Alieieei Nieiws-
Het Geheim van Bemard- Brewn
Donderdag 23 Juli 1925
688te Jaargang. No. 76T7.
Uilgevers i N.V. v.h.
Vacantie
PUROL
Staatsloterij.
Zt Dit blad verschijnt viermaal per week: Dinsdag, Woensdag, Donder
dag en Zaterdag. Bij inzending tot 's morgens 8 uur, worden Adver-
tentiën nog zooveel mogelijk in het eerstuitkomend nummer geplaatst.
POSTREKENING No. 23330.
a ft Pn Snhanfin IPrlJS 9 m-'uul4®n nua «nt advrrtek-
0, I van I tot 5 repel» 11.10, leder» regel tneor 20 ocnt (bowljeno»
INT. TEEEF. no. 20. j ipt^jrepcn). Qxaot* lettel» worden naar plaatsruimte berekend.
Arrondissements Rechtbank
te Alkmaar.
Ziting'van Dinsdag 21 Juli 1925.
CONTRA DE GOEDE ZEDEN.
De rechtbank behandelde eerst de zaak contra P.
J v. d. Kleijn, geboren te Gouda, en wonende te
Ilelder, En daarna de zaak contra C. Haakman uit
Wervershoof.Elk dezer beklaagden was gedeti
neerd. Allebei deze zaken werden met het oog op de
goede zeden met gesloten deuren behandeld.
Na behandeling dezer twee zaken sloot de recht
bank de zitting.
Des namiddags half twee
ZITTING POLITIERECHTER.
NIET DE JUISTE MANIER.
Ru dolf Hocqué. een 78-jarig bewoner van den
Helder, die daar eigenlijk geen kostwinning had,
doch weieens van anderen wat eten kreeg, had on
langs door diverse rijwielbe.lastingplaatjes te stelen
en beneden waarde te verkóopen, zich eenigerlei in
komsten, al waren die onrechtmatig, 'verschaft. i
De O.v.J. eischte 6 maanden gev. voorw. met 3
proefjaren.
Mr. J. Jitta, raadsman, kan zich goed vereenigen
met het idéé om zijn cliënt voorwaardelijke straf op
to leggen en hem (den cliënt nl.) onder toezicht te
stellen'. De uitspraak zal heden over een week plaats
vinden.
TE VEEL SNAPS.
Jacob Rol, een 39-jarig landman uit Warmenhui-1
zen, had een naaimachinereiziger uit Bergen, Klaas
Brandwijk mishandeld, toen die 9 Juni jl. ten huize
van Rol tormijnbetaling op een geleverde naaima
chine kwam innen, Jaap verklaarde, heden als j
beklaagde present zijnde, dat Brandwijk te veel
snaps had in zijn zin en toen had Jaap hem de j
deqr uitgejaagd, daarbij wel een stoel in do hand
houdende, doch daarmede had hij Brandwijk niet
geslagen. Brandwijk zegt, wel 'n klap met een stoel
van Jaap ontvangen te hebben, terwijl het doel
was geweest, geld te ontvangen 1 Dokter van Heste-
teren heeft Brandwijk behandeld, toen deze na het
voorgevallene bij hem kwam en over hoofdpijnj
klaagde.
Bokl. blijft ontkennen, den ander te hebben gesla
gen en de O.v.J. achtte het bewijs in deze niet ge
leverd en requireerde vrijspraak.
De Politierechter deelde dit inzicht en sprak be
klaagde vrij.
NiIET KLEVERIG GENOEG.
