Scliager Courant Gebruikte Dames- en Heeren-Rijwielen A. en J. PRINS, Brieven uit Rome. DE GELUKKIGE HELD 5, iët( felJi Donderdag 8 April 1926. 69ste Jaargang. Nó. 7823. Tweede Blad. TEGEN LAGEN PRIJS. LAftGZIJDE HEERENSTRftAT S C H ft G E W. Feuilleton. Reclames. Gemengd Nieuws. N tel Dé Palmzondag is altijd een blije dag in Rome. Dat was al zoo sinds de IVde eeuw. In die da- deelde de paus zelf in liet voor-portaal van de jraan-kerk, die de moeder der basilieken ge- |oemd is. de .olijftakken, die bij gezegend had, aan e geloovigen uit. Over de „Via Sacra" kwamen die in breede scha- jn; zingend en palmtakken zwaaiend liepen zij mder de triomfboog van Constantijn door, een rnflprachuge stoet van apostels martelaren, kenbaar [flEBan de lidteekens die ze droegen als eereteekens, geleerden, maagden en het was hen als zagm :!j voor hen uit schrijden, lichiomkransd, den ver- osser. die met de jubelkreet: HosannaI Hosanna!, jjD intocht in Jerusalem had gedaan. Links van hen verhief zich de slanke Titus-boog, ipgericht ter eere v.d. koenen veldheer, later Caesar, ritus, die geen steen van Jeruslem op elkander iet, zooals Jezus met tranen voorspeld had om- fjoddat de stad niet geluisterd had naar de stem van jtlüe modder, die haar kiekens had willen vergaderen t mder haar vleugels, r Zooveel eeuwen gingen voorbij, maar nooit werd 1 u -en enkel jaar verzuimd de Palmzondag plechtig te II) fil herdenken. IÜU' Julius II, de strijdlustige Renaissance-Paus, kwam eens op dien dag na verbannen te zijn geweest, ze- ni gevierend naar Rome terug. Zeven eerepoorten wa- ren voor hem opgericht, waaronder hij van de Piazza del Popolo naar het Vatikaan schreed on der-het gejuich der menigte en het gebulder van het geschut, dat vanaf de wallen van Castel St. Angelo, den Pontifex-Massimus zijn welkom toe- riep. Ook de Palmzondag van het jaar 1586, toen Paus "ht: Sixtus V regeerde, blijft in herinnering voortleven. Deze feestdag was döor den Paus bestemd voor a de oprichting van. de geweldige obeüsk, die zich nog steeds op het plein voor de St. Pieter verheft. Het pauselijke hof en duizende toeschouwers wa ren samengekomen om er getuige van te zijn hoe de Egyptische kolos hier overeind zou worden ge- j zet. Een moeilijk en gevaarlijk werk!, en om ze- y ker te zijn, dat een ademlooze stilte bij dezen arbeid zou heerschen, had de paus laten afkondigen, dat, 101wie een woord durfde spreken, met den dood ge straft zou worden. Op het meest kritieke moment begonnen de touwen te glijden, een verschrikkelijk d onheil scheen onafwendbaar, toeh riep een matroos uit de menigte: „water aan de touwen 1" Deze zeeman, Bresca di San Rerno heette hij, waagde met dezen kreet zijn leven, maar hij redde ecti dat, van zijn makkers; de touwen hielden vast door- cJ dat ze nu uitzetten en de obelisk kwam overeind te ;se staan. Sixtus beloonde den matroos door hem het verzoek in te willigen, dat deze hem deed: aan zijn familie het recht te geven palmtakken uit de Riviera te 'zenden voor den plechtigen dienst in de St. Pieter «v Palmzondag. En sinds dat jaar dagteekent het feit, dat we dan in de basiliek, en op hot plein niet anders zien dan rot| de leelijke stroogele palmtakken waaruit allerlei versierselen zijn gevlochten in plaats van de schil derachtige olijftakken die bij duizenden in alle groote en kleine kerken van Rome aan de geloo- vigen worden uitgedeeld. Maar de traditie wil het nu eenmaal zoo en een pauselijk woord wordt niet gebroken. Palm-Zondag is niet oen dag als een ander. In Ita lië, waar dit jaar S. Franciskus, de heilige van As- eisi, feestelijk herdacht wordt, en zooveel herinnerin gen uit zijn leven en dat zijner leerlingen worden me degèdeeld. lazen we