Alltitti Niens- Raad Winkel. Hst Geheim van Gemard Brown Woensdag 15 Juli '1925 68ate Janrgnng. No. 7672. Uitgevers i N.V. v.b. THAPMAN Co., Schagen. FEUILLETON. Dit blad verschijnt viermaal per week: Dinsdag, Woensdag, Donder dag en Zaterdag. Bij inzending tot 's morgens 8 uur, worden Adver- tentiën nog zooveel mogelijk in het eerstuitkomend nummer geplaatst. POSTREKENING No. 23330. INT. TELEF. no. 20. Prijs per 3 maanden f l.GG. Losse nummers 6 cent. ADVERTEN- TlëN van i tot 5 regels fl.10, iedere regel meer 20 cent (bowijano. Inbegrepen). Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Vergadering op Dinsdag 14 Juli 1925, des middags O 2 uur. n Voorzitter de heer J. Koomen Hz., burgemeester, iJ secretaris de heer A. de Ridder. >r Aanwezig alle leden. I Na opening der vergadering volgt de goedkeuring der notulen. Naar aanleiding van de vorig© vergadering wor den de volgende mededeelingen gedaan: Aan de Vereeniging van Nederlandsche Gemeen ten is de vraag gesteld of haar adviseurs salaris genieten en wel naar aanleiding van een nota in gediend door den heer Dr. P. M. Verhoecks voor advies inzake oprichting van een electriciteitsbe* drijf, waarop is geantwoord dat genoemde adviseur niet als ambtenaar in dienst der Vereeniging is en geen salaris geniet. Voor kennisgeving aangenomen. Ingevolge besluit der vorige vergadering is aan Gedeputeerde Staten tusschenkomst verzochtl inzake het verzoek van het PJLN. om in deze gemeente ka bels te mogen brengen voor levering van electrische energie en de moeilijkheden welke daardoor zouden kunnen ontstaan tengevolge der gemeenschappelijke regeling inzake de gasfabriek met Nieuwe Niedorp. Gedeputeerde Staten hebben daarop bericht dat zij voorhands een zoodanig bedrijfsbelang van het PJ2.N. niet aanwezig achten om bemiddelend op te treden en besloten hebben voorloopig een afwach tende houding aan te nemen. De heer Breebaart maakt hieruit op, dat Ged. Sta ten niet wenschen in te grijpen en zij er zich dus buiten houden. Voorzitter meent, dat als Ged. Staten het voor hun bedrij fnoodig oordeelden dat werd ingegrepen, zouden zij het beslist doen. Het geval is nu anders. De kwes tie met Nieuwe Niedorp is hiermee van de vloer en van de electrificatie zal dus ook niets komen. De heer Breebaart acht bet jammer, maar de over eenkomst bestaat eenmaal. De heer Kamp komt tot de conclusie, dat de rond gang in Winkel niet zulk een goed resultaat heeft opgeleverd als wel is beweerd. Als de zaak rendabel was geweest, zou men de zaak wel doorzetten. De heer Breebaart oordeelt, dat als het in hot belang der provincie en van de gemeenten noodig was ge weest, zij wel zouden zijn doorgegaan. Nu dit niet hot geval is, houden zij, zich buiten de kwestie en stellen zij zich liever geen partij' tusschen Winkel en Nieuwe Niedorp. Voorts wordt medegedeeld', dat door Gedeputeer de Staten in de kosten, der Wijkverpleging over 1924 een subsidie is verleend van f449.62. Aan de Wijkverpleegster Zuster G. van Duijven- bodo is een maand verlof verleend om werkzaam te zijn aan een consultatiebureau in verband met hare opleiding tot huisbezoekster der Tuberculose bestrijding. Hiermede is reeds bij hare benoeming rekening gehouden en bepaald dat de kosten van tijdelijke voorziening voor haar rekening komen. De heer Kamp spreekt zijn verwondering uit over het feit, dat mej. Dekker vroeger niet deskundig ge noeg werd geoordeeld om te vervangen, en nu kan dat wel. Spr. noemt dat al zeer eigenaardig. Voorzitter zegt, dat N. Niedorp en Winkel hadden afgesproken, elkaar met de zusters te helpen, als er vacature was. Nieuwe Niedorp heeft zich echter te ruggetrokken. Ajs Nieuwe Niedorp een hulp noodig heeft, is het steeds mej. Dekker die optreedt. Secretaris licht toe, dat dr. Oudendal in een verga dering van B. en W. gezegd heeft, mej. Dekker wel te willen accepteeren, als