Van dit en vi dat en van alles wet!
1 Voor de Kinderen.
If- PIS V «*«- °2q ëw&S^-il ar°
DE JONGENS ÏAN DEN MOLEN.
as
Even laehen.
s sa i S- 1 s°" EH lSS 31 s £3- I -=
r ^.o-S.
p 3
=5 tt>
I- 3
als do jonge plantjes zich goed vastgezet heb
ben in den modder, iaat men de akkers droog
loc pon. Nog eenigu koeren wordt vorsch water
op de akkers toegelaten. Het land ligt geduren
de de groeiperiode om beurten droog en nat.
Eerst als de aren te voorschijn komen, moet
meer overvloedig water worden toegelaten.
Maar zoodra de korrels zich gezet hebben, laat
men het land geheel droogloopen.
Nu komt er oen moeilijke tijd, waarin de
rijst tegen tal van vijaudon beschermd moet
worden. Vooral vogels hebben het op do rij
pende korrels gemunt. Overal in het veld heeft
men wachthuisjes van bamboe opgericht, die
onderling door touwen verbonden zijn, waaraan
kleurige lapjes en rinkelende voorwerpjes zijn
opgehangen. In do wachthuisjes is altijd iemand
op post, die door aan de touwen te trekken,
de vogels tracht te verjagen.
Dan komt. de tijd van oogsten. Evenals het
planten geschiedt ook hot oogsten in hoofdzaak
door vrouwen. Met het rijstmosje worden „de
halmen, een voor oen afgesneden op eon (lengte
van ongeveer 30 c.M. Elke handvol halmen
wordt met atroo tot een bosje samengebonden.
Die bosjes legt men op het veld neer, worden
verzameld en tot grooto bossen samengebon
den, die opgestapeld worden om op het veld na
te drogen, indien hot woer zulks althans toe
laat. Bi] nat weer wondt de rijst direct in de
rijstschuur gebracht
Later worden de halmen gedoracht, daar
na de korrels van do kroonkafjes en ten slotte
van het zilvervlies ontdaan. De beide laatste
beworkingen heeten doppen en pellen. Het pol
len geschiedt in Indiö onvollodig, zoodat het
voor uitvoer bostomdo gedeelte in Europa wordt
nagepokl in de rijst pellerijen. Tenslotte worden
do korrels nog gepolijst en geglansd. Dit laat
ste gebeurt door middel van lijnolie en ver
hoogt de duuna&amheid.
Bij al deze werkzaamheden, voor zoover zo
in do Indische landen plaats hebben, wordt
allerlei ceremonieol in acht genomen. Groote
feesten, gepaard met offermalen en andere bij-
geloovigo gebruiken, worden gehouden bij hot
planten, bij hot aanleggen van dammen, wa
terleidingen, kweekbedden, bij *t ploegen, bij
t oogsten en de verdere werkzaamheden. De
godin van de rijst, op Java Dewi £ri genoemd,
speelt hierbij een groote rol. De leider en
raadsman van de bevolking is bij al die gele
genheden de rijstpriestor of doehoen—sawah.
M.
DE NAR.
i,
Araum Ereschild wa» een der strengste ka-
Hefa, die ooit geregeerd hebben. En niet alleen
streng, ook wreed. Op een dag bijv. liet hij
twee hovelingen, die bij vergissing met hun
rug naar hem toe hadden gestaan, mantels om
hangen, die van hnmen met scherpe ponten
waren voorzien, en toen met knodsen tien Ma
gen op hun-ruggen geven. Do hovelingen ntoit-
len reeds bij den tweeden elag bloedend voor
over en bezweken onder dio gruwelijke mis
handeling.
