De Wereld der Vrouw Even Lachen. Een gemakkelijke taak had de gehuwde vrouw vroeger niet. Vele werkzaamheden, nu door instel lingen buitenshuis verdicht, behoorden toen tot de dagelijksche bezigheden der huisvrouw. Gedurende de Middeleeuwen moest de vrouw de geheele garderobe verzorgen, het spinnen en weven, alsmede het naaien der kleedingstukken behoorden tot haar taak. Zij moest het brood bakken en zorgde voor het middag maal. Zij moest zorgen, dat de man bij zijn thuis- komst een goed bereid en smakelijk maal vond. Vooral tegen den winter was er veel werk aan den winkel. Er moest heel wat ingemaakt worden en natuurlijk werd er geslacht in November. In een ge goede familie slachtte men een paar ossen en een varken, zoutte het vleesch of hing het in de rookka mer. opdat er gedurende den winter voldoende voor raad zou zijn. En het werk, hieraan verbonden, kwam hoofdzakelijk voor rekening van de vrouw, die alles te bestieren en in de puntjes te verzorgen had. In de Middeleeuwen waren de maaltijden zeer overvloedig en vooral het gebruik van vleesch was groot. Met al het vleesch van wilde zwijnen, herten, hazen, ko nijnen, ossen, koeien, kalveren, zwijnen, schapen, lammeren, geiten, zwanen, ganzen, eenden, hoen ders, reigers, pauwen, zeehonden, bruinvisschen, ha ringen en walvissehen. De keuken eischte dus groote zorgen, ook in latere eeuwen, zoodat Cats in „Het Houwelick" haar taak aldus kon omschrijven: De keuken is vooral haar eigen heerschappij, Het lijwaet, met de wasch en martgang, dient \erbij Noch staet tot haer besorgh de maegden aen te leyden, En, nae des reden eysch, haer diensten af te scheyden. DE SKUNK. Het ia eigenaardig, dat van de vijf duizend soor ten zoogdieren, die tegenwoordig op de aarde voor komen, minder dan vijf en twintig behooren tot de groep huisdieren. In WestXanada zijn er meer dan dertig soorten, die alleen dienen voor economische doeleinden. Sommige daarvan worden gewaardeerd om hun vleesch en hun huid, andere leveren trofeeën aan jagers, Maar verreweg het grootste aantal wordt geschat naar het bont, waarmee ze zijn bekleed. Ieder jaar worden in de Poolstreken meer dan duizend ijsberen gevangen ter wille van hun pels; en in 't Rorsgebergte doodt men jaarlijks wel twaalf honderd grijze beren. 'Het aantal muskusratvelletjes, die van Noord-Amerika worden uitgevoerd naar de Londensche markt, is over een enkel jaar grooter dan de heele bevolking van Canada. Jagers stroopers in Amerika dooden ongeveer zestig zwarte beren per dag, of meer dan twintig duizend in eep jaar. Eigenlijk vraagt men zich af, hoe het komt dat de bontdragende dieren al niet lang zijn uitge storven. Opvallend is het, dat de veelgesmaa.dde skunk (eigenlijk: stinkdier) even hoog in waarde is als een dier, dat bont draagt. De skunk wordt in economi. sche waarde alleen maar overtroffen door de muskusrat. Bijna overal in Amerika komen skunks overvloedig voor en zij breiden zich steeds uit, niet tegenstaande er jaarlijks anderhalf mjllioen doodge maakt worden. Skunks zijn leden van de familie der wezels. Zij komen in drié verschillende typen voor in de Nieuwe Wereld. De skunk met den varkensneus komt uit Zuid- Amerika de gevlekte skunk is te vinden in de Ver. eerigde Staten, terwijl de gewone skunk voorkomt tusschen den ^tlantischen en den 'Grooten Oceaan, en tusschen de Hudson Baai en de Golf van Flori. da. De gevlekt.en komen het minst voor en de var- kensneuzen het meest. De gewone skunk, is welbekend in heel West-lCa ^ada. Tri afmeting lijken deze dieren op gewone huis katten. Zij hebben een vel van mooi, lang,, zijde achtig bont en een breeden pluimstaart. Over het algemeen is de gewone skunk zwart met fijne, witte vlekken. Qok 'loopt er een nauwe streep van voren dwars over den kop'en 'n breede van de kruin over den schouder over het heele lichaam heen. De staart is ongeveer twee en twintig- centimeter lang en staat meestal rechtop. De skunk zet bij het loopen de voetzolen