding ook voor hem
op f 50 bepaald.
De heer Koorn informeert nog eens naar het ge
vaar dat kan ontstaan bij brand <Ü!oor het neervallen
van electrische draden.
De secretaris licht in, dat zoo gauw een draad een
geleiding raakt, de zekering in den1 paal doorbrandt
en menschelijkerwijs gesproken is er dus geen ge
vaar.
Ten aanzien van rijkssteun aan werkloozen," vraagt
de hr. Komen of er niet is ingekomen een circulaire
waarin bepaald wordt dat gemeenten die geen pen
sioenbijdrage van haar ambtenaren verhalen, niet in
aanmerking komen voor rijkssteun aan werkloozen.
Voorzitter zegt dat aan enkele gemeenten die voor
waarde wel is gesteld, maar het was geen alge
meen© regeling.
De beer Komen zoo verder voortaan bij hef
verslag van den toestand der gemeente gaarne
ontvangen een staat, waarop is aangegeven het
totaal van de vastgestelde inkomens in de ge
meente, opdat de raadsleden een overzicht hebben
naar het Engelsch van E. TEMPLE THURSTON
door W. J. A. ROLDANUS Je.
HOOFDSTUK m.
Op dergelijke wijze wordt het oordeel der mensche-
lijke natuur verdraaid door de beperkingen van haar
eigen persoonlijk vooroordeel. Geen man en geen
vrouw kunnen verder zien dan het wapen, dat hun
trots een wonde toebrengt. Jerningham's standpunt
was te verontschuldigen, omdat iedereen, als 't hem
persoonlijk betrof, hetzelfde gevoeld zou hebben. Hij
was versmaad, hij was veracht. De liefde, die hij
aanS6k°den had, een diep, gloeiend, onover
winlijk gevoel, had zij afgewezen, om op straat haar
eer te versjacheren. Zij had de poorten der liefde
van een man gesloten, om de deuren der Kerk open
te kunnen^ houden. En dat niet alleen, maar ter
rechtvaardiging van dit alles had zij hem gezegd,
dat zij door dat doen de absolutie van God deelach
tig kon worden. Zulk een logica had hem dol ge
maakt. Ieder antwoord, dat zij hem gegegeven had,
was een prikkel geweest, gedoopt in gemeen vergif,
dat door zijn aderen stroomde en zijn geest tot harts
tocht aanzweepte.
Dat voor zulk een gelpof de hoop, die hij gekoesterd
de.' d*e kij ^a" loeren kennen, als een stuk
brandhout in stukken gebroken moesten worden op
de knieën van een onverzoenlijke wet, zonder logica
en genade, was iets dat zijn verstand niet omvatten
kon.
Waarom moest zulk een wet, gemaakt door hen,
wier sympathieën hij niet deelen kon, in het aan
zijn geroepen worden, om zijn leven te verwoesten?
Hij minachtte die wet. Hij vervloekte haar. Hij
dankte God bitter, dat zij hem, ook al had zij hem
van alles beroofd, toch rein gelaten had. Dat was
tr »cst
En Nanno? Haar had zij ook beroofd van alles en
v. ^ad huiverend laten staan in de poel met
afschuwelijk onkruid, die geen dier aanraken en
geen mensch schoonmaken zou. Hij trachtte haar
standpunt te vatten, maar. hij wist, dat hij, hoe hij
Vn ^rac^^en zou> het nooit ten volle begrijpen
aar de oms^andtgheden waren toch heel goed
entbaar, zelfs voor een niet scherpen opmerker. Hij
hS zelfer en.met sroote edelmoedigheid zette
iüiQ 6igen verdriet ter zijde, om haar jammer
lijke positie te bestudeeren.
«iin ,.u?8 a-rm; dat verklaarde alles duidelijker dan
^F^011 van haar- Maar toch hoe armzalig
«;no?in '°1, d3e ZÜ zich gedwongen had te
rPn Trouwens was dat anders te verwachten?
r^L» ?Je al? Nanno hon niet vechten, om zich
™aken van het vleesch, dat geworpen
S!els des Levens- Zij had het geld
raS haar aan8«boden had. Dat alleen
reeds bewees volkomen haar absolute ongeschikt-
v*r2iV°2r ?aar ro1' Zi^ mc^st alles weten te grijpen,
verdiend of niet verdiend, wilde zij haar rol vervul-
moriifif1»,behooren. En dat kon zij niet. En een jam-
"ee*d van haar ongeschiktheid, een droevige
urua van haar verlatenheid, zooals hij haar in het
over het inkomen in de gemeente.
