Aliiiiti Niius-
l
Abdijsiroop
DE LANGE DE MG
IRAA
Bronchitis
Kijkjes in Noordhollands
provinciehuis.
3<jgal*t&btetten
Leliaard en Clauwaard.
Zaterdag 27 December 1924.
67ste Jaargang. No. 766?..
Uitgevers i O, v.h. TRAPMAN Cu., Schagcn
EERSTE BLAD.
ALKMAAR.
VERGOEDEN;
Deposito-rente, een jaar vast
4V
In rekening-courant
SCHA
Dit blad vorochijnt viormnnl por woolc: Dinsdag, Woonsdaa, Donder
dag on Zalovdag. Dij inzonding tot 'Q morgens 0 uur, wordon Advor-
iiir11 jing iMogoliiu in liot Otu'oluili,'uivu>nd nnmmoK goplontat.
P09TBEKENIN0 No. 23330. INT. TELEP no. 20
Prlja por 3 maandon f1.05. Lasso nummotro cont. ADVEHTEN-
TïöN van 1 tot 5 rogols 1.10, iodoro rogol moor 20 cont (howljano,
Inbogropon). Crooto loltovo wordon naar - plaatarulmlo borokond.
DIT NUM12ER BESTAAT UIT TWEE BLADEN.
Wie kent het provinciehuis te Haarlem? Die er
nimmor in heeft moeten zijn, zal in dat oude, onaan
zienlijke gebouw bijna aan het einde van de Jans
straat, schuins tegenover het gerechtsgebouw, niet
dadelijk vermoeden den gewichtigen arbeid, die daar
dagelijks wordt verricht door provinciale bestuurders
en ambtenaren. De vertrekken aan de straatzijde
voor nieuwsgierige blikken van buiten zorgvuldig af
gesloten, heeft dit gebouw wel 'zeer weinig opval
lends. Het gebouw is oud, zooals ik zei. Maar het
bekoorlijke, zoo menig oud gebouw eigen, heeft het
in geen enkel opzicht.
Een bijzonderen indruk geeft het bij het binnen
komen zeker wel. Maar dat bijzondere pleit al dade
lijk tegen dit gebouw.
Boven de deurpost fcou men verwachten geschreven
te zien: „Gij, die hier binnentreedt, laat alle hoop
varen". Zoo triestig ziet het er uit in dit gebouw,
zetel van Noordhollands provinciaal gouvernement.
De gangen zijn niet a'lleen in de donkere dagen
voor Kerstmis, op een waarvan ik dit schrijf, maar
inderdaad het geheele jaar door zoo duister, dat
inen meestal de personen, die men daarin tegenkomt,
niet kan herkennen.
Maar juist in deze donkere dagen komt er nu
eenig licht aan den hemel. Het rijk, wettelijk ver
plicht voor goede huisvesting van het provinciaal
bestuur te zorgen, heeft te Haarlem aan de Dreef
beschikbaar gesteld een groot gebouw, waarin thans
nog zijn gevestigd het koloniaal museum en het mu
seum voor kunstnijverheid, dat behoudens instem
ming van provinciale staten op kosten van de provin
cie zal worden uitgebreid en tot gouvernementsge
bouw zal worden ingericlht.
Alsdan zullen de leden van Gedeputeerde Staten
eigen werkkamers kunnen bekomen. Die hebben zij
nu niet. De tzes leden van Gedeputeerde Staten heo-
ben nu gezamenlijk de beschikking over één vertrek
en soms wil het zelfs gebeuren als een Gedeputeerde
zich daarheen wil begeven, dat dit vertrek nog voor
een vergadering is in beslag genomen. Mij is het dan
wel overgekomen, dat ik maar in de wachtkamer of
in de kamer bij de boden ging zitten werken.
Dan*heb ik het toch de laatste jaren inderdaad
heel wat beter gehad in de ruime, goed verlichte,
gezellige uitziende burgemeesterskamer in het stad
huis te Purmerend. In dit opzicht ben ik er wel heel
erg op achteruit gegaan.
