De dingen om ons heen.i
HONIG'S
VROUWENLIST.
TWEEDE BLAD,
FEUILLETON.
EEN VERRASSING
Birmerilandsch Nieuws»
Zaterdag 2 Augustus 1924.
6751e Jaargang. No. 7478.
Het wordt voortdurend minder duidelijk waar j
inon to Londen en Parus het optimisme vandaan
haalt, tenzij al die luchthartigheid slechts voor de
galerij is, op voorschrift van MacDonald, die dezer
dagen zijn collega's vermaande bij hetverlaten
van Downing Street vooral door hun gelaatsuit
drukking niet te laten merken aan de daar verza
melde journalisten en fotograven.
Men had opgewekt te kijken, zelfs al1 was alles
niet naar wensoh gegaan, von<I de Britsche premier.
En naar hot heet, liet de Amerikaansoho gezant
Kellogg op deze aansporing de vraag volgen, wie er
dan telkens voor een goede ui zou zorgen, terwy)
men zijn jassen aantrok.
Al is het met waarschijnlijk, dat dit verhaal
historisch is, dan heeft het toch de verdienste, dat
het volmaakt slaat op den toestand. Men uitv^ddh
optimistisch, spreekt van resultaat jen succes en
vooruitgang en feitelijk is er nog niets veranderd.
Niets is te sterk. Immers er schijnt kans te
bestaan, dat Amerika een lid zal aanwijzen in de
Commissie van Herstel. En als dat lid dan met toe
stemming der Amerikaansche regeering dezelfde
bevoegdheden zou mogen uitoefenen als zijn colle
ga's en niet als toehoorder of adviseur zou optre
den, zou er weel zijn gewonnen.
Feitelijk ligt hierin het zwaartepunt van den
toestand. De genoemde commissie, 'die oorspronke-
Sk zou bestaan uit vijf leden, telt er slechts .vier,
de vertegenwoordigers van Frankrijk, Belgie,
Engeland en Italië, aangezien Amerika mgt aen
Europeeschen warboel niets te maken wilde hebben.
Daar Frankrijk en België steeds één lijn plachten
te trekken en het eerstgenoemde land als permanent
voorzitter steeds de doorslaggevende stem had, ais
de stemmen staakten, konden Parijs en Brussel in
deze commissie doorzetten wat zij wilden. Door
het opnemen van een vijfde Amenkaansoh lid, is
van staken der stommen (bohalve bij onthouding)
voortaan geen sprake en zou de beslissende stem
van frankrijk dus alle waarde verliezen.
Daar Engeland en' Amerika, vermoedelijk ook Ita
lië, het economisch element vertegenwoordigen te
gen over 't politieke van Brussel en Parijs, zou door
de toetreding van den Amerikaan, de toestand als
met een tooverslag veranderen.
Nu rijst evenwel 'de g-roote vraag of de Vei*
eenigde Staten bereid zijn, zulk een volgereohtigld
vertegenwoordiger aan ie wijzen. Wij gelooven, dat
dit met het geval zal zijn. Ook al om do doodeen
voudige roden, dat dan de geheele wereld met het
volste recht de vraag zou stellen, waarom Was
hington dan geheel Europa jarenlang dieper en die
per in het moeras heeft laten verzinken, door de
heeren te Parijs hun gang te laten gaan, terwijl het
Witte Huis het in de hand had, terstond aan de
Fransche suprematie een eind te maken. Waarom
zou nu plotseling mogelijk worden, wat vroeger
niet heette te kunnen en wat is er feitelijk veran
derd, dat deze wijziging in Amerika's houding mo
gelijk wordt.
Wij vreezen, dat het idéé mooi genoeg is, dooh dat
er van de uitvoering bitter weinig zal komen.
