POORTER's Tapijt
Brieven OYer Engeland.
SINT NICOLAAS-CADEAUX.
VIERDE BLAD.
Binnenlandse o Nieuw*.
HET ADRES YOOR
Als reclame i Tbeekasteo f 12.00. Heeren-Fauteulis met leer f 13.50.
Zondags gOSlOtBIl. Aanbevelend, LAAN I SCHAÜEN.
Gesprongen
Kloosterbalsem
Zaterdag 29 November 1924.
67ste Jaargang. No. 7546.
I ehwun o* eon sretleelte «r van, door den beafltterr
wui de wetenschap wordt vermaakt, zonder dat defle
bepaling in het testament ten uitvoer wordt ge
bracht. Want volgens de wet houdt iemands li
chaam op zijn eigendom te zijn btf zijn sterven en
hebben ae nabestaanden het recht het te laten be
graven, onverschillig welke bepalingen door den
overledene zijn gemaakt in zijn testament. Zoo werd
een vrouw, die zich twee jaar geleden ophing in
Epping Foreet, met het verzoek, dat haar liohaam
gegeven zou worden aan het St. Mary'a Hospitaal,
op verlangen van haar eohtgenoot begraven. Het
zelfde lot „onderging" Dr. Monsey, de boezem
vriend van den tooneelspeler David Garrich, die
bepaald had, dat zijn liohaam in de Theems gewor
pen moest worden.
22 November 1924.
Belofte maakt schuld, en dus wil ik eerat even mijn
brief van de vorige'maal afmaken.
In het Spaaaisohe dorpje St. Gin&r zou een bijbel
spel worden opgevoerd, en niemand was zoo geschikt
voor de rol van Christus als een schuldenaar ter
plaatse, die evenwel, om aan de vervolging van zijn
schuldeischers te ontkomen, een toevlucht had ge_ I
zocht in de kerk. Niemand toch kon gearresteerd
worden, zoolang hij daar maar bleef. Doch één slap j
op den n iet-gewijd en grond buiten de kerkmuren, en
do politie kon haar machtt doen gelden, Du-a was
goede raad duur.
Toch werd een uitweg gevonden. Een kar zou voor
do kerkdeur komen, de wanbetaler zou er op stap
pen en zonder een voet> op den grond te plaatsen j
naar het marktplein worden gevoerd, waarde opvoe-!
ring zou plaats hebben Aangezien ook daar natuurlijk
op een stellage gespeeld zou -worden, kon alles, heen
reis, spel en terugreis, zonder gevaar voor arrest
worden uitgevoerd. I
Maar de schuldeischer was ook niet mis, en ging,
karakteristiek genoeg, een overeenkomst aan met
Judas. Op het oogentolik. waarop Judas den Heer
zou verraden, zou degene, die Judas speelde, zijn
medespeler een duw geven, zoodat hij van de stella-
go op den grond; terecht kwam. "De rest was dan' ge
makkelijk genoeg.
Het plan slaagde. Judas bleek trouw te zijn aan
zijn afspraak en de ongelukkige schuldenaar bad
nauwelijks met zijn voet den grond aangeraakt, of hij
zag zich in de veilige, maar voor hem minder plei-
zierige hoede van een toevallig? ter plaatse aanwe
zigen. gerechtsdienaar
..maar terwijl de góede Heer zeer rampzalig op
keek naar zijndiscipelen, greep Petrus, die het
dichtst bij hem stond, zijn zwaard, en, vervuld van
medelijden, spleet hij daarmede het hoofd van den
gerechtsdienaar bijna in tweeën. Een groote drukte
ontstond in het dorp, zoodat de gerechtigheid tus_
schenbeide moest komen, en Petrus, de Heer, Judas
en alle andere Joden gearresteerd werden. De rech
ter sprak als zijn vonnis uit: Ten eerste, Judas moet
gegeeseld worden wégens bespotting van God. Ten
tweede, de gerechtsdienaar moet zich op eigen kos
ten laten genezen. Ten derde, Petrus moet worden-
vrijgelaten, als een vroom en trouw apostel, en de
Iïeer eveneens. De schuldeischer verbeurt alles wat
de Heer hem schuldig is en- zal om de hem verschuL
digde sommen nimmer meer mogen vragen."
