DERDE BLAD.
Brieven over Engeland.
FEUILLETON.
DE FATALE 13 NEGENS
Bitxnenlan^scr* Nieuws.
Als ge een
verkoudheid
voelt opkomen
Abdijsiroop
Zaterdag 5 September 1925.
68sfe Jaargang. No. 77 J2.
29 Augustus 1925.
Onze reis naar .Engeland is weer achter den rug.
Zoo gaat alles. Nog een kleine veertien dagen en
de groote vaoantae behoort al weer tot het verleden,
Maar die reis naar Engeland. Dat ze nu toch
ebusch voorbij is. En het duurde zoo lang voor
ze begon.
:\Vas een paar maanden voor de vaoantie dat
jjüjn vrouw, schijnbaar toevallig, aan tafel over
oniip reis naai* Londen sprak. De kinderen, de
twee oudsten bedoel ik, die niets hoeren, waarneer
je ze zegt, vork en mes goed vast te houden of
recht te zitten, wareii plotseling- ©en en ai oor.
wj^iar Lonftan, Moeder, wanneer? Gaan wij
ook mee?''
Toen begon het plannen maken. Wat we zou
den doen en wat we zouden gaan zien en wat we
uit IjOiiden mee zouden nemen en wat we naar
Londen mee zouden nemen
Dat laatste was het eerst aan de beurt. En om
vooral niet te laat klaar te zijn, pakten de twee
oudsten ongeveer een maand van te voren hun.
koffertje. Alles werd er vast ingestopt. Dn onnio-
'ijkste dingen, waarvan het nut in Engeland
uvjgst twijfelachtig was, moestenmee. En eiken
1 avond als Ik, vóór wij, vader en moeder, ter ruste
ringen, in de slaapkamers van de kinderen ging
kijken, stonden de koffertjes gepakt en gesloten!
voor de bedden op een stoel.
Nummer drie,' de jongste, van ruim trwee jaar4
deed aan het pakken niet mee. Als we vroegen:
,/Graat Keesje' op de boot?'' was steeds zijn ant
woord: Nee, pappa, hoef© niet.';
'Welke boot? Daar was weinig twijfel aan. De
Hoilandsehe boot, van Amsterdam, naai' Londen,
geeft je een reis yan minstens 23 uur. Ben heele
dag .op zee, met nog één nacht ministens. Mis^-
6chien wel twee nachten aan boord slapen-
Eerst telefoneeren wanneer de mooiste boot voer,
de Lingestroom, op Zaterdag of op Dinsdag. Op
Dinsdag, en van Londen terug op Zaterdag. Dan
4 retours voor de Lingestroom. Kleine Kees krijgt
wel een bed, maar betaalt niets. Twee hutten
voor de familie, een van drie en een van twee
bedden. -
Het duurt lang, eer het die Dinsdag van vertrek
is. 'mfaari eindelijk komt hij toch. 't Weer is
regenachtig, maar stil. Eigenlijk jammer, vinden
de kinderen, 't- Hoefde rtfet te stormen, maar een
beetje waaien mocht het wel.
De boot vertrekt ora half tien 's avonds, 't Is
nog licht, en bovendien -zal het vannacht vol'le
maan zijn. „Mogen we opblijven tot we in zee
zijn? Het mag\
We boffen bij de Hembrug. Ze is open. Maar
de Velzerbrug is dicht. We liggen er met ons tweer
ën voor, twee groote zeeschepen. De boot achter
ons is ongeduldig. Geregeld 1'aat ze haar stoom
fluit loeien. Kapitein Galesloot van de Lingestroom
is wijzer. Hij weet wel, dat de spoorbrug niet
opengaat voor een fluitend© boot. Eu onze achter
buurman geeft het ook maar op.
Dan, eindelijk, draait de brug open. Het roode
licht is groen geworden, en we gaan naar de slui
zen. Nog een half uurtje en we zijn op zee._
„Kom maar op de brug,'' zegt de kapitein. Zou
Ie boot gaan stampen? Geen sprake van. De zee
is zoo kalm als de vijvers in het Vondelpark. Schel,
dat licht van IJmuiden. Thuis zien we het uit
onze slaapkamer. En pu vlak bij. Maar steeds
verder af. Naar bed kinderen, wij gaan ook. Kees
sn&pt al een paar uur.