Blijkbaar is men in Frankrijk van dezelfde mee
ning als het tenminste juist is, dat een Fransob
voorstel ten doel heeft nadat dit Amerikaansche
lid met onbekende volmacht zou zijn opgetreden
bij staking van stemmen .een commissie van ai
trage te laten benoemen door den President van
het Haagsehe Internatioale Hof om de twee opi
nies tot elkander te brengen.
Daar er bij vijf leden geen staking van stemmen
denkbaar is, zou deze oommissie van arbiters een
wassen neus zijn, dooh nu het voorstel ernstig
wordt gedaan, blijkt 't afdoende, dat de Amerikaan
naar Frankrijk verwacht niet anders dan
adviseur zal zijn.
Ook de Amerikaan in de arbitrage-oommissie zal
dus wel geen vol mandaat krijgen, zoodat deze
commissie in hoofdzaak een doublure wordt van
de Commissie van Herstel. Alleen met dit verschil,
dat de leden der laatstgenoemde spreken en stem
men, zooals hun regeeringen dicteeren, terwijl de
arbi trators wellicht en wij zouden dit woord
willen our si voeren hun eigen opinie zullen uit
spreken.
Dit plan, hetwelk, zoo als men ziet, nog vol zit
met „Wenn und aber" en waarvan nog niemand do
juist draagkracht kan bepalen, is feitelijk het
©enige resultaat tot dusverre te Londen verkregen.
Want al het andere hangt nog In de lucht
Het komen der Duitschers, die tochtten slotte
zullen hebben te betalen, al moéten zn eerst een
leening van SOO millioen goudmark hebben om op
•en te
hi wat
tplichten of
rechten ter oonlèrentie.
Wanneer zij zullen mogen komen, hangt af van
de overeenkomst, die de geallieerden onaer elkan
der zullen kunnen treffen. Een overeenkomst waar
in nog niemand veel gat ziet. En wat hun rol ter
conferentie betreft, woel men 'alleen, dat Enge
land er voor is, hen niet te stellen voor de vraag
van aanvaarden of verworpen, dooh het wil toela
ten tot een disoussle.
Hoe Horriot, of liever zijn bazen In de Fransche
Kamer hierover 'denken, is een geheel andere kwes
tie. Ook dit moet worden uitgezocht.
De bovenraatigo haast, waarmede Berlijn liet we
ten wie er zouden komen en dat do koffers al
gepakt stonden, verzwakt natuurlijk hun eigen po
sitie en daarmede die van MacDonald en de andere
gedelegeerden, die de noodlottige gevolgen van een
dictaat^ maar .al te goed hebben leeren inzien.. Dit
is opnieuw een ld er onhandigheden, waaraan de
Duitsche regeering zich steeds pleegt te buiten te
gaan en die haar in den loop der laatste jaren al
zoo herhaaldelijk ernstig nadeel hebben gedaan.
Wat de verdere onderhandelingen aangaat, deze
zijn vooral van technisch-financieelen aard.
Zonder voorschot geen horstel en geen betalingen*.
En zonder waarborgen voor de onschendbare een
heid van DuitschlancT geen voorschot.
Zoo is> de situatie. De veertig millioen pond, die
voor Duitsohland noodig zijn, komen niet, voor men
bij de geldschieters, d.w.z. vooral te New-York en
Londen, met volmaakte zekerheid weet, dat het
Roergebied weder onder Duitsch bestuur komt èn
voortaan niet zal worden bedreigd met een wille
keurige bezetting. Zelfs de toezegging, dat voortaan
bij het nemen van „productieve panden de dienst
der leening preferent zou zyn op de opbrengst,
heeft de bankiers niet bevredigd,
Zn hebben schoon gelijk.
Want de hóógopgevijzelde productie van het
de laatste maanden van eenige be-
gebied is pas in
teekenis geworden en het is nog lang niet zeker,
of de kosten van de Bezetting niet hooger zullen
blijken dan de opbrengst. Bovendien heeftdie be
zetting geleid tot de zoo goed< als volkomen waar
deloosheid van het gelid, dat in een jaar jfijd van
50.000 papiermark tot 1.000.000 p.M. voor een goud-
mark daalde. Een verlies, dat in hoofdzaak wordt 1
gedragen door allen, die buiten Duitsohland mark
vorderingen bezaten. De Duitschers zelf konden
hun positie voortdurend redden, hun bezit omzet
ten in andere beleggingen. De buitenlanders kon
den dit niet, althans slechts in veel mindere mate.
