De Wereld der Vrouw. In handen der overwinnaars gevallen, en de aan voerder der Fransche troepen, de hertog van Aumale, had zich het lot van het aardige jongske aangetrok ken. HIJ nam het mee naar Frankrijk, en liet het daar, alsof het zijn pleegzoon was, een voortreffelijke Europeesche opvoeding geven. De Jonge man maaide een schitterende carrière in Frankrijk, en eerst la ter kwam hij, als hooggeplaatst ambtenaar, naar zijn geboorteland terug. Ook hij liet zijn kinderen in Frankrijk opvoeden. Zij werden als Franschen beschouwd en hadden er de positie van de zoons van een aanzienlijk man. Een der zonen kwam, jonger dan zijn vader, naar Algerije in ambtelijke waardigheid terug. Hij, liep daar onder zijn Europeesche collega's, die begonnen waren hentfal® landgenoot te beschouwen, doch zeer Arabische eigenaardigheden in het oog. Toen b.v. zijn vrouw van een meisje beviel, bracht hem dit zoo uit zijn humeur, dat hij verdween en een week niet naar huis kwam. 3>it leed heeft hem nog eenige ma len getroffen. Hij had daardoor gelegenheid zijn te rugkeer tot de zeden der voorvaderen zoo duidelijk mogelijk te manifesteeren. HIJ' liet zijn dochters gee nerlei onderwijs verstrekken, en hield ze opgesloten, zooals dat in streng mohammedaansche families van rang gebruikelijk i». HOE WAARBORGT MEN HET GELUK IN HET HUWELIJKT De raadgevingen, hoe een vrouw in haar huwe lijk zich tegenover haar man moet gedragen en er in kan slagen hem aan huis te binden, en den vre de te bewaren zijn ontelbaar. Zooveel zijn er zelfs, dat, als men»de laatste aan het overwegen is, men waarschijnlijk de eerste zich niet meer herinnert. Hoewel gewoonlijk iedere wenk toch een kleine waarheid bevat, die nuttig kan zijn en die men graag zou hebben onthouden. In het kort zijn hier eenige punten, die iedereen steeds gedachtig moet wezen om een gelukkige vrouw en echtgenoote te kunnen zijn H'et gaat hier om de uiterlijke en materieel© klei, ne zaken, die echter in een gelukkig huwelijk we] degelijk mee mogen tellen. Gedraag u en kleed u in uw huwelijk <met minstens evenveel zorg als er voor, Ge hebt nu uw man, maar moet hem ook behouden, en daartoe moet vrouw voor haar man steeds nieuw blijven. Denk er aan, dat geluk afhangt van een goede gezondheid, gezondheid hangt af van een goede spijs vertering en de digestie van het voedsel. Zorg dus voor voedzame en goed klaargemaakte spijzen, die ook op aantrekkelijke wijze moeten worden voorge- diend. Verheug u er over, als de man eens een kleine vacantie kan nemen en lég daar niet onmiddellijk beslag op voor eigen plannen of voor huiselijke be zigheden. Hij ook heeft wel eens een algeheele ver andering noodig, om in alle opzichten versterkt, weer aan het werk te kunnen gaan. Maak nooit hatelijke opmerkingen over iemand van zijn familie. Vergeet niet, dat hij, toen hij u trouwde, in u de verwezenlijking dacht van al zijn Idealen. Trek het u niet aan, als hij niet steeds de dassen draagt en de sigaretten rookt, die ge zelf voor hem hebt uitgekozen. Hij heeft het recht om daarin zijn eigen smaak te volgen, die vooral op het punt van sigaretten niet met de uwe overeenkomt. Deel zijn bewonderingzelfs voor een mooie vrouw. Het is zelden, dat een vrouw een andere vrouw naar waarde wil en weet te schatten. Wees dus een uitzondering en wees oprecht en waar. Hoe meer goeds we in anderen weten te ontdekken, des te meer verdiensten voor ons zelve. Als hij een attentie bewijst en u iets meebrengt, zelfs al is het 'n onnut ding, dat nergens toe dienen kan, denk dan alleen aan zijn goede wil en de vrien delijkheid van zijn bedoeling en toon oprechte waar deering en dankbaarheid. Wanneer de keerzijde van het geluk zich vertoont, en kleine onaangenaamheden zich vertoonen, tracht dan den grappigen kant te ontdekken. De moed blijft beter bewaard bij vroolijkheid en veel treurspe len worden in blijspel veranderd door een lach. Haal nooit geen oude koeien uit de sloot. __Wat voorbij is, moet voorbij blijven. Met koppigheid en vitterij stapt men het ongeluk tegemoet. Verdraag en men zal u verdragen, Herinner u steeds wat gij beloofdet op den huwe