haar te pleiten voor belooning, Spr. geeft 't maar al»
voorbeeld dat bij ziekte door de hulp van volontair
het een week of wat gered werd en aat de Baad dan
tot de conclusie kwam dat het rechtvaardig was, haar
voor die extra werkzaamheden een kleine belooning
te geven. Het is toch geen weggegooid geld.
De heer Pluister is het in beginsel met den heer
Noordijk eens, maar na de toelichting van den voor
zitter en den heer Visser gaat hij met het voorstel
van B. en W, mee.
De heer Gaijaard: Stel je voor dat de ambteno-
resse solliciteerde en we zouden voor dat bedrag geen
andere" kunnen krijgen
De heer Kooij.: Voor f 100 minder, bedoel je.
De heer Gaijaard: Of omdat het een goede kracht
Is wilde men haar "houden en gaf daarom meer
salaris.
Do heer Kooy wijst op <3en post: onvoorzien.
De heer Gaijaard vindt den post „onvoorzien" ook
wat laag en als deze f100 er dan ook nog af zou
moeten. Spr. wil accoord gaan met het voorstel-
Nc ordijk op- voorwaarde dat straks besloten wordt
<Jif f 100 bij onvoorzien te doen.
De heer hoordijk: Daar zullen we straks over pra
ten. Het gaat nu over dezen post.
De heer Wit gaat meo met het voorstel-hoordijk.
Er wordt wel gezegd dat als het niet noodig is, het
geld niet wordt uitgegeven, maar spr. is van ge
dachte als -er wat ruim geld is er dan ook ruimer
wordt gedaan.
Voorzitter: Zouden we de tering naar de nering
zetten, Uenk je?
Do heer Wit: Het zou kunnen zijn.
Het voQrstel-Noordijk wordt aangenomen met 4
tegen 3 stemmen, tegen stemmen de heeren Pluister,
Gaijaard en Visser.
De hoer Noorddijfk stelt voor den post onderhoud
aankoop meubelen voor raadzaal, secretarie enj bode
kamer to ramen op.f25.
li. en W. vinden deze raming wat weinig, 't Is
niet wenschelijk opzettelijk te laag te ramen, om
dat bij noodzakelijke overschrijding B. en W. eerst
machtiging van den Raad moeten hebben, wat aan
leiding kan géven tot moeilijkheden.
In zijn toelichting wijst de heer Noordijk er op
dat hij niet zou weten waar de uitgetrokken f100
voor noodig zouden wezen. Ziet er op do secretarie
enz. allemaal keurig uit
De "heer Gaijaard meent dat als er iets aan de
schrijfmachine moet gebeuren, f 25 niets te noeipen.
is. Vorder heeft het vorige college van B. en W. al
eens er over gesproken dat de toestand op de secre
tarie niet zoo schitterend is. Het licht komt aan één
kant binnen en de zon komt er nooit in. Als een kast
weggesloop't werd zou een flink, raam geplaatst
kunnen worden. Dan zou e«i bijdrage van f28 ver «n
ver overschreden worden. Spreker zou het op hoogen
prijs stellen als deze verbetering in de secretarie
werd aangebracht.
De heer Noordijk wijst er den heer Gaijaard op
dat het hier gaat om den post onderhoud en aan
koop van meubelen en niet over onderhoud van open
bare gebouwen.
De heer Gaijaard vindt het niet goed dat als er
iets komt, het bij suppletoir© begrooting gevonden
meet worden. Spr. gelooft dat er aan de schrijf
machine ook wel wat moet gebeuren.
De heer Pluister denkt niet dat de schrijfmachine
onder dezen post valt.
De heer Wit is er niet voor den post hooger te
ramen dan noodig is en wijst er op dat er voor de
secretarie nieuwe stoelen zijn aangeschaft, zonder or
den raadsleden in te kennen, zelfs niet in comité.
Hot was zeker wel noodig voor verfraaiing.
Voorzitter zegt dat de stoelen noodig waren en
of B. en W. buiten hun boekje zijn gegaan, weet hij
mot. Spr. zegt dat vroeger bosloten is van de op
brengst van eon stukje grond de boel op de secretarie
wat op te knappen.
Do hoor Visser: Wel eon bewijs hoe zuinig er be
heerd wordt.
De hoer Wit zegt dat do Raad gepasseerd is.
