Uit het hart van tlolland.
tegen Pijnen
Rheumatiek, Gewrichtspijn, Ischias,
Jicht, Griep, Verkoudheid, Influenza,
Slapeloosheid, Hoofd- en Zenuwpijn
Ingezonden Stukken.
•Gemengd Nieuws.
vervolg-ena goedkeuring zal worden gevraagd om
daarna verhuring te houden.
De subsidie-aanvrage van het Hoofdbestuur van
t> „Vakonderwijs". Daarvoor staat een post op de be
groeting en dat is dus in orde.
Goedgevonden wordt voorts.de subsidie voor de
Malariabestrijding door do bevolking in Noord-
holland, die gevraagd wordt, gerekend naar 1 cent
per inwoner, toe te kenaeto.
Benoeming lid der oommissie van toezicht op het
lager onderwijs, wegens periodieke aftreding van
Ds. van Beek alhier. Deze wordt met algemeen©
stemmen ais zoodanig herbenoemd.
Rondvraag. De neer Blauw brengt tef. sprake
wie of het onderhoud heeft van de straatverlichting,
wij of het P.E.N.?
Vorzitter: Mooi. dat u ve»r over spreekt. Mijn
idee is dat het onderhoud van lampjes is voor de
gemeente, maar het P.E.N. moest ze er in zotten.
Maar in het contract staat, dat wij ook de lampje
or in zullen zetten. Wij doen dat niet. De Vries
levert de lampjes en die zet ze 'er in. Wij vinden
niet onbillijk, dat wij die kosten betalen van die
lampjes. Maar om ze er in' te zetten, daartegen
hebben wij bezwaar. Het P.E.N. 'hoeft personeel.
iaat hun personeel ze er dan inzetten.
De hoer Biauw: Er was 1 lampje bij den hoek
van de tram stuk, zei men mij, en ik zei dat ik dit
ais er Raadsvergadering was, wel ter sprake zou
willen brengen.
De heer Rossen: Ik heb er een lampje ingedraaid
ter wi.le van Timmer en ter wille van de bewoners
van de Weere.
Voorzitter vindt, dat wij het P.E.N. flink be
talen en dat we dus ook wel iets mogen verlangen.
Tinimer is aangesteld voor 't opwinden en stellen
van de klokken. Maar onderhoud, straatverlichting
en lampjes dat hebben wij.
Goedgevonden wordt om hierop nader terug
te komen. -
Daar niemand meer het woord verlangt, wordt
de openbare vergadering ges.Oten en gaat de raad
ia c^inité-generaa. urn op te maken een lijst tot
het toekennen van braiiastoftenbonn.
Dit is wel de moeilijkste crisis, die ons land in
langen tijd heeft gekend.
Zeker de abnormaalste.
'n Kwast eeuw hebben de coalitiegenooten hun po
litiek geareven op ieder gebied.
Zelfs op het zoogenaamd Christelijke, doch het
meest op dat van gewone en sociale wetgeving, waar
bij Encycliek noch Openbaring feitelijk noodig was
In weerwil van oppositie en betoog, hield de coalitie
steeds vol aaü de bewering, dat, terwijl er tus-
schen alle partijen in den lande verschillen beston
den, die blijvende samenwerking uitsloten, er één
enkele democratielijn bestond, die samenwerking mo
gelijk maakte. Die lijn was de scheiding tusschen de
Unio mystica en hen, die daarin geen plaats vonden.
De scheidslijn tusschen Christen en Paganist. Al
werd dan ook deze laatste term niet zoo veel meer
gebruikt.
Dank zij deze bewering, waarvan het onjuiste tame
lijk wel voor de hand lag, zijn de leiders der drie
rechtergroepen er in geslaagd hun mannetjes lang
bijeen te houden. Telkens wist men het zoo te schik
ken en te plooien, dat ieder der groepen af en toe
op het eigen stokpaardje mocht klauteren, terwijl de
twee anderen dan toekeken, omdat het hde moei
lijk dan ook becijferd en geduid kon worden aan
gekeken als een daad van wetgeving op- christelijke
Allerlei soort wetgeving is op deze manier binnen
gehaald.-Altoos beduidde men een aanvankelijk'wei
gerachtige fractie, dat het om de eere gods ging en
steeds opnieuw bewees men elkander hand- en span
dienst.