lijksdag om lief te hebben, te eeren, onderdanig te zijn, alles te verlaten om met hem het leven te dee- len, hem trouw te blijven in voor- en tegenspoed en bedenk, dat een belofte moet gehouden en niet ver broken mag worden. Msb. DE EERSTE. De Spaansohe dichter Baldes wandelde eens in een park in Madrid, toen hij een nachtegaal hoorde zin gen. Getroffen bleef de dichter staan en genoot een tijd lang van het lieflijke gezang. Het duurde echter maar kort, er kwam een wandelaar die den nachte gaal eveneens gehoord' had en ook bleef staan luiste ren. Deze wandelaar werd gevolgd door een twee den, een derden en na eenigen tijd stonden er vijf of zes menschen naar den vogel te luisteren. Eén dezer kon zich op een moment niet meer bedwingen en riep luid: „Prachtig, prachtig', welke woorden hij vergezeld deed gaan van een krachtig klap. Op dit oogenblik verstomde het gezang van den nachtegaal en het begon niet meer.Baldes, dit voorval beschrijvend, voegde er aan toe: overi gens was dit de eerste bescheiden artist, dien ik in mijn leven leerde kennen". HEMELVAART8BROOD. Een oud gebruik is in de buurten van Hengelo (G.) en Zelhem nog bestaan gebleven: het leveren van het z.g. „Hemelvaartsbrood." Bij ^ie vroeger plaatsgehad hebbende verdeeling van markengronden onder deze gemeenten, werd aan verschillende eigenaren de verplichting opge legd, om op Hemelvaartsdag van leder Jaar aan de armen van Zelhem en Hengelo (G.) te leveren een brood, wegende ten minste 11 K.G., of zooals de boe ren het noemen: „d'r zit een Homolvaartsbrood in". Deze brooden worden dan naar een café gelegen tus- scben Zelhem en Hengelo (G.). gebracht en daax ko men de gemeentebesturen van beide plaateen op dieij dag dan samen, om aan den leverancier van het zwaarste brood ale premie uit te reiken een flesch wijn. Dat men in gewone tijden wol eens zware brooden zag, zegt bijv. dit, dat men vlak vóór den oorlog bij de overvloedige hoeveelheid van rogge een brood aantrof van 140 K.G.I Thans, en ook in de oorlogs-i jaren, waren geen brooden aanwezig, maar bons voor brood. Nog dezer dagen werd te Hengelo (G.) 'n boerderij verkocht, waar in de verkoopbedlngen stond, dat het perceel bezwaard was met den last ora op Hemelvaartsdag een brood aan de armen van Zelhem en Hengelo (G.) te leveren van ten minste 11 K.G. In genoemd café wordt dit gebruik dan 's avonds besloten met een landelijk feest. R.Nbl. OLIE OF ZEEPSOP. Sinds oude tijden waa men bekend met den merk waard igen Invloed, dien olie op de onstuimige zee heeft. De Assyrische duikers o.a. stortten olie op het water, om een effen oppervlak te verkrijgen, zoo dat het licht regelmatig op den bodem kon schij>- nen. Ook de Eskimo's zijn met dat verschijnsel be kend en gebruiken daarvoor de vischtraan, welke zelfstandigheid door talrijke proeven is gebleken het best voor het doel geschikt te zijn. De verklaring van dit eigenaardige verschijnsel is, dat de olie met ongelooflijke snelheid zich als een vlies over het water verspreidt, welk vlies zoo glad is, dat het verband tusschen water en wind wordt verbroken. Langzamerhand worden de golven klei ner, totdat ze ten slotte geheel verdwijnen, om al leen in de diepte te blijven bestaan en wel gedurende langeren tijd, naarmate de olielaag dikker ia. Het is gebleken, dat bij gemis van voldoende olie zeepsop eveneens doelmatig is. .Tijdens een zworen storm stortte men op een der groote Oceaanstoomers enkel© bakken regenwater, waarin een groote hoe veelheid zeep opgelost was, over boord, met het gevolg, dat in enkele oogenblikken het onstuimige water bedaard waa. Al oefende het zeepsop niet de zelfde intense werking uit als olie, het bleek toch voor het doel zeer goed ie gebruiken en daarbij is het goedkooper» DIE KENDE ZIJN PAPPENHEIMERS. De graveur Bertall was goed bevriend met De Balzac, wiens romans hij voor een groot deel il lustreerde. Eens stuitte hij bij het doorlezen van een handschrift op een onduidelijken zin, juist op een plaats, diè hem overigens ter illustratie geschikt toe scheen. Dadelijk ging hij naar den schrijver en wees hem op den onbegrijpelijken zin, met de