Willem Hoffmann, een 71 jarige Duitscher, meest
al zwervende, en laatstelijk vertoevende te Bever
wijk, .(thans gedetineerd), had op 13 Juni jl. to Ur-|
sem in de- R.K. kerk geprobeerd, de offerbussen to
ledigen. Hij had een paar met lijm en hars be
smeerde metalen staafjes bij zich en die lange, dun
ne, buigzame, kleverige instrumenten zouden hem
dacht hij, goede diensten bewijzen bij het uitoefe
nen van zijn voornemen. Hij had op dergelijke wijze l
nog niet zoo lang geleden te Blokker eenzelfde truc'
uitgehaald. Maar hief in Ursem bleek het kleefmid-
dcl niet meer proefhoudend te zijn en twee onnoo-
zele centen met 'n „vierduit" was alles wat hij met
veel martelen machtig kon worden. Hij had verder
pogen dan ook opgegeven en meende juist in stem
mige houding het tooneel zijner operatiën te verla
ten, toen de kosteres Jansje Zweep, binnenkwam en
hem zag. Zij had hem al tweemaal bij zijn vroegere
bezoeken in deze kerk gezien en herkende nu met
beslistheid in hem denzelfden persoon.
Bekl. zegt: Ik groette de juffrouw en zij groette
mij en toen ging ik heen.
De veldwachter heeft twee centen en een 2Yi
centstuk in beklaagde's portemonnaie aangetroffen,
op welke geldstukken lijm was te zien.
De O.v.J. eischte 5 maanden gev. tegen beklaagde.
Mr. van Loockeren Campagne, verdediger, vraagt
voorwaardelijke straf en het den Reclasseerings-,
ambtenaar in handen stellen dezer zaak, alvorens
vonnis te Wijzen.
Uitspraak Maandag 7 Sept as.
Arie Groen van Egmond a. Zee wordt uitgeroepen,
maar deze zaak moet nog even wachten.
BOOS.
Eerst krijgen we Cornelis Stapel,' een geboren SiJ-
bekarspelder en. voormalig visscherman, thans ar
beider te Obdam Daar woont ook de visscher Jacob'
van Leijen, die in den vroegen morgen van 2 Juni;
tot de ontdekking kwam, dat men verschillende'
waardevolle fuiken van hem had vernield, wat hem
een schade was van ongeveer f J65. Van Leijen wist
niet wie dat gedaan had. deed aangifte en daarna is
gebleken, dat Stapel dader was. En deze bekende
zulks heden. Hij was, wegens een opgeloopen be
keuring. boos op van Leijen, maar had dezen nu
reeds f 100 vergoed en de rest zal volgen.
Van den heer Blauw was een schrijven over bekl.
ingekomen, waarin op voorw. veroordeeling voor
hem wordt aangedrongen.
Van Leijen zegt. dat bekl. anders wel een bruik
bare en weerbare man is, maar hij drinkt somtijds
te veel, dat is heel jammer. Spr. zou geheelonthou
ding bij voorw. straf een heel .nuttige maatregel
achten.
Edsch 2 maanden gev. voorw. Uitspraak wordt
aangehouden.
BEROUW KOMT NA DE ZONDE.
Nu was Arie Groen uit Egmond a. Zee aan do
beurt. Hij had een anderen op-zeeër, Pieter Dekker;
genaamd, op 2 Juni een watjekou gegeven in het
hotel Welgelegen te Egmond o. Zee waar dan9ver-'
maak werd gehouden. Het elkaar met bijnamen noe-
men en andere uitdrukkingen die ook zeer geschikt:
waren om „mot" te krijgen, vormden het voorspol
en daarna kreeg Dekker slaag. Beklaagde heoft in!
in zijne op schrift gestelde vorklaring betuigd, datj
bet hem spijt, dat ie Dekker niet heeft doodgesla
gen. Zachtzinnige kustmbowoners!Arie, die va--
rende is, kreeg 'nvonnis tot f 40 boete en kan dus
dokken als hij Van den trawler komt en als hij niet
afschuiven wil, zal hij volgens zijn vonnis 40 dagen
kunnen brommen.
DIERENMJEHA1NDELING.