De gemeentebesturen zijn in Noordholland over het
algemeen beter gehuisvest dan het provinciaal be
stuur. Ik wist reeds, toen ik de betrekking van Ge
deputeerde zou aanvaarden, dat van Noordhollands
gouvernementsgebouw weinig goeds viel te vertel
len, maar dat het zoo erg zou zijn, dat ik soms met
mijn werk in wadhtkamer of bodenkamer terecht
zou komen, heb ik nimmer verwacht.
Driemaal per week ga ik naar Haarlem, des Woens
dags om in het gouvernementsgebouw de vergadering
van Ged. Staten bij te wonen, des Maandags cn des
Vrijdags om er anderen arbeid te verrichten. Menig
maal denk ik dan nog steeds in dit sombere, be
krompen, ongemakkelijke gebouw terug aan mijn
vroegere mooie gemeentehuis, 's Woensdags, als we
er vele uren achtereen vergaderen alleen afge
wisseld door het nuttigen van een paar boterhammen
in ons vergaderlokaal m o e t ik het cr uithouden.
Maandags en Vrijdags kan ik het soms niet. Dan
wil het als er geen conferenties zijn wel gebeuren,
dat ik de verleiding niet kan weerstaan om de rest
van mijn werk maar mee te pakken en het af te
doen in stationswachtkamer of restaurant, waar men
aangenamer kan zitten werken.
De ambtenaren aan de onderscheidene bureaux zijn
er ook slecht aan toe. Zij komen ruimte te kort en
in afwachting van het betrekken van een ander gou
vernementsgebouw. waarmede toch allicht nog een
twee of drie jaar heengaan, zal een deel der admi
nistratie (de derde afdeeling) binnenkort overge
bracht worden naar in een ander deel van de stad
vrijgekomen rijksbelastinglokalen aan het Kléin Hei-
ligenland.
Omtrent die provinciale administratie wil ik den
lezer thans het een en ander mededeelen. Zóóvelen
komen nu en dan daarmede in aanraking, dat het
groote publiek wel eens iets meer hiervan mag we-1
ten. Die administratie todh moet zijn de dienares
van het publiek en niet omgekeerd mag het ooit
worden gevoeld alsof het publiek zou moeten zijn de
dienstwillige dienaar van de administratie. En het
publiek dient te weten wie zijn dienaren zijn.
De Provinciale Griffie is verdeeld in vijf afdeelin-
gen.
Chef van de eerste afdeeling is Jhr. Mr. Th. M.
van Asch van Wijck; Aan deze afdeeling worden be
handeld de zaken verhand houdende met gemeente
wet (uitgezonderd financiën), volksgezondheid, arm-1
wezen, krankzinnigenwezen, drankwet, begraafwet,
volkshuisvesting, land- en tuinbouw, woonwagens en I
woonschepen en onderscheidene andere zaken, niet j
tot een andere afdeeling behoorende. i
Chef van de tweede afdeeling is Mr. M. W. Schel-
tema. Dpze afdeeling heeft onder meer te behandelen
alle zaken betreffende waterstaat, provinciale be- j
drijven, jacht, visscherij, strandvonderij, trekhonden- j
wet, motor- en rijwielwet, hinderwet, stoomwet.
Chef van de derde afdeeling is Mr. Dr. F. H. A.
Hooft van Iddekinge. Hier behoort de uitvoering van
alle wetten, besluiten, 'of verordeningen, voor zoover
die op rijks-, provinciale- of gemeentelijke financiën
betrekking hebben.
De vierde afdeeling chef C. P. G. Cassée heeft i
voornamelijk de zorg voor de uitvoering van alle re-1
gelingen inzake dienstplicht, inkwartiering en Neder
landerschap.
De vijfde afdeeling heeft tot chef Mr. Dr. F. S. Wit-
teveen en behandelt in hoofdzaak alle onderwijsza
ken, ambtenaarsaangelegenheden, grondbelasting en
statistiek.
Verder is er nog de algemeene secretarie chef W.
j Meijer die onder meer zorg draagt voor de registra
tuur, archief, bibliotheek, expeditie- en kopieerwerk,
I beëediging en buitenlandsche paspoorten.
Buiten de eigenlijk gezegde provinciale griffie zijn
er dan te Haarlem aan de Niei^wegracht nog de
bureaux van den provincialen waterstaat hoofd
ingenieur-directeur Jlhr. C. J. A. Reigersman.