nu weer in het bizonder over S. Clara de jonge vrouw uit een der edelste geslachten van Umhrie, een jonkvrouw van buitengewone schoonheid, die zoo getroffen was door Franciskus' prediking van Armoede, Kuischheid en Gehoorzaam heid. dat zij besloot een kloosterorde te stichten, dij waarin naar den geest van S. Franciskus gewerkt en geloefd zou worden. Er was- heldenmoed toe noodig om dezen stap te doen, daar zij de oudste dochter van een machtiger, rijken graaf door haar oudera aangebeden werd en zij de teerbeminde vriendin en speelgenoot was van ha re jongere zusters. Maar het leven in weelde en we- reldsche genoegens kon zij niet langer leiden, nadat zij de prediking van den „Poverello", den „Arme", zooals Franciskus genoemd werd, gehoord-had. Toen zij tot hem ging en hem haar besluit mededeelde een vrouwenklooster te stichten, waarin naar den Fran- ciskus-Regel geleefd zou worden, ontving zij van den grooten Minderbroeder de goedkeuring op haar voor nemen. Op den avond van Palmzondag zou zij 'het ouderlijk huis voor goed vaarwel zeggen, zonder dat iemand van hare omgeving iets van de stap vermoed de, die zulk een ingrijpende verandering in haar le ven zou brengen. Een tijdgenoot heeft beschreven, hoe zij dien Palm zondag zóó hevig ontroerd was bij den dienst, dat zij niet in staat was naar het altaar te gaan om er een gewijde olijventak in ontvangst te nemen: de bisschop van Assisi kwam toen tot haar en gaf haar zelf een tak. Dion avond verliet Clara heimelijk heft vaderlijk slót; niet door de hoofddeur, maar door eeir zij poort, die alleen geopend werd om er een doode Uit te dragen. Zij verborg haar lange goudon haren waarvan de kroniekschrijver de buitengewone schoonheid prees, onder een zwarten mantel en ging met haar vertrouwde voedster naar de kapel ver buiten de stad waar zij wist dat Franciskus mot zjjn leerlingen op haar wachtte om haar tot non te wijden Onderweg kwamen deze haar psalmzin gend met flikkerende kaarsen tegemoet: Even later had Clara over haar met edelsteenen getooide ge waad een grijze Francaskanerpü geworpen. De Po verello" sneed haar zelf den rijken haardos af van alle wereldscho pracht deed de jonkvrouw afstand en deed in dit uur de gelofte zioh van nu af alleen aan God to wijdon. En alle jaren van haar lang leven bleef zij aan deze gelofte getrouw; tal van jonge vrouwen voogden zien bij haar; allen ver pleegden zieken ,en steunden de armen; zij leefdeni van de liefdadigheid en als 'zij eten noodig- hadden,i luidden zij het klokje van hun klooster. Dat is nog! zoo gebleven tot op dezen dag, en do Clarissen ver eeren de stichtster van hun orde_ als een heilige en herdonken eiken Palmzondag' in' het bijzonder haar dapper zich losscheuren van alle werelcLschè vreugden, om in ootmoed en armoede verder het nederigste werk te verrichten en een Gode wel gevallig leven te leiden. E. F. pi.ANTT.'M7Tr.'KTIWT[-'R'PR'i. m I (Brieven te richten aan den heer K. van Keulen, I Veenenlaan 88, Hoorn.) EMELTEN EN HAAR BESrrRÏJ&NG. Als het voorjaar weer in aantocht is, zullen tege lijk met de ontwikkeling der planten de emelten (grauwe, pootlooze larven van de langpootmug) hun vraatzucht weer gaan toonen, voorn, op gescheurd gras- ofklaverland. Aangezien de twee laatste jaren de door den Plan- tenziektenkimdigew dienst, aanbevolen bestrijdings middelen, nl. Parijsch groen en zemelen hier in rui me mate zijn toegepast, meen ik goed te doen het resultaat in ruimen kring bekend te maken. In 1925 werden hier, in Obdam, door een 20-tal tuinders ongeveer 30 HvA. bestrooid met voornoemd middel. Begrijpelijk werd op verschillende dagen gestrooid en verschilde de structuur van den grond nogal eens van elkaar, daar de een