151 KORTING Frankrijk i Crisistijd. De dingen om ons heen. SPAANDER Co. Zaterdag 23 Januari 1926. 69ste Jaargang. No. 7781. TWEEDE BLADo Binnen niet al te langen, tijd zal te Génève waarom eigenlijk daar en niet in Den Haag? de zoogenaamde ontwapeningsconferentie bijeen komen. Zelfs de grootste idealisten zien in, dat zulk ©en conferentie geen zin heeft, tenzij alle landen, dié lijden aan het euvel1 van bewapening, er aan deeL fruemen .én dus bovendien het resultaat bijster ge ring zal zijn, tenzij alle deelnemers verklaren zaoh te zullen houden aan 'de te nemen besluiten* Als alle landen meedoen en alle dopn, wal> de conferentie besluit zou men mits die besluiten» zelf een voldoende wijde strekking hebben wellicht mogen zeggen, dat wij mogen hopen een eind op den weg naar den wereldvrede'vooruit te zullen komen Men jziet, dat wij dienaangaande niet zoo opti mistisch zijn als vele andere publicisten. Voor deze afwijking hebben wij onze redenen en de defe rentie 'ten opzichte van den lezer noopt ons die redenen hier uiteen te zetten. In de eerste plaats galooven wij' 'niet aan de deelneming van alle staten, die er voor in aant merking zouden komen. Rusland .bijv. weigert naar Genève> te kompn, omdat destijds een Rus in Zwitserland is vermoord zonder dat de dader is gefusilleerd of opgehangen! of hoe de sovjetmanier is om iemand te beduiden, dat zijn gedrag niet in den haak is. De Zwitsersche regeering ziet in, dat een con ferentie zonder den staat, die het grootst pote/n- tieele leger in het veld kan brengen, dwaasheid is. zoodat de vergadering of in het geheel niet, of elders dan in Zwitserland zou moeten plaats heb ben. Zij wenscht zioh eohter het' moreele voor deeltje niet te latein ontgaan ©n poogt derhalve Ruslands aanwezigheid te.... koopen. Eén doode Russische gedelegeerde. is één pensioen voor zijn familie is zooveel millioen; eën geplunderd Zwit- eersch gezantschap in Petersburg en zooveel door de Sovjets bestolen Zwitsers is Zooveel mRlioenen.. Het laatste getal' is veel grooter dan het eerste. Laten we er dus een spons over halen en komen jeluiIs deze regeling je 'nog niet goed genoeg, dan willen wij hoewel wij veel meer te vorderen dan te betalen hebben^ toch nog wél wat betalen,' maar: kómen jelui. Hierop komt de redeneeriing van Bem neer. Het is de vraag of Moskou bij dit angstig ge draai, om de conferentie toch maar in Genève te hebben rijm eiscihen nog niet een beetje gaat opschroeven. De handige jongens, die de sovjetpolitiek I'eidén, weten .nu eenmaal dat zij vooral' in deze omstan digheden niet gemist kunnen worden. Want als Rusland' niet meedoet, rij'n Polen, Roemenië, Cze- cho-slowakije enz. verplicht zioh ook te dekkén. Hetgeen beteekent, dat de ietwat westelijker ge legen .Staten bij de onveranderd gebleven bewa pening der Kleine Entente ook bedacht moeten zijn op veiligheid. Dit heeft weer tengevolge, dat de rest van Europa ineen soort gevaar blijft en dus ook da vuiligheid der grenzen niet uit hèt oog mag verliezen. Daarom moet Rusland in de eerste plaats mee doen. Gesteld, dat de .prijs door Bern geboden' hoog genoeg is, dan wel dat Moskou dien nog te laag vindt, doch van woge het „anti-militairislnie" wel wil meedoen aaneen conferentie elders. Dan is dit een tegenvaller voor Genève en Bern doch de waarde der conferentie wordt hierdoor niet belangrijk gewijzigd. Doet Rusland niet mee, dan' is het finaal uit met het plan. Komt het wel1 teer conferentie, dan kan men verder zien. Dan komt het probleem in zijn tweede stadium. Te weten: wie wenscht ontwapening en wie voélt zich veilig genoeg om de wapens uit de hand te leggen. Subs. wie voelt de nnancieele