Buiten den griffier zijn dagelijks ter provinciale
griffie werkzaam 72 ambtenaren. Voor hen is over
1925 op de begrooting uitgetrokken f229000 salaris, be-
hevens f10900 voor den griffier.
Aan de. bureaux van den provincialen waterstaat
zijn buiten den hoofdingenieur-directeur met
f 11000 jaarwedde verbonden 21 ambtenaren met
f82000 salaris.
De overige administraties van de provincie zijn die
van:
wordt veroorzaakt door opeenhooping
van het urinezuur in de gewrichten*
T o g a 1 taat deze ziekte direct in
den kern aan. lost het urinezuur
en maakt Uwe gewrichten weder lenig
dia voorheen. T o g a 1 het vermaardo
middel bij Rheumatiok, Jicht* Spi|
en Zenuwpijnen zal ook U genezen*
Koop vandaag nog een Bacon. Genei
zing en onschadelijkheid gegarandeerd)
Bij alle Apoth. en Drog.il0-80 en*
bediend te worden. Jarenlang reeds wordt door ge
meente- en waterschapsbesturen in dit opzicht ern
stig geklaagd. Ik zelf heb als burgemeester van de
trage afdoening van zaken meermalen grooten hinder
ondervonden en nu ik de inrichting van deze groote
keuken heb kunnen zien gadeslaan de wijze waar
op daar wordt gewerkt, moet ik zeggen dat. die trage
afdoening mij niet verwondert. Vooral in het jaar
1924 heeft de tijdige afhandeling der gemeentebegro
tingen veel te wenschen overgelaten. Gehoopt mag
worden, dat een ingevoerde uitbreiding van per
soneel aan de derde afdeeling met daaraan gepaarde
veranderde werkwijze tot verbetering zal leiden.
Maar dan'blijft nog de achterstand aan de tweede
afdeeling, zonderheid wat waterstaatsaangelegenhe
den betreft. Laat ons vertrouwen, dat ook hier de
aanhouder wint en herhaalde aandrang tot verbete
ring zal mogen leiden. Ten aanzien van de andere
afdeelingen is er geen reden tot klagen.
Maar om te eindigen met datgene, waarmede ik
begon, een geheel goeden toestand komt er nooit
zonder een cgeheel nieuw keukengebouw. De leden
van Gedeputeerde Staten een paar uitgezonderd
hebben tlhans zelfs geen gelegenheid om kennis
te nemen van de aan hun afdeeling ingekomen stuk
ken. Zij weten niet wat er aan hun eigen afdeeling
gaande is en komen dat eerst te vernemen als de af-
deelingschefs na weken, soms maanden, hun de stuk
ken nadat die her- en derwaarts om advies zijn
ZITDAG DES DONDERDAGS IN HOTEL „VREDELLST"
TE SCHAGEN.
0
'6 0
0
AU Uw in den aanvang onbete*-
kenende verkoudheid is verergerd
tot bronchitis, talm dan niet langer*
neem de beproefde Akker's Abdij
siroop die de prikkelende hoest-
aanvallen zal temperen, de slijm
zal oplossen en Uw ontstoken
slijmvliezen volkomen genezen.
AKKER'.
verzacht zuivert geneest
Aio» veikrijgbui in koker* rta 230 gr*n
ƒ1.50 550 gi*m ƒ2.75 cd 1000 gr*» ƒ4.50
het provinciaal electriciteitsbedrijf te Bloemendaal
directeuren F. A. Smit Kleine en J. van Olden-
borgh;
het provinciaal waterleidingbedrijf te Bloemendaal
directeur J. van Oldenborgh;
het provinciaal ziekenhuis 'nabij Santpoort ge
neesheer-directeur Dr. W. M. van der Scheer;
het provinciaal ziekenhuis te Bakkum genees
heer-directeur A. M. Benders;
ihet provinciaal ziekenhuis te Medemblik genees
heer-directeur J. G. Dikshoorn.