voor en een ander weer na het schrapen de bestrijding toepaste. In elk geval afzonderlijk werden goede, ja zelfs schitterende resultaten verkregen. Echter bleek mij, -dat het vlugst en het meest af doende werd gewerkt wanneer men uitstrooit: le. niet voor half April of begin Mei, of wanneer de aardappelen op regel staan; 2e. direct wanneer de aardappelen voor de eerste maal zijn geschraapt, omdat de emelten dan gemak- keiijker boven den grond komen, wanneer die goed les is; 3e. bij voorkeur bij droog, warm weer,- als de nachten uitgeven, omdat dan de lieve diertjes hun uitstapje naar boven maken en na van den hun aangeboden maaltijd te hebben geprofiteerd', spoedig sterven. In den namiddag uitgestrooid, vindt men den vol genden morgen duizenden emelten dood op den ak ker en vooral in de greppels, Gok kan men ze in den lossen grond vinden, maar daar kruipen ze weg en vindt men ze langer in leven, ofschoon slap, daar de zon ze niet kan beschijnen. Ze sterven dan ook zeker, maar langzamer. Dat men de meeste in voor of grep pel Yindt, komt omdat deze doorgaans vastgeloopon zijn, waardoor ze niet in den grond kunnen weg kruipen. Bij minder gunstig weer en ongeschraapten bodem werden ook goede sultaten bereikt, maar duurde het soms eenige dagen voor ze allen dood waren. Ten slotte raad ik een ieder die land gebruikt, waar emelten in voorkomen, aan: strooi per HA 25 Kg. tarwe-zemelen en 1 Kg. Parijsch groen en gjj hebt geen last meer van het afvreten Uwer gewas sen door emelten.- Bij vermenging wordt het Parijsch groen droog door de zemelen gedaan, waarna een weinig water wordt toegevoegd en wordt de massa goed dooreen geroerd tot alles vochtig is, Maar voor alles moet zoo droog mogelijk" worden gemengd en goed mei de hand doorgewerkt, zoodat men een losse, luchtige hoeveelheid zemelen krijgt., welke zich gemakkelijk bij het uitstrooien verspreid, want om 1 HLA, met 25 Kg. zemelen te bezaaien,* moet men zuinig doen. P. Groenland, Correspondent van den Plantenz. Dienst te Obdam, Kloven in de handen, eczeem, dauwworm en alle jeukende huidkwalen worden spoedJg bedwongen door Fosteris Zalf. Inderdaad een probaat genees middel. Per tube f 1. DE PAASCHDRUKTE IN BERLIJN. De Berlijnsche tram heeft op Witten Donderdag 2^millioen, op Goeden Vrijdag 13/4 millioeh, Zater dag jl. 21/4 millioen reizigers vervoerd. Van de stads spoor maakten Zondag 1.6 millioen en Maandag 2 millioen reizigers gebruik. Het meeste aantal uit stapjes werd naar Friedrichshafen gemaakt. Alleen per stadsspoor trokken daar Zondag 30.700 en Maan dag 43.900 menschen heen. Dan volgden Wannsee met 24.700 en 24.700 en Potsdam met 29.900 en 31.600 passagiers. BINNENGEDRONGEN, In den nacht van Zaterdag op Zondag zijn er die ven binnen gedrongen in het hoofdpostkantoor' te Lodz. E engrooi bedrag dat nog niet nauwkeurig kan worden vastgesteld., viel in hun handen. Van de da- ders ontbreekt nog elk spoor. Wel werd de nacht waker, die niets van de ÏDbraak gespeurd had, in hechtenis genomen, GROOTE BRAND. Door de onvoorzichtigheid van een schildwacht is er Zondagnacht (brand uitgebroken in een groote mi litaire garage te Warschau. Hot gebouw brandde ge heel af. 30 auto's en enkele motorfietsen werden een prooi der vlammen. De schade bedraagt eep half mil-> licen zloty. HUIZEN VERPLETTERD. Op Paaschmaandag zijn in de gemeente Torre in de provincie Bergano. (Italië) zes huizen door het vallen van een rotsblok vernield. Zes personen, gijn daarbij omgekomen» EEN GOUDVELD ONTDEKT OP DE LANDENG TE VAN PANAMA Men meldt uit Londen aaii de N.R.Crt: Een Elngelsche expeditie heeft op de landengte van Panama een groot goudveld ontdekt. Een daartoe' opgerichte maatschappij heeft een concessie