Zoools we zien, een voor den wanbetaler zeer ge
lukkig einde, -hoewel hqt zeer te betwijfelen is, of de
rechters van onzen tijd de rechtvaardigheid van- de
uitspraak zouden erkennen.
Mijn oorspronkelijk plan, om dezen brief te wijden
aan dén Lord Mayor, den Burgemeester van Lon
den, moet ik nu, na dit tamelijk lange staartstuk
van den vorigen brief, wel laten varen, en daarmee
wachten tot de vo-lgende gelegenheid-. Enkele kleinig
heden moeten ditmaal maar voltooien, waar ik van
daag mee begonnen ben.
In de eerste plaats dit:
Het beroep van letterkundige schijnt, althans in En
geland, ver van ongezond te zijn. Thomas Hardy
de schrijver va' Tess of the D'Urbervilles en Far from
the Madding Crowd, is op -het oogeniblik 84? Sir Geor-
go Tnevelyan, de schrijver van Het Leven en de Brie
ven van Macaulay is 86. Charles Montagne Doughty
(Wand-erings in- Arabia, Arabia Deserta) is 80, Dr.
Robert- Bridges, de Poet 'Laureate eveneen», Lord
Rosebeiy (Pitt, Napoleon, Oliver Cromwell, ia 77,
Augustine Birrell, de schrijver van vele essays, ia 74.
Ibsen heeft Engeland' indertijd al -het land van. de
bewonderenswaardige oude mannen genoemd, en
aangezien Ibsen al achttien jaar geleden gestorven
ia. had hij de bovenstaande letterkundigen uit den
aard der zaak niet in zijn gedachten. Ibsen doelde
od de groote mannen uit den tijd van Koningin Vic-
toria.
Kardinaal Newman, eerst geestelijke in de En-
gelsche kerk. en later overgegaan tot het Roomsoh
geloof, werd 89, Thomas Carlyle 85, Tennvson 83,
Ruskin en George Meredith 81, Froude 78, Disraeli
77, W. S. Gilbert 75. Maar het record van ,{lengte
van dagen" zouden we moeten geven aari, Nioholas
Udall, die zooals we lezen, leefde van 15051056.
Doch daar zullen we, 'vermoed ik. weli een eeuw
af moeten trekken.
Tachtig, negentig jaar is een hoog en leeftijd,
maar. vroeg of'laat, eenmaal komt heb eind, ook
van de groote mannen, de denkers, de dichters, de
schrijvers. Velen zijn er geweest, die er voor ge
pleit hebben, dat de menschheid zou behouden
alles, wat haar in deze groote mannen geschonken
was, niet alleen hun \verken, maar ook! dat orgaan,
waarmede die werken werden voortgebracht: hun
hersenen. I
En het zijn niet alleen de buitenstaanders, die
dit hebben gewensoht. Ook de personen zelf, over
tuigd als zij waren Van de abnormaliteit, in gunsti-
Ï;en zin, van hun denkvermogen hebben «meerma-
en gewensoht, dat het" orgaan niervan gespaard, zou
worden. Professor G. Elliott Smiti^ de beroemde
schedelonderzoeker van de Londensohe Universi
teit, heeft nog onlangs verklaard, dat hijl onder zijn
berusting haa de hersenen van sommige groote
mannen, die dezen aan hem voor wetenschappelijk
onderzoek hadden nagelaten. De namen dier man
nen wilde hij, althans op het oogenblik,. nogf niet
meedeelen, waaruit we mogen afleiden, aafc zijl nog
maar kort geleden gestorven zij!n.