De wortel des geloofs, waarop de drie fracties
stoelden, werd behoorlijk bemest met geld uit de
openbare kas. Die wortel groeide in de lengte en
in de breedte. En juist die breedte was oorzaak van
het bederf. Want naast de drie legitieme stengels
kwam er een vierde: de Gereformeerde die minstens
even goed in de leer was, maar afweek van de anji-
revolutionnaire door -meerder conseqquentie.
Die doordrongen was van den calvinistischen geest,
die Dr. Kuyper eens deed uitroepen, dat er nooit
sprake kon of zou kunnen zijn van een samengaan
van Rome en Dordt, omdat de marteloffers tusschen
die twee instaan.
Ook de geest der Friesch Christelijk Historischen.
die zich destijds zoo tegen het vormen eener coalitie
hadden geweerd, herleefde in dien nieuwen stengel.
Zonderling genoeg, konden de drie coalitiepartijen
wel het hoofd schudden over die vierde christelijke
moeten verlaten worden door het vroeger zoo aan
zienlijke gezin
Het was op die bekrompen kamers dat mevrouw
van 'Eysingen, na weer eens den geheelen avond te
vergeefs gewacht te hebben o*p de thuiskomst van
haar echtgenoot, die het huis verlaten had met de
belofte over een uurtje terug te komen, het wachten
moede, besloot naar bed te gaan. ZHj verzorgde nog
in de kleine achterkamer, geheel gevuld door ledi
kant en wieg, haar kindje, en vond, alvorens in het
bed te stappen de sprèi terugslaande, op haar kus-
sij een stuk papier. Zoodra zij, het beschreven vel
papiér zag, in het oog vallend met een speld aan
het kussen gestoken, beefde zij plotseling, voelde zich
ijzig koud worden en staarde er naar, zonder het te
durven aanraken......... want zij- begreep even plotse
ling, da.t zij voor een catastrophe stond!
Eindelijk vond zij den moed het briefje van haar
echtgenoot bij het flikkerend kaarslichtje te lezen:
„Mijn lieve, arme vrouw, schrik niet bij dit mijn af
scheidswoord! Meer nog dan gij, ben ik te bekla
gen! Ik kan het niet langer dragen, het afschuwe
lijke leven op die akelige kamers, waar men zich
stoot bij de geringste beweging! De gedachte, da4
de' toekomst erger zal zijn dan het wanhopige he
den, ontneemt mij den moed langer in deze miserable
wereld mijn bestaan voort te sleepen! Je suis
vaincu, je me rends! Ik kan ook niet langer uw droef
tobberig gezicht aanzien. Vat dit niet op als een
verwijt,lieve Hermance, maar ik ben nu eenmaal
zachtaardig, ik kan geen verdriet zien! Of ge het
gelooven wilt of biet, ik word er ziek van, ellen
dig. Dan nog veel liever het einde! Vaarwel, vind
het duurzame geluk, dat deze onvolkomen wereld
aan uw armen -man niet heeft kunnen bereiden. Een
laatste innige omhelzing van uwen liefhebbenden:
Victor!"
Nog in dien nacht belde men aan. De waohter
van den vuurtoren had het schot gehoord m de
duinen. En nu bracht men den zelfmoordenaar
thuis, door het hart getroffen. In een portefeuille,
die hij naast zich had neergelegd in het duinzand,
vond men heel' nauwkeurig zijn adres.... En nu lag
hij daar op de baar, in die bekrompen kamers,
met zijn mooi© als uit marmer gehouwen trekken,
in de rust van den dood tien j'aar jonger gelijkend
dan zijn bleeke, afgetobde vrouw. Werkelijke^ de
familieleden saamgekomen voor de# begrafenis,
schudden het hoofd over de vrouw, die daar met
harde onverzoenlijke trekken, koude droge oogen,
neerzag op den man, die met zijn dood boette
voor zijn léven. Het medelijden was beslist voor
hem, niet voor haar. Charmeur bleef hij, tot na
zijn dood. Wat leed moest daar niet vooraf gegaan
zijn eer men besloot tot, zulk een daad. En met
wel'k oen moed', ouden kranigen edelmansme-odhad
hij een einde, kortweg, gemaakt aan alle ellende...-*
Toon de begrafenis was afge"oopen, vertrokken
de fami Vodcn on orw'j'ld. ha s'ig. Min of meer,
al was het voor de gelikldgteii alleen in hun
prèetige, hun naam, hadden zij geleden onder het
Qroote geneeskracht
Absoluut pijnverdrijvend
raegm
■uw oor, I
Togal-tablcften lossen het urinezuur op.