-„Zouden oom en tante ons nu zien in Zand voort?'"
Haar oom en tante hadden drie uren te vroeg uit
gekeken. Ze hadden om kwart over negen teen
lookpluim gezien in de richting IJmuiden. „Daar
gaat de Lingestroom,'"'hadden ze gezegd, niet we
tend, dat de Lingestroom-juist bezig was de tros
sen los te gooien aan de Handelskade te Amsterdam
Ken mooie dag, de volgende Woensdag. We
msken nu kennis met de andere passagiers. Br is
nog een twee-jarige bij. Eén Engelschman, verder
allemaal Hollanders. De Engelschman is ©rg praat
ziek. Hij heeft zijn vacantie in Holland doorge
bracht. Heemstede? Ja, daar is hij ook geweest*
u door HAWLEY SMART.
HOOFDSTUK XIII.
Wheldrake komt in vreemd gezelschap.
Het Londensche seizoen behoorde alweer tot het
^erlodene._ De Eversleys en hun reisgenooten zijn
reeds eenigen tijd weg en behalve Sir Jaspers
bankier, weet niemand met Juistheid te zeggen*
waar zij zijn. Van Wheldrake is sedert zijn vertrek
niets gehoord en do heer Ohis'el is nog steeds
wachtende op orders.
Aan. de deur va.n een der kleine paviljoens, welke
bevinden in de tuinen van de viH'a del Reale,
was graaf Patroceni gezeten, genietende van zijn
sigaret en turende over de Golf van Napels-
o."Jpzei hij in zichzelf lachend, ik hoor dat
^per Evers!ey en zijn familie in dit gedeelte
gistermiddag. Hij heeft gerookte paling gekocht
en Mompen, drie paar kolmpen. Voor-neefjes en
nichtjes, want kinderen heeft hij niet. Hij is niet
getrouwd; woont met moeder samen, in Tedding1-
ton. Hij is zeven en veertig. Hoe oud zijn wij?
En zoo voort.
De dag vliegt om. De loods komt al aan boord.
Een paar uur geleden hebben we de kust al' gezien-
Een duur mannetje zoo'n loods.
Honderd twintig gulden moet de maatschappij
voor 'zfljn diensten betalen. En dat voor geheel1
overbodige diensten, want onze kapitein kan even
goed ais de loods de boot naar Londen brengen..
Maar de wet zegt: Als pr. passagiers zijn, moet er
een loods aan boord komen. Dus varen we met een
loods, 's ^Winters en dat begint al over oen week
of drie, vervoert do Hoilandsehe boot geen pas
sagiers. Dan brengt de kapitein zelf zijn sohip do
Theems op. Nu nioot hij toezien dat oen ander
het voor hem doet.
't Is laag water. We moeten straks ankeren.
M|iar eerst komt nog .een kleine boot langszij,
vaart met ons op. „Iloe heet uw schip?". „Linge-
stroefmi.' „Hoe heet u, kapitein? „Galesloot".
„Hoeveel passagiers heeft u?'* „Zeventien Welke
nationaliteit?'" „Zestien vreemdelingen on één.
Engelsebima.il". Dank u/ en weg is de -boot om een
ander binnenkomend schip aan te klampen.
Gravesend. We varen inet een snelheid van een
meter per half uur. De machines staan zoo goed
als stil. Toch. glijden we nog' vooruit. Bij tientallen
liggen de schepen ai voor anker. Bén, twee, glij den
we nog voorbij. Dan is het onze beurt.
Twee mannen staan Maar bij de zware ankerket
tingen. De stuurman is bij hen. Op de brug staan
dé loods en de kapitein. Ieder oogenb'lik kan nu
het hevea komen. Daar klinkt het van de brug,
en onet een donderend lawaai ratelt de ketting'
naar beneden. De stuurman hangt- over boord, kijkt
naar het verdwijnen van de ketting.'