voor tien jaar verkregen om het terrein te exploiteeren. Na dien tijd zal de Engelsche maatschappij moeten verklaren, welke velden of mijnen ze in exploitatie wenscht te behouden; het overige terrein wordt dan weer staatseigendom. Het terrein is ongeveer 5000 vlerkante mijlen groot en moeilijk bereikbaar, De maatschappij werd opgericht met een kapitaal van 2 millioen p.st., waarvan voorloopig 500.000 p.st. zal worden uitgegeven. De maatschappij he8ft geeft be lasting te betalen, doch slechts een recht van 2 pci. V8n het goud, dat wordt uitgevoerd. Nader seint men nog: Sir Alfred Mond, een dergenen, die twee jaar ge leden de Britsche expeditie hebben uitgezonden, welke tbans in Panama belangrijke goudvelden heeft ontdekt, heeft in een onderhoud bijzonderheden me degedeeld over het werk der expeditie onder leiding van den ingenieur Calderwood. Hij wees erop. dat de thans gedane ontdekkingen het resultaat zijn.van twee jaren ingespannen arbeid. De goudvelden zijn ontdekt in de nabijheid van oude mijnen van India nen. slechts weinige mijlen verwijderd van het punt waar Columbus eeuwen geleden is geland. De velden werden als onbruikbaar verlaten in een tijd, toen men nog geen ontginning met behulp van cyaniet kende. De expeditie heeft ter plaatse hou ten stampers gevonden, die de Indianen gebruikten om het erts fijn te stampen. Het erts aan de opper vlakte, dat onderzocht werd, bevat 45 ounces goud per ton. Ook werd aan de oppervlakte zilvererts ge vonden, dat 91 ounces zilver per ton bevat. Het ter rein is zoo ontoegankelijk, dat het weken duurde eer de expeditie de plaats kon terugvinden, waar zij het erts had onderzocht» Thans zijn de vindplaatsen in kaart gebracht. DE RUBBERSMOKKELAARS. Men kent de sensationeel© gebeurtenissen aan de kust der Vereenigde Staten; waar snelle motorboo ten jacht maken op de z.g. rum-runners. Maar ook in de omgeving van Indie spelen zich dergelijke gebeurtenissen af. De rum-runners-vloot heert haan pendant gevonden in die van de rubber-smokkelaars De actie van deze vloot wordt bepaald door sluwe Oosterscho hersenen, groote fmancaeale machten staan achter het bedrijf, waarvan de uitvoering geschiedt door ruwe koelies die wel weten da.t^ze, 'zoo ze gepakt worden, hun vrijheid kwijt zijn... I maar dat nun gezinnen dan verzorgd worden en I compensatie krijgen voor het verlies van den smok- I kelaar-köstwimier. j Sir Percival' Philips vertelt in de „Singapore Free Press" het epos van die samenzwering waarin kapitaal en arbeid elkander nimmer verraden. De bron van het kwaad ligt in de kleine rubber ondernemingen qp Malakka die in handen ziijn van Inlanders en Chineezen, die te zamen twee derden I van het aantal planters vormen. Vele van die onder- I nemingen produceeren meer dan zij inogeft uitvoe- ren. Andere weer worden bestolen... En uit die beide overschotten put de vloot der rubber-runners haar lading. In prauwen wordt geheimzinnig, liefst bij nacht, de kostelijke smokkelwaar naar de kust van een der Nederlandsch'-Indische eilanden gevoerd, en later keert de buit weer terug als Nederlandsch-T-nd iSche rubber en komt op de markt. Te land dus een .ingewikkeld en prachtig geënsce neerd dievenbedrijf; heele landstreken Zijn geïn fecteerd met benden 'die de rubber-runners aan lading heipon. Het is een soort spannende sport ge worden l Te water de strijd met de snelle motorboof-par- trouHlesMaar terwijl' de patrouille hier een prauw aanhoudt en zach verheugt over de vangst van een_ bekend smokkelaar, slippen er verderop Veer twintig voorbij' en..lóssen nun Vracht op de veilige Nodcrl'andsch-Tndisohe kust. En dan wil1 het wel' geschieden, dat de geheele vangst een hm- derlaag bleek te zijn o.m de patrouille