neer op de manier van een heer. Aan het spoor herkent men de skunks dadelijk; want de voetindrukken loopen ciagonaalsgewijze. Aan de voorpooten zijn groote klauwen, zooals graafdieren hebben. Een paar klie ren, vlak bij. den staart, kunnen een vloeibare mus kus afscheiden, als "het dier lastig- of aangevallen wordt. Dit buitengewoon verdedigingswapen is mis schien het meest afdoend, dat een dier kan hebben. De skunk, een echt landdier, loopt zonder vrees en met. waardigheid en in het vertrouwen op zijn verdedigingsmiddel, dat alle vijanden op de vlucht drijft. De skunk is ook geen snoever, die hunkert naar een gevecht Hij is onschadelijk, als hij maar rustig zijn gang kan gaan en hij kan sterven, zonder ooit zijn verdedigingswapen te hebben gebruikt. Het kwalijk riekende goedje verspreidt een walglijken stank, die op een afstand van acht o( tien voet nog goed is waar te nemen. Evenals'de duisternis, die eens neerkwam op de oude Egyptenaren, is de lucht zóó dik, dat men ze voelen kan. Als men den geu-r eenmaal in zijn kleeren heeft, doet men het best, de kleeren te verbranden. Een vermeldenswaardige bijzonderheid, aangaande hel wapen van de skunks is. dat zij het niet gebruiken tegen elkander, als ze met elkaar in gevecht zijn. De gewone skunk is niet veeleischend, wat zijn huis aangaat. Hij kan *alles gebruiken: uitgewoonde das-holen, rotshol,en, holle blokken of holen, die hij zelf gegraven heeft. De dieren zijn monogaam en paren in Maart. De jongen worden geboren onge veer in het, midden van Mei en dan bij zes tot acht tegelijk. Bij de geboorte zijn ze zeer klein $n ze moeten twee maanden lang in het mest blijven. In dien tijd worden ze gezoogd,; daarna zijn ze in staat vast voedsel te verorberen. A'lszij zes maanden oud zijn, zijn ze meestal volwassen. Gedurende den zo mer en in den herfst volgen de kleintjes hun moeder op haar wandelingen door de velden, gewoonlijk in een lange rij. De vader bemoeit zich heelemaal niet' met de opvoeding van zijn kroost, maar men zegt dat hij zich in hetbegin van den winter in zijn familiekring terugtrekt. Als het. koud wordt, zoekt de kleine troep beschutting in een warm hol onder den grond' en blijft daar in winterslaap, totdat de warme, zonnige- lentedagen de dieren weer naar buiten roepen om te gaan wandelen in d© vroolijk- lichte velden. Dan gaan de jongen holen voor zich zelf maken. Skunks zijn omnivoren, zij leven van vogels, eie ren, sprinkhanen, bijen en wespen, muizen, bessen, wortels en schillen. Kikvorschen en kleine vruchten komen ook <?p hun menu voor. En hagedissen en slan gen eten zij ook met smaak, naar 't schijnt. Soms ondernemen zij een strooptocht naar een of dnder na burig kuikenhof. Maar deze slechte gewoonte wordt al weer vergoed door een deugd: in vele streken wordt de skunk beschermd, omdat*hij zooveel onge dierte onschadelijk maakt. i De gewone skunk is bijzonder stil; zelden maakt hij geluid. Als ze onder elkander ruzie Rebben hui len de skunks en brommen zacht. Getvoonlijk komen ze niet in het water, maar toch heeft men' wel ge zien, dat ze rivieren en meren overzwommen om naar voedselrijke landen te gaan. Volwassen leden van de familie zijn door hui wapenen Zëer gevreesd bij alle roofdieren. De jon gen, die niet de krachtige verdediging van hun ou ders genieten, vallen ten prooi aan dassen, uilen vossen en andere vleeschetende wezens. Het skunk volkje wordt nogal eerjs geteisterd door een ziekte: die lijkt op diphteritis. Indianen hielden veel van het vleesch van de skunk, dat heel lekker moet smaken. Een smeersel tje, welks voornaamste ingrediënt skunkvet was,werd vroeger bij de Roodhuiden gebruikt ter bestrijding van de windpokken; en de Wyandott-stam van de Indianen gebruikte als medicijn de muskus-stank- stof van de skunk. Dat was een hebl dappere stam. Skunks zijn zachtaardige beesten en zij zouden ge makkelijk tot huisdieren gemaakt kunnen worden. PARUSCHE MODE. Deze hoogst eenvoudige