en econo mische lasten van oorlogstoerusting zwaarder dan het risico van een aanval van zijn buurlui. Wie vertrouwt genoeg op het fatsoen van zijn medemenschen om zijn huisdeur en brandkast open to laten staan? En wie van de staten, die ten slotte toch alle maal vroeger of later op roof zijn uitgegaan, is fatsoenlijk genoeg om zijn inbreek tuig in de vaart te werpen? Ieder land heeft zijn leger voor zelfverdediging. Dit is de theorie. De werkelijkheid is, dat ieder leger, dat voor verdediging dient, ten allen tijde ook als aanval» werktuig kan worden gebruikt. Zooal "biet alleen aan toch in samenwerking met anderen en zooal niet actief om te vechten dan toch strate gisch om een bedreiging te zijn in h©t kader der wenschen zijner bondgenooten. Voorbeeld: de geal lieerde staat Portugal. De CentraLn, door Portu- geezen geveld kunnen vermoedelijk op 'n biljart zitten! Maar dat Portugal meedeed, verminderde de kans op een pro-Duitsche beweging in Spana e. h«aar onze meening, in weerwil van den H. Geest van Looartio, is er géén land, dat zijn. buurman vertrouwt. Juist Locamo, het moeizaam bijeen- zoelten van verdragen en garanties, bewijst dit wantrouwen over en weer. Iets waaraan Poinioaré zelfs expressi's verbis uiting gaf, evenals de Duit- sohe conservatieven. Gesteld echter dat die geest van Locarno sterk genoeg blijkt om dit onderling wantrouwen, te ver zwakken, zoodat de conferentie tot eenig resultaat komt. Dan heeft men de keuze tussehen twee oplossin gen:^ de algemeene ontwapening" of de proceu- Aan de algemeene ontwapening: het vernietigen van alle wapens, alle Strategische plannen» al le formaties, alle forten, schepen, werven, vliegtui gen, arsenalen, munitiefabrieken, het naar huis zen den van alle soldaten en officieren, staven en stu diecommissies gelooft niemand. Zelfs niet de groot ste dweper. Dit toch zou beteekenen de Verèenigde btaten van de Wereld. En zelfs in die wereld zou- Tmt"- zooaIs nu in elk afzonderlijk land „geschillen van bestuur" voorkomen.die, 'bij ve^et» regeling" behoeven. Als men de slimmigheidjes 'Ziet waarede de ver schillende landen, die de overeenkomst vai\ Wash ington teekenden, hebben gepoogd er rond om neen te komen, behoeft mén geen bijzonder zwart kijker te zijn om nu reeds te voorspellen, dat van een algemeene ontwapening niets komt. Nog daargelaten, dab bijna elk land absoluut genoodzaakt is om een kern van troepen te behou- j 1.®.r evenbueeje onderdrukking vani staatsvij anden;] ke destructieve bewegingen en tot bewaring der openbare grondwettelijke orde- Wat dan vroe- §ar „leger was, wordt dan militaire politie, gen!- armerie, marechaussee of wat m0n -wil. Maar in welken vorm dan ook, blijft een militaire k©rn bestaan. Een kern, die nog .jarenlang voor onmiddel iijke uitbreiding vatbaar is, en die derhalve als aanvalswapen is te gebruiken. Algeheel© ontwapening is derhalve o.i. e>cn uto pie. Een schoone droom en niet meer. Veel gevaarlijker echter is die andere droom: de procentueel© ontwapening, waarbij t zooals ten. aanzien der vloten te Washington geschiedde een maximum wordt bepaald voor de legers. Dit is men yergeve ons de uitdrukking: volks bedrog in de hoogste mate. Het eenige wat hiermede wordt bereikt is een gedeeltelijke financieel© besparing, die zioh pas op den langer duur zal' doen gevoelen. De veiligheid der landen., het onmogelijk maken van een oorlog wordt er in geen enkel' opziohb door bevorderd. Een voorbeeld om bij huis te blijven: Neder land' heeft als factor yan strijdkracht te lama 10, België 15, Frankrijk 100, DuitsChland 25, Engeland 40 (alles denkbeeldig). Bij ©en oorlog met zijn twee landburen staat dus