om den tuin te leiden. „TOT NUT VAN HET ALGEMEEN". Zoo zou het devies hebben kunnen luiden van, thans wijlen, mevr. Anna M. Riohardson Harkness. Zij was de weduwe van Stephen V. Harkness, die in zijn tijd partner was geweest van John D. Roeke- 'feïï'er Sr. en met dezen de St. OO Cy. had op richt. Tezamen met Rockefell'er had Harkness de grondslagen gelegd voor een echt „Amerikaansch" fortuin Mevr. do wed. Harkness was verleden week gestorven en thans is haar testament geregistreerd, i Er blijkt uit, dat voor oen bedrag van 36.650.000 besproken is aan legaten. Daar er kinderen zijn, die we! Zeer redelijk bezorgd zullón zijn achberge- laten, moet het fortuin van do familie 'Harknèss I wel tot de allergrootste van de Ver. Staten en dus van do wereld behooren. Mevr. Harkness heeft echter die gemeenschap goed bedacht. Er is een legaat van 20.000.000 dollar voor de Gommonwealth Fund voor algemeene liefdadige doeleinden. Dit is blijkbaar oen algemeen fonds, waaruit liefdadige instellingen worden gesteund. De Yale-universitelt, die toch aJT reeds dikwijls vorstelijke schenkingen van Mevr. Harkness had ontvangen, zal "thans weer U. door A. S. M. HUTCHINSON. HOOFDSTUK XH. Brieven, die hem terugroepen. Den eersten winter bracht Percival door bij da- phra in den woonwagen de volgende voerde hem voor het eerst, sinds zyn vertrek terug naar het postkantoor. Ima verliet hen toen hot circus in de eerste dar gen van Octobèr, opbrak; ze wilde bij den dokter in Norfolk haar opvoeding voltooien, zooals ze_ zich dat voorstelde. Égbert Hunt nam haar plaats in en het drietal begaf zióh op weg, om tot het voorjaar het land rond te trekken. Maar dat 'trekken langs de wegen in die barre kou beviel' Egbert niet. Een harde vorst begin December, die hen drie dagen in de sneeuw liet zitten, maakte, dat hij er genoeg van' kreeg en naar Londen trok, zijn zakken goed gevuld voor de diensten aan den ouden Eenoog be wezen; zjj hoorden later, dat hij opgetreden was als spreker in een socialistische openlucht meeting bij een heele verzameling ontevredenen van zijn soort; nr^T ör boorden ze, dat hij de orde verstoord had als leider van een troep werkeloozen en als beloon ftang voor zijn ijver zeven dagen in de gevangenis zat. i „Hij zal er wel niet voor hef laatst in zitten," was Japhra's commentaar. „Dat is een verkeerde trek van hem." Percival begon te lachen. „Die arme Hunt, hij zal wel verbitterder zijn, dan ooit tegen de tirannen. Hij is zoo geweest, zoo lang alfa jkk kern ken ik heb dikwijls moeten lachen om zijn tutbarstingen van woede. „Het is'beter er je buiten te houden," Zei Jar Phra. „Je loopt er altijd tegen aan." Zij trokken noordelijker. Geon van belden had behoefte aan een dak of aan een haardvuur dien' winter. Het ketellappen en de poppenkast bracht nun genoeg op. Japhra wijdde zaor aan het een ,en Percival' nam het andere ter hand. Een saai leven, den rustig leven, een goed leven. Toen zij met hun beiden waren, praatten zü veel' samen, en lazen in de drie boeken, die Japhra's bibliotheek uitmaakten. spbel Percival bijna, toen ze zich weer met het net Madapx-circus^ veroenigden en Ima weer bii hen kwamhij was blü .toen de tweede winter laafnbrak, -l toeval wilde, dab hij slechts één maand mot Japhra alleen was geweest, toen hij den woon wagen veriiet en huiswaarts keerde. 