Van dit en vi dat en van alles wat!
I Voor de Kinderen!
DAMRUBRIEK.
DE JONGENS VAN DEN MOLEN.
Even 'lachen.
31
11
11
IK
11
H
88
ai
Hf
Èlf
fi
Bijvoegsel der Schager Courant van Donderdag 19 Juni 1924. No. 7453.
f.
Tezamen staan er, ongovoej 40 namon dar ka*
ninkjijko familie op deze merk waardig» glas*
ruit.
Koning Chriatiaaa liet do ruit er uit nemen
en bij de koninklijke verzameling in bet Ro*
senborg-museum te Kopenhagen voegen.
DE EERSTE KLOK*
Do oorste klok in Frankrijk werd in 1370 door
Henrl Nich vervaardigd en door hem aan ko
ning Karei geschonken, die den bijnaam van
„de Wijze" droeg. Do goede vorst waa een zeer
goed staatsman, maar niettegenstaande dat,
stond zijn ontwikkeling op geen hoogen trap,
Uit de kronieken blijkt nJ., dat de koning, toen
men hom het geschenk overhandigde, daarmee
heel blij waa Om echter te doen blijken, dat
hij er (Tok eenig verstand van had, wilde hij er
een klein gebrek aan ontdekken en zei daar
om tot den kunstenaar:
Je hebt de cijfers op do wijzerplaat ver
keerd geschilderd.
Hoe dat zoo, siref
Nu, de vier wordt toch met vier ééneik ge
schreven?
Majesteit, u vergist zich.
rk vergis mij niet, viel de koning uit.
Sedert dien; tij<$ wordt de vier, die anders met
IV wordt voorgesteld, op de wijzerplaat, ge
schreven als IITL
HISTORISCHE VARKENS,
De ganzen hebben eens in do Romeönsche
oudheid! het Kapitool gered. Maar ook de var
kens hebben eens een vijandelijken aanval
verijdeld.
Het was In 1530, «toon de Prins van Oranje
(Philibert van C hal ons) het beleg had gesla
gen voor Florence. Do belegerden ondernamen
een naehtelijken uitval op het gedeelte van het
kamp der belegeraars, waar de tent van den
prins zich bevond. Maar voordat zij daar kwa
men, braken zij oen houten gebouw open, waar
in zij oen magazijn zagen en allerlei kostelij
ken buit meenden te vinden,
Het was echter oen schuur vol varkens,
voor hot vleeschgobruik van hot leger be
stemd en do dieren, in hun slaap gestoord,
sprongen op onder vervaarlijk geschreeuw.
Zij liepen do vijanden voor do voeten, wier
pen alles omver, wat hun in den weg kwam,
en maakten oo groot misbaar, dat de belege
raars de noodlgo maafcregolen tot hun verdedi
ging konden nemen, zoodat de aanvallers met
aanmerkolijk verlios werden teruggeslagen,
Waarschijnlijk zijn echter die varkens ook
al met ondank beloond en hebben de mannen
van het leger hun bondgenooten in weerwil
van hun verdienstelijk werk geslacht en opge
goten. R-Nbld,
Do kunst is aristocratisch van natuur. Zij
schuwt het lage en onedele, het platte, plompe,
grove en onbeschaafde.
Breng liefde in de wereld on de hemol met
al zijn schoonheid en luister wordt werkelijk-
hoid, r I i !'..U1JS
WEL VERDIEND.
Twoo goochemerds waren in den schouwburg
geweest, en vroegen na afloop hun goed aan
de vestiaire.
Zeg Moos, waarom gaf jij de juffrouw een
gulden. Ben je nou heel etmaal besjokken.
Nah, lachte Som, kijk jij straks buiten
ia, wat *n mooie jas ik heb.
EEN VRIENDELIJK ANTWOORD,
Malhorbs, berucht om zijn slecht humeur,
had bij den aartsbisschop van Rouaan gedi
neerd en deed na afloop van den maaltijd een
dutje.
Op een gegeven oogenblik maakt do kerk
vorst hem wakker met de oiodedooiing, dat bij
naar de kathedraal gaat om een prodicatie te
houden en of de bezoeker hem wellicht naar de
kork wil vergezellen.
„Merci", snauwt do dichter en draait zich
meteen om; „ik heb uw predikatie niet noo-
dig, ik slaap toch wel."