wintermantel is gemaakt van een cederhoutkleurig bruin,.en wel van velours- de-laine. De kraag en de manchetten zijn gegar neerd met bont van een iets donkerder tint. Deze diepere kleur bruin vindt men ook terug in den hoed, welke van panne vervaardigd werd. Een knippatroon voor den mantel kan men bestel len onder opgave van nummer 295a, in de maten 42, 44, 46 en 48. Kosten 80 cents. MOEDERS EN HAAR KINDEREN. Met kinderen op straat. Een moeder zegt: „Als ik 'met mijn zoontje, dat nu vijf jaar is, wel eens in de stad boodschappen ga doen, stel ik mij zoo nu en dan onder zijn leiding. Instede dat wij wachten tot de tram en de voertuigen in de straten voorbij zijn, en ik hem dan meeneem om over te steken, neemt hij mijn arm en brengt mij naar den overkant. Daardoor heb ik bereikt, dat hij zeer geduldig geworden is en niet elk oogenblik zonder mij naar den overkant der straten rent. Hij is nu voor zijn moeder's welvaren verantwoordelijk en voelt zich zeer gewichtig, als hij mij moet geleiden. Mijn man heeft het hem geleerd; die zei altijd als ik met den kleine uitmoest: .„Zorg voor moeder, hoor, en pas op dat zij niet te vlug de, straten over steekt" Nuttige Weakea, GEEN DONKERE KAMERS! Donkëre kamers zijn zeer nadeelig voor de men- schen, omdat zij van zulk een buitengewonen in-1 vloed1 zijn op het menschelijk igestel. Zij verlammen den geest, brengen een gevoel van verdooving en-' verslapping en maken ons op den langen duur machteloos. Woeden door het verblijf in 'n donker "'ertrek op die wijze gezonde levenskracht en energie gedoofd, licht eri lucht versterken deze beide eigen- j schappen hij den menscb. Zelfs in een donker huis, waar de muren met donker behangsel beplakt zijn en de meubelen bo- j vendien nog bruin, behoeft men slecht9 de zware gordijnen op te halen en de vensters open te zetten I om het licht gelegenheid te verschaffen naar binnen te stroomen en lusteloosheid en loomheid te verja gen. TERPENTIJN IN HET HUISHOUDEN. Vlekken op porceleinen voorwerpen, zooals kopjes en schoteltjes, vijzels, deurknoppen,enz. kunnen al tijd het gemakkelijkste worden verwijderd door mid del van terpentijn. Bij de wasch kan men terpentijn gebruiken door in het water ongeveer een theelepel tje op eiken emmer te voegen. Het waschgoed.zal door de terpentijn zeer mooi wit worden. Ook zal het strijken gemakkelijker kunnen gaan als men een weinig terpentijn bij. heti aanmaken der stijfsel gebruikt heeft. Hierdoor zullen de ijzers niet aan de gesteven kleeding^ukken blijven vastplakken. Patent leder blijft in een bijzonder goede condi tie indien men het van tijd tot tijd eens inwrijft met een mengseltje van terpentijn en zoete olie. Spe- I ciaal het bersten en scheuren van het leer wordt hierdoor voorkomen. I Amerikaansch leerdoek, dat vuil en gevlekt ge- worden is* kan men eveneens schoonmaken met ter- pentiin, waardoor het zichtbaar frisscher wordt. Oud j linoleum kan men vap tijd tot tijd eens behandelen j met een mengsel van terpentijn en olijfolie, in een verhouding van een op twee. I VOOR VLEKKEN OP KLEEREN. Het beste middel om vetvlekken van crêpe.de- chine te verwijderen bestaat uit het gebruik van een weinig magnesia-carbonaat. hetwelk men op de ge vlekte plaats smeert. Daarna houdt men de stof voor een paar minuten dicht bij het vuur en wrijft de vlek na met sajet of. een dotje katoen_wol Vlekken op zeer fijne stoffen kunnen ook,dikwijls worden verwijderd door op de verkeerde zijde wat fijngemalen kleermakerskrijt te sprenkelen.Dit late men er op, tot de kalkachtige krijtsoort al het vuil van de vlekken heeft geabsorbeerd, waarna men het weer van de stof afschud of klopt. Nu moet nog een dun velletje wit vloeipapier over de vlekken wor den gelegd, dat gestreken wordt met een niet al te warm strijkijzer. Als een gewone vetvlek gevallen is op de een of andere gekleurde stof. brengt men mét een schoon lapje wat terpentijn op. Men wriift dan langzaam in het rond. beginnend aan