Hij roept naar de brug. Twintig vaam! Dertig
vaam! Halt. Het anker heeft gegrepen. De Lin
gestroom ligt stil. De eerstvolgende aren zal er
niets gebeuren. Voor de tweede maai gaan de
Mnderen aan boord naar beÜ. En Keesje slaapt!
al weer eenige urenn.
Hoog water. De stoomkraan haalt het anker op,
met nog wat meer lawaai dan het straks is neer
gelaten. Het schip trilt af 'weer. Graveeond glijdt
voorbij. Wij gaan naar bed.
Ais we wakker wonden liggen we stil1, 't Is1
donker in de hut, want .onze patrijlspoort ligt tegen
de- kade aan. De meeste passagiersblijken al op
te zijn, hebben zelfs al ontbeten. Wij 'zijn langsla
pers. Maar waaroim zouden we ons haasten? De
douanenen moeben ^nog aan boord komen en een
•aar beambten, die onze paspoorten na/ komen
kijken en ons allerlei dingen komen vragen. We
hebben nog overvloed van tijd om alles in orde
te maken.
De douanen zijn ditmaal gemakkelijk. Niets aan
te geven? Niet meer dan veertig .sigaren? In orde.
Nee, laat u die koffer dan maar dicht. Terwijl
ik zie, dat een van de andere passagiers, met min
stens jzoo'n eerlijk gezicht als ik, ae heel'e koffen
uit moet pakken, 't Is op de wereld raar verdeeld.
Maar de volgende maal gaan we verder. -
INBREKERS GEVAT.
In samenwerking met de recherche te Zeist is het
gisteren aan de Utrechtsche politie gelukt de ver
moedelijke daders van twee inbraken te Zeist te ar
resteeren. Aangehouden zijn een paar bankwerkers
en een student, wier schuld aan de inbraak ten huize
van den gemeente-secretaris schijnt vast te staan,
wijl zij in het bezit waren van eenige gouden tien
tjes, die bij deze inbraak werden meegenomen.
Waarschijnlijk is het trio ook schuldig aan de in
braak in het kleedmgmagazijn De Dom, waar de
kas van rond f 300 werd gelicht en eenige kleeding-
stukken zijn medegenomen.
PLANNEN VOOR EEN VEREENIGINGSGEBOUW
TE BORCULO.
I De heeren jhr. de Muralt als voorzitter. C. F Pou-
lie als secretaris en G. Rhee als penningmeester
hebben een voorloopig comité gevormd tot oprichting
i van een vereenigingsgebouw te Borculo. Leden zijn
i verder de heeren Jhr. G. de Dieu Fontein Verschuir.
C. J. Hugenholtz, G. J. ten Raa en J. Rossing. De
burgemeester heeft in deze het initiatief genomen.
1 De bedoeling is een gebouw voor muziek- en too.
j neeluitvDeringen, groote vergaderingen, verkoopin-
I gen enz. te stichten. De zalen der café's te Borculo
zijn geen van alle toereikend voor dergelijke doel-
einden.
I Het. comité is van oordeel, dat nu Borculo her.
bouwd wordt, het oógenblik is aangebroken om in
het gebrek aan zaalruimte te voorzien. Bovendien
j is het een aangelegenheid van sociale heteekenis,
zoodat het op financieelen steun van velen buiten
der
Gereld ronddwalen en het zal aan mij "biet
j. HMJM
'ggen, als hij mij geen bezoek brengt. liet Ï9
zonderling, dat ik niet in staat ben geweest Whel-
°P te sporen en niets van hem te weten)
Wff r?kei1 komen, sedert hij" Lcfnjden verlateni
TJ1- Ik moet ook die kleine rekening met kapitein
fuunmerton V0reffenen; zulk een ondankbaarheid
erdraag Ik van niemand. Ho, Matteo, En* de
R Sj°T met rotting op de tafel.
nithS0 re eigenaar van het paviljoen kwam snel
tt, gebouw te voorschijn.
„iia, ExzellSenca,'* riep hij uit in alter onder-
o^nigste houding, „dat doet iemand goed u weer
zien.'"