duidelijke bedoeling, dien te laten verbeteren. De Balzac be gon te lachen en zaide: Ja, dat is een onduidelijke zin, maar opzettelijk er in gebracht! Wat? Opzettelijk? Zeker! Als 't publiek niet van tijd tot tijd een onbegrijpelijken zin tegenkomt, maar alles even glad leest en duidelijk vindt, zal het zich voor even knap als de auteur houden. Daarom plaats ik met opzet telkens een duistere passage in mijn romans. Dan zitten de lezers met de handen in het haar en roe pen uit: Dat begrijp ik nietl Sapristie, wat is die Balzac toch een knappe kerel! DE VROUW ALS UITVINDSTER. Het was vroeger oen groote zeldzaamheid als het ren vrouw gelukte, een uitvinding te doen. In den iaatsten tijd echter is dat anders geworden. Over de geheele wereld wordt patent uitgereikt voor artike len, door vrouwen uitgevonden. En Jang niet altijd is het „prulgoed", vaak zijn het practische, waarde volle dingen, die vrouwen hebben ontdekt. De meeste uitvindingen, die hun bestaan aan de vrouw te danken hebben betreffen gebruiksvoorwer pen op huishoudelijk gebied, die werk en tijd uit sparen. Niemand zal hierover verbaasd zijn, want nog altijd brengt de vrouw het grootste deel van haar leven door te midden van haar gezin, met huis houdelijk werk van allerlei soort. Wat ligt dus meer voor de hand dan dat zij er voortdurend over na denkt, op welke manier zij het zichzelf en haar lot- genooten gemakkelijker en aangenamer zou kunnen maken! Echter ook op ander gebied zijn reeds vele uit vindingen door vrouwen gedaan. Zoo heeft eenigen tijd geleden een jonge Engelsche patent genomen op een instrument, waarmee op automatische wijze tin gesorteerd wordt uit allerhande afval. Ben ander lid van het zwakke geslacht heeft een modernen ver brandingsmotor uitgevonden. Den grootsten roem als uitvindster verwierf madame Curie, die immers deel heeft aan het ontdekken van het radium. Gedurende den wereldoorlog speelde de uitvin, ding van een Amerikaansche vrouw, Misses Ayrton, een groote rol. Het was namelijk een soort blaasbalg, waarmee de loopgraven gezuiverd werden van scha delijke en vergiftige gassen. I ITALIAANSCHE VOGELAARS. Hoeveel aantrekkelijks het schoone Italië moge bezitten voor de toeristen uit het Noorden, het heeft ook leelijke kanen en één ervan ls de vogelmoord op groote schaal, die er elk najaar, wanneer de rekvogels over de laars van het Aipennijnsche schiereiland naar het Zuiden trekken, aangericht wordt. Op een wijze, die menschen uit Noordelijke landen als een barbaarschheid aangrijpt, worden de diertjes, wanneer zij, vermoeid van hun tocht over de bergen, boven de Povlakte komen, op honderd manieren bestookt en belaagd, waarvan een van de wreed-primltiefste is, dat zij met knallende zweep slagen op hun rustplaatsen doodgegeeseld worden. Deze zeden, die het Italiaansche volk zoo weinig tot eer strekken, worden door de ontwikkelden on der hen ongetwijfeld sterk afgekeurd, maar men heeft hier met een oude traditie te doen, die den be woners der streken, waar de vogelvangst of vogel- moord elk Jaar plaats vindt, in zekeren zin in het bloed' zit. Reeds de oude Romeinen beoefenden de ze „sport" en zagen er niets in de lieflijkst zingen de vogels als spijs te gebruiken. Kleine vogels zijn: nog altijd een nationaal gerecht in Italië en worden zelfs gezouten of ln olie verduurzaamd. Zij brengen er hoog© prijzen op. WARE WOORDEN. Het genie heeft de phant&sle van een kind, de wijs heid van een grijsaard, den moed van den man en I do luimen van een vrouw. I Tot velen moet de waarheid eerst langzaam ko men; of meent men, dat alle soorten ijzer den vollen gloed van het vuur terstond kunnen verdragen? i Ook een karakter kan door de lltteekens, die het in den levensstrijd heeft gekregen, misvormd wor den. I Wanneer ge een voornemen hebt, laat er geen i gras over groeien, want spoedig groeit het gras over u. Het gedenkteeken op het graf van den doodt het werk van vriendenhanden; maar het gedenkti ken in de harten van zoovelen, heeft hij zichzelf oj gericht. Kleine Bijzonderheden* De Engelschen verbruiken per jaar voor roei dan 30.000.000 pond sterling aan eieren» Vogels