Voorzitter wijst er op, dat, de reclames nog zeer
laat worden behandeld en dus moeilijk de vastge
stelde inkomens zijn op te geven.
De secretaris zegt dat dan ook de reclames in
een staat kunnen worden aangegeven.
De gemeentebegrooting wordt hierna goedge
keurd met een post hoof aeljjken omslag van f 42.000
en een post onvoorziene uigaven van f 4744.76.
Bi» de rondvraag zegt ae heer Keuris dat nu
ook de lichtsterkte bij spr. is onderzooht en spr.
▼raagt wat B. en W. er over denken,
Voorzitter zegt dat het eon duistere geschiedenis
l», die nader onderzooht zal worden, Bü don beer
Keuri» en Ml Van Gijn is verandering merkbaar
als de hoor Waiboor zUn oleotrisob plano lu wer
king st-olt. bij andoren is weer niets te merken.
De conolusie wordt getrokken, dat er iets aan
de motor van de piano hapert en dat moet dus
onderzocht worden.
De heer Komen zegt, dat ondanks de bemoeiingen
van het gemeentebestuur de bewaking van den
spoorwegovergang aan den Grasweg Blijft opge
heven. Spr. vraagt het uiterste te willen beproe
ven om die bewaking te herstellen en geeft in
overweging, een schrijven te richten tot den Mi
nister, waarin de verantwoordelijkheid van het
gemeentebestuur wordt afgewezen.
Voorzitter zegt, dat dit reeds ia gedaan, maar
men wil er niet aan.
De heer Lubbert^ zegt, dat de laatste 9 dagen de
straatverlichting niet heeft gebrand.
Voorzitter vraagt of men dan voortaan spoediger
wil telefoneeren. Het is misschien een klein ge^
brek. Spr. zal een onderzoek instellen.
Hierna sluiting.
WINTERTENTOONSTELLINGEN.
Het ligt nog versoh in het geheugen, met hoe
veel succes we op versohillende plaatsen in West-
Friesland in den winter van 1921 een aantal win
tertentoonstellingen hebben gehouden. Eerst te
Lutjebroek .(waar men op de goede gedaohte was
gekomen), vervolgens te Andijk, Venhuizen, Wij-
aenes, Wognum, Oostwoud, Enkhuizen, Broek op
Langendijk, W armenhuizen, Hoorn, Wervershoof,
Obdam en Opperdoes en dit voorjaar te Noord-
Scharwoude en Onderdyk. Ongeveer 2000 personen
hebben deze tentoonstellingen bezocht, aan wien
voor meer dan f250 lectuur is verkocht, wel
een bewijjs hoe zij in den smaak gevallen zijn.
Wintertentoonstellingen, als deze, hebben dan ook
veel reden van bestaan. Op een groote tentoon
stelling heeft men per dag zooveel te zien dat men
het onderdeel: Plantenziekten, soms geheel over
slaat. Nfu heeft men in den winter daarvoor gele
genheid; d».n ia het niet zoo druk in den tuin
en kan men zonder bezwaar den geheelen dag aan
plantenziekten besteden.
Hadden we een vorige maal materiaal van aard
appelziekten en ziekten van groentengewassen, nu
wilden wij de ziekten van het fruit demonsttreeren
Daarom wordt aan tuinbouwvereenigingen in een
fruiteentrum aangeraden, van deze mooie gelegen
heid, die zoo goed als niets kost, gebruik te maken.