«Heb je eenig nieuws voor mij"?''
een ■J-iJ ^"nheer/' anntwoordde Matteo; er is*
dif* rf1 .Lbgels'che lord miet zij'n reisgezelschap,
g,zijn aangekomen. Zij zijn eerst twee dagen
brt Napels gearriveerd; maar spreekt u
mSw n zoudt den Engelschman wakker
o]1' die binnen ligt te slapen/'
Ép'i~®n Engelschman? Welke Engelschman?'' vroeg
zachter sprekend; „behoort hij tot het
ezelschap van den Engelsohen lord?''
is ^Jbheer,'' Antwoordde Matteo zaoht; „hij
er ov UUF. geleden hier aangekomen, klaagde
d»a/er' Kij moe was, vroeg ©én kamer en is
gaan slapen.'*
bitvhsehenwat. neer zii or> weg gaan,
ie to^' voort, ,.ik zal Giovanni naar
zenden om te hooren welk nieuws je liebt
Borculo hoopt. De inwoners zijn thans niet hij mach
te alleen een vereenigingsgebouw te bekostigen. Over
de eventueele exploitatie is reeds overleg gepleegd
me t de gezamenlijke zaalhouders te Borculo.
HET HOTEL OP DEN DAM.
Terwijl door den dienst van publieke werken te
Amsterdam met bekwamen spoed de Dampoel ge
dempt wordt, (er zijn reeds wagenvrachten aarde op
gedeelten van het terrein gestort) werkt de botelcom^
binatie met alle kracht, om het dempingswerk on
gedaan te maken.
Wij hebben, ruim een maand geleden, gepubli
ceerd. dat wethouder Wibaut de commissie van bij
stand voor de finajtciën heeft gepolst of de leden in
principe zouden kunnen moegaan met het van ge
meentewege onder bepaalde voorwaarden financieel
steunen van het plan der hotolcombinatlo. Dat denk
beeld is in de commissie goed ontvangen, weshalve
aan de combinatie werd meegedeeld, dat zij onder
bepaalde voorwaarden op de medewerking van B. en
W. kon rekenen.
Daartoe aangemoedigd heeft de combinatie haar
pogingen om bankiershuizen in hei binnen- on bui
tenland bij de totstandkoming van het Damhotel te
intpresseeren, voortgezet, en,'naar wij vernemen, niet
zonder succes. Betrokkenen hebben zelfs goeden
moed er thans in te zullen slagen het groote kapi
taal, voor de tichting van het hotel vereischt, bijeen
te brengen.
Nog in den loop van deze maand zal aan hét col
lege van B. en W. worden meegedeeld, hoever de
combinatie in haar pogen is .gevorderd, opdat, bij
gunstig resultaat, van de zijde van het gemeente
bestuur de noodige stappen kunnen worden gedaaa,
Hbld.
Se *s morgens opstaat met een drogen
oest die pijn doet op de borst, dfaal
dan geen oogenblik langer, maar haal on
middellijk een flesch Abdijsiroop, dan zult
qe bijtijds een zware verkoudheid voorko-
ihen. Iedereen wordt een of meermalen per
Jöar verkouden, zegt men,* maar noodig is
net geenszins, als men er maar tijdig bij is
afdoend middel als Akker s
feiftironohitls, influenza, hoesten, ver-
koudheldi keelpijn, kinkhoest, asthma.
i van 230 gram (in koker) fl .50
STAMBOEKVEE NAAR ZUID-AMERIKA.
Door bemiddeling van de heeren Hudig en Veder
te Rotterdam hebben de heeren H. Voorspuy Zn.
te Groot Ammers gisteren met het stoomschip ..Ares"
van den Kon. West-Indischen Maidienst, wederom
naar Zuid-Amerika verladen 26 stuks eerste klasse
stamboekvee, te weten 13 stuks IÉ-jarige en -12
stuks 2É_jarige kalfdragende koeien en 1 stier. Dit
vee is gedeeltelijk in Noordholland en gedeeltelijk
op de Zuidhollandsche eilanden gekocht. De stier,
genaamd Tonny's Cronjé U, werd gekocht van de
fokvereeniging Verbetering zij ons doel, te Hoornaar.