Aan hot hof van Aroun Ereechild vervulde
Bahaoul den dienst van gok, iemand, ioonls
die aan do Europocscho h^ven nagenoemd
weid en meest oen bult had. Deze Bahaloul
had de ongehoorde brutaliteit begaan, een
kwartier op den troon van den kalief te gaan
zitten, 1 Brak hom leoiljk op. Eerst wilde
Ajoun hom laten worgen, maar omdat de nar
hom nogal dikwijls vermaakte, Het hij hem
leven, doch hem eon dracht elagen geven, zoo
dat de arme bult van pijn Ineen kromp. IUJ
schreide. Aroun Ereachitd kroeg zoowaar mo
delijden. Hij gelastte den beulen op te houden
en keek met belangstelling Daar zijn nar.
jïat is, antwoordde do nar, ah* over mij-
,i&t ik schrei, maar over u, die- mij zoo
dfct^ear rijt, "want als ik roede zooveel slagen
gehad heb, die een kwartiertje op uw trouw
heb gezeten, welk een hagel van slagen wacht
u don hierboven, heer, die uw gansehe leven
op dat vorwen&cbte ding zit.
i
KINDEKOOG EN.
pij hof pasgeboren kind is bot oog meestal
vérziend. In de eerste levensdagen kan het kind
niets duidelijk onderscheiden en is het oog bij
zonder gevoelig voor licht. Een iodor kent het
effect v&n hot-oog, wanneer men oenigen tijd
plotsoling in do duisternis vertoefde en dan
plotseling in het licht ziet. Het oog van den
pasgeboren© nu is pijnlijk voor het licht, om
dat het daaraan niet gewend is. Daarom moet
men er voor zorgen, dat pasgeboren kindoren
beschut worden, in do eerste dagen vooral, -te
gen zonlicht en kunstlicht. Doot men dat niet,
dan kan men veel schade aan do oogen be
rokkenen. Gedurende den schooltijd mootcn de
oogen zorgvuldig worden behood voor overwerk
en misbruik. Do statistieken van schoolkinde
ren hebben bewezen, dat 2530 pet. der kin
deren een slecht gezicht hebben, dat toege
schreven wordt aan de slechte houding in de
banken bij lezen en schrijven, aan slecht licht,
slecht voedsel en ondervoeding.
Daarom is het onderzoek door schoolartsen
een zagen, die door de vroege ontdekking van
het kwaad, door het voorschrijven van de
juiste brillen, zorgen, dat do verminderde ge-
zichinscherpte niet erger wordt
Een kind, bij hetwelk niét* ontdekt wordt
dat er oen afwijking der oogen bestaat, zal
achterlijk blijven in zijn klasse; zelfs de ge
zondheid kan er onder lijden
Aardig is het waar te nemen, hoe kinderen,
bij wio men den juisten bril voor de oogen doe4
verwonderd staan te kijken Het is alsof zij de
j wereld andcis zien. Zijn «j eenmaal i^ het be
zit van een hrü, dan moeten de oogen minstens
eenmaal per jaar gecontroleerd worden.
Er zijn veie kinderen die na een tijd den
bril weer kunnen weglaten.
MODERN.
Bedelaar vraagt mevrouwtje oen .aalmoes,
met tranen in de oogen.
'n Kleinigheid, mevrouw, ik wil zoo graag
naar mijn vrouw en kinderen!
Waar zijn die dan, arme manY
In de bioscoop, mevrouwt
WAAR ZE WEL TIJD VOOR HAD.
„Hebt u het nummer gezien van de auto,- die
u omver hoeft gered on?"
„Daar heb ik geen tijd voor gehad. Maar de
dame die éhauffoerde, had oen lichtgroenen
hoed op met een zwarte veer. had groote roode
oorringen, mot goud geplombeerde tanden,
kwart haar en gele handschoenen".
HOPELOOS.
Een man die buitengewoon bijziondo was.
kwam bij een oogendokter. Na hem alle moge
lijke letters voorgehouden te hebben, zonder
eenig succes. Hop de dokter ongeduldig de ka-
mor uit.
Een paar minuten Jater kwam hij terug mM
den gescheurd en deksel van oen ijzeren pot.
„Kan je zien. wat dit is?" vroeg do dokter.
„Ja", zei de man.
„Wat is dit dan?" vroeg de dokter.