Voorzitter: Dan is 't me ontgaan, we hebben aan
schaffing zoolang mogelijk uitgesmoerd.
Do heer Wit wil niet zeggen dat de stoelen niet
noodig waren, maar in plaats van 0 luxo stoelon
zou wol kunnen zijn volstaan mot 3.
Voorzitter zegt, dat hot toch een «oortig eompli-
montje is aan B. cm W. en dat hot degelijke stoelen
zijn.
Door den secretaris werd er nog op gewezen dat
wel noodig was een tafoltjo voor do schrijfmachino.
De heer Wit wil den post op f 50 bepalen, do hoer
Noordijk gaat met dat voorstel accoord en trekt zijn
voorstel in.
liet voorstel-Wit wordt aangenomen met 4 tegen
3 stemmen, tegen de heeron Pluister, Gaijaard en
Visser.
1UJ den post jaarwedde schoolarts en schoolver-
ploeg.ster stelt de heer Noordijk voor, den post te ver
lagen tot f 100 en goon wedde voor een schoolver-
pleegster uit te trekken.
B. en W. ontradon ernstig dit voorstel aan ts ne
men. Het hygiënisch schooltoezicht is van te groot
belang cri de schoolarts en -verpleegster zijn van te
r>oden willen, om nu al, na een ervaring van slechta
maanden, op deze wijze een, want daar komt het op
neer, ongunstig oordeel uit te spreken.
Do heer Noordijk licht toe, dat de aanstelling van
<!o school verpleegster nog van zeer korten datum ls
en apr. meont, dat die aanstelling door den ouden
Raad overhaast is gegaan. De motleven zijn niet ge
wikt en gewogen. Het hoofdmotief was niet, dat de
verpleegster den doktor moost helpen, maar 'at toe
zicht móest warden gehouden op het reinhouden van
de schoollokalen.
Spr. meont evenwol, dat dit niot hei. terrein is voor
do verpleegster, maar voor het' hoofd der school. Het
hoofd eener inrichting dient toe te zien, of de loka
len behoorlijk worden schoongehoudon ep zoo niet,
dan dient er oen rapport bij B. en W. in to komen.
Wel is er eens een klacht d'oor het Hoofd der school
geul., doch het antwoord is geweest, dat het vermoe
delijk aan de instructie van de school schoonmaak
ster lag. Spr. wijst er voorts op, dat de verpleegster
in dienst is van Het Witte Kruis, dat zij hulp verleen-
de bij de werkzaamheden van den dokter. In de kwa
liteit als verpleegster bij Het Witte Kruis genoot zij
een salaris en spr. ziet in de bezoldigde betrokking
van school verpleegster een verkapte salarisvorhoo-
ging. Spr. vermoedt sterk, dat wanneer om salaris-
vorhooging aan hot Witte Kruis was gevraagd, nul
op het request was verkregen. Met alle waardeering
voor het werk van de zuster, spr. meent, dat het niet
opgaat dat haar werk wordt opgedragen buiten het
Witte Kruis om. Bovendien bestaat het gevaar, dat
zij straks ook hot toezicht krijgt op de school te
Moerbeek, 't Veld en Oude Niedorp en dan zou ten
slotte het gevolg zijn, dat we met één zuster niet
konden volstaan, want) dat ze geen tyd genoeg had
voor ander werk.
De heer Wit wtjst er op, dat hoewel de zuster ook
aangesteld is als schoolvorpleegster voor Moerbeek»
zij in deze 3 maanden nog geen enkele keer in de
school is geweest. Stel je voor, dat dit nu 4 maal in
een jaar gebeurt, dan vindt spr. een vergoeding van
f50 toch te hoog.
De heer Visser meent, dat hier niet behoeft te wor-'
den gevraagd, wat hot Witte Kruis zal doen. Juist op
initiatief van Dr. Maats heeft zijn vrouw het Voor
stel gedaan. De verpleegster hielp den dokter niet al
leen bij het uitkleeden der kinderen, maar juist bij
het reinigen, enz. Als punt no. 2 is er bijgekomen het
schooloezicht. Den hoer Wit atnowordt spr., dat het
niet in de instructie staat, dat zij elke maand in de
school moet kijken, maar als er een geval voorkomt)
moet zij er heen. De doktor gaat niet alleen in Mei
de kinderen na, maar het heele jaar.