gaan dus direct naar de bron der pijnen,
verdrijven deze snel en zeker, maken ge
wrichten of spieren weder los en lenig en
rusten rtiet eerder alvorens zij U volkomen
hebben genezen. De groote geneeskracht cn
pijnstillende werking der Togal-tabletten worden door
1500 dokters-attesten, welke wij in 6 maanden tijds ont
vingen, volkomen bevestigd. Snel en zeker werkend tegen
Or. F. Q. te K. schrijftt Voor mij
en voor mijnt patiënten is het een
buitengewoon aang e na ine gewaar
wording de pijnstillende werking van
dit prachtige geneesmiddel mede te
maken. In vele gevallen is de snelle
genezing verbijsterend."
alle Apoth. en Drog. f O.l
Dr. E. te S. sthri/ff„Tof nu toe heb
ik Togal bij gevallen van rheumatiek
en Ischias dikwerf voorgeschreven en
daarbij merkwaardig snelle ge
nezingen waargenomen Soortge
lijke attesten bereiken ons dagelijks,
ook vele van partikulieren
en f 2.-
groep, doch bij al hun critiek over het te voorschijn
treden ervan konden zij toch niet ontkennen dat het
een Christelijke groep was. Stoelend op denzelfden
religieuzen wortel, doch een heel anderen kant uit
groeiend, dan de zorgzaam gekweekte en geleide
c:oalitiestengels, was die Gereformeerde loot een won
derlijk verschijnsel.
En de mannen, die spraken namens de Gerefor
meerden, bleken eèn zonderlingen invloed te hebben
op velen, die zich de woorden en redevoeringen in
•©schriften herinnerden, zoowel van Kuyper zelf als
-van Hoedemaker en de zijnen.
Hier kwam het echte Calvinisme weder terug.
Niet vertroebeld door politieke omwegen, die Kuy
per destijds bewogen tot samengaan met de partij
van den ..schranderen grijsaard te Rome".
Het geluid van Kersten en die met hem waren,
reluid, dat jarenlang- maar heel flauwtjes was door-
'eneuried door den Protestantenbond e.d., begon
weer forsch te klinken.
Het „dat "dit niet kan en dat dit 'nooit zal kun
nen" (men herinnert zich Kuypers daverende woor-
!en). werd opnieuw in volle kracht ingezet. De vol-
-elingen van den schranderen grijsaard in Rome"
behooren niet te hazen in protesta)ntsch Nederland,
zoo klonk het opnieuw.
Zeer velen, die doleerend zijn, hadden zich allengs
-ewend aan het fraterniseeren met Rome. Het kla
roengeschal van den veldheer was verstomd. Zij wa
ren „gecoaliseerd". Bij de Christel ijk-historischen was
het anders .Daar was de protestantsche in den zin
van anti-roopische overtuiging even sterk, doch
waar die. partij aan principieele aanhangers van de
stellingen, waaraan Lohman en De Visser het ge-
gewicht hunner persoonlijkheid als fundament ea-
ven, «velen inboette, won zij, veilen uit de conservatieve
middengroep, die van het starre calvinisme der A.R.
niet weten wilden, zoo min als van het politiek-
kameleontische der liberalen.
Wat de AF. partij verloor, is vermoedelijk naar
den kant van Kersten gegaan en diezelfde groep zal
meer en meer G.H. lieden tot zich hebben getrokken.
Zij het dan dat die afval ruimschoots veel te
ruim. dunkt ons is vergoed door -de stemmen der-
genen die in de C E „zulk 'n veilige partij" zagen
en toch niet hehpefden mede te doen aan „pilaar
bij terij".
Wij kennen dergelijke C.H. kiezers hij getallen!
Wij staan dus voor dit beeld:
eolatarite faillissement van <ien doode, en het stroe
ve gezicht der weduwe noodde niet tot meer be-
moeienisssen met dezen diep gezonkén tak der far
milie. Alleen twee nichten, Nancy en Olasin© van
Hoogduynen, die ook alles verloren hadden bij' het
faillissement van Hermance's echtgenoot, waren nog
zoo goedhartig der weduwe een schuilplaats te
verieanen want dat was het in haar waning,
die de verarmde dapies ook weldra zouden moeten
verlaten.