Want van verscheidene anderen, die reeds lang&i
Seledent zijn heengegaan, is bekend, dab zij oj)
eZo wijze hun liohaam nu hun dood aan de weten
sohap hebben gegeven. Daar aijn o.a. Aartsdeken
Collev, van Birmingham, Sir Viobor Horsley, zelf
oen dokter en speoialist op het gebied van herse
nen, Dr. Thomas Robson Ellerby, Sir Astley Cooper
Maar het merkwaardigst van alle is zekeil wel net
geval van Jeromy Bentham, de philoaoof (1748
1832). die een boek schreef, getiteld: Auto-icon,
of het Nut van de Dooden voor devÜevenden. Ben
tham wonschto, dat de mensah na zijn dood zou
worden gebalsemd en bewaard als zijn eigen stand
beeld. Iemand van geld, met een landgoed, en een
oprijlaan, voerend naar zijn woning, kon langs
deze laan de auto-icons, de zelfbeelden van zijn
afgestorven familieleden hebben staan, afwisselend
met de boomen. Copal vernis zou 't gelaat moeten
beschermen tegen den regen en de kleeding zou
moeten vervaardigd zijn van oaoutohouc.
1 oorzoover ik weet, is geen enkele landhuisbezit-
ter in Engeland of waar ter wereldJ ook, in het-
bozit van een dergelijke oprijlaan. Bentham zelf is
trouwens ook geen auto-icon gewoi^5én. Volgens
zijn wensch is zijn liohaam gebruikt als onderwerp
voor een anatomische les. Ziin geraamte, gekleed
en gezeten op een stoel, met een wassen hoofd,
gevormd door een bekenden Franschen kunstenaar,
terwijl hot werkelijke hoofd in een kistje aan z in
voeten ligt be ust tot op dezen dag aan de "Lon
densche Universiteit.
Veelvuldig rijn ook de gevallen, waarin heb li
KOSTEN VAN MELKBUSSEN EN MELKVATEN.
Verschenen is thans het vierde vervolg op het
verslag van. de Commissie voor de Staatsuitgaven
omtrent het verslag der Algemeene Rekenkamer
betreffende hare werkzaamheden over 1922 (kosten
van melkbussen en melkvaten).
Bij het vervolg op haar verslag betreffende dit
onderwerp deelde de commissie mede, voornemens
te zijn een ander onderzoek omtrent deze quaestie
in te stellen en van den uitslag daar van aan. de
Kamer medëdeeling te 2u'llen doen.
De commissie heeft, na kennisneming-van al de
ter zake betrekkelijke stukken, van dien loop der za
ken in deze aangelegenheid een hoogst ongunstigen
indruk gekregen. De quaestie komt kont samenge
vat hierop neer. In Juni 1919 had de Regeering
25.000 melkbussen besteld voor de melkvoorziening
terwijl reeds pl.m. 38.000 melkbussen voorhanden
waren. Bij de levering had een sterke bevoorrechting
plaats gevonden- vah een te Amsterdam gevestigde
zaak, met wélke een der ledey van de Commissie
van Advies voor Zuivelaangelegenheden in
finantieele relatie stond. Do toenma
lige Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel
dee'lde de Algemeene Rekenkamer mede. dat de be
stelling was geschied, omdat in den winter 1918—
1919 dë in vaten geleverde melk herhaaldelijk in be
dorven toestand door de gemeenten was ontvangen.
Het Rijkskantoor voor melk en zuivelproducten (R.
M.Z.) had de bestelling noodig geoordeeld en daartoe
een voorstel gedaan; de Commissie van Advies voor
zuivelaangelegenheden (C. v. A.) had over -dat voor
stel gunstig geadviseerd. De Commissie is van oor
deel dat de goedkeuring van de melkhussenlevering
door den Minister niet k priori met de toenmalige
verwachtingen ten aanzien van de melkvoorziening
strijdig kan worden geacht. De voornemens van den
Mini sier te dien aanzien zijn echter wel in strijd
met de verzekering, destijds bij.de behandeling van
de N.U.M.-wet door de Regeering gegeven, dat voor
taan de uitgaven voor de levensmiddelenvoorzie
ning op de Staatsbegrooting zouden worden uitge
trokken en niet meer zouden worden bestreden uit
de opbrengst van uitvoerconsenten. De vraag is
voorts, in hoever de motieven, voor de bestelling van
melkbussen aangevoerd, deze met het oog op de ver
wachtingen ten aanzien van de melkvoorziening
voldoende rechtvaardigen. Het R.M.Z, deed' 't voorstel
j het aanmaken van de bussen, mede steunend op het
verzoek van den Minister van Binnenlandsche Za
ken aan de Commissarissen der Koningin deze ge
meentebesturen in. overweging te geven de industrie
te steunen door zooveel mogelijk werk te verschaf
fen. Imtusschen heeft de maatregel als werkverschaf
fing grootendeels geen doel getroffen, omdat een
groot deel van de geleverde bussen toen reeds bij de
N.V. Machinehandel vjh. C. van Kleef en Co te Am.