De heer Noordijk zegt, dat de -taak van den dokter
alleen is de gevallen er uit te halen, de ouders wor
den dan gewaarschuwd; en de verzorging komt voor
rekening der ouders,
De beer Visser: Gedeeltelijk wel, maar dat is niet
altijd mogelijk. Spr. meent, dat het niet zoo gemak
kelijk te beoordeelen is en het zou een klap in 't ge
zicht wezen, wanneer nu de school verpleegster niet
meer gewenscht werd.
Wanneer spr. er op wijst, dat de schoolverpleegster
nu 3 maanden in functie is, wijst de heer Noordijk er
op, dat toch do oude Raad al vermoedde, dat er be
zwaren zouden bestaan bij den nieuwen Raad.
Do heer Visser ontkent dat, doch de heer Noordijk
wijst op de interruptie van den heer Borst, dat het
beter geweest was, het aan den nieuwen Raad over
te laten. Spr. vraagt, of dat voorstel van Mevr. Maats
ook schriftelijk is ingediend, of dat het zoo ter tafel
is gebracht.
De heer Visser: Neen, schriftelijk.
De heer Pluister wijst op de korte ervaring die de
gemeente thans heeft en gelooft, dat de zaak haar
goede zijde heeft. Laten we voor volgend jaar een uit-
I veerig rapport afwachten en dan overleggen.
I Een langdurige discussie volgt nog over deze kwes-
tie, waarbij1 cfe heer Noordijk nog opmerkt, het niet
goed1 te vinden, dat de zuster 2 meesters dient, de
heer Gaijaard zegt, dat de vele werkzaamheden, die
de zuster verrichtte, oorzaak waren van de aanstel-
I ling, de heer Kooij, dat hij weinig voor het insti
tuut sclioolverpleegster toelt, maar dit jaar den post
wil handhaven, enz. enz.
Het resu»taat is tenslotte, dat de post gehandhaafd
blijft.
Bij den post bijdragen in kosten'van Rijks Hoogere
Burgerscholen stelt de heer Noordijk voor dezen post
met f 1 te"verlagen, als protest tegen de eenzijdige
oplegging van lasten door het Rijk aan de gemeente.
B. en W. zeggen, dat deze zaak in behandeling is bij
de Vereen, van Ned. Gemeenten en dat het Rijk niet
meer doet dan geoorloofd is. Alleen zou kunnen wor
den gesproken van een bevoordeeling van de ge
meenten van vestiging, in den vorm van inkomsten
uit belastingen en het - gemakkelijk bezoeken der
scholen door onvermogende leerlingen uit de plaats
van vestiging en voorts zou men het volle, verhaal
onbillijk kunnen achten, omdat het bezoeH»D van die
scholen uit buitengemeenten al heel wat andere koe-
I ten veroorzaakt.
De heer Noordijk zegt, zijn voorstel alleen maar te
'doen opdat het ter kennis komt van Ged. Stateru
De heer Gaijaard overweegt nog een motie, maar
dat ko&t gold. Spr. wil dat de eerstvolgened vergade
ring van de Vefeen. van Ned. Gemeenten bezocht
wordt door onzen afgevaardigde, opdat gevraagd kan
worden, hoe deze zaak er voorstaat.
De post wordt met f 1 verlaagd en een schrijven zal
aan bovengenoemde vereeniging worden gericht, om
bericht over deze kwestie.
De heer Noordijk stel vervolgens voor, na art. 131
een artikel in te voegen, als bijdrage van andere ge
meenten in de kosten van de Naaischool en dezen
post te ramen op f 150.
B. en W. achten het niet zeker dat dit bedrag zal
binnenkomen, en een dergelijke raming zou dus de
begrooting flatteeron. Het bezoeken van do naaischool
door leerlingen uit buitengemeenten ls te beschou
wen als een vergrooting van het inkomen van de on
derwijzeres. Indien de buitengemeenten de kosten
gingen verbalen, zou het aantal leerlingen er onder
lijdien en zou onze gemeente verplicht zijn do kinde
ren te ontvangen. De school is ln de eerste plaatse bo
stemd voor leerlingen uit deze gemeente en het ligt
vooral op den weg van b.v. „Volksonderwijs" voor de
school propaganda te maken.