Nederland altoos met 10 tegen 40 en verkeert dus in gevaar volgens de beginselen der hooge politiek- Nu gaan we prooentsgewijze ontwapenen. Zeg tot op de helft. Zou nu iemand ons willen zeggen wat er veran derd is in het gevaar van .een overrompeling? Het kost de helft minder. Ziedaar alles. Maar het gevaar blijft absoluut even' groot of de verhouding 10:40 of 5:20 is. Hoe men de groepeering der. eventueel "denkbare vijandelijke combinatie ook wil' stellen, verandert niets aa,n het feit, dat twee tegen drie precies/ hetzelfde is als vier tegen Zes of duizend tegèn vijftienhonderd. Natuurlijke verdedigingen kunnen tegen ©en aan valler van belang zijn. Dit spreekt. En het is buitengewoon moeilijk de waarde van een 'breed© rivier of een lastig te overschrijden bergrug precaes naar waarde te söhatten bij het bepalen van den factor der bestaande strijdkracht. Voorts pleegt bij alle voorstellen ten aanzien d©r procentueel© ontwapening steeds de mogelijkheid om vredesuiateriaal op zeer korten termijn in oor logstuig te veranderen, steeds met vage uitdrukkin gen in het halfduister te worden geduwd: „Dat zal zoo'n vaart niet lioopen Een Ialnd met een krachtige metaal- of chemisch© industrie 'kan binnen eenige etmalen rijn strijd kracht zoo vergrooben, dat het elk zijner minder goed toegeruste naburen kan overweldigen. Ook al is rijn leger met geen man vergroot boven de toe gelaten normen. Grenzen vooral tolgrenzenweg. Hitsblad©rt. en hitsredenaars weg, zoowel wat binnon3Ja,n[ds'Cih(e als buitenlandsche ophitserij betreft. Kijk, dam was men 'n heel eind en kan men de legers en de officieren en staven en wat dieS meer zij, gerust laten afvloeien of afsterven. Maar zoolang men hieraan niet denkt en liever den smokkelhandel' tot bloea brengt, staat het voor ons vast, dat de procentueel© ontwapening, die dan het eenige bereikbare ideaal schijnt, niets uithaalt. Niets, nu ja, misschien 'n paar procent op het aanslagbiljet. En zelfs dit is lang niet zeker. UITKIJK.- ALLEEN JANUARI OP KLEEDING NAAR MAAT. LANOESTRAAT ALKMAAR. Branenlandsch Nieuws, HOOGWONU Jaarvergadering van het Onderling Veefonds voor Hoogwoud, Aartswoud en Opmeer, gehouden op Woensdag 20 Januari 1926, ten huize van den, heer J. Modder te Hoogwoud. Voorzitter, de heer C. Pijper, opent met ©en woord van dank voor de opkomst en hoopt dat deze vergadering mag staan in het teeken vain nut en genoegen. De secretaris, de heer C. Schilder, leest de uitgebreide en zakelijk gestelde notulen,, welke on veranderd worden goedgekeurd. Als commissie voor het nazien dar rekening en' verantwoording van den directeur worden, aange wezen de heeren .0 Schouten, K. Groot Pz., L„ Glas en O. Klaver Oz. De neer Glas rapporteert |dat alles met de b.ijbehoorende stukken is nagezien en' in de beste orde ie bevonden en brengt den Di recteur hiervoor dank. De ontvangsten waren f 11338.74V2, de uitgave n f 10701.89, kassaldo f 636.85V2. Er waren 30 stuks vee gestorven en afgekeurd1. De omslag over het afgeloopen jaar had bedragen f 6.50 per rund. Het reservefonds bedraagt r 265.C2. Op 1 Januari waren er 121 deelhebbers met 12' stuks vee. De uitkeering werd vastgesteld op t 22" voor een 'koe en f 100 voor een hokkelimg tot 1 April. De verdere regeling hiervan werd wederom overgelaten aan den 'Directeur en den secretaris. Verkiezing Keurmeesters. Voor Aartswoud werd herkozen de he©r Joh. Appel ©n voor Lange- rais de heer P. Groen, beide met op een na alge meene stemmen. Rondvraag. De heer K. Groot bespreekt een geval vhn merken van een afgekeurde koe. Besloten wordt, dat de keurmeesters dit zooveel mogelijk zelf moeten doen, behoudens enkele u't- zonderingen. De