Ik stel mij voor, dat deze tentoonstelling gehou
den zou kunnen worden in: De Bangert, Scheilink-
üout, Wijdenes, Hem, Venhuizen,. Wogniim-Nibbix-
woud, Benningbroek-Sybekarspel, Winkel-Nieuwe
dorp, Opperdoes, Beemster en wellicht te Enkhui
zen en Andijk. Tuinbouwvereenigingen, laat deze
gelegenheid niet voorbij gaan, maar profiteert er
van. Er zal weer gelegenheid zijn om zich verschil
lende brochures aan te schaffen, zoodat we niet
overdrijven als we zeggen, dat deze tentoonstellin-
feïi veel nut kunnen afwerpen, temeer daar tel-
enmale een verklaring gegeven zal borden bij het
tentoongestelde. Laat men nu spoedig schrijven,
dan kunnen de voorbereidende maatregelen ge
troffen worden.
Tentoongesteld zal worden ziekten van ap
pel en peer: beschadiging door wintervlinder, kan
ker, schurft, bloedluis, ringworm, schildluis, appel-
bloesemsnuitkever, (kappertjes), wormstekigheid,
appelwants. Phytophthorarot Leptothyrium, Sto-
reuni (looaglansziekte), wespenschade, MonlJia,
Dopluis. Bladvlekkenziekte, dikkoppen, de o eren
van witvlakvlinder, ringel, rupsvlinder en groote
wintervlinder.
Ziekten van bessen: meeldauw, bessenspan-
rups (harlekijn), roest, 'bladvlekkenziekte, rond-
knop, wantsenbeschadiging, bessenbastaardrups,
(schuimspaantje), vuur.
Ziekfen van pruim: luis, roest, cicaden,
steenrups, heksenbezem, Monila, boomvaardzwam.
Ziekten van perzik: luis, krulziekte, spint.
Ziekten van aruif: meeldauw, valsche meel
dauw, pokziekte. Californisohe ziekte, roetdauw.
Voorts: oarbolineum (ook opgelost), Parysoh
groen, Oalif. pap, kopervitriool, vangbanden, lijm-
banden, sproelraaohines, nestkas tja».
Wellicht ook enkele vilthIorkesten, benevens ©en
flink aantal pleten. Zooals men «et, ls het de
moeite wel waard,
Opgaven worden ingewacht bij den
Controleur bij den Plantenziektenkun-
digen dienst te Hoorn,
K. VAN KEULEN.
Spoedeischende vergadering op Dinsdag 9 October
1923, des avonds half acht uur.
Voorzitter de heer J. Koomen Hz., burgemeester,
secretaris de heer A. de Ridder.
Aanwezig ajlle leden.
Na opening der vergaderinigi deelt voorzitter mede,
dat deze vergadering spoedeischend is belegd op
verzoek van den burgemeester van Nieuwe Niedorp
in verband met de gasvoorziening van Moerbeek en
Nieuweweg.
Eerst wordt gelezen een schrijven van de Gascom-
missie, waaruit blijkt dat deze commissie in haar
vergadering van 29 Sept. J.l. heeft besloten naar aan
leiding eener kostenberekening van den gasdirecteur,
om Nieuweweg en- Ooster-Moert>eek van gas te voor
zien. De kostenbegrooting is f 13280, met inbegrip van
meters. De goedkeuring der belde Raden wordt op
dit besluit gevraagd.
De burgemeester van Nieuwe Niedorp had onder
d.d. 8 October een brief gezonden om nog heden (8
Oct.) een raadsvergadering te beleggen, omdat de
firma Wilson haar prijsbepaling over de gasbuizen
i niet langer kon handhaven. Voldoende was om eerst
een voorloopige beslissing uit te lokken. Een vol
doende aantal handteekeningen van menschen' die gas
wenschten, was verkregen.
Voorzitter deelde mee, dat deze raadsvergadering
niet gister! kon worden gehouden en daarom nu
plaats heeft.
Wordt gelezen een verklaring van' een 10-tal bewo
ners van den Nieuweweg dat zij gas wenschen, dito
van 23 bewoners van Ooster-Moerheek, samen dus 33
aansluitingen.