Petrus Reus, een groote kerel uit Grootobroek,
thans niet aanwezig, had den löden Juni een klein
nauwelijks 3 maanden oud zijnd hondje van een
naaister opgenomen van1 de straat en het diertje;
geworpen naar een naderend wielrijder op wiens i
fiets een bagagemand was. Op het moment dat Reus j
hot kleine diertje naar het rijwiel wierp, was hij!
wel 3 meter van het voertuig verwijderd. Het hondje
kwam dan ook lang niet op den mand van de liets;
terecht, doch kwakte ver daar bezijden plomp ver
loren op straat.
Anna Best, de naaister, aan wie het hondje ioebe-
hoorde, had het beestje hooren janken en had ge-:
zien, dat iemand het dier na den val masseerde,
maar na die behandeling kon de viervoeter nog niet
loopen.
Ter verzachting en genezing van stuk-
geloopen voeten, zadelpijn, schrijnen
der huid en zonnebrand, is het nood
zakelijk op reis altijd voorzien te zijn
van een Doos
30-60.90 ct
De O.v. J. vorderde wegens dierenmishandeling
f 25 of 25 dagen hechenis. En voor het geval, dat do
daad als baldadigheid werd gequalificeerd, eischte
Z.E.Gestr. het maximum der straf op dat delict, nl.
f 15 boete of 15 dagen hechtenis, 't Vonnis was f 15
boete of 15 dagen zitten.
AL TE VRIJPOSTIG.
Hendrik J. Siekman te De Rijp, had op 20 Juni
jl. A. H. M. van Soest, huisvrouw Roelofs, in haar
eigen woning opgezocht en een paar klappen toe
gediend. Zij is een buurvrouw van beklaagde, wiens
moeder zij nogal eens schijnt te plagen. Ook zouden
volgens bekl. de kleine kinderen van buurvrouw
Roelofs lastig zijn voor moeder Siekman, die er ze
nuwachtig van wordt.
Prettige nabuurschap mag het daar zeker wel niet
heeten. Maar Hendrik Jan, een groote Jonge arbei
der, mag zijn buurvrouw maar niet pardoes op haar
gezicht slaan. Dit leerde hem een vonnis tot f 20 of
20 dagen de doos in.
BELEEDIGING.
Volgende beklaagde was Leendert de Wit uit den
Helder, thans absent. Hij had op 3 Juni zijne stad-
genoote Elsine Meijer, gescheiden huisvrouw -van
Van den Heuvel, beleedigd en de fel beleedigende
uitdrukkingen, die hij zich ten opzichte van haar
had gepermitteerd, bezorgden de Wit thans een von
nis tot f 15 boete, subsidiair 15 dagen hechtenis.
NIET STOMPEN.
Poortsluiter was Jan Kwinkelenberg, oveneens uit
den Helder. Hij heeft aldaar op 6 Juni zijn neef, den
39-jarigen visscher Willem Oostenburg, mishandeld
door hem tegen de kin te stompen. Een stoker, A.
Roomeijer, had het gevalletje, waarbij ook scheld
woorden gevallen waren, gezien.
De oisch was f 20 boete of 20 dagen hechtenis. Het
vonnis was i 30 boete of 30 dagen hechtenis.
Trekkingv^Dinsdag 21 Julï.
Na 294 f-2000. 20
Na 9001 f-1500.
No. 14386 'f-400.
Noe. 19611 '20031 f-200.
Noe. 2740 9420 16057 17146 17630 18052 ï-100.
Prijzen van f-65.
-64 74 84 166 186 463 610
619 686 710 720 740" 745 777
-861 886 8S9 890 905 1009 1015
1088 1141 1186 1283 1294 1309 1313
1316 1369 1393 1407 1128 1458 1540
1611 1661 1671 1679 1721 1752 1802
1894 1905 1910 2089 2104 2250 2263
2136 2532 2593 2609 2653 2706 2820
2852 2893 2959 2982 3103 3114 3137
3174 3245 3332 3306 3393 3107 3125
3563 3617 3743 3861 3ö83 3909 3927
FEUILLETON.