heer L. Glas betoogt de wensohelijkhoid om ieder jaar een algemeene vergadering te houden. Hij Ineent dat dit in het belang is van de ver- eeniginp. Tot heden was dit volgens reglement om de 10 jaar. Na een uitgebreide discussie stelt de heer Schilder voor om' dit om1 de 5 jaar te do©n en dan -te beginnen met het volgen#© jaar. Tot dit laatste wordt besloten. De heer P. Vet brengt in het midden, dat' het Schermerfonds de kosten van den veearts vergoed, wanneer het betreft een afgekeurd jund en vraagt .of het niet wengöhelijk is, dat voor deze vereenigii^g Toen ik eergisteren Frankrijk weer binnenstooam de, -was er van crisis niets te bemerken. Integenf deel, ik zou bijna zeggen, dat ik de stations minder vuil', de boel beter geregeld vond. Last heb 'ik in Frankrijk nooit gehad, wellicht omdat ik de taal bijna even gemakkelijk spreek als mijn moedertaal, maar toch zoo beleefd als nu ben ik nog nimmer aam de Fransche gren zen behandeld. Ik had te ve©l handbagage, maar ondervond slechts assistentie, ondanks het feit, dat ik „de heilige bureaucratie" en haar reglemenj- ten, mijn teveel1 aan bagage op de voeten zette. De douanen waren allerminzaamst en keken ter nauwernood in de tasch, die ik al' opengemaakt had en lieten al het andere ongemoeid. Zelfs werd er niet met de .1'ange pook onder de bankeni gepord en bileven de voetjes der aanwezige dames dus vóór opstoppers gespaard. De trein spoedde zich door het verwoeste ge bied, dat al aardig in aspect verbeterd is. Te St. Quentdn liep1 de trein tjokvol ©n ik vraag mij verbaasd af: reist er zooveel' Fransoh publiek le klasse? In .mijn coupé zaten slechts reizigers met 1© klasse biljetten en kan ik dus aannamen, dat het elders eveneens „in orde" was. Hoe rit dit nu? Hebben de Fransöhen zooveel' „lage" franken» dat rij gemakkelijk le klasse kunnen betalen? Ik reis als ik in Holland ben 3e en zie behalve dan in internatioiVBlé treinen, heel veel leége le klasse coupé's. Is Holland met rijn dure, gave gulden voor eèn Hollander duurder wat réizen betreft, dan Frank rijk met haar inflatie-ffank voor den Fransohmai^P Ht geloof heusch, dat de wereld op zijn kop staat. Ik kan er mét moer bij'. Een buurman in, mijn, coupé vertelde mij van Duitschland en zei: nn is het er heusch slecht., nu liegen de Duitschers eéns niet, wanneer zij over de slechte tijden huilen. We kregen het toen over steenkool en vertélde mijn buurman, die bij steenkoolmijnen, betrokken is, dat de Duitsche steenkoolindustrie nu weer \even werk heeft, daar ©r steenkool uit Duitschland via Rotterdam naar Amerika verscheept wordt. Wij waren het beiden over het abnormale van zooiets roerend eens, al' verheugden wij ons voor Rotterdam over dit feit. De wereldorde is ontwricht, dat blijkt hieruit weer duidelijk. Onze trein kwam met drie kwartier vertraging te Parijs binnen. i Ik vond de -„facteurs", onze witkielen veel be leefder dan voorheen na den oorlog eni heelemaal de stemming gemoedelijker. Men kon ©en paar jaren geleden/ wanneer men een beekje Engelsch type had, geen gemoedelijkheid of humor, die leuke Parijsche humor verwachten. Nu is dat anders. Met Poinoaré schijnt diens haat- stemming langzamerhand verdwenen. Toen was het ook steeds: „Ie Bocih© paiera", ,©n geen Fransöhman wilde naar rede luisteren- Ut kreeg bezoek van een Franschen vrienjd', die zich beklaagde drie jaar geleden niet naar mijn raad, doch naar dien van zijne Fransche vrienden te hebben geluisterd. Die Fransche vrienden wa ren nu failliet en hij was ternauwernood den dans ontsnapt. Zijn haat tegen Poinoaré, die het mooie, lieve Frankrijk naar den afgrond gesleept had, was tra gisch oan aan te