DE MOORD OP HET DUITSCHE DIENSTMEIS
JE UIT AMSTERDAM.
Het staat nog steeds niet vast, op welke wijze
Maria Lampersback, het té Amsterdam wonende
Duitsche dienstmeisje, wier lijk Dinsdagavond
gevonden, om het leven is gekomen. Terwijl eerst
uitdrukkelijk was verzekerd, dat er van misdaad
geen sprake kon zijn-, acht men dit nu weer in het
geheel niet uitgesloten. De politie heeft namelijk een
Nederlandsche dame, die bij haar aankomst te Ber
lijn in verband met deze zaak in hechtenis was ge-
aoroen, maar kort daarop weer in vrijheid was ge
steld, opnieuw gearresteerd.
Mevrouw T. was eergisteravond nog. op -vrije
voeten gesteld, toen een man het hoofdbureau van
politie opbelde met de mededeeling, dat mevrouw T.
aldaar een zakje met 34 brillanten verloren had.
Inderdaad werd kort daarop door eenschoonmaak
ster het zakje gevonden. Mevrouw T. werd nu op.
nieuw ontboden, en bekende, de diamanten-over de
Nederlandsche grens te hebben gesmokkeld. De
zaak werd onmiddellijk nader onderzocht en nu
bleek het, dat mevrouw T. beroepssmokkelaarster
was. Op verzoek der douane wordt zij in hechtenis
gehouden.
De politie meent nu, dat de mogelijkheid wel dp-
gelijk bestaat, dat juffrouw Lampersbach het slacht
offer van een moord is geworden. Immers, zoowel
mevrouw T. als de man, die haar vergezelde, en die
nog steeds niet is teruggevonden, hadden bemerkt,
dat het dienstmeisje zich herhaaldelijk tot den con
ducteur had gericht. Waarschijnlijk vreesden zij, dat
het meisje in dienst -van de politie stond of ontdekt
had, dat zij zich aan smokkelarij hadden schuldig
gemaakt. Met de mogelijkheid van zelfmoord houdt
men geen rekening meer. Het meisje leed niet aan
vervolgingswaanzin en uit het telegram dat zij nog
te Stendal aan haar familie #ieeft gestuurd blijkt
geenszins, dat zij het voornemen had, een eind aan
haar leven te maken. Het is alleen nog mogelijk, dat
zij uit don trein gevallen is. Voor deze hypothese
spreekt het feit, dat de trein zeer goed bezet was,
on hot dus uiterst moeilijk zou geweest zijn, het lijk
uit den trein te werpen.
HEERHUGOWAARD.
Door den heer P. A. van Sehaik, hoofd der R.K.
«chool ih liet noordelijk deel onzer gemeente, werd
bij 'hot op 2 en 3 September te Wageningen gehou
den examen de tuinbouwacte gehaald.
HEERHUGOWAARD.
Door de sterke afneming van den landbouw in
onzen polder, was er voor de Ooop. dorschv©roem-
ging „De Eendracht'" geen yoldoende werk meer.
Do machine enz. heeft men reeds verkocht. Hef
nadeelig saldo za1 moeten worden omgeslagen, ter
wijl de vereeniging zal worden ontbonden.
LANGENDIJK.
In de Donderdagavond gehouden ledenvergade
ring van de Coöperatie „Nieuw Leven';, welke ver
gadering de .tweede was, om de wijzigingen in de
statuten te bekrachtigen, werden alle_ wijzigingen)
■onveranderd aangenomen, zooals die in de vorige,
vergadering waren bepaald.
Daarmée is dus .bekrachtigd, dat geen finanti-
eele aansprakelijkheid voor de leden meer bestaat,
dat ook gehuwde vrouwen lid kunnen worden, dat
•het entreegeld is verhoogd van 1 op 6 gulden en
het aantai verplichte aandeelen van 5 "guldenis
verlaagd van 5 op 4 en nog ernkele minder belang
rijke wijzigingen meer.
Medegedeeld werd, dat de halfjaarlijksohe balans
jtiog niet dooi* den aecounatnt is vastgesteld, zoo
dat nog geen gegevens daaromtrent kunneh wordeli]
versteekt. Besloten werd de notarieel© acte van
He wijzigingen door notaris yan Leersum uit Win
kel, als m meest bekend veronderstelde in cooperatié
ziaken te laten opmaken.