Het was in dat huis harer nichten, dat dé meid
op een goeden dag mevrouw van Eysingen kwam
aanzeggen, dat een heer haar te spreken weAsahto,,
dien de dienstbode jLn het salon voor aain straat
had gelaten.
;,Een heerwat soort van heer? noemde hij
zijn naam niet....? moet hij werkelijk mij spreken,
niet een van de freules?''
De weduwe, nauwelijks een paar dagen met rust
gelaten, voedde ziph weer als een opgejaagd wild.
Maar de meid schudde het hoofd, die meneer
had wef degelijk naar mevrouw gevraagd. „Me
vrouw Hermance van Eysingen", zeide liij heel
duidelijk. En het was een deftige meneer in zwarte
kieoren. Maar zijn naam wilde hij" riiet zeggen.
Met lood in de schoenen ging mevrouw van
Eysingen naar het salon, huiverend over wat haar
nu weer boven het hoofd hing. O, die heeren iin
deftigzwart kende zij maar af te goed in den
1'aatstan tijd....
4 Zij opende de salondeur, trad schoorvoetend
binnen. Zij zag een heer staan, zooals de meid
beschreven had, in een lange zwarte jas, mot den
De coalitie heeft nu- haar materieels doeleinden
zijn bereikt zich zelf overleefd. De gemeenschap
pelijke religieuze overtuiging, haar eens gesugge
reerd door Kuyper, bindt niet meer en althans een
der groepen ondervindt en een andere voorgevoelt,
dat zij /haar eigen menschen van zich vervreemdt.
In de derde groep -ontstaan, in weerwil der straffe
discipline, binnen korten tijd twee afwijkende
stroomingen, die slechts met zedelijk geweld kunnen
worden teruggebracht in de gemeenschappelijke
bedding. En zelfs nog niet gehee.1 zijn teruggebracht.
Aan den anderen kant staan een aantal groepen,
die alleen maar dit enkele gemeen hebben, dat zij
zich niet willen onderwerpen aan aan kerkgezag in
politieke aangelegenheden.
Wie links staat 1) ziet in den Bijbel geen richt
snoer voor alle dagelijksche moderne vraagstukken,
aanvaardt niet «het machtswoord uit Rome als een
definitieve oplossing, wenscht voor zich het recht
dergelijke uitspraken te toetsen aan de praktijk,
waarin men vandaag leeft.
Niet zich blindelings te onderwerpen aan de stel.
lingen van kerkvaders, synoden, conciliën van ker
ken of bolchewisten, die ailqmaal, eens 'en voor al
tijd al de wijsheid in eeuwige erfpacht hebben. Ook
al gaven zij hun uitspraken voor volmaakt andere
omstandigheden en toestanden.
Het resultaat is, dat de coalitie thans op een reli
gieuze kwestie uiteen viel. De C.-H. 'konden niet lan
ger meedoen aan de bestendiging van het Vati-
kaansch gezantschap, dat hun als „historische" partij
steeds een doorn in het oog was. De wortel geeft
niet meer. Zoo sterft dus deze stengel af.
Liaks is in de minderheid. Zelfs al telt «men hoof
den inplaats van zinnen.
Wat scheidt weet men links.
Weet men rechts.
Weet- men ook tusschen links en reoht9 en tus
schen alle groepen.
Maar niet weet men en niet heeft men gepoogd te
zoeken: wat bindt.
Zou het geen tijdi worden voor een poging in die
richting?
Er kan toch waarlijk wel iets goeds gedaan wor
den voor de gemeenschap op het zoogenaamd „neu
traal" terrein, waartoe zoo goed als iedere fractie
kan samenwerken met de rest.