zien. Och hij had zooveel' van Gaillaux verwacht. Hij had mij in Augustus 1924 voorspeld, dat Caillaux minister zou worden om de ruïne van Frankrijk te voorkomen, doch Caillaux was te laat gekomen. Poinoaré was te laat heengegaan, geen Herriot, geen Caillaux, geen Briand kunnen Frankrijk meer redden. „Nous sommes trahis", zei mijn vriend en ik dacht onwillekeurig aan de geschiedenis van derii Fransoh DuitSchen oorlog van 18701871, die begon met „a Berlin, h BerUn" en na de eerst©, ne derlagen, na Weissenburg, Wörth en Gravelotte oversloeg in: „nous sommes trahis". Arme Franschen. Gij zult moeten bloeden voor de fouten van uw politici, grti zult ten onder gaan als eerste slacht offers van het Parlementaire stelsel of liever dé ontaarding fdaarvaln. Beroepspolitici met E. V. halen Frankrijk naar beneden. Men spot op elk tooneel in Parijs met hét parle mentaire stelsel, het publiek léoht maarwacht af! Waarop? Eerg:steren na aankomst nam ik_ dadelijk een bil let voor oen comedievoorstelling, ditmaal: Les Nou vaux Messieurs" van Robert de Fiers en Francis de Croisset, dat in het Théafere de FAthéné© gaat. De biljetten genomen, kon ik naar mijn kamer om inijn bad te nemen, mijn avondtoilet aan te doen en bij Lucas, vlak bij de Madelein© te ga,an dineeren. Het is niet ver van mijn» hotel naar Lucas. De Rue de Castigilione, rue de Rivoli, rue Royale en ge slaat voor cfc Madelein© kerk links af. Lucas is echt Parijsch en was altijd meer Fransoh en minder internationaal' dan de meeste restaurants De maitre d'botel herkend© mij dadelijk en ar rangeerden wij een kléin, doch uitmuntend menu, want ik had niet veel tijd met het oog op h©t the atre. Ik Rep naar heb theatre, nog denkende over de typische atmospheer van eën Parijsch r©stau rant, de wat ouderwetsche muziek van het strijkje, keurig gespeeld en een genot om naar te lu.s teren inplaats van naar de eeuwig© Jazzbands el ders m 'Europa en vogue, de Parijsche kellners m©t hun eigen Parijsche wijze van optreden. Soms hebt gij of uw buurman iets besteld, wat gedeeltelijk onder uwe oogen door maitre d'hotel in 'heel1 bijzondere gevallen of door d©n oud sten kellner, geassis'teerd door ©en of "twee jon geren, wordt klaargemaakt. Daarnaar te ldjken is een bezoek aan Parijs en( aan een goed restaurant wiaard. De eigenaardige drukte va'n Parijs trof mij Weer op die korte wandeling. Wat een verschil met Lon den. In Londen domirfeeren de bussen ontegeii zeggelijk het verkeer, in Parijs doen dat de taxig. Ir. Parijs zijn trams en bussen bijzaak, vallen ze althans in het niet tegen de door elkaar krioelenldc taxis. In Londen is alles geregeld, ik zou bijna Zeg fen: zelfs de wanorde als die eens even op een eei druk punt ontstaat, in Parijs is niets geregeld e i kr oelt alles door elkaar. In Londen heerscht de politieagent en. beheerëchti de situatie. In Parijs heerscht de massa en be heerscht de s'tuatie den ergens veilig opgestelden politieagent. - In Engeland „heilig© ordei", in Frankrijk ;heili ge wanorde". Pet was .natuurlijk^ opzettelijk dat Robert de Fiers een der acteurs in „Les aouvaux Messieurs" laat zeggen, als er sprake van is, dat er in arbeids e"1. arbeiderskwesties in Engeland evenveel mori irikhieden rijn als in Frankrijk Ja maar er is een groot verschil wat betreft net daaruit voor de beide landen voortvloeiende gevaar; Eng.Janld hecï"b rijn gaaf pond sterling en..v zijn Koning! Zoo denken er in Frankrijk oi het oogenfolik unillioenen meinschen uit alle standen- De Republiek ©n het Pari-ment»!" stelsel zi'n ongeneeslijk ziek Men do-k echt r nieta -nan wVht af. Me.i hoopt op een sterken man! Ware er een ook te d'oen. Dit ïïieu ^gezicht-spunt wordt druk besproken en men be&imt om dit punt op de eerst volgende algemeene vergadering aan de orde te stellen. Niets meer te behandelen zijnde, werd dezé gezellige vergadering door voorzitter gesloten, met ae beste wenschen voor het Veefonds. sterke Bourbon-prins, hij zou morgen Koning- zij'a. Ware Briand een waarlijk sterke figuur, hij ware morgen dictator. Zooals men in de Parijsche theaters thans lacht om moppen ten koste van Republiek en Parlement is typeerend. Vroeger maakte men; mopp©n op de de ministers, senatoren, kamerleden en ook op den heer X., president van de Republiek. Men be spotte eohter nooh de Republiek, noch het Parle mentaire stelsel. Thans is dat anders. Men spot niet meer met de personen, maar met de stelsels. Dat is natuurlijk veel gevaarlijker en spreekt bcv-k- deelen. Gelachen heb ik gisteren, want h©t was ©en geestig, vlot spel, waar ik op getracteerd werd. De drie hoofdpersonen Mademoiselle Gaby Mor- lay, ©n d© heeren André Dubosq ©n Viofcor Bou- cher droegen het stuk. Het stuk is m.i. zoo typisch Fransoh met Fran sche kwinkslagen, dat het in een ander© taal iets onmogelijks moet worden. Noch het Ancien Régime, vertegenwoordigd door den ouden graaf, noch d© Socialistische Arbeidersbeweging, vertegenwoordigd door den jongen eleotricien (Victor Baueh©r) wor den gespaard, maar daar doorheen loopt de tra giek van de Fransche mond© en demi-mopde- Wanneer het meisje dé keuze heeft om afstand te doen van haar mooie huis in Parijs, haar mooie buiten, haar meubelen, comfort, toiletten ©n by- ouse en zelfs van haar keurigön ouden adellijken; vriend en_ het onzeker© van ©enj verbintenis met den-jeugdigen, vurigen arbeider overigens on/t- wikkeld door eigen .studie ©n toonaangevend in de arbeidersbeweging dan blijkt dat zij in haar jeugd eerlijk haar brood verdienend er meer voor voelde op andere wijze ©en leven van rijkdom te leiden en dus volgaarne de vriendin) 'Werd van den schatrijken graaf. Zoowel de graaf als de electncien doorzien haar, de jeugd vergeeft haar niet, de ouderdom ver geeft ha,ar wel enonze sympathie blijft hij beide mannen en wij trachten' de mooie, onbeduidende jonge vrouw te vergeven, denkende aan/ do woor den van Vader Cats: En h.....r met een schoon gericht. Is gelijck een lantaarn zonder licht. Inmiddels geeft het stuk dikwijls gelegenheid om eens hartelijk te lachen. Het stille spel der acteurs geeft daartoe somtijds zelfs aanleiding. - Wanneer de electricien ter wille der vrouw, die hij lief heeft gekregen, bezitten en behouden wil. een Ka- mercandidatuur aanvaard heeft, en minister gewor den is, zien wij hem heel deftig in gekleede jas en met hoogen hoed zijn prachtig kabinet binnenkomen. Later gaat de telepboon. Hij zegt tegen den bejaar den kamerbewaarder, die reeds zooveel ministers ge diend heeft, om te luisteren. Even later zien wij den kamerbewaarder met dén hoorn aan het oor, heel langzaam, heel diep buigen en booren wij hem zeg gen: Monsieur le Président de la République. Even kostelijk is later wanneer onze minister met den Pre sident aan 't spreken is, plotseling zijn geliefde Su- zanne in het vertrek ziet, de hoorn neergooit om naar Suizanne toe te rennen, en haar in zijn arm te sluiten. Inmiddels knettert de telephoon het ortgeduld van den President der Republiek. i De electricien, een eerlijke kerel, wordt tengevolge der ontmoeting met Suzanne eerst politicus en daarna bijna betrokken in een zwendel. De graaf moet dit laatste verhoeden, eigenlijk door den jongenman ge legenheid te geven het vrouwtje te doorzien. De jonge man is werkelijk een heele man en het is ook alweer een tragisch moment wanneer wij