VAN WIE?
In de studie-mal der Amsterdamsche Uni-,
versiteits-bibliotheek heeft den twaalfden dezer
maand, bij het wegbergen van een door oen be-
zoek(ster)er geraadpleegd tijdschrift de ama
nuensis daarin gevonden een vergoten
kunstgebit.
De eigenaarf-naraa) heeft zich tot dusverre
niet aangemeld,
ACHTER DE SCHERMEN
Tooneelknecht: „Zal ik het schermt laten zak
ken, mijnheer? Een van de levende beelden,
heeft den hik.*
TWEE WERELDREIZIGERS.
De predikant (juist teruggekeerd van z'n reis
om de wereld): „Werkelijk, Jenkus, dat gaat
zoo niet. 't Is inderdaad ontzettend, zoo dron
ken als je bent
Ouwe landlooper: „Ja, Eerwaardo, fle kan
me geen reis om de wereld veroorloven, ik laat
do wereld maar rond mij draaien.
O, zei dominee dat is zoo erg niet?, daar
mis je niet veel aan.
Dat hebben anderen me ook al gezegd,
was het naive wederwoord.
GOED GEZEGD.
Vrouw (haar man aanstootend, die 'a nachts
met openmond geweldig ligt te snorken): Zog,
Bram, je zoudt heel wat minder lawaai ma
ken, als je je mond dicht hield.
Man (half wakker): Jij ook.
Verzoeke alles betreffende deze rubriek te
zenden aan C. Axnels Wz, Winket
Na. L
ZWART.
WIT.
Iets voor den practischen dammer.
In bovenstaanden mooien stand met slechts
7 schijven wordt door wit do winst mooi afge
dwongen.
Stond Zwart: 7 schijven, op: 4 0 13 17 13
22 36.
Stand Wit, 7 schijven ,op: 15 28 30 33 34
30 47.
Wit 34-20, Zwart 13—19 of 9-14 WH 39-34
Zwart 9-14 of 13—19. Wite 34-30. Zwart 4—9,
Wit 47-41. Zwart 36 47. Wit 29—24 Zwart
47:20. Wit 16:4 Zwart 22 33. Wit 4:6.
I
Na. Z
ZWART.
l
|1
m
5
6
u
10
11
w
Wm
m
15
16
Mi
•20
21
w
11
m
HM
25
26
'M
WT',
30
31
M
m
35
'SÊ
MË
40
41
m
■1
m
M
m
WW
45
46
m
3fll
50
WIT.
Stand Zwart, 12 schijven, op: 3 10 tot 13 15
16 18 19 21 23 29.
Stand Wit, 12 schijven, op: 25 27 32 36 37
38 41 tot 45 48.
Bovenstaande mooie damzet pro boe re men
voor blad af te lossen. De damzet zit niet diep,
is daarom een mooie oefening.
Wit 27-22, 37—31, 33-28, 38 27. 45 5, 5 46.
WARE WOORDEN.
Een mensch, die nooit tijd hooft, hooft vrij
algemeen niets te doen.
Het heet alles in hot belang der kinderen,
wanneer moeders zo in allerlei min of mees
ernstige gevallen met een leugentje geruststel
len. Maar dat is niet waar. Ze liogon om zich
zelf uit de moollljkheid te redden, uit gemak*
zucht en eigenliefde.
i
Geen levensbeschouwing heeft waarde, die
haar bestaan dankt aan het ontwijken van
waarheden, die, op welke wijze ook, zich aan
ons opdringen.
Recht ctm uiterlijk vrij te Wezen fieeft alïoefl
hij, die zich innerlijk! gebonden voelt door den
geest der waarheid en dor liefde, die waarach
tig vrij maakt.
KEURIG GEZEGD
j Procuratiehouder tot zijn patroon: Hot spijt
mij u te moeten mededoolen, mijnheer, dat on
ze hooggeachte kassier plotseling vertrokken is
en een leemte heeft gelaten, dio, naar ik vrees,
moeilijk te vullen zal zijn."
WTJ DEED T.
„Men moet altijd lederen dag een ding doen,
wat men niet gaarne doet Dat vormt het ka
rakter", zeide de paedogoog.
„Heeft iemand dat wol eens beproefd"?