De heer Noordijk zegt, dat hij tot zijn voorstel ge
komen is omdat hij de kosten ad f 655 te hdog vindt,
voor 14 leerlingen uit onze gemeente. Daar or thans
14 van de buitengemeenten aan dat onderwijs deel
nemen,. heeft hij de bijdrage afgerond op f150, naar
eon berekening van f 10 per kind. Als de Raad denkt,
dat dit te hoog is, kan het bedrag op f 100 worden be
paald, Wij betalen ook mee aan alle soorten onder
wijsinrichtingen
Door den boer Visser wordt er op gewezen, dat bij
verhaal onze gemoente niot meer zoo vrij is. Heli aan
tal leerlingen is sterk afwisselend, het gaat niet per
Jaar, maar per maand, ja zelfs soms per woolc Bo
vendien komon de kosten door de nieuwe samenstel
ling van de begrooting, al bijzonder slecht uit, door
dat 't onderwijs kos f 450 en als onderhoud lokaal ge
raamd wordt f200. Nu door don heer Noordijk aan
merking op den post wordt gemaakt, wil spr. daar
op oven wljzon. Er is ook al eens overwogen, het
aantal onvormogenden uit te breiden, het is algemeen
bekend, dat Nieuwe Niedorp zoo'n uitsteken^ naai
school heeft.
De heer Noordijk heeft geen herwaar bet aantal
leerlingen uit te breiden, dan komt hot geld tenmin
ste tot zijn reebt.
Na eenige discussie wordt besloten oen memorie-
post van fl.— als bijdrage van buitengemeenten op
de begrooting te plaatsen eh B. en W. zullen verder
overwegen of misschien een vergoeding per leerling
per maand aan ds buitengemeenten kan worden ge
vraagd.
Bij den post kosten verpleging krankzinnigen stelt
de heer Noordijk Voor don post met f 500 te verlagon
t*i verhaal uit te oefenen op de familieleden van
armlastige krankzinnigen.
B. en W. zeggen, dat door het oefenen van verhaal
op familieleden dezs post niet wordt onlast, dat
kan alleon door hetgeen sub 9o wordt beoogd. Voor
het verhaal moet een ontvangstpost worden geraamd
met daar tegenover oen uitgaaf als uitkeoring van hot
uandeol aan het Rijk en de Provincie.
B. en W. zijn reeds in die richting workzaam en
men hoopt wel een bate hieruit te krijgen. Het zou
echter de begrooting flattewren als men hiervan meer
dan een memorlopost maakt.
De heer Gaijaard deelt mee dat een geval in han
den is bij den Kantonrechter, maar spr. vindt hot
gewaagd een post van f500 op do begrooting tn
plaatsen B. en W. zullen werk van deze zaak maken.
De heer Noordijk wil den post contributie Zuider-
zeevereeniging schrappen omdat men hem niet Aan
toont welk nut deze vereeniging heeft.
B. en W. meenen dat de taak van deze vereniging
nog lang niet is afgeloopen. Vooral voor deze streken
is haar werk van belang te achten, tenminste wan
neer men prijs stelt op een spoedige droogmaking
van de Zuiderzee.
De heer Visser zegt dat de vereèniging zioh ook
bemoeit met het geven van subsidies aan vissohers.
Spr. zou het klein vinden, deze f 5 niet meer
toe te kennen.
De heer Noordijk zegt, datr het bij hem niet gaat
om bet bedrag, maar de vraag is of het gelsd
nuttig wordt uitgegeven.
De heer Gaijaard acht het goed dat pressie op
de regeering wordt uitgeoefend om de droogma
king van de Zuiderzee vlugger te doen gaan en
dat doet de$e vereeniging.
De heer Noordijk zegt, zijn voorstel in te trekken.
De hoer Noordijk stelt voor, dat de raad bo-
.sttftiite do controle tegen broei in de hooibergen
verplicht te stellen.
B. en W. wijzen er op dat deze controle reetcLa
staat voorgesoNreven in de instructie van de hooi-
stekers. Aan de hooistekers zou opmeuw een ,af-
Bchrift van de instructie kunnen worden uitgereikt.
Een onderzoek zal worden ingesteld, of de tón
laste defr gemeente verpleegde krankzinnigen niot
op goedkoopere wijze in partiouliere inrichtingen
kunnen worden opgenomen, b.v, té GheeL
B. en W. wezen er den voorsteller, den hoer
Noordijk op, dat dit onderzoek ton aanzien, van 3
patiënten reeds is ingesteld. Verpleging in een
gestioht bleek noodzakelijk. Omtrent den laatstelijk
in hot begin dezes jaars opgenomen lijder, scheen
de informatie nog niet noodzakelijk toe, doch B.
en W. verklaren zich bereid nadere inlichtingen
in te winnen.