Het buitenland heeft dus minder den debiteur dan
wel zich zelf geschaad.
Een herhaling hiervan staat natuurlijk te wach
ten, zoodra iemand avond óf morgen opnieuw met
plannen .tot bezetting zou rondloopen or zoo de be
zetters van thans zouden weigeren over te graan tot
ontruiming. De toezegging, aat de troepen zullen
worden teruggenomen zoodra de technici en inge-
nieurs naar huis kunnen gaan, wat dus zoowat op
15 Oct. heet te zullen kunnen plaats hebben, is na-
tuurlijk waardeloos, zoolang Parijs en Brussel vast-
houden aan hun voornemen om 5000 hunner spoor-
I v^egambtenaren in het Roergebied te laten. Dan
zijn er technici en blijven er dus dekkingstroepen
noodig.
Op die wijze is elk deer zoogenaamde successen om-
1 kleed met beperkende yoorwaaiden, met bepalin
gen van allerlei aard, die mot de eene hand terug-
nemen wat de andere hand gaf.
We herhalen, dat het lastig is, als men de feiten
ziet zooals ze zijn en niet zooals men ze graag zou
zien, zich bij deze dingen optimistisch te toonen.
Iets moet er waar zijn van "het grapje van
MacDonald.
UITKIJK.
bii staking van stemmen .een commissie van arbi- (Ijl ||Pf |lflrl Vflll aTl O 15flfl-
laten benoemen door den President van 1JI1 1101 1IUM 1 W U11 «UllUIiU©
We raken voorloopig uitgepraat over den
geheimzinnigen moord in de De Riemerstraat, die,
naar het schijnt, den speurzin van een Sherlook
Holmes ter oplossing zal vereisohen, evenals dat
andere, nooit opgehelderde voorval1: de moord op
Mr. Wijsman in den sneltrein.
©enigs rins overzichtelijke wijze te bewaren. i
Overkomt zulk een man iets, dan is het vrijwel
onmogelijk, na te gaan, of 6r dingen van waarde
worden vermist^ dan wel of de overledene .bedreigd
was. Men tast in het duister en dit verzwaart de
taak van het onderzoek buitengewoon.
Een dergelijk gemis aan documentatie kan de al
leronaangenaamste gevolgen hebben. Zoo is mü een
geval bekend, dat zich met zoolang geleden in een
der groote 6teden hoeft afgespeeld.
Het betrof een vrijgezel, die er zeer warm in-
fcat, in moest zitten, aangezien hy evenals zijn
broers eerst van zyn ouders en later van zijn ooms
belangryek bedragen had geërfd, terwijl hy zeer
sober leefde, niet speculeerde en geen kostbare
liefhebberijen bezat.
De straat overstekend kroeg hy een duizeling,
▼lol, werd overreden en stierf op weg naar het
ziekenhuis. Zijn verwanten taxeerden zijn nala
tenschap op drio k vier ton, dooh alles wat men
vond waren oen vijfduizend gulden, die hy in bank
papier in zyn zjupOTtefeuflle meedroeg. In zyn
schrijfbureau en in zyn kasten werd niets gevonden,
dat op geld leek, evenmin als eenige aanteekening,
correspondentie met banken, makelaars .of derge
lijk en. Men stond voor een mysterie.
Het eenige, wat op het bestaan van een ge]4-
depot scheen te wijzen, .was eten sleutel aan rijn
bos, die wellïoht van een safe zou kunnen zyn.
Eerst worden de safe-inrichtingen in de woon
plaats van den overledene, toon die in de andere
steden onderzocht, doch noch die sleutel, noch 's
mans naam was ergens bekend.