De Commissaris der Koningin heeft over 'het pro
vinciale griffie zooals de wet het uitdrukt het
oppertoezicht. Hij is dus in de eerste plaats ver
antwoordelijk voor den goeden gang der administra
tie, voor tijdige afdoening van de vele aangelegenhe
den van velerlei aard en voor een goede uitvoering
van hetgeen door Provinciale en Gedeputeerde Staten
besloten is.
Iedere afdeeling heeft zoowel arbeid te verrichten,
die uitsluitend tot des Commissaris bemoeiingen be
hoort, als werk dat het college van Gedeputeerde
Staten aangaat. Wat dit laatste betreft, staan de eer
ste en de vierde afdeeling in verbinding met de Ge
deputeerden Michels en Kooiman, de tweede met de
Gedeputeerden Van Lennep en Hendrix, de derde en
de vijifde met de Gedeputeerden Geihard en Bomans.
Voor ieder lid van Gedeputeerde Staten is de jaar
wedde f5000.
De Griffier is naar de wet bepaalt den Com
missaris der Koningin en Gedeputeerde Staten in
hun opgedragen bestuur behulpzaam. Dat be
hulpzaam zijn komt vooral hier tot uitdrukking, dat
hij onze vergaderingen van Gedeputeerden bijwoont,
in overleg met den Commissaris der Koningin en
met den chef van de betreffende afdeeling zorgt
voor uitvoering van de besluiten en voortdurend aan
de geheele administratie leiding geeft.
De inrichting van de administratie ter provinciale
griffie en de wijze van werken door Gedeputeerde
Staten vorderen dringend een ingrijpende reorgani
satie. Ieder, die stukken van het provinciaal bestuur
ontvangt, zal mij toestemmen, dat deze wat inhoud
en uiterlljken vorm betreft, er over het algemeen
steeds voortreffelijk uitzien. Ik ben eenige jaren als
gemeente-secretaris in een andere provincie werk
zaam geweest en ik neem ook nu nog voortdurend
van veel werk van andere provinciale besturen ken-
geweest en vergezeld van de voorstellen der afdee-
lingschefs thuis zenden. Er is ook geen gelegenheid
voor alle Gedeputeerden om van de stukken, die
's-Woensdags in de Gedeputeerden-vergadering be
handeld zullen worden, kennis te nemen. Ieder deelt
met betrekking tot zijn afdeeling in die vergadering
zelve zoo goed en zoo kwaad als het gaat in hoofd
trekken mede waarover het gaat en wat er wordt
voorgesteld. Er is gelukkig in het college van Gede
puteerde Staten onderling groot vertrouwen en daar
door gaat het nog eenigszins op deze manier. Maar
ioder voelt het: juist is deze toestand toch volstrekt
niet. Juist is het evenmin, dat de leden van Gedepu
teerde Staten herhaaldelijk door bestuurders of par
ticulieren worden aangesproken over allerlei door
dezen schriftelijk aangebrachte zaken, waarvan Ge
deputeerden niet volledig of nog in het geheel niet
hebben kunnen kennis nemen.
En je kunt je dan toch maar niet telkens houden
alsof je neus bloedt.
Ook in dezen toestand zal vergrooting van de keu
kenruimte, gepaard gaande met verbetering van de
werkwijze, een goede oplossing moeten brengen.
D. KOOIMAN.
Purmerend.
men, zooals Brugge, bedreigd door Nassau, had ge
wild, dan ware het wellicht anders geloopen. Nu vLol
eerst Brugge, daarna Gent in handen der Habsbur-
gera
Coppenhole, gesteund door den uitgeweken Hoek-
echen HoJla/ndschen edelman Jan van Naaldwijk, deed j
tevergeefs een poging om den strijd op ander terrein
1 over te brengen.
Jan Denijs verovert Dixmuiden, van Naaldwijk
Grammont, maar de Gentsche bevolking ds te ver-
slapt, te verarmd om dadelijk steun te verleenen on j
daardoor van het succes te profiteeren. De plaatsen
vallen weer in handen dar Moneters, de Gentsche
troepen vallen op Gent terug en Jan- Denijs is zoo i
otwmoedigd', dat hij de stad wil overgeven, hetgeen
door Philips van Kleef verhinderd wordt, die hem
als afschrikwekkend voorbeeld doet onthoofden.