vervangster, als he t niet langer duurde dan 3 a 4 dagen. Langer achtte hij haar niet voldoende bevoegd. Voorzitter zegt, dat mej. Dekker een zeer goeden indruk heeft gemaakt bij hem thuis. Zij heeft nu ook vacantie, maar is op telegrafisch bericht be schikbaar. De heer Kamp hoort nooit iets dan goed van mej. Dekker, maar dacht. dat. nu mej. Duijvenbode de vervanging moet betalen, zuster Dekker wel goed is. Toen de gemeente moest betalen, was zij niet goed. Spr. herhaalt, dat dit zeer vreemd aandoet. Voorzitter acht dit wel mogelijk, omdat zuster Duijvenbode een maand lang haar verblijf in Den Haag zelf moet betalen. Zuster Dekker vervangt in Nieuwe Niedorp steeds. Aan den heer F. L. Oudendal, Gemeente-Genees heer, is overeenkomstig zijn verzoek verlof ver leend van 16 Juli—1 Augustus a_s. Ingekomen is: Een besluit van Ged. Staten houdende goedkeu ring der wijziging van de instructie voor de Wijk verpleegster. De begrooting voor 1925 met toelichting van den keuringsdienst voor waren voor 1925. Een pro ces-verbaal van kas opneming bij den Ge meente-Ontvanger van 23 Juni 1925, waaruit blijkt, dat overeenkomende met de vertoonde gelden, in kas was f1824.96, terwijl boeken en bescheiden in orde zijn bevonden. Een bericht van ontvangst vafc> Gedeputeerde Sta ten van de wijziging der Algemeen© Politieverorde ning inzake Malariabestrijding en Regeling van het vervoer met autobussen. Een verslag van de vergadering van/ de Gascom- missie van 20 Mei, 5 Juni en 19 Juni j.1. De heer Van Wijk uit als zijn oordeel, dat één gasprijs het beste is, dat men nu algemeen vrijwel te vreden is en dat die scharrel politiek beslist ontevre denheid zal brongen. Spr. vraagt meerdere inlichtin gen over een onderhoud van den heer Oldenburg met B. en W. van Nieuwe Niedorp. Voorzitter deelt mee dat er niet. meer van is te zeg gen. Er is niets belangrijks meegedeeld en waar het een onderhoud is geweest met B. en W. van Nieuwe Niedorp, kan men hen niet verplichten meer mee te deelen als zij willen. De beer Dekker informeert of de gasprijs geregeld wordt na goedkeuring van den Raad. Voorzitter bevestigt dat de beide Raden dat moeten goedkeuren. De heer Dekker vraag,t wanneer of de uitbreidings werken der gasfabriek klaar kunnen zijn Voorzitter zegt, dat dit afhangt van de goedkeuring van Ged. Staten van de geldieening. Daarover is be richt gekomen dat deze leening nog is aangehouden. De heer Dekker vraagt, of, als de werken dan in het najaar plaats hebben, de menschen uit de ge meente evenals voorheen te werk zullen worden ge steld. Voorzitter gelooft niet, dat het zoo lang zal duren. Spr. deelt mee, dat de aanbestedingssom van de uit breidingen f 1700 beneden de aanneemsom is. Voorts zijn nog ingekomen de volgende verslagen: Verslag van den Keuringsdienst voor waren over 1924. Verslag van de Vereeniging van Nederlandsche Gemeenten over 1924. Ter inzage voor de leden. En eveneens verslag van het Westfriesch Mu seum. Deze verslagen liggen voor de leden ter in zage. Van Ged. Staten is bericht ontvangen dat de be slissing van dat college op de geldieening, groot f 12500, nog is aangehouden. Een uitgebreide keuze DAMES-, HEER EN- EN KINDERSCHOENEN. VAN RUSWIJK'S Schoenhanriel Schoenmakerij. Prijzen naar kwaliteit zeer billijk. Alle stukken worden voor kennisgeving aangeno men. Wegens vertrek uit de gemeente en wegens het verlaten der school is ontheffing van schoolgeld gevraagd door: J. Klaver Gz., 2 maanden, 1 leerling, f 0.84H. H. A. Wessels, 2 maanden, 3 leerlingen, fl.90; J. Pluim, 2 maanden, 1 leerling, f 0.44; S. van Splunter, 2 maanden, 1 leerling, f150; D. Kort, 2 mjianden, 1 leerling, f0.45. Burgemeester en Wethouders stellen voor de ge- de ontheffing te verleenen. Door den heer F. L. Oudendal, Gemeente-genees heer alhier, wordt met ingang van 1 Augustus 1925 eervol ontslag gevraagd. Burgemeester en Wethouders