•steirdam ter aflevering gereed lagen. Het 'lid der C.
A,, de heer O. Reitsma, gaf nog een, ander argument
i voor de bestelling, nl. dat de N.V. Van Kleef en. Co.
i steun moest ontvangen en moest woerden afgeholpen
van duur materiaal voor 10.000 al2.000 bussen en
bovendien nog in de gelegenheid moest worden ge
steld tegen matigen prijs nog 3000 a 4000 bij- te leve
ren. Naar zijn zeggen had deze N.V., die tot dusver
re bussen voor de Regeering gemaakt had zich daar
bij uiterst verdienstelijk gemaakt, o.a. door het in
richten van een dag- en nachtploeg, en had zij duur
materiaal ingekocht. De heer Reitsma had als lei
der van de Federatie van Nederlandsche Zuivelfa
brieken (F.N.Z.) met deze N.V. zaken gedaan. Bo_
vendien was hij sterk bij haar geïnteresseerd.
Oorspronkelijk was de RV. Van Kleef en Co. ver
tegenwoordigster van 4© firma Thiel—Sohne te Lu-
beck. In den oorlogstijd moest deze firma om in Ne-
derland zaken te kunnen doen een z.g. Nederlandsche
i fabriek oprichten en heeft toen in overleg met den
i heer Reitsma de N.V. Neerlandia gevormd. De direc
teur van de N.V. Van Kleef en Co. was tevens direc
teur van de N.V. Neerlandia. De zaken der beide
naamlooze vennootschappen Jiepen in elkaar. Zooals
later is gebleken, nam de heer Reitsma toen in de
N.V. Neerlandia 10 van de 100 aandeelen (bij een
kapitaalsuitbreiding nam hij er nog 5 bij) en leende
hij aan de N.V. Van Kleef en Co. in Mei 1919 f50.000
7 Van deze relaties hield hij echter Zijn mede
leden in de Commissie van Advies onkundig.
De levering van de 2366 bussen van 40 liter, die de
N.V. Van Kleef en Co. tegen onevenredig hoogen
Srijs leverde en die. van de bussen van 50, 30 en 20
ter waren een gevolg van den z.g.n. steun, die aan
die N.V. zouden worden verleend. Niet alleen echter
werd haar in vergelijking met de andere leveranciers
een abnormaal hooge prijs toegekend, maar ook be
stond de leverantie gedeeltelijk uit bussen van 50,
30 en 20 liter, dAv.z. incourante maten voor het doel,,
dat met de distributie werd beoogd. Dit was de tweede
vorm, waarin aan deze N.V, steun werd verleend.
Zij had n.1. een contract gehad met den F.N.Z., waar
van de heer Reitsana leider was, welk contract om
niet ter zake doende rédenen vervallen was. Dit
F.N.Z. contract werd nu op het Rijk geschoven. De
N.V. Van Kleef en Co. was nu bevrijd van het dure
materiaal en van de bussen van incourante maten.
Neemt men iD aanmerking, dat de firma Van Wijk
en Boerma had aangeboden de geheele partij, waar
over de bestelling liep, voor f 16.75 per stuk te leve
ren, dan heeft dus de leverantie van de bussen door
de N.V. Van Kleef, en Co-, voor het Rijk een schade
opgeleverd van pl.m. f140.000. Moet worden aange
nomen waartoe alle aanleiding bestaat dat
zonder het motief om aan die N.V. steun te verleu
nen, de geheele bestelling achterwege zou zijn ge
bleven, dan wordt de door het Rijk geleden schade
uiteraard nog grooter.