Als we eens.... A.
het consortium.) Dat is in orde, maar de vru w.
eigenaars, die het goed in 1920 aan den tegerwoc
digen verkooper (den buitenlander) hebben vi„
kocht, krijgen de lucht van het contract on van i'
clausule, en dienen een op zich zelf onvervulbaron
eisch tot valorisatie in, om aldus de betaling ie doen
uitstellen, den verkooper daardoor in moeilijkheden
te brengen en 'hem tot betaling van een afkoopsom
te pressen. Bij dit „Gesch&ft" komt' onverwachts de
geest van Locarno geweldig spoken. Want, zoo zeg.
gen die lui, die zich willen laten afkoopen, he t ij
geheel in den geest van Locarno, dat die buitenlan-
;der, die (volgens hen) een goede zaak heeft gedaan
met üuitschers, nui ook wat aan Duitschers ai.
schuift. De buitcnlandsche verkooper heeft evenwel
iets gezegd, dat neerkomt op een voorzichtige om.
schrijving van het woord „afpersing". Dit werd hem
zeer kwalijk genomen en opgevat als een bewijs dat
hij nog onvoldoende door den geest van Locarno wa»
bezield.
Zoodat de geest van Locarno tegenwoordig dienst
doet als dekmantel voor onaangenaamheden, of la.
ten we zeggen „Geschafte", als buitenlanders daar
van de dupe zijn. Die geest.'heeft dus de plaats in.
genomen van inflatie en Roerbezetting. Inflatie en
Roerbezetting moesten den buitenlander al zeggen,
dat zulke dingen louter uit nobele vaderlandslied
voortsproten, thans- doemt op 'het kritieke moment
de geest van Locarno op. om hem te gebieden, ook
nog „dank je" te zeggen. Ja, zoo is de praktische op.
vatting van the man in the street over den geest
van Locarno', in geval van nood nog geassisteerd
door het gemoderniseerde tractaat van Versailles,
thanfc nog maar bestaande uit artikel 19, hetwelk
alle andere artikelen een slechts tijdelijk en veran.
derlijk karakter geeft, zoo niet geheel annuleert,
Uit het voorgaande blijkt, dat de geest van Locanw
van de standplaats van schrijver dezes uit gezien,
eeriigszins zwaar op de hand is. Dok dat heeft hij
trouwens met alle andere geesten gemeen, ten min
ste naar de ervaringen, die ik met geesten heb op.
gedaan. Onder het motto: „onderzoek alledingen en
behoudt het goede", heb ik eertijds spiritistische
séances bijgewoond, zonder succes. De geesten ver.
draaiden het. Volgens de deskundigen was het mijn
schuld. Ik rookte er een pijpje bij of dronk een
glaasje bier., trachtte in het algemeen de vroolijk.
heid er in te houden. De geesten, zoo verklaarden
de deskundigen, moesten daar niets van hebben.
Toen ik dat wist, moest ik ook niets meer van de
geesten hebben.
Dat is nu maar terloops.
Die opvattingen van den geest van Locarno, welkë
ik zooeven heb gekenschetst, als die van den „man
in the street" zijn nochtans ook uit een gezichtspunt
van hooge politiek niet geheel en al van grond ont
bloot. En dar is in politiek opzicht niet te betreuren,'
veeleer betrekkelijk heugelijk. Het geeft aanleiding
tot geruststelling. Dat is aldus gemeend: 'Stellen wij
den ouden geest, den geest van voor Locarno, en
den nieuwen geest, den geest van na Locarno, te
genover elkander.
Vóór Locarno zouden de geallieerden de beant
woording van toezeggingen hunnerzijds met een
dreigenden e.i afwijzender toon van do grootste re-
goeringspartij niet goed opgenomen heoben. ZuLk
een ontvangst zou de beloofde concessies bepaald in
gevaar hebben geste.d. De geallieerden zouden het
Duitschland hebben ingepeperd. Meer nog. zij zju-
den zu.ke uitleggingen, als hier over artikel 1 ah
do offieieuse worden uitgegeven, te weten dat dit
geen afstand zonder voorbehoud inhoudt, ten hoog.
sto kwaijk hebben genomen en vpor Duitschland
onaangename gevolgen zouden niet zijn uitgebleven
Na Locarno is als niet alle teekenon bedrift
gen precies het tegendeel' het geval' geworden.