„Een stuiver!" zei de man, „maar 't kan ook
oen dubbeltje zijn".
LEVENSFILOSOFIE VAN EEN DUITSCHER.
„Mijn hoed krijgt niets te bikken, heeft zelfs
geen behoefte aan eten, en toch wordt hij met
den dag vetter".
ZELFKENNIS.
De meester bohondelde in de les de krokodil.
„Jongens", zèi hij, „na moet jelui goed op
letten, want je krijgt anders nooit een good
denkbeeld van dit vreeselijko monster, als jelui
me niet goed aankijkt'".
MODERN JOGGffi.
Jantje was voor 't eerst naar de Diergaarde
geweest en deed zijn vader bij thuiskomst opge
togen verhalen.
„En wat vond je wel het aardigste beest",,
vroeg z'n vader belangstellend.
„O die olifant, vader! Die heeft eeq stofzui
ger aan z'n kop".
STEEDS HOOGER.
„Ja", zeido de oude hoor des huizes tot zijn
bezoeker, „ik heb aardige dochters e^zou hen
graag goed aan den man gebracht zien,en
aangezien ik een beetje op zij gelegd heb, zullen
zij wat mee ten huwelijk brengen. Daar heb je
Mary, die is vijf en twintig, en heusch een
best meisje. Als die trouwt, krijgt zij duizend
dcll&rs mee. Dan bomt Bet, die vijf en dertig is.
Die zal ik drie duizend dollars meegeven, en
de man van Elisa, die voertig is, kan er op
rekenen, dat zij vijf duizend dollars meebrengt".
De jonge man dacht een oogenblik na en
vroeg toen: „U hebt er nog niet soms een
van vijftig?"
HET SEIN.
Een reiziger stond aan het station van oen
negorij te wachten op hot treintje, dat de re
putatie van het dorpjo wegens achterlijkheid en
traagheid handhaafde. Hij had al vier uur ge
wacht op den trein, die over tijd was.
„Komt dio trein nu haast?" informeerde hij
bij een beambte.
Juist op dit oogenblik kwam een hond den
spoorweg afdraven en op hot gezicht van den
beambte vartoondo zich een glimlach van vol
doening.
„O ja, mijnheer", was het antwoord, „hij kan
nou gau^ hier ziju. Daar heb je den hond'van
den machinist al".
EEN VLAAMSCHE KOP.
„Piot. als straks de dokter naar u komt zien,
moet gij eens schoone manieren hebben".
„Ja, en waarom? Gij betaalt herm toch ze
ker,?"
„Ja, maar hij zou u eon slechten drank voor
schrijven".
„En wat moot ik al doen?"
„Schoon uw toogskon uitsteken, als hij dat
vraagt".
„Ziet ge wel, en gisteren heeft vader mij
daarvoor een klap om de oorert gegeven. Moet
ik hem geencn neus zetten ook?"
EéN KEER MAAR!
.Dokter, hebt u ooit een ernstige vergissing
begaan? x
„Eén keer maar. Dat was toen ik een mil-
lionnair in drie visites beter heb gemaakt".
Hij: „Maai* zou je mij dan niet kunnen lee-
ren liefhebben?"
Zi.«: Beste jongen, ik. heb daar heusch gen tijd
voor.... ik leer al Fransch en golf en zwem
men!"
Bijvoegsel der Schager Courant van Donderdag 8 Nov. 1923. No. 7330.
AAS DUtTSCHLANlyS O VERWINT* AAR.
0 gij, die schuldig zijt aan deze dingen,
Die.sart en dreigt, met opgeheven dolk
De buidels eischt vol blanke zilverlingen,
Als losprijs van een neergeslagen ^olk!
Die honger uitbuit als het scherpste wapen.
Dat jaren wondt en teigend langzaam pijnt,
Tot heel oen natie, als een kudde schapen,
Ter slachtbank trekt en in don nacht verdwijnt.