Hier en daar wist men wel- eens effecten voor
iemand van dien naam te hebben gekocht Of ver
kocht,e en enkele maal' ©en coupon te hebben ver
zilverd, dooh daarmede hield elk spoor op.
Het geld, de ton of vier, bleef onvindbaar en op
welk slot de geheimzinnige sleutel paste, bleef
eveneens een raadsel.
Tot in de eerste dagen van Januari ten huize van
den overledene een brief werd bezorgd1 aan iemand
van geheel anderen naam, afkomstig van een bank
in Antwerpen.
Men dacht aan een verkeerd adres, doch een der
familieleden vond het de moeite waard met 'den
geheimzinnigen sleutel naar Antwerpen te gaan.
Zijn moeite werd beloond", want bij onderzoek bleek
dat de oom, onder een anderen naam, daar een safe
had en gewoon was geweest eens per drie maan
den even over te wippen, om orde op rijn zaken te
stellen.
Met elndelooze moeite kwam men \n het bezit
der nalatenschap, daar de bank natuurlijk het be-
vrijs der identiteit yerlangde.
^Ziedaar een voorbeeld waartoe al' te 'groote ge-
h dim zinnigheid en het niet hebben van aahtoeke-
ningen kan leiden.
Dit nu is een geval van het opzettelijk vernietigen
van documenten, kwitanties en dergelijke, iets, waar
van tenslotte alleen de rechthebbende last kan heb
ben.
Erger wordt het, als het ontbreken van bewijs
stukken miet komt voor de verantwoordelijkheid van
hem, die betaalt, doch van hem, die ontvangt.
Dan is natuurlijk het hek van den dam. Vooral als
de ontvanger kwitantie in normalen vorm weigert
en decreteert wat als bewijs van betaling zal hebben
te dienen.
We bedoelen natuurlijk de hondenpenningen, die
het poetkantoor verstrekt ab permlasie tot het beu
rijden van een flets.
Ieder, die geen bureaucraat is en als normaal
mensch wel ongeveer weet wat er op de wereld te
koop is, had twee dingen kunnen voorspellen.
Ten eerste, dat deze koperen plaatjes direct door
elk niet geheel en al onbekwaam metaalfabriekje
zouden kunnen worden nagemaakt.
Ten tweede, dat zij onmiddellijk zouden; worden
gestolen.
Het zou dus zoowel in het belang van den fiscus
als in dat van den wielrijder zijn geweest als men
een kwitantie had verstrekt zonder het bezit waarvan
hot plakje koper waardeloos zou zijn.
Wie nu zyn plaatje verliest of wien het ontstolen
wordt, Is er bij. Wordt bekeurd, beboet enz., zonder
dat hy met ©enig bewijsstuk kan aantoonen zijn be.
lastlng te hebben voldaan.
Wio zich van een dor nijvere industrieeion een na.
mankplaatje aanschaft, of, nog goedkoopor, van een
sardineblikje hot fabrieksmerk van Phllippe on Ca.
naud afneemt om daarmede zijn rijwiel te versieren,
kan den fiscus zeer genoegelijk voor den gek houden.
Hij heeft zijn plaatje immers op het postkantoor ge
haald dan wel „het is zeker door een of anderen boef
vernield."
Het lijkt ons practisth zeker, dat voor we een
maand verder zijn er minstens één principieel pro
ces gaande zal zijn van een bestolene, die desnoods
in hoogste instantie wenscht te zien uitgemaakt of
de fiscus het recht heeft betaling te eischon zonder
kwitantie to geven en in hoeverre de aflevering van
het plaatje kan worden beschouwd als bewijs van
betaling. Of hem, na verlies of berooving kan dwin
gen tot dubbele betaling, alleen omdat het Rijk geen
kwitantie goeft.