De heer Noordijk stelt voor den post vermakelyk
heidsbelasting te verhoogen tot f200 en de heffing
zoo te wijzigen, dat een zeker percentage van de
entréo's worden t geheven met teruggave aan per
sonen en vereenigingen, welke uitvoeringen geven
ten opzichte van Jcunst en wetenschap en met ge
deeltelijke teruggave indien de' entréo's bovendien
toegang tot bals geven.
B. en W. voelen veel yoor verhooging, omdat de
kosten van politie soms meer bedragen dan de
belasting opbrengt. Of het wenschelijk is heel wat
varhooging toe te passen is een andere vraag. B.
en W. willen dat aan de vergadering overlaten,
maar meenen dat do post niet vorhoogd kan
Worden, omdat daartoe de noodige gegovens ont
breken.
De hoor Visser vindt het beter de zg.ak aan B.
en W. op te dragen tot hot uitbrengen van prao-
advies. Spr. wijst op de moeilijkheid om uit te
makon, wat onder kunst moet worden verstaan.
Spr. voelt in verhooging van de belasting ook het
bezwaar voor de plaatselijke vereenigingen.
De heer .Gaijaard geeft toe dat do tegenwoordige
regeling niet billijk is en wijst op het versohil van
grootte der diverse lokalen. Maar ook spr. ziet do
moeilijkheden van een andere regeling.
De heer Kóoy acht hot 't beste voor alles
een zelfde percentsgewijze heffing. Spr. deelt niet
de vrees dat voor een ideine verhooging de men-
sch'en zullen thuisblijven.
Een langdurige discussie volgt weer: aan den
eenen kant wil men de zaak in Iianden stellen van
B. en W. terwijl de heer Noordijk een bruto-ont
vangst van f200 zeker acht, maar tenslotte met het
plaatsen van f100 op de begrooting genoegen zal
nemen, terwijl de heer Wit direct wil Deslissen, om
het heffingspercentage voor alles op 10 te bepalen.
Tenslotte komt het voorstel van den heer Noor
dijk in stemming, om voor alle vermakelijkheden
een heffingsprecentage te bepalen, terwijl dan aan
B. en W. wordt opgedragen de regeling verder uit
te werken. Dit voorstel wordt met algemeen© stem
men aangenomen.
De heer Noordijk stelt vervolgens voor, om aan
vereenigingen on personen die uitvoeringen gqvon
ten opzichte van kunst en wetenschap, een subsidie
te verleenen tot het bedrag dat aan belasting werd
betaald. Dit voorstel wordt verworpen met 5 tegen
2 stemmen, Voor stemden de heeren Visser on
Noordijk.
Nu nog komt de vraag naar voren, tot welk be
drag de post vermakelijkheidsbelasting op de be
grooting moet worden geplaatst. De post was
geraamd op f 60, doch de heer Noordijk wil hom
brengen op f 100. Aangenomen met 4 togen 3 stem
men; togen de heeren Gaijaard, Visser en Pluister.
Door de verschillende wijzigingen is een meer
dere ontvangst van f292 verkregen.
De heer Visser wil nu een post op de begrooting
plaatsen voor de risico die de gemeente loopt ten
opzichte van het sportterrein.
De heer Pluister maakt de opmerking dat dit
voorstel niet sohriftelük is ingouiond.
Do hoor Noordijk acht voor-1924 geen risico aan
wezig.
Bosloton wordt een momorjoposfc van fl op do
bogrooting te plaatsen on f291 bij do onvoorziene
uitgaven, waardoor doze post wordt gebracht op
f 1073.71.
Voor de werkverschaffing is .op do bogrooting
geplaatst f500, waarvoor oorspronkelijk goon post
was uitgetrokken.
Do hoer Gaijaard' zegt dat voor opbrengst huur
landerijen goschat is f4000. Bij dé verhuring is
gebleken, aat men aan den gotaxoerden huurprijs
niet wilde en spr. aoht nu wijziging van dat bedrag
op do begrooting noodig. De verhuring bracht
f 117 minaor op on mot not mindere dat do nog
onvorhuurdo porooolen zullen opbrongon, schat spr.
do totaio mindoro ontvangst op f 350.