stellen voor eervol ontslag te verleenen, met dankbetuiging voor de in de betrekking van gemeentegeneesheer aan de ge meente bewezen diensten. Allen voor. Volgt behandeling, van de ingekomen sollicitatie stukken en zoo mogelijk, benoeming gemeente-ger neesheer. Ingevolge besluit van den Raad is eene oproeping voor de betrekking van Gemeentegeneesheer ge plaatst. Voor deze betrekking hebben zich aangemeld twee sollicitanten n.L de heeren J. G, A. Bosch, arts te Winkel en P. A. Lahadie, arts te Blaricum; om trent beide sollicitanten zijn inlichtingen ingewon nen, welke ter inzage liggen voor de leden van den Raad. Voorzitter deelt mede, dat dokter Labadie Zon dag bij hem is geweest. Spr. heeft hem geani meerd om per auto de raadsleden te bezoeken. Eerst wènschte hij een bespreking met den Raad. Het gevolg daarvan was, dat hij zich wenschte terug te trekken. Maar na eenige besproking met voor zatter ihjj, en werd afgesproken, dat Dinsdag de beslissing zou komen. Nu is er een telegram dat hij zich terugtrekt. Voor oomité- zittrng is hii niet veel reden meer. De Jieer Breebaart hoeft dé stukken en de in formaties naar de beide dokters nog niet gezien dus wordt besloten toch nog in comité te gaaiw Bij heropening wordt medegedeeld, dat do be noeming is uitgesteld tot de volgende vergadering, hoogst waarschijnlijk Vrijdagavond. Door den heer Jb. van Zoonen, tijd. ambtenaar teij Gemeentesecretarie, wordt verzocht zijn salaris te verhoogen met f100 5 f200. Burgemeester en Wethouders hebben bijj dit ver zoek overwogen, dat hulp op de secretarie noodig is, en hoewel) dit geen volslagen hulp behoeft te zijn, toch een salaris van f300 niet hoog te noemen is. Over het werk van Van Zoonen is men ten volle tevreden.. Voorgesteld wordt een verhooging van f100 toe te kennen ingaande 1 Juli 1925, terwijl dit voorstel als een minimum wordt bedoeld en aan de beslissing van den Raad wordt ovorgelaten om zoo noodig oen hooger bedrag toe te kennen. De heeren Breebaart. Dekker en Van Wijk verkla ren zich voor f500, omdat de leeftijd van den amb tenaar en zijn capaciteiten dit eischen. Men mag o en jongeman van 20 a 21 jaar niet voor zulk een salaris' zijn werk laten doeiL 20. door EL PHTT.I.TPS OP PENH F.TM. yWi© zijn grooter zondaren, mijnheer. Maddison?" vroeg Ellen lachend, „de mannen of de vrouwen der wereld?" „Zonder twijfel dé mannen", antwoordde hij sneL. „Hoe wij ook praten over de gelijkheid der seksen, het feit blijft, dat vrouwen van aanleg eene zwak kere natuur hebben dan. mannen. Zij hebben een grootere bevattelijkheid en meer verlangen naar genot. En dan, als haar léven voorbij is, hebben zij nooit de bet eekenis van waar genot begrepen, van genoegens, die geen reactie na zich sleepen en die heerlijke verheffing van den geest, die alleen verkre gen wordt door denken en door studie". „Arme vrouwen!" mompelde mevruow Thurwell. „Mijnheer Maddison, u maakt mij huiverig. Schilder mijne sekse in meer glanzende kleuren, als u blieft, of spreek niiet over baar. Denk er aan dat ik hier .de eenige vrouw en wel van middelbaren Leeftijd ben. Ellen reken ik heelemaal niet mee; ik zie dat ze op weg is om te denken als u. Verraadster! Kom, steek eene sigaret op, mijnheer Maddison. Ik houd van dien geur en Ellen ook." Hij nam er eene uit de doos, die zij hem toereikte, cn stak ze langzaam aan. Zij hadden alles erg on- vorinelijk gedaan. Het diner was opgediend in de bibliotheek, een gezellig, klein vertrek met een groo- ten open haard, waarin een vroolifk vuur brandde. De gewone tafel was verruild met eene kleine, ronde, die juist groot genoeg voor hen was en nu bij> het dessert hadden zij hunne stoelen heel huiselijk rond om het vuur geplaatst. „Hier houd ik nu ^an", zeide Ellen zacht. „Ik vind dit veel prettiger dan een diner of ergens heen uit gaan". „Kijk eens wat een verschil de tegenwoordigheid