De fiscus, bij al zijn ambtenarij, laat zich boven
dien een voordeel ontgaan. Wij kennen bijv. een on
derneming waar zes rijwielen worden gehouden (en
ieder kent gezinnen waar vier, vijf fietsen zijn). Deze
onderneming liet de 18 gulden storten, kreeg na
tuurlijk geen kwitantie, dus betaalde ook geen ze.
gel recht.
En dit terwijl zelfs de bonnetjes van een kasre.
gister boven de tien gulden tegenwoordig moeten
worden gezegeld.
Het ligt voor de hand, dat de tegenwoordige ma
nier van betalen geen stand' houdt en dat de poste
rijen. wier aantal ambtenaren gestadig minder wordt
terwijl telkens nieuwe werkzaamheden aan de post
mannen worden opgelegd, zoodat zij nog meer dan'
de burgemeesters langzamerhand rijkskruier" wor
den, eerlang voor de fietsenbelasting extra hulpper-,
soneel noodig zullen hebben.
Zooals het nu is, kan men het niet anders noemen
dan een ergerlijke dwaasheid, waarbij de fiscus vol
maakt ln het ongelijk ls.
En bovendien kans loopt op ernstige schade uit
verschillende oorzaken.
Dat men aan Financiën geen verstand heeft van
zaken was sedert lang voldoende bekend.
Doch dat men daar meende, dat de burgerij zich
zou tevreden stellen met dit „koperen blikje" f8,
als gap .object en quitantie tegelijk, is wel wat heel
veel gevergd.
Enfinmen heeft op den Kneuterdijk het prach
tige tariefontwerp ook wel in elkaar gekregen.
Wie het een slikt, slikt het andere ook, nietwaajj
A.
Men praat er een dag of wat over, beklaagt heb
)ffer, verdringt (elkander by de begrafenis.
En dan is alles vergeten, tot de justitie wellicht te
eeniger tijd een ontdekking Üoet.
Er is iets# geheimzinnigs in dergelijke moorden,
vooral als niemand eenig motief kan aanwijzen. Is
er wraak in het spel, roofzucht of wat? Men kan
vragen stellen, doem antwoord krijgt men niet, om
de eenvoudige reiden, dat de justitie niet beschikt
over voldoende gegevens.
Particulieren, die geen geregelde zaken drijven,
hebben nu eenmaal slechts zelden de gewoonte van
boek te houden over hun inkomsten en uitgaven en
evenmin plegen zij hun correspondentie op een
b h«* voor groot on Idem
als tot slot van den maal
tijd met Honig'» Maizeoa
gefabriceerde HONIG'S
PUDDING wordt opge
diend. Door bon aangenamon
smaak zijn Honig'» Puddingen al
gemeen gewild, terwijl de zuiverheid
en kwaliteit aan de hoogste eiscben
voldoen. Vraagt Uw Winkelier
Puddingen
Naar het Engelsch van C. N. en A. M. WILLIAMS ON
Bewerkt door W. J. A. ROLDANUS Jr.
32.
Onder het wandelen vroeg Heron weer aan O'Reil-
ly:
„Je vrouw, zei je?"
„Ja. dat zei ik. Maar vóór ik verder vertel, moet
ik je een paar' vragen doen. Je hebt toch mijn tele
gram gekregen, waarin ik je aanraadde voorzichtig
te zijn en erop zinspeelde, dat de oude bende weer
aan het werk was?"
,.Ja. We waren den heelen middag uit. Toen we
naar de villa van .HammersleyFisher teruggingen,
om ons te kleeden voor het bal bij de Sands. heb ik
jo telegram gevonden. En wil me nu zeggen
Ik wil je zeggen, dat mijn meening over Mrs.
Sands veranderd is. Je zult dadelijk hooren waar
om. En ik vermoed, dat het je pleizier zal doen de
jouwe ook te veranderena ls je dat. met een gerust
geweten doen kunt. En wat Sands zelf betreft, ik ben
te weten gekomen, dat wij hem in verband met de
gestolen papieren groot onrecht aangedaan hebben."