De hoer Pluistor wijst or op, dat do oudo raad
de opbrengst had gosohat on f4000.
Do heer Gaijaard zegt dat dit bedrag loswepr
nuhat was, maar spr. was bovroesd, niot tot dit
rag to zullen toekomen. Het blook nu ook wol,
dat de huurders die pry'zon niot willen ,botalon en
daarmee dienen wo nu rekening to houden.
Den hoor Pluister vorwondort hot, dat oen ont
vangst-post van f4000 geraamd kon wordon, zonder
nadere oontrole.
Do hoor Gaijaard wijst or op, dat do verhuring
zou plaats hobbon voor do bogrooting werd vast
gesteld.
Do hoer Pluister oordeelt, dat do toenmalige ra-iu
tooh een specifieke staat diende to hebben.
De hoor Gaijaard zegt, dat de vorige opbrengst;
was f4905. nu was do raming f4000. Dat gebeurde
niet na orficioqle ovorwogingen of schatting, want
do raad moost nog schatten.
De hoer Noordy'k zegt dat in besloten vergade
ring do huurprijs taxatie plaats gehad hooft en dat
gebeurdo naar prijzen die hier on daar bosteod
werden." Er is toon gezegd dat do prijzen niot)
moesten wordon omgedreven, want het land kwam
toch aan den prijs. Van een anderen kant .is
geantwoord dat laag taxeeren verkeerd was en
gewezen word op het feit dat bij eon vorige verhu
ring personen werden omgekocht, waardoor eon por
oeel minstens f200 te laag werd gehuurd en ont
stond in dio 4 jaar oen schadopost van f800 voor
do gomoonto. Om opnieuw eon dorgolijke sohado-
gost voor de gemeente te voorkomen, hebbon wo
et land op eon prijs gesteld, die, naar gebleken
was, voor andore landerijen word betaald.
Toen nu by de laatste verhuring do hooron
merkten dat zo nu aan don tand werden govoeld,
zijn ze kwaad geworden en ontstond er oppositie.
Ze merkten dat we ze nu aan de portemohnaie
kwamen on wanneer dan daarbij eon porsoon is,
die bekend staat als een eerste strykgeldhaler, dan
moont spr., dat mon do oritiok dio van dorgolyko
zjjdo komt, gorust naast zioh kan noorloggon.
Do hoor Gaijaard protesteert er togen, dat de
prijs geschat was, naar den prijs dio voor het land
in de omgeving was gegevon. Spr. heeft direct go-
zegd, zich daarmee ruot te kunnen vereenigea.
De heer Pluister: TJ was f20 lager.
De heer Gay aard: Ik heb gezegd f150 en er werd
f200 getaxoerd.
De neer Pluister: U heeft voorgesteld f20 lager.
De heer Gay aard: Absoluut niet,
De hoor Pliiister, met nadruk: Er is gestemd
over f180.
De heer Gaijaard: Er is heelemaal niet gestemd.
Do heer Pluister: Er is gestemd over f180.
De hoer Gay aard zegt dab in elk geval de schat
ting van f200 hoog genoeg was on ik heb gezegd,
dat het land zoo verhuurd moest worden, dat men
or brood op vond. Toen heeft do heer Noordyk
gezegd, daar hebben we niets mee te maken.
De heer Noordijk: Ik wil niet hebben, dat U uit
comité-vergaderingen mijn naam noemt.,.
De heer Gaijaard: Pluister noemt mijn naam.
De heer Noordijk: Dan noem je Pluisteris naam
maar mjjn naam niet.
De heer Gaijaard zegt. dat de heer Noordijk
heri een punt naar voren brengt en daar wilde spr.
tegenover stellen een perceel dat tusschen andero
landerijen inligt en dat voor zoo'n hoogen prys
word getaxeera.
Do heer Noordijk: Vindt U het dan billijk, dat
2 stukken land van dezelfde grootte ongeveer, en
dio naast elkaar liggen, f200 schelen in prijs en dat
de eenc stakkerd aie het 't minst kan betalen f 200
moer bptaalt. Spr. wijst er op, dat het hier gaat
om geld van'de gemeenschap.
De heer Gaijaard: Dat komt van do krankzinnige
concurrentie, die de Vrijzinnig Democraten ^voor
staan
De heer Noordijk: Groote woorden.