26.
door EL PTTTT.T.TPB OP PEN HEUL
Het warme zonlicht was van den hemel verdwe
nen. de zomerwarmte was wel in de lucht, de zach-
to, fluweelen mantel van een Zuidelijken nacht lag
over het koesterende land. Vele sterren brandden in
het luchtruim en de halve maan goud en glanzend,
hing laag in het Westen.
Bleek en met'de koorts van een grooten toorn
brandend in zijne droge oogen, zat een man aan
het venster van de villa daarginds te wachten. Om
hen heen lagen al de teekenen van moeilijk hoofd
kerk verspreid: boeken, handschriften, klassieke
woordenboeken' en werken van waarde. Maar zijn
pen was hem uit de hand gevallen en hij deed niets.
Hij zat daar doelloos, starend op de fantastische
vormen en het halfduister in zijn schoonen tuin.
De weelderige balsemgeur en het flauwer rieken
van meer zeldzame planten, dat naar binnen stroom
de door zijn open venster, was niets voor hem. Hij
was zich nauwelijks bewust vair de zoete vreug
de vreugde van den zomernacht. Hij wachtte, de
oogen strak op het Oosten gericht, waar de morgen
zon zou opkomen. Ten laatste kwam. waarop hij
wachtte. Een licht kloppen van de klink klonk van
de van den zomernacht. Hij wachtte, de
fluister van stemmen van een man smeekend en
hartstochtelijk, van eene vrouw, vroolijk en spot
tend. Toen ging de deur open en weer dicht en eene
slanke, schoone vrouw liep in onverschillige hou
ding op de villa aan.
Zij had geen hoed op het hoofd, maar een opera-
maiitel met kap lag los over hare schouders ge
worpen en toen zij het pad opwandelde, nu en dan
stilstaand om achteloos een neerbuigende lelie te
plukken, wier geur do zware nachtlucht bedwelmde,
gingen de vouwen vanéén en deden hier en daar
even de zachte, witte stof zien en de schitterende
juweolen op haar borst en in beur haar. Ook hare
voeten waren geschoeid met fijne, wit satijnen
muiltjes, die nauwelijks den grond schenen te ra
ken, zoo licht en bevallig wandelde zij. In 't kort,
zij was zeer schoon om te zien het schoonst van
den lieflijken tuin. Zij scheen niet te denken, de
man, die achter in de schaduwen van het raam
stond en op haar wachtte.
Zij zag hem daar staan, bleek en ijskoud als een
gehouwen beeld, behalve de woede, die in zijn oogen
brandde, efl voor een oogenblik aarzelde zij. Dan
met de berustende houding ^vara iemand, Wie be
sluit iets onaangenaams in de oogen te zien, haal
de zijn schouders op en de handvol lelies wegwer
pend, trad zij op hem toe. Zij spraken geen van
beiden totdat zij vlak voor elkaar stonden. Toen,
daar zijne bewegingslooze gestalte haar belette door
de deur binnen te gaan tn hare poging om dit te
doen belemmerde, stond zij stil en sprak hem luch
tigjes aan.
„Een vreemd welkom thuis, mijn vriend. Waarom
sta jo hier zoo woedend te kijken?"
Hij wees met bevenden vinger naar het Oosten,
waar een flauw schijnsel van het daglicht de lucht
kleurde
„Waar ben je geweest?" vroeg hij met heesche
stem. „Zie je niet, dat het ochtend wordt? Den ge-
heelen nacht heb ik je hier zitten wachten. Waar
ben je geweest?"
„Je weet heel goed waar ik geweest ben", ant
woordde zij achteloos. „Naar het bal in de Lion
dor. Ik heb je verteld, dat ik er heenging'.
„Mij verteld! Jij mij verteld! En verbood ik het
niet? Zei ik je niet, dat ik niet wilde, dat je ging?"
„Toch ben ik er geweest", antwoordde zij lichtig.
„Het was eene afspraak en ik breek nooit eene af
spraak."
„Eene afspraak! Jij zonder geleide naar een al
gemeen bal op eene publieke plaats! Eene afspraak!