2. Twee brieven waren daartoe de aanleiding. Bei de kwamen van het kleine postkantoor de een was opgezonden en scheen een langen weg te heb ben afgelegd voor hij hem bereikte. De andere was van Tante Maggie. Maar hij maakte de opgezonden© het eerst open met 'be vende handen. Hij kende dat mooie .regelmatiigle schrift maar al to goed. Hij kende het uit briefjes aan Rolïo, uitnoodigingon uit lang ven-logen dagep om te komep theedrinken;- het was hem bijgeble ven zooais trouwens aLLes wat hij zioh herinnerdie van Doral Zijn hand trilde toen hij dat eerste Ievensteeken! vasthield, dat hij ontving sinds dien avond in don tuin, nu anderhalf jaar geleden Zijn adem ging sneller. Het eerste Ievensteeken I Hij had naar dien avond gevraagd of Hij haar sohnjven mocht.. •Maar dat wilde zij liever niet. Zij mochten alléén brieven ontvangen op schoof van familie of ge schreven door een hand, die aan haar moeder bekend was Hij had er zioh bjj* neergelegd. Hij wilde haar niet terugzien, omdat hij haar zoo ïïefhadj AI duurde het nog zoo lang, voor hij een plaats in de wereld veroverd had. Zoo lang zou hij haar ook niet schrijven Hun harten alleen zonden hen aan elkander Verbinden. „Je bent de mijne, Dora, maar je zult me niét weerzien vóór ik mijn plaats veroverd heb. Zal je je dat altijd herinneren?" Zon ze net zioh herinnerd hebben? Hy scheurde heb couvert open en hield zijn adem in, ffcrwijl hij las. Ze schreef van uit het huis in Mount ^breet en begon hem uit te leggen, hoe dat "kwam, alsolf hij met wist, dat "Mevrouw Esparti heb na Lord Burdons dood gehuurd hadv „Besbe> PercivaJ! Wij zijn hier gisteren aange komen uit het Zuiden van Frankrijk, waar we sa men geweest zijn met Lady Burdon en Holle. Weet je, dat Moeder Rolló's huis gehuurd heeft tot hij het zelf noodig heeft on er ons nitzet? Ik schrijf voor Rollp. Het zal1 je spijten te hooren, dat hij heel ziek is geweest een begin van longontste king. Maar toen wij weggingen, was hij veel' beter. Hij vroeg me dringend or ik je dit Zoggen wilde, en of je dan gauw bij hem zult komen. Hij zegt, hij moet je noodig spreken, hij heeft het altijd over je. In éen geïllustreerd blad zagen we eens plaatjes bij een artikel: „Leven in een kermistent,en daar Zager, we „Mijnheer PeroivaP', Rollo zei, dat bet jon t mt was en hij was één en af opgewondenhei^I Ik neb zijn adres achter op dezen brief gezet, je moet hem stellig schrijven, anders denkt hij, dat ik mijn boodschap niet heb overgebracht, of dat ik mij aan den kant geschaard heb van Lady Burdon en van miin moedér, die het „heel raar" van je vin den, wat ik niet vind. Ik stnur dezen, naar je huis, maar het zal me ver-Toen zei hij aan Japhra, dat hij ging, niet voor lang, wonderen at hij je acat bereiken zal. maar mocht het iets langer worden, dan was hij in Met hartelijke ggoiefcett j elk geval in het begin van het nieuwe jaar terug. Ze Dora Espart. i "waren in Essex. Den volgenden morgen nam hij den trein naar Londen. Hij voelde zich in een echte va- Had zij het zich herinnerd? Geen spoor van liefde cantie-stemming, nu hij eenmaal vacantie had geno- in deze regelen, die hij aan zijn lippen bracht en tel- men. Telkens weer telde hij de vijf en zestig pond na, Lens overlas. Zij hadden hem gebracht wat hij ver- I die Japhra hem tot zijn groote vreugde (hij had nog wacht had. Zoo had hij immers al die maanden aan nooit een cent verdiend) voor die twee seizoenen had haar gedacht: koud vreemd rein Sneeuw- uitbetaald. Het leek hem een fortuin, en zijn vroo- wit en Rozerood. Üjke stemming werd er nog uitbundiger door. Hij i Als hij terugdacht aan die oogenblikken van harts- I zette een deel van zijn verdiensten om in kieèren tocht dien laatsten avond( verweet hij zich. dat hij kocht een prachtige leeren tasch en cadeautjes, pak- haar verdriet had gedaan; soms hoopte hij, dat zij ze Jes van allerlei vorm en grootte, voor Tante Maggie, vergeten was, anders zou zij er-voor terugschrikken voor Honora, voor Mr. Amber, voor Mr. Hannaford, voor iedereen, waar hij nu vol verlangen aan dacht 3. hem weer te ontmoeten. i Geen