van een beroemd letterkundige maakt", lachte me vrouw Thurwell. „Nog maar weinige uren geleden, zagen wij tegen een vervelenden avond aan Ellen, zoowel als ik, mijnheer Maddison?" „Vooral in aanmerking genomen uw afkeer van gezelschap", voegde Ellen er aan tQe. ..Vindt u het nu eindelijk niet een groote tijdverspilling om hier met twee ongeleerde vrouwen te zitten praten, ih plaats van bezieling te zoeken in uwe studie?" Hij keek haar verwijtend aan. „Eén louter toeval, ik meen het denken", ant woordde zij luchtigjes. „Als ik niet op het land woonde en een geest had, die verstandelijk uitsteekt boven die van mijne omgeving daar, dan zou nie- raan kunnen zeggen, wat er gebeurd was. Stadsleven is zeer afleidend als men eenmaal in den tredmolen meeloopt. Is het niet zoo, tante?" Mevrouw Thurwell, die door en door een dame der aristocratische kringen was, stond met een prui lend gelaat op en haalde hare schouders op. „Ik wil niet langer hooren naar de minachtende woorden van jullie, hoogere geesten. Ik zal julie alleen laten, dan zijn we van beide kanten in een beter gezel schap. Dank u, mijnheer. Maddison", voegde zij er aan toe, toen hij de deur voor haar openhield „Ver ontschuldig mijn afwezigheid, wilt u?" En zoo waren zij dan alleen! Toen hij de deur ge sloten had en door de kamer heen naar zijn stoel wandelde, kwam er weer in hem met eene zachte overetelpendé heerlijkheid, iets van de ontroering bij hun afscheid in het pijnbosch bij de rots. Vergeefs kwamen hem flauw de leerstukken van zijn vroeger leven in de herinnering, een leven van afstanddoen en eenzaamheid. Op dai oogenbik wist hij meer dan ooit de waarheid. De warme, frissche zonneschijn lag over zijn dor leven en veriichtte met een wonder lijken glans de donkerste plaatsen. Hij beminde deze vrouw. En zij was zeer schoon. Hij wierp een langen blik op haar. zooals zij daar achterover lag in haar lagen, gevlochten stoel den vuri'gen blik van een min naar en hij gevoelde zijne krachtige kunstenaars zinnelijkheid opgewekt worden door hare reine, lichamelijke schoonheid. Het haard! icht wierp een vreemd schijnsel op heur donkerblond haar dat golfde langs haar ovaal gelaat en schoon voorhoofd met schilderachtige losheid, en er was een hemelsche glans over haar prachtige gelaatskleur, een licht in hare oogen, dat door een ongewone opwinding scheen ontstoken. Ook zat zij daar zoo goed. Haar witsatijnen kleed hing in lange, rechte lijnen om haar slanke, vol- maaktschoone gestalte met al de bevalligheid van een Griekscfh kleed, niet versierd dan door een bou- quetje Napelsche viooltjes, die tusschen de vouwen van oude kant te voorschijn kwamen, welke de open ruimte van het uitgesneden bovenlijf van haar japon opvulde Hij stond met vreemde, verwarde gevoelens naar haar te kijken. Een nieuw leven brandde in zijn aderen, en voor het eerst sinds zijne jongelingsjaren, twijfelde hij aan zijne volkomen zelfbeheersching. Zou hij hier durven blijven? Zou hij naast haar kunnen zitten en ijdele woorden met haar wisselen? .Eindelijk sloeg zij de oogen op en keek hem aAn. zooals hij daar stond bewegingloos en vol ge dachten in de schaduw van de kamer, en bij dien blik voelde hij zijne sterkte verminderen en zijne hartstochtelijke liefde opvlammn als vuur. Want er was in hare oogen en ln haar gelaat en in hare stem als zij sprak, iets van die zachte verandering, die over het wezen van eene vrouw gegoten wordt als zij bemint, en het geheim van haar doet gaan een soort van zwijgend toegeven, een overgave, die in zich heeft een fijn essence van een onbewust vra gen. „Kom, praat tot mij', zeide zij zacht. „Waarom blijft u daar staan?" Hij deed ten slotte een wanhopige poging. Met een vreemden, onnatuurlijken lach schoof hij z\jn stoel naar haar toe en begon snel te spreken, geen enkele maal keek hij naar haar, en hij poogde zijne ge dachten