De vraag rijst thans, hoe het mogelijk is geweest,
dat de Minister zijn goedkeuring hechtte aan een
dergelijke uitvoering van de leverantie. Hierover is
geen licht te verkrijgen.
Ten aanzien van de gevolgen van de leverantie
wordt in de eerste plaats opgemerkt, dat de nieuw
aangeschafte bussen voor de melkvoorziening niet
noodig zijn geweest. Toch zijn na 1919 wellicht nieuwe
bussen in gebruik genomen, immers het aantal nieu
we bussen, dat na afloop van de melkvoorziening
aanwezig was, was aanmerkelijk geringer dan het
aantal, dat in 1919 was geleverd. Intusschen is het
ook mogelijk dat de N.V. geen nieuwe bussen heeft
geleverd; immers zij sloeg deze bussen op in haar
eieen pakhuizen te midden van onder haar berusting
zijnde gebruikte bussen. Een partij van die melk
bussen bleek slechts eenmaal te zijn vertind. De bus
sen waren op onoverzichtelijke wijze opgestapeld in
donkere ruimten, waardoor behoorlijke bezichtiging
voor den verkoop onmogelijk was.
Ten slotte is op verzoek van de Rekenkamer het
advies ingewonnen van den Landsadvocaat, die tot
een justitioneel onderzoek heeft geadviseerd. Dit
onderzoek heeft echter niet tot een strafvervolging
kunnen leiden, o.a omdat de heer Reitsma slecht«
lid was van een commissie van advies en geen amb
tenaar in den zin der wet.
Een en ander heeft de Commissie voor de Staats-
Verder «Hts voor den leeget mogelijken prijs. VRAAGT PRIJSOPGAAF.
uitgaven tot de conclusie gebracht, dat, al moge dan
een strafvervolging geen succes kunnen hebben, des
niettemin handelingen hebben plaats gehad, die in
hooge mate afkeuring verdienen. Door het meerge
noemde lid der Commissie van Advies heeft ten na-
deele van 's Rijks schatkist een belangrijke bevoor
deeling plaats gehad van een naamlooze vennoot
schap, waarmede hij in financieel© relatie stond. De
indruk is, dat deze bevoordeeling is bevbrderd dooiv
den ambtenaar aan het Departement, die met de
verzorging van den tak van dienst, waarop deze be
langen betrekking hebben, was belast (blijkens het
verslag der Commissie dus de heer L. Bückmann,
secretaris der C. v. A., tevens chef van de afd. melk
en melkproductenvoorziening aan het Departement).
Dergelijke vriendendiensten acht de Commissie
voor de Staatsuitgaven ten eenenmale ongeoorloofd.
DE REGELING DER WATERSNOOD LASTEN IN
N0ORDR NOORDERKWARTIER
Dijkgraaf en Hoogheemraden van het Hoogheem
raadschap Noordhollands Noorderkwartier hebben
bezwaar ingebracht tegen het voorstel van Gedepu
teerde Staten van Noord-Holland dat voor belang
hebbenden ter visie heeft gelegen, om de bijdrage
van het Hoogheemraadschap in de watersnocdlee.
ning der provincie terug te brengen van 60 pet. der
rente en aflossing op 45 pet.
Nu Gedep. Staten de onderhandelingen met be
trekking tot den Noorder IJ- en Zeedijk als afgesloten
beschouwen en de oplossing van de quaestie uitslui
tend zoeken in een verlaging van het percentage der
uitkeering, hebben dijkgraaf en hoogh. gemeend,
zonder hun' standpunt prijs te geven, zich daarnaar
te moeten voegen en te trachten dien weg tot eene
oplossing te geraken, welke ook aan ons college be
vrediging kan schenken.
Uit bekomen inlichtingen blijkt, dat. behalve de
verminderde draagkracht van het Noorderkwartier,
nog een andere factor van Gedep. Staten termen
heeft opgeleverd, om tot herziening der financieele
verhquding te geraken.
Die factor is deze, dat de bestuur»- en onderhouds-
kostenf van het Hoogheemraadschap niet onbelangrijk
hooger zijn dan waarop zij indertijd door Ged. Sta
ten bij de oprichting van het-Hoogheemraadschap
werden geraamd.