De heer Meijer, gasdirecteur, geeft naar aanleiding
van, een vroeger reeds gemaakte berekening een be
cijfering. Deze ongeveer 30 aansluitingen zijn bero-
kend tegen een minimum-verbruik van 25 M3. per
maand of 300 M3. per jaar, dat wordt te zamen
9000 M3. Aan gasprijs wordt dus ontvangen, f 1355,
meterhuur f72, cokes f490, te zamen f1917. Af 32
ton kolen f20 is f640, blijft over f1267. Als de
'school met gas verwarmd wordt is het overschot
f 1427. Het kostenbedrag is f 13280, voor rente en af
lossing 10 is f 1328, dus is er nog een klein over
schot als de school met gas wordt verwarmd. Dit is
alles berekend op een minimumverbruik, terwijl de
overtuiging1 is dat meer gas ml worden verbruikt.
Voorzitter doet nu mededeelingi wat in de gascom-
missie is besproken. Van die commissie is op verzoek
van Nieuwe Niedorp ook een spoedvergadering be
legd, onder de mededeeling dat Mioerbeek weuschte
I te weten of er gas kwam, anders werd er aangeslo
ten bij het electrisch net te Barsingerhorn. Spr. legt
'nu een andere berekening over. Als men het getal
j aansluitingen neemt die er thans zijn en het schuld-
I bedrag der fabriek, dan blijkt dat op elke aansluiting
een schuld rust van f 260. Als deze schuld voor deze
j uitbreiding daarbij wordt genomen, dam wordt die
schuld f266 als er 40 aansluitingen bij komen en f 2Q8
lals niet meer dan 33 aansluitingen komen. Dit ver
schil is niet groot. En deze vermeerdering van schuld
omgezet in een gasprijsberekening, dan brengt dat
een gasprijsverhooging mee van 3/10 cent bij 40 aan
sluitingen en van 4/10 cent bij 33 aamsluitingen.
Regent gezien had, rees voor hem op.
Misschien had hij te ruw gesproken. Misschien had
den zijn woarden meer gewond dan hij bedoeld hab,
In die atmospheer en in die omgeving, bezoedeld
door den heeten adem van andere mannen, had hij
vergeten, dat hij sprak tegen Nanno Nanno, die
in de stilte des avonds het vee naar huis gedreven
had; Nanno, die, met haar zacht hoofd geleund te
gen haar flanken, in den stal de koeien gemolken
had. Hij hield zijn stap in bleef dan staan.
liet waren harde, woorden geweest, die hij tegen
haar gebruikt had. Zou zij hem vergiffenis schenken?
Zijn geweten begon te spreken, hem te hinderen. Hij
keerde zich om en liep terug, steeds harder en har
der.
llij overwoog de woorden, die hij tegen haar zeggen
zou niet. Hij wist zelf niet welk een houding hij
aannemen zou. Hij liet het geheel aan de omstan
digheden en het oogenblik over wat hij haar aan zou
raden te doen. Dat zij haar tegenwoordig leven zou
opgeven was het eerste, waar hij voor zorgen moesf.
Wanneer haar een andere maniervom in haar onder
houd te voorzien aangeboden \j&rd, zou het niet
moeilijk zijn haar daartoe over te halen. Hij, betwij
felde het geen oogenblik, dat de nood werkelijk
heel groot geweest moest zijn om haar tot zulk een
leven te drijven. Hoe duidelijk kwam niet haar eer
bied voor hem uit in 't feit, dat zij hem, hoewel zij
wist, dat hij haar liefhad, nooit iets gevraagd had.
Die gedachte stroomde als warme wijn door zijn
bloed. Dat tenminste verried te midden van al haar
vernedering een g^potheid van hart, die bijna adel
genoemd mocht worden: en al. mocht zij een prooi
zijn voor de lusten der mannen, daarom zag hij
met eerbied tegen haar op. Andere vrouwen zouden
dat niet gedaan hebben. Zij zouden jammerbrieven
geschreven en de enveloppe met een berekenende
tong natgelikt hebben. Maar Nanno had daarboven
gestaan.
Neen, zij, moest gered worden en hij ging terug
om haar te redden,. Hij was nauwelijks een, honderd
meter van het gebouw, waarin ziji woonde, af, toen
hij de zwarte gestalte van. een vrouw uit de gapende
opening, waarvan hij nu vist., dat het de deur was,
komen zag. Een donkere sjaal was over haar
schouders geslagen en puilde aan een kant mis
vormend uit, alsof zij daaronder een zwaar pak
droeg.