Dia'ar de ronnavraag niets van belang opleverde,
ploot de voorzitter reeds omstreeks negen uur de
vergadering, welke door 14 1'eden was bezochte
Hij dankte voor de aanwezigheid, hoopte dat de
nieuwe besluiten voor de coöperatie vruchten mogen
afwerpen, waaruit zeker betere verhoudingen in
het algemeen zullen geboren worden.
LANGENDIJK.
Hef bestuur van de coöperatie „Nieuw Leven7'
keeft besloten vanaf a.s. Maandag de broodprijzen
met 2 cent te verlagen.
OUDKARSPEL.
Dinsdag is in pnze gemeente weer eens iemand
uit de woning gezet; Gedurende 23 jaar had het
igezan onafgebroken in de woning gewoond, doch
nu werd door onderhandsehen verkoop de woning
opgezegd. Het was voor het gezin niet mogelijk
een woning te krijgen- De inboedel werd in eeü
Ivaartuig overgebracht en heeft daarna plaats ge
vonden in een boet. Het gezin vond een tijdelijk!
onderkomen bij een der familieléden.
Uit dit feit blijkt ten overvloed© nog eens, dat
een tekort aan woningruimte hier niet denkbeeldig
genoemd kaai -worden.
ONWETTIGE RAADSVERGADERING?
Uit Bginand aan Zee, 3 Sept. Het raadslid
Snoek maakte in de laatst gehouden raads/vergaide
ring bezwaar tegen deelneming aan de vergadering,
van het raadslid mevr. Visser, op grond dat Zij
thans woont te- Castricum. De voorzitter kon zich
hiermede .niet vereenigen.
De heer Snoek .heeft thans de tusschenkomsti
van Ged. Staten gevraagd, omdat naar zijn meo-
mng alle in bedoelde vergadering genomen beslui
ten onwettig zijn, o.a. de benoeming van een ge
meentesecretaris. TeL
COLLECTIEF ONTSLAG GEVRAAGD.
Uit Enschede, 3 Sept. Aangezien de tegen
woordige salarisregeling na de verschillende kor
tingen-volkomen onbevredigend wordt geacht eh de
minister van Onderwijs verbetering heeft gewei
gerd, hebben de leeraren aan de Textiélavondschool
alhier, voor zoover zij in vaste betrekking zajn, ont-
slajg aangevraagd, terwijl de tijdelijke leeraren, te
kennen hebben gegeven, dat zij geen benoeming
wensohen: De nieuw© cursus voor deze avodsohool
waarvoor zich 220 leeriingen hebben aangemeld, zou
1 October aanvangen. Tel.
DE ZEISTER INBRAKEN OPGEHELDERD.
Wij vermeldden reeds, dat de ingezetenen van
Eéist den latsifcen tijd werden verontrust door
eenige elkaar vlug opvolgende inbraken- Tijdens
en 'n oogje te houden op dien vreemdeling. Ik zal
1 achter door het huis weggaan, ik wensch voor het
oogenblik liever niemand van die Engelsohen te
i ontmoeten-'' .t
„O, hij is een verbazend man, zijn Excellentie-
riep Matteo. „Die Engelsohen. Het is schilderach
tig, om daar boven te dineeren,'- ©n hij wees met
»zajn v&nêter bfeteekenisvol naar den Monte St.
Angelo; „maar het is kostbaar; niemand van mijn
'beroep zou zulke hooge rekeningen durven inle-
veren'*-
Eenige minuten later kwam de Engelschman, van
wien Matteo gesproken had, uit het paviljoen; en
had Patrooeni zijn vertrek enkele minuten uitge
steld da,n zou hij gestaan hebben tegenover den
man, dien hij zoo verlangend was te ontmoeten.
„Ik hoop, idat mijnheer opgefrisoht is door zijn
slaapje,'' zei Matteo buigend:.