Ja, met je minnaar, denk ik." Zij keek hem aan en
gaapte voor zijn oogen.
„Je bent slecht gehumeurd, vrees ik", zeide zij,
Je bent ten minste erg ruw. Laat mij door als je
blieft. Ik ben moe van het staan hier".
Hij was buiten zichzelven van woede en geduren
de een paar seconden kon hij niet spreken. Maar
toen hij woorden zeggen kon, klonken zij helder en
duidelijk- genoeg.
„In dit huis zul je niet meer binnengaan", zeide
hij. „Je hebt mijne wenschen'veronachtzaamd, je
hebt mijn gebod overtreden en nu sta je mij te be
driegen. Jo gooit met mijn eer. Je brengt schande
over mijn naam. Ga en houd je afspraken onder
dat andere dak. Het mijne heeft jo intriges lang
genoeg geborgen!"
De hand, die den opera-mantel dicht hield, liet
los en hij viel achter op haar schouders. Al de
schoonheid van haar zinnelijk lichaam in het ver
blindend witte kleed slond daar ongedekt. Het
maanlicht glansde in 't schoone haar. scheen zacht
op haar witten, gevulden hals en bloote armen, en
schitterde in hare donkere oogen, plotseling vol
van drift. Hare rechterhand hield een klein kanten
zakdoekje vastgekneld, dat zij uit de vouwen op
haar lijf had getrokken en da.lucht met zoeten geur
vervulde.
„Je bent boos, en je weet niet wat je zegt", zeide
zij. „Het is waar dat Je mij verboodt vannacht te
gaan, maar je verbiedt mij alles. Ik kan Jou leven
niet leven. Het is te diep, te triestig. Het is wreed
van je om dat te verwachten. Laat mij nu binnen,
als Jo mo uit wilt schelden, doe dat morgen."
Zij stapte vooruit, maar bij legde de handen op
hare teedere schouders en duwde haar terug.
„Nooit!" riep hij wild uit. „Ga en leef zooals je
wilt. Dit is geen thuis voor je. Ga, zeg ik".
Zij keek hem aan, hare mooie oogen smeekend
opwaarts gericht en hare lippen trillend.
„Je bent krankzinnig!" zeide zij. „Ben ik niet Je
vrouw? Je hebt geen recht mij hier te laten staan.
En mijn jongen. Laat mij voorbij."
•Hij bewoog zich niet, noch toonde eenig spoor van
toegeven. Hij stond daar, do handj dreigend naar
haar uitgestrekt, zijn gelaat bleek en stom als
marmer, p maar met wilde woede nog in de oogen.
„Wat is de jongen, wat ben ik voor jou?" riep
.hij heescn. „Ga weg, vrouw!"
1 Nog scheen zij het niet te begrijpen.
„Waar moet ik heen.?" vroeg zij. „Is dit niet mijn
ihuis? Wat ben ik-."
„Ga naar je minnaar", viel hij haar toornig in de
rede. „zeg hem dat je man niet langer je werktuig
is. Hij zal je inlaten."
Een donkere blos kwam op hare schoone wangen
I en een plotselinge drift flikkerde in hare oogen. Zij
richtte zich in hare volle lengte op er. keerde zich
tot hem met de waardigheid van eene keizerin.
„Luister een oogenblik naar me", zeide zij. „vraag
ij ezel ven af, of je ooit getracht hebt, mij het leven
gelukkig te maken. Hek ik ooit genegenheid voor
gewend voor boeken en eenzaamheid? Vóór ik
trouwde, heb ik je gezegd, dat ik veel hield van
verandering, vroolijkheid en leven en je beloofdet
mij. dat ik het krijgen zou. Vraag je'zelf af. hoe
je je belofte gehouden hebt. Je ontzegt mij ieder
genoegen en drijft mij er toe het alleen te zoeken.