De ongelukkige Jan van Coppenhole en zijn broe
der maken kennis met de geringe waarde, die men
aan volksgunst schenken mag. De bevolking wordt
tegen hen opgehitst en zoo eindigt de dappere Jan
van Coppenhole zijn leven- op het schavot ,(16 Juni
1492). Met den dood der Coppenhole® was d'e laatste
tegenstand der Gentenaren gebroken.
Maximillaan eischte geduchte bestraffing zijner
I onderdanen, doch de hertog van' Saksen was zachter
gestemd en zoo kwam het verdrag van Cadsant op 29
Juli 1492 tot stand.
Honderd notabelen moesten naar Hulst komen om
den Herrog om genade te smeekeri, een boete van
525000 pond moest worden betaald. Maxiimiliaan
schonk zijnerzijds algeheele amnestie.
Nadat nu Philip van Kleef Sluis had overgegeven,
en zich onderworpen had, de magistraten en vroed-
schappen waren „omgezet", kon men op 12 October
1492 zeggen, dat eindelijk de vredo in Vlaanderen
was hersteld.
Doch tegen welken prijs?
Vlaanderen was verwoest en verarmd. De rijke ste
den Brugge en Gent waren niets anders geworden
dan-: „villes mortes". Geweldige schuldenlasten, waar
van.' de delging der renten roods zulke hooge belasting
gen. eischten, dat de burgers er onder gebukt gingen.
Het ergste was dat de buitensporige belastingen
gedrag enmoesten worden door oen® bevolking die
geen ruggegraat meer bezat
De besten onder de burgers waren, hetzij gedood,
of verbannen, of uitgeweken. De futloozen waren ach-
i tergebleven. Die ongel ukkigen, die onder normale
omstandigheden wellicht er weer bovenop gekomen
zouden zijn, waren nu ais slaven on-der het juk.
Wat waren het betrekkelijk gelukkige tijden ge
weest oen het ging om do hegemonie der Leliaards
of Clauwaards. toen hot ging om de hegemonie der
pro-Fransche of pro-Engelsohe politiek. Toen had
men magere en; vette jaren gekend, doch van de vette
toch het meest daarvan- getuigden de fraaie kerken,
de mooie woonhuizen, de rijke gildehuizen. Thans
was dat alles anders, thans scheen do toestand- ho
peloos. Men Jrehoefde niet meer uit te zien naar een
Jacob of Willem van ^rtevelde, Er zouden geen
mannen als deze meer opstaan in Gent
Zoo was de toestand' in Vlaanderen na •het tot stand
j komen van den vrede van Cadsant Kort daarop
stierf keizer Frederik III en werd door Maximiliaan
als keizer opgevolgd. Philips de Schoone, een jonge
ling van 16 jaar, zond op 16 December 1494 de graven
van Baden en Nassau naar Gent om namens hem
den eed! als graaf van Vlaanderen af te leggen.
Met Philips opende zich een nieuw tijdperk.
Het was alsof Vlaanderen herboren was, toen op
15 Maart 1497 de 19-jarige prins met zijne gemaliu
Johanna van' Castiilië zijn joyeuze entrée binnen
Gent hield.
Ondanks haar armoede had de stad zich uitge
sloofd en het was alsof de jonge vorst begreep dat
hij de Vlamingen moest steunen in hun pogen om
zich te herstelion van de geleden tegenslagen. Wel
iswaar trachtte hij invloed uit te oefenen op de
verkiezing der vroedschap, doch anderzijds herstel
de hij vele privilegiën, bevorderde de scheepvaart
op de Lye en de Schelde, terwijl hij buitendien een
Groote Jaarmarkt instelde, waardoor de economische
positie der stad, die alleen aan renten over schuld
20.000 pond per jaar moest opbrengen, begunstigd
werd.
Het Landjuweel, georganiseerd in 1498 door het St.
Joris Schuttersgilde, trok veel volk en vreemde
kooplieden verschenen weer binnen do stad, waar
door opnieuw handelsverbindingen werden aange
knoopt, die dank zij den hoorschenden vrede, zich
spoedig met succes uitbreidden.