Dijkgr. en hoogh. wijzen er op, dat door allerlei
bezuinigingen op deze kosten zelfs nog belangrijk is
bespaard.
In de eerste' plaats brengen zij in herinnering, dat
het totaal der jaarwedden van de bestuursleden en
hoofdambtenaren, welke door Gedep. Staten zelf
standig zijn vastgesteld, bjv. blijft beneden dat van
Rijnland.
V oorts wijzen zij er op, dat krachtens de door de
Staten vastgestelde opheffingsbesluitcn van eenige
waterschappen, een regeling moest worden getroffen
omtrent de schadeloosstelling aan de ontslagen be
stuursleden en ambtenaren van die waterschappen,
wellke ten laste van het hoogheemraadschap is ge
komen.
Aanden f
helpt direct
Art. 111 van het bestuursreglement geeft de 'be
voegdheid een dijkleger samen te stellen, welk insti
tuut, ware het in het leven geroepen, de kosten van
administratie aanzienlijk zou hebben verhoogd.
Volgens het reglement zouden voorts de periodieke
verkiezingen om de twee 'jaar worden gehouden;
verder zouden er aanvullingsverkiezingen zoowel van
de Hoofdingelanden-plaatsvervangers noodig kun
nen zijn. Door een wijziging van het bestuursregle
ment is bij overgangsbepaling aan dezë administra
tieve beslommeringen en kosten ontkomen.
Ten slotte werd bij art. 135 van het bestuursregle
ment aangegeven de inning van den omslag door
.gemachtigden van den penningmeester" te doen
plaats hebben, tengevolge waarvan een groote ver
meerdering van het aantal ambtenaren zou hebben
plaats gehad; hieraan is echter ontkomen door
gebruik te maken van den postchèque- en girodienst,
en tijdens de stopzetting van deze dien9t, van bank
instellingen, waardoor jaarlijks belangrijke kosten
worden bespaard.
Het is aan dezen g^st van eenvoud en soberheid
te schrijven, dat het waterschap uit een oogpunt van
administratiekosten een vergelijking met andere
groote waterschappen kan doorstaan, hetgeen wel
hieruit blijkt, dat de kosten van den administratie
yen dienst tegenover die van den technischen dienst
staan: bij Rijnland 24:100, bij Delfland als 26:100
en zich bij ons Hoogheemraadschap verhouden als
19:100.
Ten behoeve van het onderhoud en instandhouden
van 140 K.M. zeewering, 140 K.M. binnenwaterkee-
ring, 225 K.M. verharden weg, een aantal bruggen,
duikers en tmolens en van het houden van toezicht
op de in de dijken gelegen sluizen, bestaat het per
soneel van den technischen dienst uit één ingenieur,
tien technische ambtenaren en twaalf werklieden
in vasten dienst, onder welke twee molenaars. Deze
kleine kern van vast personeel werkt met een groot
aantal a.iheiders, dat óf op arbeidscontract werk
zaam is, en waarbij wordt uitgegaan van het stelsel,
dat het Hoogheemraadschap de materialen aankoopt
en de werklieden hun arbeidskrachten leveren, óf
in aangenomen werk in dienst wordt genomen.
Dijkgr. en hoogh. achten zich dus volkomen g»-
wettiga te concludeeren, dat de oorspronkelijke ra
mingen van de bestuurs- in onderhoudskosten te
laag en het aandeel van het' waterschap in de wa*-
tersnoodleeningen dus reeds van den aanvang af
te hoog is geweest.
Het is hun bij gebrek aan cijfers, wiaruit blijkt,
met welk bedrag de werkelijke bestuurs- .on on
dorhoudskosten de aanvankelijke raming over ref-
fen jiiot mogelijk t.a.v. dit punt verder in bijzm
dorheden te treden.
Een poging, om die cijfers te mogón vernemen,
heeft geen resultaat opgeleverd, aangezien biji Ged.
Staten b-tfwhar bestond die te verstrekken.