„Dank ui,'* zei WMtdrake, zieh op_ een stoei
neerzettende. „Geef mij een fleööhj wijn en een
of ander te eten- Het is hard,'' mompelde hij bij
szichzelf, terwij Matteo wegging om zijn order uit
te voeren, „om door al mijn vriende met wantrou
wen te worden bejegend, maatschappelijk vernie
tigd te zijn en dat alles geheel buiten mijn schuld.
Zou dat bericht, dat ik in een der Engelsohe cou
ranten las, waar zijn, dat zij op het punt staat
met Hammertno te trouwen? Zouden vrouwen ons
ooit waarachtig liefhebben? Op dat vreeselijk oogen
blik weigerde Maude er geloof aan te slaan. Zij
zwoer, dat zij nooit aan mij' twijfelen zou, gebeure
wat er wilde; en nu zegt die ookrant, dat zij met
Hammerton gaat - trouwen.- -
„Hier, mijnheer,7' zei Matteo uit het huis komen
de met de verlangde verreréchingen: „dat is
een flesch .wijn .zooals u er twintig mijlen in den
omtrek geen krijgen zult.7'
,\Uitstekend.'' riep Wheldrake na den wijn ge
proefd te hebben. „Vul een glas voor u zelf; zulke
kost als deze is ©ven goed voor den waard als voor
de gasten, iets wat m©t altijd het geval' is bij uw
vakgenooten, vriend. Tussohen twee haakjes, hebt
u ooit gehoord va.n graaf Patrooeni? Men heeft)
mij gezegd, dat hij' bij Napels woont.7'
;«D«e graaf, mij'ttfieer, de graaf,7' zei Matteo
met klaarblijkelijke verwondering. „Graaf Patro
oeni is een zeer beminnelijk en achtenswaardig
edelman uit deze streek. Ja, mijnheer, zéér bemind
en geaöht.'7
„Dat kan ik begrijpen,7* antwoordde Wheldrake
langzaam. „Maar wie komt daar?''
„Een heel welgestelde boer uit de buurt/' ant
woordde Matteo. „Ha, goedendag, Giovanm7'
liet uiterlijk van den o i en waan g< 'kofrn ene was
weinig in overeenstemming met hetgeen Matteo van
hem gezegd had; zpo'n gemeen© sonurkentronte als
die man jrad, kwam men slechts zelden tegen
'Giovarini nam piaats aan Whedralke's taefi.
,Geef mij wat wijn, waarde Matteo.77
,Je doet alsof je thuis bent,, vriend,7' merkte
Wheldrake op, met eenige verbazing den onge
nood en gast aankijkend.
„Dat doen de meeste menschen in een koffiehuis,7'
zei Matteo zenuwac-htg; „een zeeri fatsoenlijk man,
dat verzeker ik u.7*
„Zoo, ben je werkzaam, ten dienste van de eigen
dommen van den graaf?!' zei Wheldrake
„Ja,7" antwoordde Giovanni lachend; „dat doen
wij aHon en wij leggen ©r zooveel mogelijk de
hand op,'" en meteen dronk hij zijn glas wederom
uit.
„Ja, Excellenza,7' voegde Matteo er weer haastig
tussohen, yd,e graaf 'is zulk een uitstekend landheer
dat zijn pachters steeds verlangend zijn om../
„Meer en meer van zijn eigendommen te krij
gen,' viel Giovanm met een luidruchtige®, lach in
de rede. „Zijn Excellentie zorgt er_goüd voor, dat
ons aandeel nooit te groot is.'" En terwijl hij-
sprak, vulde hij Zijn glas weer.
„Jo aandeel?'' riep Wheldrake.
„Hij bedoelt, mijnheer,'' zei Matteo aan Giovanm
teekenen gevend de flesch te latten staan, „dat een
zeker percentage van den binnengehaalden oogst
als pachtsom moetbetaald worden aan den graaf.''
„Ja,'' mijnheer/ zei Giovanni gemelijk; ,dat is
wat ik bedoel. Die flesschen van je worden heet
klein, vriend Matteo.7'
„Neem wat van de mijne, Zei Wheddiake, zijn
flesch toeschuivende. ^Matteo, ga eens zien ot u
nog meer van dezen wijn in uw kelder hebt.7"
Matteo keek Giovanni wantrouwend aan; ten
laatste verdween hij.