Ik ben je jaloersche nukken en je kwaad humeur
moe. Bij God, Die op ons neerziet, ik ben eene
trouwe vrouw voor je geweest, maar als je bij al
je wreedheden, deze laffe, ellendige belediging, wilt
voegen, dan zal ik nooit vrijwillig je gelaat meer
.aanzien en welke zonde ik doe, die zal op jou ver
antwoording, niet op de mijne staan. Wil je op zij
gaan en mij voorhij laten?"
.Nooit", antwoordde hij. „Nooit!"
Zij trok haar mantel om hare schouders en keerde
hem haar rug met een minachtend gebaar toe.
„Je hebt mij gemaakt tot wat ik zal zijn", zeide
zij. „De zonde is jou. Gedurende verscheidene ver
moeide jaren heb je mij ellendig gemaakt. Nu heb
je mij gek gemaakt".
Zij wandelde voort in de geurende duisternis en
dadelijk daarop boorde hij de poort achter haar
dichtvallen. Hij luisterde waanzinnig, hopende, dat
hij haar hoorde terugkeeren. Het was vergeefs. Alles
bleef stil. Toen voelde bij zijne leden verslappen en
hij zonk achterover op een bank en verborg zijn
gelaat in de kussens.
3037 3981 3996 4017 4037 4043 405-4
4060 4072 '408 4 4120 4129 4146 1229
4287 4297 4357 4365 4178 4496 4500
45-45 4615 4641 4687 4831 4848 4944
4963 5013 5068 5119 5228 5243 5296
5331 5333 5358 5370 3429 54-40 5441
5447 5548 5593 5601 5635 5720 5725
5730 5766 5771 D'.MÖ 5923 6140 6301
6330 6394 6408 6475 5487 6492 6541
6598 6620 6634 6636 —38 —84 6742
6816 6839 6852 6870 6877 6916 6917
6913 6945 6977 6909 7038 7084 7113
7181 7212 7218 7281 7292 7343 7418
7435 7441 7456 7516 7536 7626 7630
7699 7754 7782 7860 7919 7920 7969
7992 8020 8035 8073 8117 8157 8234
8327 8378 8250 8566 8589 8638 8687
8732 8719 8758 8785 8815 —98 8917
8923 8962 9028 9019 9062 9201 9268
9452 0174 0187 0480 9501 9513 9554
0571 0573 9581 9624 9662 9718 9780
9786 9805 9907 9970 9982 9990 10000
JOQ34 10055 10116 10138 10160 10192 —203
10238 10371 10397 14026 10156 10457 10160
1)0503 10555 10631 10669 10757 10773 10792
10920 10931 110U2 11022 11011 11355 -156
31169 11232 13333 11429 11439 11457 11492
11515 11518 11572 11630 11632 11662 —775
11832 11845 11961 11998 12078 12196 12215
.12262 "12303 12133 12166 12539 12618 127-44
12806 13017 13026 13038 13058 13098 13101
13124 13142 13157 13186 13217 13218 13237
13287 13288 13302 13304 13343 13370 13395
13419 13509 13517 13544 13550 13557 13583
13628 13643 18659 13681 13699 13713 13747
13768 13776 13779 13832 13837 13864 13917
14017 14061 14088 11165 11282 14-429 14137
14172 14539 14588 14604 14650 14654 11715
14770 14784 14799 11829 14866 14913 15014
15023 15081 15113 15211 15274 15301 15318
15535 15578 15681 15857 15873 15878 15900
15903 15907 15938 1596 15962 16039 16079
16131 16162 16169 16186 16193 16199 16200
16839 16-420 16427 16-195 16499 16506 16592
16598 16611 16672 16772 16795 16818. 16843
16946 16950 17022 17169 17218 17236 17247
17263 17329 17362 17429 17450 17462 17486
17600 17604 17621 17627 17661 1768-4 17751
17757 17778 17781 17831 17817 17919 17960
17992 18086 18101 18111 18162 18164 18183
18193 18336 18337 18352 18362 18125 18539
,18618 1869 18726 18752 18779 18795 18790
18960 18991 1899 81921 100079 19091 19138
<19146 19.3-12 19360 19404 19456 19523 19596
.19605 19687 J9688 19694 19745 19778 19808
10852 19896 19899 19915 19967 20005 20102
20153 20404 20252 2*1250 20281 20329 20428
20521 20555 20567 20593 20610 20614 20655
20681 20719 20870 20878 20881 20086
le Klaese le Lijst: 1415 m. z. 1515, 20103 m.z. 20413
Trekking van Woensdag 22 Juli.