op zijn onderwerp alleen gericht te houden maar hij gevoelde sterk hare aanwezigheid. Hij sprak over allerlei zaken met buitengewone warmte, wat haar meer dan eens verwonderd tot hem deed opkijken. Om harentwille ontsloot hij hot binnenste van zijn geest en de rijke voorraad van kunstenaars gevoel ens, van anstig geheimgehouden herinneringen stroomde naar buiten en werden geuit met die wel sprekendheid van prachtige zinnen en sierlijke zins wendingen, die zijne geschriften zoo beroemd hadden gemaakt. Om harentwille ook deed hij zijne verbeel ding gaan door «bijna onbetreden velden cn vertélde haar van uitgelezene poëzie en gaf haar te zien het door de zon beschenen landschap der gedachten. Al de muziek van heerlijke tooneelen en zuiver, sterk idealisme trilde door haar wezen heen. Dezen man j moest zij beminnen. En toen zijn spreken langzamer werd en zij weer dat eigenaardig beven in zijn stem hoorde, waarvan haar vrouwenhart zoo gemakkelijk de beteekenis kon zeggen, toen begon zij te verlangen naar die weinige woorden van hem, die zij gevoelde, dat het ontwaken van een nieuw leven in haar zouden te weeg brengen. Hij moest die lichte ver andering opmerken en zich afvragend of haar aan dacht begon te kwijnen, hield hij op en hunne oogen ontmoetten elkaar ineen starenden blik van die groo te innigheid, die de geboorte aangeeft van een nieuw gevoel tusschen een man en eene vrouw. Het vuur in zijne oogen vertelde haar zijne liefde zóó duidelijk als het droomerige maar beteekenisvolle licht, dat in de haren scheen ook tot hem sprak en toen zij het hoofd boog voor den toenemenden harts tocht in zijn gelaat en de bleeke kleur haar op de wangen kwam, toen kon zijn wil de woorden niet langer inhouden. Hij voélde zijn adem versnellen en zijn hart hield bijna op met slaan. Zijne polsen klop ten snel en een vreemd, nieuw vreugde ge voel door stroomde hem. Dit moest een einde hemen. Hij kon het niet langer dragen. En het scheen werkelijk zoo te zijn, want met een Secretaris zegt, da ter nog over is gesproken om op de begrooting het salaris uit te trekken op f 500. De heer Brugman is voor het voorstel van B. en W„ terwijl de heer Kamp zich in denzelfden geest uit laat en meent dat de vroegere ambtenaar ook f400 had. Ingelicht wordt dat dit ook f500 was, wat de heer Kamp tot de conclusie doet komen, dat hij dan ook nu voor f500 is. B. en W. verklaren zich ook voor f500 en wordt dit met algemeen© stemmen aangenomen, met ingang van 1 Juli. De heer Brugman komt nog eens terug op het on derhoud der Leijersloot. Alle gevraagde corporaties om mee te helpen oato het onderhoud, hebben, even als Winkel, afwijzend beschikt, met als gevolg meent spr., dat de gemeente Nieuwe Niedorp de zaak laat zooals ze i9. Dat is, meent spr., toch niet de weg. Het is een groot algemeen belang en nu in Lutjewinkel zelfs grooter schuiten komen dan vroeger, wil spr. de zaak weer aanhangig maken en eens een confe rentie houden met belanghebbende corporaties, om te probeeren om tot overeenstemming te komen. Er kan onderzocht worden of de gemeente Nieuwe Niedorp de onderhoudsplichtige is. Zooals het nu is kan het niet blijven. De heer Spaans zegt dat het vast staat dat de ge meente Nieuwe Niedorp de onderhoudsplichtige is. De verbetering moet gezocht worden in do breedte- en daarom is de oplossing zoo duur en is het voor Nieu we Niedorp bezwaarlijk dit alleen te moeten betalen. Voorzitter zegt eveneens, dat Nieuwe Niedorp de onderhoudsplichtige is en als de verbetering dan zoo noodzakelijk is, moet alles gedaan worden dat Ged. Staten tot de verbetering dwingen. Dat zij als achtergelegene zouden meehelpen in het onderhoud!, acht spr. verkeerd en in andere opzichten, bijv. bij de wegen en het onderhoud daarvan niet door te voe ren. De heer Brugman zegt, dat de klachten over het vaarwater zeer gegrond zijn. De heer Breebaart