spoor van liefde in dezen brief! De nauwge- I zette manier van schrijven, de goedgekozen woor- 'den. de keurig gestelde zinnen waren alsof hij haar hoorde zeggen: „Het lijkt me heel vreemd", of „het speet me te hooren." Knappende ijspegels in een koude hand. Sneeuwwit en Rozerood! I Hij was vast besloten om naar Londen te gaan zóo j 1 dra Rollo terug zou zijn en die goeie Rolle als voor- Mount strèet rijden. Hij wilde zien waar Dora woon- wendsel te nemen om haar weer te zien baar hand 1 de. „Rijd wat langzaam." zei hij tegen den koetsiet Door al die inkoopen miste hij zijn trein. Twee uren moesten verloopen voor de volgende ging; een brutale gedachte (zoo beschouwde hij haar) kwam bij hem op. Hij nam een rijtuig en liet zich door aan te raken misschien; met haar te spreker^ en toen eerst dacht hij aan den tweeden brief van Tante Maggie en bij haalde dien beschaamd uit zijn zak, dat hij dien een oogenblik vergeten had. Hij.-had van tijd tot tijd aan Tante Maggie géschreven. Haar brie ven waren schaarscher geweest, omdat hij haar maar zelden een adres kon opgeven. Drie dicht beschreven velletjes kwamen uit het couvert. Ze waren van verschillenden datum. Tante Maggie schreef, dat zij gewacht had met ze te ver zenden tot ze zeker was van zijn adres. Het was een gemoedelijk praatje en elke nieuwe mededeeling be gon met een: „Ik denk. dat het je wel interesseeren zal te hooren." Voor hij den brief uit had, voelde hij toen ze do straat indraaiden. „Weet je Burdon-Huis?" De man wees bef hem: „De Burdons hebben er lang gewoond, nu zitten er andere menschen :'n." Percival leunde achterover hij was bang, dat ze hem zien zouden, en terwijl hij er langzaam voorbij reed, staarde hij het huis aan. Zijn hart bonsde. 2éu zich een vaag geheimzinnig gevoel van hem meestér gemaakt hebben, dat er eenig verband bestond tus^ schen hem en dat groote massieve bftok met de breede stoep, die naar de zware dubbele deur leidde met de mooie ijzeren leuning met de oudeijvetsche lantarens aan beide zijden van dén ingang, en dat rustig trot- sche voorkomen, dat groote huizen zoo dikwijls heb- zijn oogen vochtig worden* Er Bpraki goo veel liefde ben, omdat zij veel weten, veel gezien hebben uit die woorden. j bruiden 'hebben ziop komen en dooden gaan, ge* „Ik denk. dat het j'e wel interesseeren zal", en toen volgde het verhaal hoe Honora gisteren een gat ge brand had in de nieuwe braadpan. boorte, en dood. leed en vreugde. Zou hij gevoeld hebben, dat hij er eenige betrekking op had, toen hij het oude huis voorbijreed (zooals hij. E'n dan volgde weer met de zelfde aanhef: „Ver- later aan Tante Maggie vertelde) denkende zonder beeld je, er waren gisteren, veertien brieven in de j te denken, alsof het iemand anders was, die dacht, bus." toen hij die stoep zag, waar hij, dien hij Vader had „Kan je bet gelooven, een van de eenden heeft gis-1 moeten noemen zoo dikwijls vroolijk was opgegaan téren zestien eieren uitgebroed." 1 en die zij, die hij Moeder had moeten noemen, in I Hoe onbeduidender het feit, hoe meer het Percival wanhoop was afgedaald. trof. Hij was geroerd, dat Tante Maggie hem deelge- 'Hij voelde niets van dat alles. Hij staarde en staar- I noot maakte van het kleinste voorval in haar een- do alleen maar alsof hij door de deftige vensters zaam leven. En hij was dadelijk gereed om toe te heën wilde turen: alleen omdat het Dora was, die geven aan haar verzoek om eens over te komen „al daar woonde. Hij zag haar als 't ware tegen een an- was het maar voor een nacht." deren achtergrond. „Dit is de tweede Kerstmis, dat je weg zult zijn. De dagen vallen me zoo lang, zoo lang, zonder mijn Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1926 | | pagina 5