Het was natuurlijk genoeg, dat hij, vóór hij haar
feitelijk herkende, onxniddelijk aan Nanno dacht.
Zóó overtuigd was hij van haar identiteit, dat hij, in
plaats van naar binnen te gaan, om te kijken of zij
er nog was Gverstak naar de overzijde der straat en
in de schaduw der winkels blijvend, haar vlug na
liep tot hij zóó dicht bij haar was, dat hij haa.* her
kennen moest. De volgende lantaarnpaal, die zij pas
seerde, gaf hem zekerheid, Het was Nann-» Wat
deed zij? Waar ging zij heen in dit ijselijke uur \un
den r acht?
Zij liep recht door, zonder naar rechts of naar
links te zien. Een vast doel scheen haar te leiden.
Sloeg zij een hoek om, dan deed zij het zonder aar
zelen. Zij had klaarblijkelijk een bepaalde plaats
van bestemming. De stappen, die zij nam, waren
niet vlug. Had hij niet geweten, dat het onmogelijk
was, dan zou hij gezegd, hebben, dat zij slaapwan
delde. Eenmaal aarzelde zij. Onmiddellijk bleef hij
staan. 'Hij dacht, dat zij op het punt ston<J terug te
g&an. maar dan zag hij, dat het alleen was om het
zware pak, dat zij onder haar sjaal hield, wat ge
makkelijker te kunen dragen. Toen zij dat gedaan
had liep zij weer verder en iets vlugger dan daar
voor.
Van de St. Martin's Lane kwamen zij op Trafal-
erar Sauare, zij op 'fc trottoir links, Jerningham op
het rechtsche.
De standbeelden onder de bescherming van de
Column rezen in de donkerte op als zwarte schim
men. jüe de nacht tot rust gebracht had. erningham
liep er langs zonder ze te zien; hij had' slechts oogen
voor Nanno, die in deze groote ruim^ zoo aandoen
lijk verlaten leek.
Toen zij bij het'postkantoor kwam, sloeg zij zon
der aarzelen den Strand in. Jerningham volgde haar.
Maar bij bet Charing Cross Station, waar het hek
het binnenplein van den weg scheidt, bleef hij staan.
Het licht was daar te fel. Hij wachtte in de don
kerte tot zij ver genoeg vooruit zou zijn om hem
niet meer te kunnen herkennen, als hij de open
ruimte overstak. Hij wilde juist verder gaan, toen
zij de straat overstak en in de Villers Street, die naar
den Embankment leidt, verdween.
Een beangstigende gedachte rees in hem op en het
voigenije oogenblik had hij den afstand tusschen zicü
en het einde van de straat met groote stappen af
gelegd. Toen zij den hoek omsloeg, was zij nauwe
lijks dertig passen Voor hem; maar hier was het
licht niet fel en de gedachte, die in hem opgekomen
was, liet hem nog niet met rust. Hij'bleef niet staan
om haar den afstand te laten vergrooten; veeleer
verkleinde hij dien. Zij bleef recht door loopen in de
richting van het onaergrondsche stalion aan het
einde. Vóór zij daar was, sloeg zij scherp rechts a..
„God!'' riep Jerningham binnensmonds uil en
een koud zweet bedekte zijn geheele lichaam. Zy
was de treden van de Huiigerold Bridge opgegaan.
Nu kon hij haar niet meer zien: hij begon hard
te loopen en kwam onder de steenen trap, toen hij
haar den eersten hoek hoorde omgaan.
Daar bleef hij staan. Was hy krankzinnig? Wat
had hij met dit alles te maken? Maakten het uur
van den nacht en de heksen der duisternis hem
dol? Het sóórt leven, dat Nanno leidde, kon haar
op dat:uur van den nacht best voor het een of
ander ontuchtig doel op straat brengen. Stel, dat
hij haar aannield en zag, dat zyn angst hem op
een dwaalspoor gebracht had. Dit alles kon een
zeer verklaarbare reden hebben. Maai* in zijn geest
ling nog steeds de herinnering aan de harde
woorden, die hij tegen haar gesproken had, Krank
zinnig of niet krankzinnig, hij kon het niet uithou
den en twe etfeden tegelijk nemend, liep hy haar
na. Toen hij boven aan de trap kwam, was Nanno
reeds enkele yards op de smalle brug. Onder haar
het modderige water glansden als een rij dansende
I oogen de weerkaatsingen der lichten van den Em-
bankment. Niets bewoog zich op de rivier. Tot
de volgende brug was alles slapend water.