hem hooren zeg gen hoe hij in drie maanden van politiek bemoeien, meteen voor eeuwig de politiek haat als een zeden_ en karakterbederver. Ontegenzeggelijk is er veel waars die uitlating, maar hebben nu b.v.b. uitsluitend.de politici schuld aan de crisis van het Fransche volk? Ik waag het om als mijne meening te geven, dat ik dit 'zeer sterk betwijfel. Er zijn honderden factoren, die een volk te gronde richten, natuurlijk zeer veel factoren geschapen door politieke stroomingen, door bepaalde wetten en regle menten, doch lang niet allen. Wie hedenmorgen met mij het, Grand Pal ais en de daarin gehouden tentoonstelling van schilderijen van levende Fransche meesters bezocht zou hebben, ware zeer waarschijnlijk evenals ik verbaasd geweest over de decadentie der Fransche schilderkunst. 'Salon de 1'Ecole Frangaise heet deze tentoonstelling van bijna negenhonderd schilderijen. De Fransche schildersschool dus! Een paar uur heb ik er rondge zocht naar w-are kunst, naar gyoote kunst en het re sultaat is absoluut negatief. IMen mag bet met onze huidige Hollandsche schil ders eens zijn of niet, in elk geval ziet men bijna steeds in hun werk een ernstig pogen, een ernstig zoe ken en ik ben overtuigd, dat dit tengevolge zal heb ben, dat er binnen afzienbaren tijd een nieuwe Hol landsche schilderschool zal ontstaan, die na eeuwen dezelfde ontroering zal schenken aan bezoekers van musea, als thans een Rembrandt., een Frans Hals. een Albert Cuyp. Bij de Fransche schilders mist men zoeken, mist men ernstigen sirijd om het schoonst denkbare op het doek te brengen. Het is bijna allemaal even slap en oppervlakkig. Hoeveel landschappen gelijken op de bekende goed- koope Duitsche oliegraphiën, die smaakverwoestende gekleurde prentjes. Zeker, er is ook wel iets moois. Daar is Jean Ni- kanor met eenige figuren en een paar stillevens. Mooie koppen, natuurlijk uitziende vruchten. Verder Charles Vinson-Chéret, met mooie aquarellen van bloe men. Alexis Vollon heeft, 'drie mooie stemmige stuk jes, twee stadsgezichten van Parijs, een ervan, de Notre Dame, werd aangekocht door den Franschen Staat. In deze stukken zit atmospheer, men voelt de stad aan. Zoo is er nog meer goeds, maar het zou slechts vervelen indien ik 't opsomd, '98 pet. is leelijk, is slecht gevoeld, is mislukt. Wat zegt ge b.v.b. van een haas met uitgespreide achterloopers op zijn rug op een weitasch liggend en ervoor twee leege patroonhulzen. Hoe smakeloos. 'Ware nu het meerendeel der schilderijen mooi of getuigde het van een krachtig pogen, dan vergeeft men graag een dergelijk misbaksel, maar zooals ge zegd. 98 pet. is affreus. De Franschen waren aüijd meesters in naaktfigu ren en er zijn hier ook heel mooie naalctstudies, maar daarnaast weer bedroevende exemplaren. Opvallend is het. dat meer dan de helft der goede schilders op deze tentoonstelling schilderessen zijn. De vrouwen geven het krachtigste werk. Dit. is m.i. een veeg teeken! Dit wijst op verval van krachten bij het Fransche volk. Men zal toch niet mo gen aannemen, dat juist alle veelbelovende jonge schilders gesneuveld zijn. Men zou 'het bijna gaan ge- looven, want de tentoonstelling te Parijs van de Fransche Schildersschool getuigt van een gebrek aan kunst, gebrek aan kracht, gebrek aan geloof in een toekomst. Ik ga Parijs weer verlaten en ik verlaat het met weemoed. Sedert ik hier VA jaar geleden was is Frankrijk Weer een trapje lager gezonken vrees ik. Ik heb vier koortsthermometers gezien: politiek, koers yan den frank, kunstdecadentie en publieke opinie en ik vrees voor de patiënte, voor de arme Marianno.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1926 | | pagina 5