„Dat is goede waar,77 zei Giovanni; „dat is een
heel wat beter merk, dan wat ik gedronken heb.7*
„Uw landheer heeft zeker groote bezittingen?7'
zei Wheldrake vragend.
„Ja/7 antwoordde Giovanni grinnikend„hij hert
belastingen meniegn mijl in de rondte/'
„Heft hij belastingen?"
„Ja, mijn goede man."
Op dit oogenblik kwam Matteo haastig uit het
paviljoen.
„Hij bedoelt, dat de graaf m deze streken het
roóht van octrooi heeft, mijnheer," zea hij, de
nieuwe flesch op tafel zettend.
„Ik veronderstel, dat hij heel wat pachters heeft/'
vroeg Wheldrake.
„O, ongeveer een^ twintigtal van de stevigste
kerels die er te vinden zijn/7 antwoordde Gio
vanni, zichzelf inschenkende.
„Kan ik dien beminden landheer niet eens ont
moeten? Vermoedelijk woont hij met ver va® hier.''
„Zijn Excellentie woont hier, daar en overal'"
antwoordde Giovanni met een dronkenmans lach;
,pn!aari /öj heeft een aLHerliefste plaats in de
Buurt, waar hij verrukt is vreemdelingen te ontvan
gen. Ik heb menschen gekend, die nem een ont-
zettenden roover noemen.7'
,/s Mans tong is door den drank losgeraakt,'*
dacht Wheldrake; „nog een paar glazen en ik zaï
weten, wat voor een schurk Patroceni werkelijk is.
„Ach vriend/' vervolgde hij tot Giovanni, ,van
die praatjes is gewoonlijk weinig aan.'*
„Meer wijnn, waarde Metteo, riep Wheldrake met
gemaakte vroolijkheid. „De gezondheid van den
graai, vriend. Hoe is eigenlijk je naam?''
De boer antwoordde: „Giovanni en zijn Excel
lentie noemt mij Giovanni, het Varken/'
„Komt vriend," riep Wheldrake, ,ga nog een
andere flesch halen; de eerzame boer en ik maken
er een feestje van/'
Matteo verdween in het paviljoen met een drei-
gendoh blik tegen Giovanni.
„Heft belastingen. Een twintigtal forsche kerels,7'
mompelde Wheldrake; „wat neteekent dat? Ik
weet, dat de graaf een doortrapte schurk is.»
Waarom die bijzondere angst van Matteo?''
„Kom, vriend,'' riep Giovanni, de flesch over de
tafel schuivende, „nog een glas op den „Koning
van den weg, en succes op zijn eerstvolgende onder
neming."
„Daar gaat de Koning van den-weg/' antwoordde
Wheldrake met voorgewende dronkenschap„mo
gen de zakken van zijn toekomstige gasten goed
gevuld zijn.7*
,jMaanma m(La» mijnheer. Wat een slim© voé
bent u. Waarom kondt u dat niet in eens zeggen?
U bent een van de onzen en de gekken hebben
mij opgedragen een oogje op u te houden/'
„Ha, ja, een goede mop/' stemde Wheldrake la
chend in. „Schenk jezelf nog eens in; da zijn
Excellentie zich zoo kon vergissen/-
„Kent u hem goed?'' zea Giovanni.
„Hem kennen? Ik heb met hem. gedronken, ge
speeld, ge
Met hem gespeeld? Ha, ha, ha, ha,7' rie<p Gio-
vain/né het uitschaterende. „Santo Diavolo, met
hem gespeeld en nooit van hem gewonnen. Ho,
Matteo, Matteo/* vervolgde hij, „Mer is iemand*
die met üj:n ExceAfontie kaart gesplefeld heeft,
ha, ha.7'
„Ach, mijnheer/' riep Matteo, haastig uit het
,U moet
en geK
„Heb jij ooit met den duivel' gedobbeld. Ma.t£
teo? Mijn hoofd draait. Uw wijn is vergiftigd/'
en terwijl hij sprak, zakte zijn hoofd op tafel.