hoort tegenwoordig geen klach ten. De heer Spaans zegt dat met de grootere schepen, de toestand nog slechter wordt. In de korte bochten loopen deze vast en komen er steeds meer gebreken. Spr. wijst or op hoe alleen de floot eigendom van Nieuwe Niodorp is. hot aanliggende is voor Oude Nie dorp. dus is het voor Nieuwe Niedorp zeer bezwaar lijk om alle kosten te dragen. De heer Brugman wijst op het noodzakelijke van verbetering en spr. wil geon conferentie om direct maar bij te dragen, maar wel om eens te bespreken of er geen weg is te vinden om verbetering te krijgen. Voorzitter wijst op Schuttevaer, die kennen den weg wel, die hier gevolgd moet worden. De heer Kriek voelt niets voor meehelpen, op die wijze kan Heerhugowaard ook wel komen, en ook an dere gemeenten voor het onderhoud hunner wegen. Nieuwe Niedorp is verplicht tot het onderhoud en moet het dan ook doen. Ook de heer Breebaart acht het niet gewenscht om bij te dragen, al mag het dan wellicht billijk ge noemd kunnen worden. Op deze wijze zou er geen eind komen en acht spr. het gewenscht Nieuwe Nie dorp van honger hand te dwingen. Na nog eenige bespreking legt de heer Brugman zich bij do algemeene opinie neer. De heer Dekker vraagt, B. en W. prijsopgaaf aan den Raad te willen geven van een sproeimachine. Het is volgens spr. een esich dat de straten in Winkel en Lutjewinkel worden gesproeid. Het stuiven is met dit autoverkeer ondragelijk. Voorzitter wil dit wel doen, prijsopgaaf geven, maar acht het slootwater voor sproei water niet ge- plotselinge aandrift, greep hij hare blanke, onberingde hand en trok die zacht naar zich toe. Er was een lichte instinctieve tegenstand, die slechts een oogen- blik duurde. Toen gaf zij zich over aan hem en het gevoel van hare aanraking betooverde zijn bloed en hij liet voor een oogenblik het vuur van zijnen groo- ten hartstocht meester zijn. Haar gelaat was van hem afgewend, maar hij zag de flauwe kleur op hare wangen donkerder worden en hare lippen zacht trillen. En toen doorstroomde hem een gevoel, voor hetwelk zijne laatste slag hoo rnen van weerstand ineenstortten als stof, iedere snaar van zijn natuur werd aangestreken en ze deed een wilde muziek hooren. „Ellen, mijne lieveling, mijne lieveling!" riep hij uit. En zij keerde zich om, hare oogen waren door tranen verduisterd, maar toch glansden zij van groot geluk zij keerde zidh om en voelde zijne armen om haar heengeslagen, zij hielden haa rvastgedrukt tegen zijn hart in eene woeste, beeriijke omhelzing. En het scheen haar toe alsof zij liiorvoor geleefd had. HOOFDSTUK X. De liefde van eene vrouw Het sdieen hem toe in die weinige, gelukzalige oogenblik ken van zijn leven dat herinnering wegstierf en tijd stilstond. Het verleden met zijne afschuwelijke smarten en de toekomst, waarover het zijne verkil lende hand uitstrekte, waren weggezonken in het heden. De overweldigende gedachte aan het heerlijke, waarin hij nu gekomen was, had al zijne zinnen en zijn denken vervuld. Zij waren samen en woorden werden tusschen hen gewisseld, die eeuwig in zijn hart zouden blijven leven. Maar ook de schoonste zomerlucht blijft niet altijd schoon. Die oogenblik- kon van verrukkend geluk, die in zekeren zin levens lang blijven, zijn wat tijdsduur betreft, slechts van korten duur. Want te gelijkertijd dat zijn hartstocht plotseling eene wijze van uiting had gevonden, kwam de koude stroom van sombere herinneringen weer terug in zijn geest. Zij gevoelde dot zijne armen haar loslieten en zij hief het hoofd op van zijnen schouder, verwonderd, en hare verwondering sloeg over tot vrees, want hij stond voor haar. bleek en met een grooten strijd, die zich afspiegelde in zijn donkere oogen. „Ik ben krankzinnig geweest7"" mompelde hij met heesche stem. „Vergeef mij! Ik moet weg van hier!" Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1925 | | pagina 1