den uiters+en rand van de vlek en langzaam naar het. midden wrijvend, zoodat de vlek tijdens deze behandeling niet grooter worden kan. Men drage bij dit werk zorg voor een stuk vloeipapier of een dikken lap. welke mep on der de stof legt en waardoor men verhindert, dat de vlek overgaat naar een ander gedeelte van het te bewerken kleedingstuk. ,Hc kwan „H* o „0.' Demo De pels van een volwassen skunk is orïgevee dtf'1 c.M. groot. De vellen worden, naar evenredigheid het witte haar beoordeeld: nummer, één, zonden strepen of anders heel korte; nummer twee meij wit haar; en nummer drie als het witte haar ou geheele lengte van lichaam gaat. Rott. ij EENLES VAN PAUL KRUGER. De president kon 1 vertelt dr. v.- Linkbeek Transvaal medicus is geweest vaderlijk verJ en~ ik herdenk nog dankbaar, nu na meer dan j] ren, een morgenuurtje op de beroemde „stoep', voor mij' het begin was van de groote vereerinp .onzen" grand old man. Ik was burger van den nliek en mag dus „onzen" zeggen. Dat zat zóó. Het nieuwe hospitaal waarvoor advies van onzen gezant jhr. Beelaerts van Blokl was uitgekomen, kon eenvoudig niet gebouwd den, omdat er geen geld was. Eén reuze-teleuretó! Dat gebeurde pas jaren nadien. Ik moest mij da 'ïien „groentijd" te Pretoria vestigen en had d&si menige Hollandsche dokter al spoedig de hander, Eenige vroegere landgenooten nu, die mij hadden •ewarïnd voor het nationale en toch ook Neder! sche belang van een spoorlijn naar de St. Luciaba 313. Swazieland, vondeh mij den aangewezen man len president te polsen over de mogelijkheid e concessie, en al spoedig zat ik op een goeden z: morgen om 6 uur op de bekende stoep mijn pi; stoppen uit den tabakzak met Magaliesberger va- president. Deze hoorde' mij geduldig aan en keek eers! tijdje voor zich. Toen zei hij: Jij 's reg, dokter, maai* dis een onmoontliB *Wat hij dan nader motiveerde). Maar dit wil il rog 'sè ons mense praat bandje van jou a dokter, neem nou mijn raad en vergeet nooit i die ou-spreekwoord„skoemaker hou jou bij jou! Dar het al banje dokters in die land gekom, wt die goudvel de en op die beurs mislukt is, hulle daar die spreekwoord vergeet het. Ik heb dien raad echter letterlijk opgevolgd op den huldigen dag en ben er hem nog erken!» voor. KLEINE BIJZONDERHEDEN. Zeewater bevat per 1000 K.G. een ho^veelhelipt die varieert, van 5 tot 11 milligram. Het eilandje Vavolara is de kleinste republiek Europa. Het ligt in de Midde^andsche Zee, isstó 2 K.M. lang en telt 55 inwoners. In 1924 zijn in Engeland op al de wegen gemid tien personen per dag gedood door auto's. Berlijn telt 16350 koffiehuizen, restaurants en bergen. Ratten kunnen heel wat schade veroorzaken; leen aan voedsel kost iedere rat per dag vijf een! Volgens een Amerikaansch en astronoom zoudes ongeveer 35000000.000 sterren zijn. Wie 't niet looft, telle ze maar eens na. De veeartsenii-wetenschap wordt pas sedert achttiende eeuw systematisch bestudeerd. Duitschland heeft op 't oogenblik nog ongeveeri derhalve millioen oorlogsinvaliden. In de 16de eeuw kon iemand voor een stuiver! dag gevoed worden. De katoenoogst in de Vereenigde Staten wordb jaar op 15.266.00 balen geschat. Er zijn acht pausen geweest met den naam R- banus; de eerste was paus van 222 tot 230. Er zijn 13 Engelsche oorlogskerkhoven 10 in Macedonië, 9 in Egypte. 8 in Gallipoli, 8^' lestina, 5 in Mesopotamië en 1 in Oost-Afrik^ De sterren worden verdeeld in twee stroomW die zich in tegenovergestelde richtingen bewegei Het rugby-voetbalspel dateert van 1823. HIJ HAD ZICH VERGIST. Professor (wakker wordend): „Is -daar ie Inbreker: „Nee!" Professor (weer induttend): „Dan moet ik gist hebben." HIJ ZEI HET MAAR DIRECT. „Ik ontmoette daar zoo juist Richter, ft hem me 30 mark te leenen, om me uit. moeiU te helpen en hij weigerde. Ik wist niet, dflte! gierige kerels in de wereld waren." „O ja, die zijn er zeker. Ik ben er ook

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1925 | | pagina 16