Het- Hoogheemraadschap kpmt daarenboven bij
de ontwikkeling van zijn.taak m de naaste toekomst
nog voor meerdere belangrijke uitgaven ta staan,
nl. de overneming van de dyksmagazijnen, noodt,
materialen en dijken, en de afdoende voorziening in
de huisvesting van de verschillende takken van
dienst.
Verder is gebleken, dat dé na 1916 opgehoogde
zeewering thans reeds op eenige plaatsen een dv
langrbke verzakking en inklinking vertoont Het op
hoogte houden van den dijk zal van nu af een stecos
terugkeerende uitgaaf vorderen.
Onder die omstandigheden meen en dijkgr. en
hoógh. te mogen aandringen op oen verdere aan
zienlijke, billijke verlaging van de uitkeering. aan
de provincie, in dier voege, dat de voorgestelde „uilt-
keering van de 45/100^ gedeelten van! het over'eenig
jaar door de provincie uit dezen hoofde verschul
digde bedrag", ten minste wordt verminderd! mei
het verschil tussohen uwe oorspronkelijke raming,
en het werkelijk bedrag der bestuur»- en ondei4
houdskoeten.
Zp wijzen op het groote belang, dat de geheele
provincio bij een veilige waterkoering ini hot 'Noor
derkwartier heeft,, waarvoor zij een rapponti van
den hoofdingenieur van den Provincialen Water
staat in herinnering brengen, hetwelk ini uittreksel
is opgenomen in het voorstel aan de. Staten betref
fende de verdediging van de Noordzeekust vanj
jCamperduin, tè Rijnland, van 8 Nov. 1911 waar
men leest:
„Dat bij' een waterstand van 0.50 M. A. P.
reeds een groot deel van Noordholland' wordt ge
ïnundeerd. In het zuiden wordt dan de keering
gevormd door don Spaaradammer Zeedijk, die mot
ae kruin op 2.80 k 3.40 M. Ff A.P. fis gelogen, in hdt
Noorden door de scheiding van Weetfriesland, ter
wijl verder geheel Schermerboezem wordt over
stroomd. RU 1..50 M. 4- A. P. is bijna het geheele
vasteland van de provincie benoorden den Spaarhr
dammerdijk onder het water bedolven; alleen do
Purmer en do Betunster liggen dan. nog droog, tenv
minste als de kaden van dia meren, welke in orrnala
gevallen nimmer dergelijke hooge standen behoeven'
te keeren. niets reeds eerder ziju doorgebroken ön
de bemalingswerktuigen in staat blijken, de» door
kwel sterk vergroote waterhoeveelheid zoo hoog
op te voeren.
Door de sterk verhoogde standen .op hert Noorct-
zeekanaal wordt er. in Amsterdam niet alleen de
scheepvaart en het gebruik der handelsinriohtingen
belemmerd zoo niet belet, maar ook de watarveit
versching en rioleering kunnen dan niet op hormale
wijze geschieden, zooaat in de binnenstad ook daar
door ernstige bezwaren zijn te verwachten. Verdek
ligt de waterkeering van Amsterdam in, het alge
meen niet hooger dan 2.50 -j- A. P. en keeren vötU
schillende sluizen daarin zelfs tot eoni lager peil;
de sluis van het Oude Entrepotdok in de Hoogte^
kadijk b.v. waartegen am., door het overloopen
van. de slechts tot 0,30 M. plus A.P. reikende keersluis
in de Nieuwe vaart, hert hoogd water zal komen
te staan, waakt slechts tot 1.80 4- A. P.
Stijgt het water nu eventueel zoo hoog, dat de
bovenbedoelde keeringen het water niet meer kun
nen tegenhouden, dan zijn de gevolgen voor Am
sterdam on het verdere zuidelijk deel) der provincie
niet te overzien. 1
Ongetwijfeld zal' dit rapport ook do Kamers
van Koophandel en Fabrieken te Hoorn, Alkmaar
en Zaandam eai de overige adressanten voor den
Éfeest hebben gestaan, toon zij' hot verzoek tot do
staten richtten om de geheele watersnoodl'eoninjgi
voor rekening derprovincie te nemen.