„Ja, ik meester", zei oen van do jongens, „en
wel des ochtends als ik moet opstaan en doe
avonds als ik naar bed toe moot"
NIET KWAAD BEDOELD.
Een predikant bezocht eon zijner gemeente
leden, een arm vrouwtje, dat doof was. Ze zei,
dat ze het zoo jammer vond, dat ze zijn pree
ken niet kon hooren.
WAT VEHVT.UCHT1BTI
In z'n deftig stille kamer,
Vol van een verfijnde sfeer,
Zat met een vermoeiden glimlach
De zeer rijk geworden heen
In z*n ziekenstoel gedoken
Opgevuld met dons en zij,
Trok z'n voelbewogen leven
Als een film zijn oog voorbijl
Vroeger was ie maar een tobber,
Die niet steeds te eten had,
Een verkommerd werkproleetje
In de groote, gors stad,
Tot ie met een anders spaanduit
Kalmweg «peculeeren ging
En alfHoon een volle brandkast
Kreeg tot een horinneringl!
Nu had ie dan al de weelde
Waar ie zoo naar had gesnakt,
Waarvoor ie z'n beste vrinden
Jaren grijnzend had verlakt,
Weelde die hem vrij zoü maken.
Vrij en sterk tot aan zijn dood,
Om uitbundig te genieten,
Wat het leven lokkend bood.
Aan z'n krukken vastgekluistard.
Geestelijk volmaakt gezond,
Hinkt' ie als een wrakke koning
Door zijn rijke woning rond,
En als d*een of and're werkman
Fluitend voortliep langs de gracht,
Wou ie al z'n schatten go ven.
Voor een uurtje levcnskrachtl
Werkman zou ie willen wezen.
Met een sober middagmaal,
Wat gaf hem 't verfijnde leven
Met z'n wreed verfijnde kwaal? t
Kerel zou ie willen wozon
Ruig en hoekig, maar gozond
Wien geen lamgeslagen corpus
Aan 't maatschapp'lijk leven bondl
Maar toen ie weer sterk ging wordlen
En royaal te schransen zat,
Was ie blij, dat ie z'n duiten
En z'n luxe auto had,
Lacht' ie om z'n dwaze i<Seoön
Liever rasproleet te zijn
En besproeide z'n genezing
Met een glaasje ouwe wijn lil
Juni 1924
(Allé rechten voorbehouden.)
KROES.
PLANTEN IN KAMER EN TUIN.
41.
JEUGDWEDSTRIJD. PRIJSRAADSEL.
Hieronder volgt een prijsraadsel, waaraan
ieder meisje of jongen mee kan doen. Ik stel
weer vijf prijzen beschikbaar., zie hieronder.
Oplossingen worden ingewacht voor 15 Juli
Hier volgt het raadsel:
Het geheel telt 21 letters, en is oen spreek
woord dat op een bloem betrokking heeft:
De 18, 16, 6, 8 is de koningin dar bloemen.
Vele dezer bloemen hebben een 5, 17, 7, 15, 2
kleur.
Er zijn echter ook 1, 14, 7, 13, 10, 80 soorten.
De bloemvorm is eenigszins 14, 18, 4, 12,
Ze worden in manden of 15, 10, 6, 9, 3, 21
door hot binnenland verzonden.
Wie een mooie ruiker dezer bloomen krijgt,
zegt niet 11, 20, 2, 21.
De prijzen zijn naar verkiezing als volgt:
Kamerplanten, het Rozenboekje, Bloemen
teelt in kleine tuinen, Eenjarige sier- en snij
bloemen, Tulpen voor kamer en tuin.
De prijswinnaars van den vorigen wedstrijd
moeten mij hun adres nog eens opgeven, op
dat ik hun het gewonnen boekjo kan toasturen.
Ik ben hun adres kwijt geraakt. Dat van Tijsl-
na Bijhouwer te Winkel is mij bekend «n het
boekje is verzonden.
ROZENVI JANDEN.