In plaats dat dé geallieerden zeggen: nu, als je.
dat nog niet mooi genoeg vindt, dan krijg je heeft
maai mets, zooals vroeger zou zijn gebeurd, zegj
ze nu: O hé, nog niet tevreden, e^n 'oogenblik n.
er wordt aan gewerkt. De toestandschrijver het
dat zoo uitgedrukt, dat de spoedige te iuitvoer©
ging van de concessie* der gea'lieerden, dio ree:
dadelijk^ hoogst gejwensoht was geweest, thans I
een gebiedende noodzakelijkheid is geworden. C
ge#wiife.d. De tactiek der Duitseh-nationalen I
dus thans, tengevolge van den heerseheiiden geest f
van Locarno in tegenstelling tot vroeger de voor
1) De heer L. de Visser, die het communistisch
brevet van marxisitische dogmatiek heeft, komt na
tuurlijk niet bij de linkerzijde. A
sófieen een vreemdeling voor haan. En vreemd, hij
bleef zwijgon, bracht zelfs als: met verbazend
smartgobaar de hand aan zij'n voorhoofd.
„Pardon/* prevelde zij: „U komt om, mij, me
vrouw van Eysini
n"P
„Ja/* antwoordde hij kortaf, als kostte het
spreken hqm moeite. Dat gebogen vermagerde
vrouwtje...het mooie speelnootje uit zijn jeugd?
De ontroering, haar zoo vervallen te moeten we
derzien na twintig jaren, benam hem het spraak
vermogen.
Daar.... plotseling, verhelderden haar doffe oogen,
een lichtstraal brak door hot somber zwart van
haar Teven: de liefste herinnering aan haar zonnige
kinderjaren.
„Karei Jij Jij
Met een kreet, half uitbarstende droefheid, half
blijde herkenning, ijlde zij met uitgestrekte hand
naar hem toe, een onwillekeurig smeekgebaar.
„Manco, mijn arm' kind....'* Hij ving haar op
In zijn geopende armen, hij' legde haar hoofd tegen
zijn breede borst en eindelijk, eindelijk vonden
haar harde, droge oogen de tranen, die den bitteren
lijdenstrek wegwasohten.
Wordt vervolgd.
Schoorl, 11 Nov. 1925.
Mijnheer de Redacteur,
Gisteravond kwam een iqtfzetene uit Schoorl me
bezoeken en terwijl hij menet nr. van Zaterdag 7
Nov. j.1. uwer courant toonde met het raadsverslag
van onze gemeente, vroeg hij m^: „U schrijft daar
toch zeker een stuk tegen, dat klinkt als een klok?"
Mijn antwoord luidde: „(roede vriend, ik denk er
niet aan. Immers:
lo. „„Vielen gefallen ist schlimm"";
2o. Ik geloof, dat ik verkeerd zou doen met de
woorden van Mevrouw Kok—De Jager au sérieux
te nemen;
3o. Ik meen uit het feit, dat noch de Voorzitter,
ncch een der leden van den Raad het noodig achtte
tegen dé „vriendelijke" woorden van Mevr. K.De
J. te protesteeren. te mogen concludeeren dat zij allen
mijne meening .(onder 2o. genoemd) deelen.
Het vervolg van ons gesprek zal U waarschijnlijk
weinig interesseeren. Ik wil u echter wel zeggen,
u mag het gerust weten! dat het o.a. ging over
nette koetsen en nog iets anders, over democratie en
evenredige vertegenwoordiging en hare zegenrijke
gevolgen (men denke b.v. aan het bevoorrechte en
door andere gemeenten benijde Amsterdam, dat dooi
de evenr. vertegenw. het bijzondere fortuintje had.
een eminent man als Z......r onder hare leden van de
vroedschap te tellen.)
Mijnheer de Redacteur, mijn beleefden dank voor
de plaatsing van 't voorafgaande.
Met de meeste hoogachting,
gaarne Uw Dw.,
S. BOON,
H. Openb. Sch.
DE GEEST VAN LOCARNO.
De correspondent der N.R.Crt. schrijft:
Een vast kenmerk van een geest is, dat hij rond
spookt op allerlei plaatsen, waar hij niets van doen
heeft, ten einde het menschdom door zijn onverwach
te verschijning te verrassen. Ook de geest van Locar
no kan dat niet laten!