De handel met Engeland nam sterk' toe en het
was eigenaardig, doch met dien handel herleefde
Gent als het ware en verheugde zich opnieuw in
eenigen bloei.
Zoo werd op 24 Februari 1500 binüen de muren
van het Prinsenhof te Gent een prins geboren. Jo
hanna van Castiilië schonk een zoon aan haar echt
genoot Philipe den Schoone. In alle Nederlanden
heerschte groote vreugde en Gent trotsch op het feit,
dat deze vorstentelg, dien men reeds voorspelde, dat
hij de' machtigste vorst ter wereld zou worden
binnen haar veste geboren was, gaf schitterende
feesten.
De bisschop van Doornik doopte den jongen Ka-
rel, wiens overgrootmoeder Margaretha van York,
hem ten doop hield, terwijl zijn tante Margaretha
van Castiilië, meter, «en Charles de Croy, prins de
Chimay, peter waren.
De jeugdige Karei (hertog van Luxemburg) werd
zorgvuldig opgevoed en er werd zorg voor gedragen,
Vervolg.
En zoo was zooals de vorige- maal reeds is op
gemerkt de burgeroorlog begonnen. Philip van
Kleef, de veldoverste der Vlamingen, moest Brus-
n uwipjuiuift W|/eciucu CU Dl ITOIU tiClK TUV1' KCUIOKCU,
«el aan Albert van Saksen overgeven. Do vrede van j dnt hlJ het Vlnomsch, den taal van het volk der
Tours kwam tot stand, de Bruggelingen waren- be-Nederlanden, evengoed machtig was als hot Duitsch,
reid zich aan. Engelbert van Nassau, die hun atad het Fransch en het Spaansch.
Mnvlel, to onderwerpen, de Gentenaren weigerden, i Toen zijn vader in 1505 afscheid van zijn 5-jarig
PhlLips van Kleef achtte het verdrag van Tours on- I zoontje nam, was het alsof hij reeds zijn naderend
aannemelijk en^vorovond'e Sluis. einde (1506) voorzag, want hij verzocht Margaretha
Van daaruit bleef hi> in correspondentie met Jan Van Castiilië, den prins van Chimay en andere
van Coppenhole te Gent en samen beraamden zij den hoogstaande personen voor het wel en wee van den
nieuwen strijd tegen Albert van- Saksen. jongen prins te zorgen.
Aanvankelijk waren de krijgskansen gunstig voor De Staten Generaal benoemden in 1506 Maximi-
de Gentenaren: Hulst werd ingenomen, ter Neuzen liaan tot voogd en zijn tante Margaretha tot regen-
geducht versterkt, de heer vam1 Lichtervelde geeft zijn tes.
kasteellover aaji do Staatschen, zooal» toen reods de. In Januari 1515 werd Karei meerderjarig ver-
ze aanhangers van de Algemeene en- Provinciale Sta_
nis. Noordholland kan in dit opzicht de vergelijking ten der Lage Landen genoemd werden.
m Tl flor o nrAvinptün volro» e iiinenn/1 A c_i j tj jt»ij
met andere provinciën zeker schitterend doorstaan.
Hetgeen dus de keuken verlaat, is goed.
Nu is het uiteraard van groot gewicht, dat de spij
zen. die opgediend worden, goed toebereid zijn en
smakelijk en dat zij het oog aangenaam aandoen.
Maar dat is toch niet alles. Men behoort ook op tijd
Maar de oude hoofdstad van Vlaanderen was even
als Brugge veel te veel ontredderd in de laatste ja-
klaard cn deed hij al9 Graaf van Vlaanderen zijn
intrede in zijn geboortestad Gent
Al dadelijk ontstond er een conflict daar Karei
weieerdc den gewonen eed af te leggen en er zelf
ren, dan dat zij op den duur opgewassen waren tegen oen opgesteld had. veel minder gunstig voor de pro-
de veldheeren van Maximijiaan,, den hertog van vinriale en stedelijke autoriteiten.
Saksen en den graaf van Nassau. De wevers kwamen in opstand en eischten den
•Ware tijdig een bondgenootschap tot «tand geko- eed als voor den vrede van Cadsant. De jeugdige vorat