O gij, die woet, dat bij een valscho leuze
Ren volk niet koel bezonnen redeneert,
Maar zonder wil en machteloos tot keuze
Volvoert wat de verleider decrettoertM
Dat mot verkrachting van de hoogste wetten
Vol heilig vuur een zwaren krijg begint,
Totdat hot in zijn eigen bajonetten
Als loonoen onbegrepen vonnis vindtl
0 gij, die haat en hatend Uw bevelen
Dcet klinken door het stervend Roergebied,
Waar dof gemor uit duizendon van kelen
Straks aanzwelt tot een machtig oproerliod.
Mag dan dit volk geen kans meor om te leven,
Omdat hot <Joor zijn heerschors werd verkocht
F.t woerloos in den afgrond ia gedreven
Door leugens, tot een kunstig net gewrocht?!
Moet dan dit volk, versjacherd en vertreden,
6til dulden tot de zware doodsstrijd komt
En angstig door zijn uitgestorven steden
De doodsklok 't uitgesproken vonnis bromt?
Tot alle zwakke kleuters zijn gestorven,
Door U als oztra schatting opgeëiacht
En van de moeders, gillend uitgezyorven,
Eén vloek tot ovor Uwe grenzen krijscht?!
Wak'is zijn schuld, wip schonden do verdragen?
Men vroeg z'n bloed in ruil voor ijd'len waan
Is 't schuldiger dan Frankrijk in die dagen,
Omdat het zingende ten oorlog is gegaan?!
Nu eischt ge goud en kostb're onderpanden,
Als batig saldo voor het eigen land
Én zalvend wascht g' Uw diploinatenhanden
tn onschuld, na den feilen wereldbrand!!
Gij haat en hatend wilt ge overwinnen
Met de ellende tot U^ bondgenoot,
Uw wil is wet, Uw oogst is bijna binnen
En vreeslijk voert ge Uw vijand in den dood!
Maar eens, dictator, klinkt de stem der natie
En is Uw absolute macht voorbij.
Dan vraagt do Fr&nacho moeder snikkend
gratie
Voor Duitsche stakkers,moeders zooals zij!!
Intusschen speelt ge Uw spel onwrikbaar,
gewelddadig,
God zij de toekomst van Uw land genadig!!!
De raadsels van de vorige week schijnen
nogal moeilijk geweest te zijn! Tenminste, ik
kreeg maar weinig brieven. Maar van enkele
trouwe oplossers verwacht ik nog wel eon let
tert ja Daarom vermeld ik deze week nog geen
oplossers. Ik wil wachten tot ik zé allemaal
bij elkaar hoh.
De oplossingen waren:
1 Waar toch zijn alle zeeën droog, de ber
gen nooit hoog, de steden zonder huizen? Op
de landkaart.
E. Vier jongens doelen een appel. Elke jongen
krijgt dus oen kwart appel. Een kwart appel
voor een jongen. Ik lees de dikgedrakte woor
den nog eena Dan staat er: kwart voor één!
Hoo laat Is 't diia? Antwoord: Kwart roer één!
3. Vier lucifers liggen bij elkaar. Vier is oen
kwartet. Een lucifer dient om te strijken, zoo
dat er vuur uit komt Vier lucifers vormen dus
een strijkkwartet (Een strijkkwartet, noemt
men gewoonlijk een. muziekgezelschap van
vier personen, Dea» bespelen dan b.v. bos, vlo- j
loncel, eerste en tweede viool.jl
KROES.
November 1923.
(Nadruk verboden.)
PLANTEN IN KAMER EN TUIN.
11.
Vrapeubtai.
Het verheugt mij, dat dsas rubriek alch aoo
in den gunst onzer dames mag verheugtrv De-
zo week ontving ik weer drie brieven over ver
schillende kamorplonten als volgt:
Ajrauearta en KcntLa.
(Vraag 9 van mej. B. E. te Zaarvtam.)
Deze vraagster heeft een zg. itafeltjospkwtt
of Vlier, welke haar takken laat vallen, Dt
palm heeft bruine punten aan do bladeren «fl
zit vol witte stipjes.