De hoer Gay aard: Er is goon rekening gehouden
met die idiote concurrentie, er is geen brood te
verdienen op de (PeerdeweidP)
De heer Noordijk zegt, gezegd te hebben, wy
taxeeren tegen de waarde die het land heeft en
we hebben or niet mee noodig of mon er brood mee
heeft of niet, want men is vry in bieden. We bepa
len prys en kwaliteit naar ligging on naar den frijn
dio voor de landerijen in de omgeving wordt be
paald en dan gaan we iets lager.
De heer Gaijaard bestrijdt dit.
De heer Pluister: U taxeerde f20 per H.A. lager.
Wij hebben gezegd f 200, U heeft toen gezegd f 18ol
.De heer Gaijaard ontkent.
De heer De Groot: Ik heb voor f180 gestemd. 1
De hèor Pluister: Juist, dus er is gestemd.
De heer Noordijk: Er worden dus 2 cyfcrs ge-
noemd. Hier f150 en in comité f180;
Do neer Gayaard blijft ontkennen, ook dat er
over f 180 gestemd is.
De heer Noordijk: Houdt men er* geen notulen
op na van de comitévergaderingen.
De Secretaris zegt van wel, maar zóó niet.
De heer Noordijk: Dus de namen van de voor
stellers worden niet vermeld. Wie heeft er dan
wel f180 genoemd.
De heer Gaijaard: Ik niet, misschien Pluister wel
De heer Pluister betreurt dat in het openbal
besprekingen plaats hebbon, over hetgeen in com.il
behandeld is.
De hoer Gaijaard zegt, alloon er op gewezen
hebben, dat het bedrag van f 4000 op de begrootinj
te hoog was. Spr. heeft geen namen genoemd.
Do lieer Noordijk: U heeft mijn naam genoemu
De heer Pluistor tot den hoor Gaijaard: U hoofi
fezogd, dat de taxario maar f20 lager was. Spr]
egrypt niet, dat de heeren zichhier niet uitspre
ken. Herinnert men zioh dan niet, dat er gestemd
is?
De heer Gaijaard roept Voorzitter, secretaris en
don'hoer Visser als getuigen op, doch dezo zwijgen.
De heer Gayaard zegt, 'p wel over het bouwland
gehad te hebben, en toen is door den heer Pluister
gezegd, we komen al aardig bij elkaar. Spr. protes
teert ©r absoluut tegen, dat. hij er voor aangezien
wordt, meegewerkt to hebben om tot zoo'n hoogi
taxatie to koinen. Want hij vond dat idioot.
De heer Pluister protesteert er tegen dat hier
zaken genoemd woraen die in comité behandeld
zijn. Xj begint met mededeelingen te doen om U
in ,een gunstig daglicht te stellen.
De hoer Gaijaard: Noen, maar ik neem die
taxatio niet voor myn rekening.
De heer Noordijk zegt, dat do hoer Gayaard dan
mode schuldig is aan hetgoon do man waarop spr.
straks doeldo, gedaan hoeft, door to laalg
taxeeren.
Voorzitter zegt dat hot niet to zeggon is, dat os
te laag getaxeerd is. Het is best mogelijk, dat dis;
persoon verlies geledon heeft.
De heer Kooij noemt hot van don heer Gayaard
dan tofh een eigenaardige taxatie, f125 voor sleohh
bouwland aan de Langoreis on £150 voor bosif
bouwland.
De heor Gaijaard: Dio taxatio was van U, dan
had U hot inooton nomon. liet bodrug maan
trouwmis oyk niets uit, do kwestie is dut wo ol£
rekening moe moeten houden, dat do mousohuffi
den taxatieprijs niet willen goven.
Do lieer Wit zogt, dat do meerderheid voor eon
taxatieprijs voor hot bouwland was van f130, do
heer Gayaard voor £125.
Do hoor Pluister: Do hoor Gayaard herinnert
zioh niets moer.
De heor Noordijk stelt voor, voortaan,nofculon te
houdon van de comitévergadoringen.
De hoer Pluister houdt vol, dat er goetomd ii
ovor f 180. f
De heor Kooij merkt op, dat niemand den hofff
Gaijaard bijvalt.
Do hoor Visser zegt, don hoor Gaijaard niot Uj
vallen, omdat liy zioh goon onkulo taxntioprjjjj
orinnert, maar dourmoo is niot gezogd, dat hij «lei
.Gayaard niet bijvalt.