Ie Klasse. £e Lijst.
No. 14886 T-5000.
Noe. 9021 9939 uBt f-1000.
No. 2811 f-400.
Na 16136 f-200.
Na 14364 f-100.
-35 217 220 334 367 371 398
517 565 596 617 633 757 772
821 830 939 968 1005 1037* 1054
1068 1073 1104 1155 1282 1360 1378
1380 1464 1476 1316 1588 1602 1616
hoofdstuk ii.
Benjamin Lcvy rent zijn prooi op aarde na.
De zon stond laag aan den heinel, en lange scha
duwen lagen over de bedden van wilde en gekweek
te bloomen en op de met mos begroeide paden.
Nog maakte Bernard M&ddlson geen beweging.
Het kan geweest zijn, dat hij terugschrikte van het
geen hem voor den geest stond, of het kan zijn, dat
hij eenig bijzonder doel had met, zich die afgebro
ken visioenen van het verleden in herinnering to
brengen. Want, terwijl hij daar zat, drongen zij zich
steeds in hem op. afzonderlijk en te zamen, maar
jfllcn getint met die groote droefheid die op zijn
leven scheen te hebben gerust.
Weer kwam de herinnering van die lange, een
zame dagen uit zijne jeugd bij hem op. Hij dacht
aan dien verschrikkelijken dag, toen zijn vader bij
zijn bed had gestaan en hem had gevraagd met een
vrees inboezemende stem, niet meer naar zijn moe
der te vragen en .aan haar als aan eene doode te
denken, en hij voelde weer de kqude rilling van wan
hoop. waarmede hij beseft had-rot die schoone, lieve
vrouw voor goed was weggegaan die hem haar
kleinzoon noemde en die zijne hartstochtelijke kin
dergenegenheid met een soort behagen had ontvan
gen .Voortaan zou het leven waarlijk een droevig
ding worden, alleen met dien kouden. zwijgenden
werker, niet wien hij vreesde te spreken en dien hij
slechts zelden bij den naam van vader aansprak.
Een droevige tijd was het ook geweest. Hij dacht
over de herhaalde afwezigheid van zijn vader en
over zijn terugkeer eens in het midden van den
winter, toen hij aan kwam rijden in een oud rijtuig
met een dokter zij zich en bloed bevlekte zwachtels
om zijn voet. En hij dacht aan een nacht, toen hij
bij hem waakte, terwijl de ziekezuster rust nam, en
een naam onophoudelijk was gekomen van die bleeke,
koortsachtige lippen, beladen met booze vloeken en
diep. doodelljke haat. een naam. die sinds met let
ters van vuur in zijn geest stond geschreven Verder
en verder trok hem zijne herinnering totdat hij zelf
geen jongen ineer, op den drempel der mannelijkheid
stond en op dien %vrecselijken nacht die geschiedenis
van de lippen van zijn vader had vernomen, die hare
schaduw over zijn leven had geworpen Toen voor
het eerst was er eene soort sympathie tusschen hen
gekomen, eene sympathie die tot grondslag een ee-
meenschappelijken haat ha l een gemeenschappelijk
gevoel van diep. onvergeeflijk onrecht. Den eed dien
zijn vader had gezworen, zwoer de zoon nr»t trillende
lippen na en uit vrees voor de wraak van de-ze twee,
ging de man tegen wien de eed was gezworen weg
van zijne landgenooten en verschool zich in iederen
schuilhoek van Europa, een opgejaagd dier in vrees
voor zijn leven.
Wordt vervolgd.