Een klein voorbeeld uit het dagelijksch leven:
Een buitenlander verkoopt een onroerend; goed aan
een consortium. De zaak loopt vlot, het contract
wordt geteekend. Clausule: betaling zoodra geble
ken is, dat geen lasten op het goed drukken en ook
geen aanspraken op lasten worden gemaakt (De
formule is in overeenstemming met de statuten van
Duitschland meest juiste geworden. Zij, natipnalffl,
beheersehen niet alleen den politickm toestand in
het binnenland, zij begiln-nen, ook dien. in liet bui-
j tenland te beheersehen, zij hebben vajti een voor
i Duitschland voordeelige wensohelijkheid al een ge-
j biedende noodzakelijkheid gemaakt.
Mochten vroeger ai' xde Rijnlanders tereoht onge
rust zijn geweest over de Duitsoh-nationa e tactiek,
in zoover zij met grond konden vreezen, dat de ge
allieerden hun beloften zouden intrekken, thans be
hoeft daarvoor geen vrees meer te bestaan, integen
deel, wie weet wat de nationalen nog verder gedaan
krijgen, als ze op het ingeslagen pad consequent
doorgaan. Men moet toegeven, dat de gebeurte
nissen hun gelijk geven. De geallieerden., zoo rede
neeren zij. hebben op het oogenblik een goede ver
standhouding tot Duitschland noodig. Frankrijk
heeft haar noodig tegeuover Engeland, Engeland
en Frankrijk tezamen tegenover Amerika, Tsjechië
en Polen weer tegenover Frankrijk. In deze om
standigheden had men jn Locamo, of anders, als
het daar niet dadelijk gelukt was na Locarno er
gens anders, nog veel meer gedaan .kannen krijgen
en veel grootere ooncesssies kunnen doorzetten-
Daarom -moet nu door een krachtige houding en
door een dreigenden toon, eventueel door verwer-
Bing een en ander worden ingehaald en, verbeterd.
'uitschiand hoeft zijn gunst, thans yam alle kanten
begeerd, niet zoo goedkoop te verkoopen, het kan
op den duur nog veel' meer krijgen.
Hoe deze ontwikkeling nog zal kunnen gaan, N
de toekomst leeren.
BLANK EN NIETJBLANK.
Te White Plains, in den staat New York. is d«
dagen de openbare behandeling begonnen van
aller onsympathiekst proces. De heer L. K. Rhifl
lander tracht de nietigverklaring ffe verkrijgen
zijn huwelijk met een -mooi jong vrouwtje, uit de
beidende klasse voortgekomen, op grond van het fefl
dat zij negerbloed in de aderen heeft en dit vóór M
huwelijk had' geheim gehouden.
Het proces is daarom zoo onsympathiek, oirwifl'
Rhlnelander haar ongetwijfeld' uit l(zij het ook tijde-
lijke) genegenheid had getrouwd, doch naderhand
om de pressie vanz ijn familie en van zijn kennis- r
,sen, de consequenties niet had willen blijven dragen. I
Dat hij niet zou hebben geweten dat mevr. 'Rhln* I
lander negerinnebloedi in de aderen had moet wDf
uitvlucht zijn. De jonge 'dame heeft zoo onmisken»!
bare kenmerken vaft neger.parentage. dat Rhi!^!
lander het moet hebben geweten.
De advocaat van Rhinelander bevyeert nu,
mevr. R. (voorheen een juffrouw IA. B. .Jonos, wier j
vader een kleurling is uit Brit9ch WéétJIndië) We1
alleen haar afkomst 'had verborgen gehouden, doch
bqvendien voor het huwelijk eën onzedelijk 'leven
had geleid. Dit zou dan blijken uit het feit, dat
reeds lang voor het huwelijk intiemen omgang nat
gehad; met haar l'ateren man, en dat er uit die pe
riode obscene briefjes van haar bestaan. Deze W3
den advocaat ter hand gesteld.
De echtgenoote houdt van haar kant vol,
Rhinelander bij zijn huwelijk volkomen op de hoo<p
was geweest van haar afkomst.
ARRESTATIES IN SPANJE WEGENS „COMPbO7
TEGEN HET DIRECTO RTUMr.
De Times verneemt uit (Barcelona, dat daar tal wn
personen in hechtenis genomen zijn, onder wel*
de oud-Kamerleden Miracle en Trias. Deze lafttst
is hoogleeraar en delcaan van de juridische faculte»-
Hij heeft tegen zijn arrestatie geprotesteerd. H"
heet, dat er een samenzwering tegen het Directo
rium ontdekt is, waarbij behalve de beide oud-