zijn even gevoelig voor kleuron als ichen. n.en I 1 I I 1 I 1 3 3 I I I I I I I I I I „PARXJSCHE MODE." Voor deze tuniek-japon werd rips gebruikt van een diep groene kleur. De zoomen zijn van Indi- aanscb rood, terwijl de overige garneering uit dun bruin leer bestaat. Het hoedje werd overtrokken met donkergroen satijn en gegarneerd met pluimvee. Een knip-patroon is verkrijgbaar in de maten 42, 44, 46, 48 en 50, onder nummer 255a. Kosten 70 cent Moeders en haar Kinderen. Een moeder zegt: „Mijn beide dochtertjes gaan des zomers altijd met vriendinnen en een grootere dame een paar dagen „kampeeren". Voor haar deken hebben wij ditmaal een eigenaardige inval gekregen. Zij hebben op school met de andere meisjes lapjes,geruild en over gebleven strookjes verzameld. Nu maken zij van al die stukken een deken en hebben ondertusschen de grootste pret bij' peinzen over de naam van de geef ster, die zij natuurlijk lang niet allemaal hebben kunnen onthouden!" Nuttige Wenken. SPAART UW KLEEDINO. Hoeden, Juaen enzoovoort moeten altijd geborsteld worden vóór men ze wegbergt. Repareert kleeren altijd zoo spoedig mogelijk; dus zoodra zich verschijnselen van slijtage vertoonen. Wanneer men linnengoed zelf maakt, doet men verstandig zulke soort modellen te kiezen, dat zij gemakkelijk gewasschen kunnen worden, zonder ge vaar vqor -scheuren. Bescherm den vorm van schoenen door ze op een loest te zetten, wanneer zij niet gedragen worden. Hang alle kleeren, welke gemakkelijk kreukelen, in een hoes van cretonne. HET WASSOHEN VAN FLANEI» Maak een sopje van gele zeep, giet daar kokend water bij en laat het koken tot het goed vloeibaar is. Vul een kom met warm water en voeg daaraan genoeg zeepsop toe om een dikke brei te krijgen, schudt het flanel en doop- het in het water, echter zonder te schrobben. Haal het flanel door in twee kommen schoon water, dat warm moet zijn, en waar aan men tijdens het doorhalen een weinig opgeloste zeep toevoegt. Pers het flanel uit tot het bijna droog is en hang het daarna uit, maar niet bij' een vuur! Strijk het flanel op den verkeerden kant met een tamelijk warm ijzer, wanneer het geheel droog is. Hierdoor voorkomt men dat het flanel jeukt op de huid. BOEKBANDEN OPKNAPPEN. Alle in linnen gebonden boeken vertoonen spoe dig teekenen van slijtage en gebruik. Wanneer de kleur vaal wordt, kan de kale plek met waterverf worden bijgewerkt of anders met een van de vele vernissen, welke thans overal in den handel zijn. Verf en andere kleurstoffen moeten steeds met zoo weinig mogelijk water worden opgebracht, opdat hel karton van de kaften niet boldert. De kleuren zullen opdrogen met een doffen glans en moeten daarom worden overgehaald met vernis en daarna even wor den nagewreven met een weinig meubelpolitoer. o! als de kleur zeer zuiver nagemaakt is alleen maar met was. Het vernis zal hard worden en zoo doende nog menige beschadigde plek versterken. In leder gebonden boeken duren meestal vrij lang uitgezonderd op den rugf welke dikwijls geheel los laat. Daarom moet de rug regelmatig worden bij- gelijmd en dan zwaar geperst worden. Als het kaf! kaal is of krassen heeft, kan het worden bijgeverfd precies alsof het een linnen band was, maar in geen geval mag een lederen kaft worden gevernist. Een beetje eiwit doet wonderen op het leer en wanneer men het daarna nog met wat meubelwas wrijft, zal het er uitzien als nieuw. VISCH BEWAREN. Het komt wel voor, dat men te veel visch gekocht heeft en graag een gedeelte zou willen bewaren. Of als uw man of uw zoona zelf misschien uit visschen gaan en soms eens met een flinke buit thuiskomen, kunt ge toch niet alles tegelijk opeten. Daarom ont- houde men de volgende wenk: Kook drie deelen w* ter op één deel azijn en als het mengsel op een ho# tepunt van koken is, doet men de visch erin en kljW op de klok. Na twee minuten wordt de visch eruit genomen en in een vergiet gelegd. Daarna doet mH de visch in een netje en hangt dit op een koel# plaats. Na verscheidene dagen zal de visch dan no| te eten zijn en even smakelijk blijken t

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1925 | | pagina 14