„Hoe ben je dat te weten gekomen?"
„Door denzelfden persoon, die wilde, dat ik je
seinde, toen ik je telephonisch niet bereiken kon"
«Wie is die persoon?"
„Mijn vrouw. En als Je weten wilt wie zij is
„Dat wil ik zeker
Jk zou je binnen twee minuten aan haar kunnen
voorstellen, als ik niet bang was» dat zii je een nieu
wen schok fcou goven."
„Een nieuwen schok?"
„Zooals zij op dien Zondagavond in het hotel ge-
v j? ÏL6 .toen je dien aanval van een flauwte
hadt. Heron. ik ben met dat meisje getrouwd; het
prachtigste meisje uit de 'heele wereld."
„Dat meisje! Jij. bent met dat meisje ge
trouwd*. stamelde Heron» die staan bleef.
„Ja zeide Justin, „ik ben vanochtend met haar
getrouwd. Zoodat, al wou je bezwaren ertegen in
brengen. het toch te laat zijn zou."
a uü ^ogenblik bleef Heron zwijgen. Maar dan zei-
de hij heel vlug. ..Wanneer jij zoo iets zegt. O'Reilly,
maak je geen gekheid. Je hebt er een bedoeling me
de. Waar denk je aan?"
„Misschien aan hetzelfde als jij, Heron".
„Spreek duidelijker".
„Ik wil dat niet doen zonder eenige aanmoediging.
Zij en ik hebben beiden Iersch bloed in onze aderen,
dus weet je even goed als ik, dat de phantasie bij
ons Kelten wel eens op hol slaat. Gewoonlijk vleien
we ons ermede prophetische visioenen te zien, ter
wijl het per slot van rekening niets blijkt te zijn."
„Ik geef je verlof te spreken."
„Lang geleden, toen ik je het eerst leerde kennen,
toen mijn vader nog leefde en vóór je met Miss Mo-
reno trouwde, heb je eens bij ons gelogeerd. Je was
toen beroerd en ziek. Mijn vader dacht, dat we je
konden helpen. Op een goedén dag sprak je vrij
openhartig over een incident in je vroeger leven.
Daarna hebben we er nooit meer over gesproken en
ik was ook niet van plan ooit weer over het onder
werp te beginnen. Maar gisteren heb ik een ander
verhaal gehoord, dat er volkomen mee overeenstem
de. Dat tweede incident betrof twee Iersche meisjes.
Het eerste is jaren geleden gestorven .Het tweede
is mijn' vrouw."
„En het eerste is de mijne geweest."
„Dat heb ik ook gedacht. Kijk eens, dat flauw val
len op dien Zondagavond was in gewone omstandig
heden niets voor jou. Er moest dus een reden voor
zijn en dus
„Heeft het meisje het je verteld?"
„Zij heeft mij verteld, dat zij. toen zij voor mijn
deur stond, een grooten man gezien heeft met rood
achtig haar en buitengewone oogen, die haar door
en door keken. Zij heeft mij verteld, dat zij, nadat zij
op den steenen muurkap van mijn raam naar het
jouwe geklommen was
„Groote God!"
„Ik heb je al gezegd, dat zij het prachtigste meisje
uit de heele wereld is. Later zal je de heele geschie
denis hooren. Zij wist toen niet wie je was. Toen ze
je naam hoorde, maakte, hoewel zij zich niet bewust
was dien vroeger gehoord te hebben. zich een vreemd
gevoel van haar meester. Zij scheen dien te verbin
den met slapelooze nachten in haar prille jeugd en
het geluid van vrouwensnikken in het donker."
„Scheid uit Justin. Ik kan het niet langer meer
uithouden. Het zien van haar dien Zondag in het
hotel die spookachtige verschijning van haar in
mijn afgesloten kamer
„Zou je haar nog eens willen zien, en zelf beoor-
deelen, of
„Breng mij bij haar", viel Heron hem in de rede.