Het is vaak sukkelen met onze rozen, dahr zo
oen groot aantal vijanden hebben. Ik zal er hier
enkele noemen, met de bestrijding er bij, dan
kan men probeeren ze kwijt te raken: Ik .noen»
DE ROZENBLADLUIS.
een insect dat soms hevig de rozen kan aan
tasten. De jonge scheuten zitten soms vol mof
dit ongedierte. Ze bezitten 'n zuigsnult en ont
trekken aan de plant de sappen daarmee. Zo
bevuilen onze rozen met hun uitworpsalen sorog
dermate dat het een vies-kleverige massa wordt
de honingdauw en komt daarin later de roet-
dauwzwainmen in woekeren dan wordt het n
fraaier.
Meestal vindt men de kleine, groene bladlui
zen zooals ik reeds zei taan de scheuten of ver
borgen in de jonge toppen, ook aan den onder
kant der bladeren treffen we ze aan. Door baar
enorm voortplantingsvermogen kunnen zij In
7. een muziekinstrument
8. een kleur (of eigenlijk géén kleur!).
9. een medeklinker.
De gevraagde plaats is dos Oudosluis,
Da oplossingen van de raadsels van 5 Juni
zijn:
L Heet is het tegenovergestelde van koud.
Een tel duurt niet lang.
Laf is niet dapper.
Het meubelstuk is: theetafel.
1
2. De spreekwoorden zijn:
Oost West, thuis best.
Wie niet sterk is, moet slim zijn.
A Kruisraadsel:
0
e T
6 U
f
V ft
s p r
OUDBSLUÏS
Z e o L a n d
f I U i
wit
S
1. een klinkar.
B. een lichaamsdeel.
,3. een familielid.
4 een vogel.
5. een plaats bij Schagen.
0. een provincie.
Goede oplossingen (ook van de vorige week)
zonden: Klaas Kistemaker, Valkoog. (Wat kreeg
ik van jou een lange brieft Schoolfeest is echt,
hoor! Ik ga dit jaar met schoolkinderen naar
Rotterdam en Amsterdam. Hart. groetenl). Koes
Heijblok en Trien-'' Smit, Koegras; Corrio Root
jes en Airnie Kooij, Oude Niodonp; E. K. Bood,
Aartswoud (Hoe is t met je broer? Is hij nog
in Schag-en?); J. Dekker, Hoornerbroek; Gerrie
Boontjes, Airkel; (Twee kaarten! Vr. gr.); Gre,
Jannio en Annie Swan, Sint Maorbensvlotbrug;
de hagedis en de salamander, Sint Maarten;
Gerrit en Dieuwert'jo Jonker en Neeltjo Swager,
Sint Maarten; Aafje Nieuwoboor, Winkel ('k
Ben blij, je weer te zien'!); nog eens J. Dekker,
Hoornerbroek. Maaike van Heteron en Gorritje
Kooger, Callantsoog; Pietertjo Keuris, Kol hora,
Dirkje Kossen, Koegras.
NIEUWE RAADSELS.
1. Welke plaats kun Je hieruif lozen:
,fc w e 1 I BL?
j Eik hieruit: m a a r n d?
8. Waarom regent het In. deze maand nooit
twee dagen achtereen?
3. Vul in:
XXXXXXX, een hoendersoort.
Xeen vrucht
Xeen voetbekJeeding.
Xeten we op de boterham.
Xeen lichaamsdeel.
Xeen landbouwwerktuig:
X eon medeklinker.
Do beginletters moeten het eersto woord v<»v#
men.
Oplossingen zenden naa? L, Roggeveen,
97, den Haag, J
Henk vervolgt dd M^torio van Efemaarf do Vos,
JZiot, o Koning", ging Reinaert verdof „dof
blies stond er op de doos te lezen ent te zion. En
omdat al dezo dingen vooo mij te mooi waren,
had ik zo gestuurd naar u en de koningin. Ba
waar zijn deze geschenken nu gebleven? O,
wat huilden mijn kinderen., -toen ik de spiegel
had weggegeven. Ze speelden er zoo dikwijls
mee, en mijn vrouw bekeek zich er dikwijls in,
om te zien, hoe mooi ze waa Nooit! had ik dur
ven denken, dat Cuwaert zoo dicht bij den dood
was, toen ik ham en Bellijn, mijn bosto vrien
den, de zak met geschenken toevertrouwde.
,Wee, duizendmaal wee over den moordenaar
I van Cuwaert. Ik kan niet gelooven, dat Bellijn
hem gedood heeft. Neen, neen, dat is «niet zool