Het komt dijkgr. on hoogh. voor, dat 'deize 'adresi*
santen- in1 dat verzoek vorder kraohtien steun vin
den m het feit, dat de kosten van do verzwaring der
dijken in het zuidelijk doel' der provincio nog maar
steeds door de geheele provincio wdrdt gedragen.
SCHOORL.
De aanbesteding eener te houwen villa voor re
kening van den weled. heer Baron van Fridagh aan
den Laanweg alhier, heeft den volgenden uitslag
gehad: W. Rampen te Bergen f17129.—, M. Groen te
Schoorl f16954.S. de Wever te Schoorl f16948.
P. den Das te Schoorl f16700.,H. Boel te Voorburg
f15730.C. Noort te Bergen f 12594--
Vier aannemers bedankten voor mededingen, ter
wijl enkele plaatselijke aannemers geen uitnoodiging
tot inschrijving hadden ontvangen.
De plannen zijn gemaakt door den architect, den
heer Mikmak, te Den Haag.
De gunning is aangehouden.
EEN GEVAARLIJKE VRIJER
Dezer dagen vervoegde zich op een avond, te Apel
doorn aan een villa in het Wilhelminapark een mans
persoon, zekere de G.. die vroeger omgang had ge
had mot de inwonende dienstbode. Na in de keuken
een poosje met do dienstbode te hebben gepraat^
openbaard® De G. het doel van zijn komst. Hij be
geerde geld en voegde hieraan toe, dat hij een groot
misdadiger waa
Toen hij met meer aandrang geld of waardevolle
voorwerpen opeischte en daarbij de dienstbode met
een mes bedreigde, verklaarde deze. angstig gewor
den, hem te willen helpen. Zij wou zich echter eerst
overtuigen, of de bewoners van de villa reesds naar
bed waren. De keuken met dit voorgewende doel
verlatende, zag do dienstibode kans, de keukendeur
welke toegang gaf tot de gang af to sluiten, en ter
wijl De G. in de keuken zat opgesloten, deelde de
dienstbode aan haar mevrouw het voorgevallene mee
die haar onverwijld om assistentie naar het politie
bureau zond.
De politie heeft den man naar het bureau overge
bracht, waar bij onderzoek bleek, dat de aangehou
dene werkelijk een zeer ongunstig verleden achter
den rug heeft. Hij heeft reeds tienmaal ter zake van
misdrijven gevangenisstraf ondergaan. Hij is thans
ter beschikking gesteld van1 den officier van justitie
te ZutphenV
OVERVALLEN.
Toen een bewoner van Eindhoven zich por rij
wiel naar Veldhovon wilde begeven, werd hij in het
doüker aangevallen door een viertal personen, waar
van' een hem een mes op dë keel zette. Juist bijtijds
kon de wielrijder den booswicht bij den pols grij
pen en wel op zoodanige wijze, dat d'eza het mes liet
vallen. Dé aangevallene wist zich van de anderen I09
te maken en een stuk hout te grijpen, waarmode hij
flinke klappen uitdeelde. De aanranders sloegen op
de vlucht De aangevallene keerde naar Eindhoven
terug om aangifte te doen bij de politie. Een der
aanranders is later herkend en gearresteerd.
WIERINGER WAARD.
De propagandaclub D.E.V. heeft na hare goedge
slaagde opvoering van het tooneelstuik „Het onver
mijdelijke,, reeds een uitnoodiging ontvangen van
de afdeeling Barsingerhorn om ook -daar dit stuk
o*p te voeren. Men heeft dit aangenomen tegen half
Decëmber.
Nadere bijzonderheden per advertentie.
DE STANDARD OIL EN DE „ALSCHE GASSEN".
De rechter van instructie, die door den Amerikaan-
schen Staat werd belast met het onderzoek naar de
vervaardiging van de z.g. waanzinverwekkende
cassen. heeft aan~*den gouverneur van New Jersey
medegedeeld, dat de Standard Oil deze productie
heeft doen staken. Verscheidene arbeiders zijn ten
gevolge van de bereiding dezer gassen, waarbij lood
met benzine werd behandeld, aan vergiftiging door
een tetra-methyl-loodverbinding gestorven. Zij wer
den in het laatste stadium van hun ziekte volslagen
krankzinnig.