Zij gingen terug naar de grijze limousine, die en
kele yards verder aan den kant van den weg stond;
maar vóór zij tien stappen gedaan hadden, trok
Heron O'Reilly aan zijn mouw.
„Weet zij het?" vroeg hij plotseling.
„Ik heb haar niets gezegd", verzekerde Justin hem.
„Zij kan het niet weten. Maar toch geloof ik. dat wat
je haar onderbewustzijn; zoudt kunnen noemen be
seft, dat er een band tusschen jullie bestaat. Zij is
ook een Keltische 1 Zij heeft geen oogenblik rust ge
had sedert zij wist (hoe, zal je later wel hooren), dat
je leven in gevaar was. Ik ben er zeker van, dat iets
hoogers dan louter Toeval ons drieën vanavond op
dezen weg gebracht heeft. Ik heb je niet gezien in
den auto. Zij wel. Zij wilde, dat we teruggingen."
Zonder verder iets te zeggen, begon Heron haar te
loopen. Justin bleef naast hem, maar zeide niets
voor zij vlak bij de limousine waren. Dan waar
schuwde hij Heron vlug, dat het meisje een ongeluk
gehad had. „Dat wil zeggen, de leider van de bende,
die het op jouw leven gemunt heeft, heeft een kogel
in haar schouder geschoten. Als je haar dadelijk
wilt zeggen wat je vermoedt, dat jullie van elkaar
bent, clan heb ik daar goen bezwaar tegen, Geluk
kig nieuws doet zelden kwaad. Het eenige wat ik je
vraag is: wind haar niet te veel op!"
„Mag ik voor jou met haar praten zooals ik
„ia. Maar hoe moet het met Mrs. Heron?"
„O. later zal ik het haar moet envertellen. Maar
vanavond moet dit wonder tusschen ons blijven.
Maar O'Reilly. hoe kan ik nu met mijn vrouw en
dien Hammersley—Fisher naar het bal van de
Sands gaan? Wat moet ik doen? Denk jij voor mij.
Ik kan maar aan één ding denken."
„Als ik je voorgesteld heb aan mijn vruw (telkens
wanner O'Reillv die twee woorden zeide, klonk er
groote teederheid in zijn stem), zal ik naar den auto
van Hammorsley—Fisher gaan en voorstellen, dat
hij Mrs. Heron medeneemt, terwijl wij later volgen."
„Ja, doe dat."
Zij waren nu bij de grijze limousine. Justin deed
het portier open. „Clo, hier is mijn oud© vriend, John
Heron, die je graag wil spreken."
„Clo! Jij heet toch niet Clodagh?" De vraag sprong
als het ware van Heron's lippen.
„Het was een der voornamen van mijn. moeder, Mr.
Heron."
„En jouw stem is haar stem! nep hij uit. „Jouw
gezicht is haar gezicht." Hij had niet op die manier
willen beginnen, maar het was te veel voor hem,
toen Clo het electrische lampje opdraaid en het zilve
ren licht op haar viel. Justin sloop stil weg. om de
twee anderen kennis te laten maken. Hij was zoo
gelukkig, dat hij zou willen bidden.
HET RIJWIELPLAATJE.
De N.RCrti houdt de volgenjde ontboezeming:
Een Nederlander moppert gaarne. En een belas
tingbetaler nog liever. Van een Nederlandsohen be
lastingbetaler moet men daarom maar liefst wat
uit de buurt blijven.