Antwoord: De" naam van uw tafeltjos-ptartt
is Aroucarja Excolsa. Verschillende oorzaken
kunnen uw plant een ziekelijk voorkomen go*
ven. Vaak staan zo 'te warm. Geef in don win
ter een matig warm vertrek, voorts flink fris*
sche lucht geven; 's zomers flink ovorsproeien
van tijd tot tij<ï; geen water geven in schotel
tjes, maar boven op den pot; goof een plaats
in het volle daglichtt, maar niet in zon;
De haam van uw palm is Kerrtia. Zet du»oö
plant niet* te warm en to droog. Voorts ta ded
winter niet to nat houden. Voorts niét te vtwl
verzetten en niet tegen aanlcopen hertgoon dajy
re punten veroorzaakt De witte stipjos zijn lui
zen: schildluizen. Wasch de bladeren wet
zeepzop en gebruik zachte spons.
Azalea.
(Vraag 10 van mej. P. A. KdL 4e Assendolft)
Hoe een Azalea, niet Azalia, woer in bloei 4d
krijgen.
Antwoord: Heeft do plant knoppen gevormd
dezen zomer? Dan is zij weer in bloot to krij
gen als volgt: Plaats uw plant niet to warm,
houd grond en bladeren goed vochtig; gebruik
niot to koud water; Uw behandeling dooi» de
plant van den zomer in den tuin te zetten wus
goed.
Petnethija Mucrouata.
(Vraag 11 van mej. G. S. 4e Sohogon.)
NIEUWE RAADSELS.
1. Het is de naam van oen meisje en bij
bestaat uit 10 lettors.
Een 3—71 vindt men aan alle fietsen.
Een 6-5-8 is een knaagdier.
Een 3—3—10—4 staat om een tuin.
Z, Hoeveel erwten gaan er in een zak?
3. Waarom dragen sommige mannen baar
den?
I
4. Welke steden uit Noord-Holland kan Je
lezen utt de volgende letters:
makalamadanarz.
5. Welke stad uit Noorden van ons land
staat hier te lezen?
C
f.
Gr» g on g -+-
g g
g
Ik hoop, dat deze raadsels geen moeilijkhe
den zullen opleveren! Doe nu eens allemaal
good je best, kinderen, en zorg ervoor, dat do
post mij aa Vrijdag on Zaterdag een reuzen-
stapel brieven brengt!
Afgesproken! Denk om 't adres: L. Rogge
veen, Spui 97, de« Itaag.
Vervolg.
„Dat was een aardige historie", zei Jan, toen
hij het bijblad van de Schager Courant golo
zen had, waar hij de dolle avonturen van Jan
Klaassen in beschreven vond. „Die Jan Klaas-
een is toch maar een rare vont!"
Nu zullen alle lezertjes en lezeresjoe vra
gen: „Lezen Henk en Jan dan ook do Schagus
Courant?" Em mijn antwoord is: *Jalw Nu
vragen jullie weer: „Lezen ze dan ook allctt
van hun eigen leven, van Willem's vorjaor-
dag, van hun voetbalwedstrijden, en van hun
schoolwandeling?" En mijn antwoord is woor:
„Ja! Dat is aardig, nietwaar?"
Onze vriend; Jan dan wou zoo graag oene oen
echte poppenkast zien. Natuurlijk had hij dis
wol eena gezien op de kermis, maar daar zog
je bijna altijd dezelfde historie. H(j vond hol
wol leuk, maar hij wou zoo graag oena zien
avonturen van Jan Klaassen met den ijsbeer,
j bijvoorbeeld.
„Nou", zei Henk, „daar is misschien wol kond
op. In den Haag, waar wo do volgende woofe
bij oom gaan logoeren, is iemand, die ailo his
tories van Jan Klaassen in de poppekast v«$<
toont Dat heeft oom wel eens vertok?!**
Dat is .waar ook! Onze vrienden Honk «q
Jan zouden in hun herfstvacantie eon paar
dhgon in den Haag gaan logee ren!