Do hoor Pluistor: Horinnort U zich ook niot, (Uf
or gestemd is.
Do hoor Noordijk: En woofc U «iwfc van wio &u
f180 komt.
Do hoor Visser: Noen.
De hoor Gaijaard zogt dat Voorzitter, do hofl
Visser ou Huuroboris zioh ook niets zullen Uoi ii>
noren.
Do hoor Pluistor: Juist, dat zal wol.
Do hoor inner woet wol, dat er ovor doj
taxatieprijs gosprokon is.
Do hoor Nooruyk zegt, dat er zelfs doolsommotj^
zijn gemaakt.
Do disoussiën wordon zoo nog oen oogonblik vooi
gozot- en Voorzitter sluit tenslotte dó diseussiëK
Hot voorstel van den hoor Gaijaard om don
opbrengst landhuur mot f350 to verminderen,wo«
verworpon mot 4 tegen 8 stemmen. Voor stémdfl
de hoeren Do Groot, Gayaard en Visaor; tegen <lt
hooron Noordijk, Pluistor, Kooy on Wit.
Do heer Wit golooft wol, dat do post iets vor«
laagd moet wordon, maar niot zoovoel on dan kafl?
hot wol uit ..Onvoorzien" botanld wordon.
De heor Wit zegt, dat de heeron Gayaard en Vis
ser mot oen voorstel zouden komon ovor do kaa
van do blbliothook, Spr. vraagt, of or nog eon
voorstel komt.
Do heor Gaijaard zegt, dat hot niet zou komoa
Dohoor Wit vraagt naar do rodonen.
Do hoor Gayaard zogt, niot gozogd te hobbon dat
hij er moo zou komen, maar dat hij tegen deM
hoer Visser heeft gezegdik zou er wel meo komen,'.
Do lieer Wit: Neon, dat hooft U niet gozogd. I
De hoor Gayaard zogt nu, dat na een heftigeJ
discussie in de comité-vergadering, door den heari
Noordyk er op gewezen word, dat. na do behan
deling van de begrooting er f 1.000 door hem waa
bespaard, daartegen is gpprotostoord on toon or
gesproken werd ovor do bibliotheek, heeft de hi-cr
visser tenslotte gezegd, niet met oen voorstel te
zullon komon. Toon hoeft spr. gezegd tegen den
hoer Visser: ik zou er wel meo komen.
Do heor Wit zegt, dat dit niet zóó door den
hoer Gaijaard is gezegd, hij hooft gezegd: dan zal
ik het doen.
Do heer Visser: Ik heb het niot anders gehoord,!
dan de heer Gaijaard zegt.
Do heor Wit: Dat zal wol.
De heer Visser koort zich half om en antwoordt
iots op deze uitlating van den hoor Wit, doch waa
Voor den vorslaggevor onverstaanbaar.
Do heer Pluister zegt, dat. er nu voor do tweede
maal zaken worden - besproken in openbare ver*
Sadcring, dio in comité zyn behandeld. Spr. vraazt
on Voorzitter voortaan geheimhouding over do
comitévergaderingen op te leggen; want anders zal
spr. de comitévergaderingen niet,meer büwoc#1
Er worden hier maar dingen uitgeflapt op *r
zijn enkele menschen die daarbij trachten con goeu
figuur te maken. "j
Voorzitter goeft geen antwoordt op dezo vnag
van den heer Pluister.
De heer Gayaard ontkent dat hfi tracht een
goed figuur te maken. Spr. 1; n met
met de begrooting accoord graan. Hy wst nog
op het ingezonden stuk in do Schager Courant over,
de verhuring, waarop de heeren wyselyk maar niet
hebbon geantwoord. 0I
Do hoor Pluister: Dat misselijke dingrl
Do hoer Wit: Zonder naam?!
Do heer GaijaardDat maakt niets nit.
Voorzitter deelt vervolgens mede, dat ingekomen
is een schrijven van den hoer Noordijk. waarin nii
wegens vertrek tegen 31 dezer ontslag neemt ais w
van den raad.
Voorzitter zegt, dat het voor korten duur m
geweest 'en hoopt dat de heer Noordijk^ in
andere gemeente een aangenamen werkkring 7-
vinden. Do heer Noordijk dankt voorzitter en de heer,
Wit dankt den heer"Noordijk.
Hierna volgt te ongeveer half negen sluiting.