Maar nu zyn we zoo goed als allen, dank zij 1de rij-
wielbelasting, belastingbetalende burgera geworden,
en wy kunnen elkaar niet uit den weg loopen. Dus
klagen we ólkander onzen nood. We mopperen bh'
het opstaan; aan alle maaltijden; by het nadr bed
gaan: Dwaze belasting. Hoe verzinnen ze het? We
pruttelen pp het kantoor, waar we ons juist per
rijwiel heen hebben begeven, en waar zelfs do jonge
dames met nog niet behalsde en bemouwde jurkjes
ons niet in ons humeur meer kunnen brengen; zij
mopperen immers ook: Wat 'n malligheid. Die Oo-
iyn toch. We vieren onze woede bot in de rij aan
het postkantoor, waar we goedschiks kwaadschiks
wel neen moeten^ om dat hatelijke ding te gaan
halen: Afschuwelyk! onpractisch! Wat zal dat een
geknoei geven. En dan op de sociëteit, en by de
namiddagthee, want voor het rijwiel plaatje bestaat
er geen vrouwenvraagstuk en geen vrij gezellen-
probleem, geen bevoorrechting van gehuwden of
^(doctoreerdenwo hebben allen hetzelfde belang,
in de arbeiderswoning en in de huizen der wel ge
stelden, in de keuken en in het salon. Lieve hemel,
we zijn eensgezind, als 10 jaar geleden: de gerefor
meerde school A, B. en C. en de Hervormde, en de
Katholieke, do Israëlitische, de Duitsche, de Menno-
niste, de neutrale, de openbaro, de gesubsklieerde en
de werkelijk vrije; of we met zomertijd opstaan of
een eeuwigen haat aan die nieuwigheid hebbon ge-
zwaren"leger on burgery, alle politieke partyen
Den volgenden ochtend bevatten de couranten ln
Oost en West. Zuid en Noord groote artikels onder
het opschrift: „Sensationeel© poging tot moord op het
bal van Roger Sands".
John Ileron (vroeger bekend als Oil Trust King
van Californië) en zijn mooie vrouw logeerden bij
Mr. HammersleyFisher te Narraganset. Met hun
drieën waren zij per auto naar het bal gegaan, doch
de auto had onderweg een panne gekregen. Mr. He
ren, die zich niet al te wel voelde, besloot toen niet
mede naar het bal te gaan. Vrienden, die zij enroute
ontmoet hadden, boden hem hun auto aan, weinig
vermoedend, dat zij daardoor waarschijnlijk zijn le
ven gered hadden. Mrs. Heron ging met haar gast
heer naar het landhuis der Sandh en kwam daar aan
midden in een dans, gegeven door vier bekende le
den van een Russisch ballet.
Die dans was een verrassing, welke Mr. en Mrs.
Sands hun gasten bereid hadden, en hoewel er slechts
vier personen (twee heeren en twee dames) geënga
geerd waren, was er toch een derde man meegeko
men om te zien of de dansvloer in orde was. Eerst
later (te laat, zooals bleek) zeiden de Russen, dat hij
een vreemdeling was. Hij had blijkbaar de plaats in
genomen van oen man, die had moeten komen en
te kennen gegeven, dat hij gaarne Mrs. Heron. wier
portret hij zoo dikwijls in de couranten bewonderd
had, wilde zien. Men had hem kalm dicht bij den
hoofdingang naar de balzaal laten staan en niemand
had meer aan hem gedacht, tot hij met een luiden
gil voor Mrs. Heron en den heer, die haar vergezel
de sprong,
„Sterf, tiran," schreeuwde hy in het Engelsch, ter-
wjjl hij recht in de borst van Mr. Hammersley-—
Fisher, dien hy voor Mr. Heron aanzag, schoot.
In de daarop volgende verwarring had de would-be
moordenaar weten te ontsnappen; maar de politie
was hem op het spoor en kende de bende, waartoe
hij behoorde. Gelukkig zou Mr. Hammerley Fisher,
hoewel zwaar gewond, herstellen; hy was reeds in
staat geweest te zeggen, dat het hem verheugde in
staat geweest te zijn John Herons kostbaar leven
De couranten hebben niet het ware van de geschie
denis gehoord en zullen waarschijnlijk nooit weten
welke rol O'Reilly's bruid daarin gespeeld had:
Per slot van rekening was zij toch maar de Muis
van een Leeuw.
EINDE.