1 Hij durfde geen blik van haar afhouden. En
thans liep hij op zijn teenen. Het noodlot scheen
wonderbaarlijk met haar samen te spannen, in
dien dkt inderdaad haar hedoeling was, want
niemand was te zien.
Een paar maal wachtte zy even en keek over de
leuning naar beneden. Eindelyk bleef zij heelemaal
stil staan zy gaf nu zelfs nog aan Jerningham
den indruk van slaapwandelen en legde haar
handen op het houten hek, als om zich op te heffen
Voor den man. van de daad was dat meer dan
genoeg. Met haar naam op zijn lippen sprong hy
vooruit.
Met een krampachtigen ruk van haar hoofd keek
zij .rond. Dan zette zij vlug haar voet op het ijzer
werk. Een zacht gekreun klonk van h&ar lippen.
Haar voet gleed uit. Met inspanning van alle
krachten probeerde zij het, gehinderd door het
pakje, dat zy vasthield, nogmaals; maar ditmaal
was zij, Jt^aar lichaam tot haar middel boven de
leuning uit oprichtend, op het punt haar even
wicht te verliezen, toen hij bij haar kwam.
Zij was verloren misschien was er geen
twijfel aan, dat zij verloren was maar dit was
de dood. llij maakte een schroef van zyn armen
en hield haar daarin vast.
Als een kony'n, dat zich wringt tusschen do
stalen tanden yan zyn strik, worstelde zij in zijn
armen.
„Laat mij los!" schreeuwde zy. „Laat mij los!
Ik wil niet leven! Ik kan niet leven!"
De vleselijke godslastering van die woorden
deed hem zijn spieren spannen.
„Het- gebeurt niet, Nanno i" zei de hy met intense
kalmte. „Er is een beter leven dan hetgene, dat
achter je ligt!"
Zjj worstelde weer, doch nu zwakker.
„Wat heb jij daar?" vroeg hij, terwijl hij naar
het pak voelde, dat zij in haar armen hield.
Zij antwoordde niet. Door haar worsteling beefde
haar lichaam als een grassprietje, waar de
wind mede speelt.
„Wat heb je daar?" vroeg hy weer. Hy trok
den rand van de sjaal weg. De glazige oogen
van een baby staarden in de zijne: zyn gezicht
was blauw koud dood.
Een verstikkend gevoel, dat hij een vrouw, be
zwaard door een misdaad, belet had den
dood te vinden, maakte zich van hem meester.
„Hoe hoe is ;het gebeurd?" vroeg hij. Dit was
het kind, dat een uur. tevoren geleefd had en hen
beiden had doen rillen door zijn schreeuwen.
„•Hoe is het gebeurd?" herhaalde hij.
„Toen wegging de woorden kletterden
byna onhoorbaar tusschen haar tanden,
„Ja: toen ik wegging leefde het hoorde
ik het huilen."
Het was zyn laatste kreet. Ik vond het dood
m de keuken. Ik had niets anders wat kon
u anders verwachten? Ik ben voor hem blijven
leven."
„Waar is zijn vader ken je hem?"
„Mijn echtgenoot."
Jerningham probeerde te begrijpen.
„Wanneer?"
„Nadat nadat ik uit den Fulham Road weg
gegaan ben."
Deze enkele woorden tooverden met een ruwen
en vluggen streek een schilderij, waaran slechts de
afstand van tijd perspectief verleende. Hy zag
het beeld, dat plotseling onder het licht gebracht
werd. Of de bijzonderheden juist waren of niet,
overwoog hi.i niet. Hy zag de schilderij.
Dan wonden zijn armen zich langzaam dichter
om haar heen. Hy bracht zijn gezicht bij het hare
hij huiverde dnu kuste hij haar.
EINDE.
