DAMRUBRIEK.
m
w
m
m
M
W:
m
M
B
B
m
m
M
m
9
m
m
m
m
j
I
M
p
n
IÉ
in
i§
ii
i
m
fÜ
§j
Él
set
PÜ
i§
p
P
iÉf
Él
Hf
De Wereld der Vrouw
i
P
iü
6
Hf
1
p
p
P
11
16
p
21
P:
s
Él
fH
26
«f
Él
a
ÉH
31
36
a
41
m
ui
3
m
46
11
Él
il
m
fH
ROMMELKRUID-
I
I
Even Lachen.
Nuttige Wenken.
Alles betreffende deze rubriek te zenden aan C,
AMELS We., WINKEL.
I
PROBLEEM No. 1.
Autour A. Renootj, Hoogwoud.
ZWART.
wm.
WIT.
Stand Zwart, 8 schijven, op: 1 6 8 12 13 22 35
37, dam op 14.
Stand Wit. 10 schijven, op: 16 24 29 30 31 34
39 42 43 44, dam op 45.
PROBLEEM Nc. 2.
Auteur A. C. v. Aart, Roosendaal.
DAT HAD IE VERGETEN.
Een man was ervan beschuldigd, zijn buurman te
hebben beleedigd.
Heb je hem leugenaar en bedrieger genoemd?
vroeg de rechter.
Ja. dat heb ik gedaan.
En heb Je hem dief genoemd?
Nee, dat heb ik nog vergeten.
NIET TE BETALEN
Zij (opgewonden): „O, ik zou alles t.er wereld ge
geven hebben voor dat prachtige hoedje!"
Hij: „Waarom heb je het dan niet gekocht?"
Zij: ,Gekocht?l Die man durfde er zes gulden
voor te vragen!"
ZE WAS ER NIET „IN".
Hij .Lieveling, weet je dat het al weer 24 uur is,
dat we verloofd ztjn?"
Zij: „24 uur? Ja, zoo is het, engel."
Hij: „Ja, 24 uur, sedert je me beloofde mijn eigen
kleine vrouwtje te worden."
Zij „O, schat, wat vliegt do tijd, ik heb een gevoel,
of hot pas gisteren was!"
HET KON ERGER.
Oude dame: „Die papegaai die ik gisteren van U
kocht, gebruikt verfoeilijke taal."
Handelaar: „Ik geef toe, dat hij een beetje vloekt,
maar U moet blij wezen dat ie niet drinkt of speelt!"
WIT.
Stand Zwart, 11 schijven, op: 1 7 tot 10 12 13 18
20 22 26.
Stand Wit, 10 schijven, op: 21 23 29 33 35 tot
38 40 44.
Voor. beginners den volgenden stand:
Stand Zwart, 8 schijven, op: 8 9 10 13 15 18
27 28.
Stand Wit, 9 schijven,op: 24 29 35 38 39 40
41 43 45.
Wit maakt de volgende winst.
Wit 39—33, Zwart 36X47, Wit 38—32, Zwart 27X49.
Wit 35-30. Zwart 49X35, Wit 30-25, Zwart 35X19,
Wit 29—«24 Zwart 47X20, Wit 25X5,
OPLOSSING PROBLEEM No. 1.
Wit 24—19, 45—50, 50X17, 31X42, 16X9 en wint.
OPLOSSING PROBLEEM No. 2.
Wit 44—39. 3319, 29—23. 35—30. 33X11 36X7 en
hoe Zwart ook slaat, hij verliest.
DAAR ZOU JE VAN OPLUCHTEN!
Wat is er met jou gebeurd, je ziet er zoo som
ber uit, zei een vriend van Jansen.
Ja, gromde Jansen, ik kwam vanavond langs de
Breestraat toen opeens, zonder dat ik ergens op
verdacht was, kreeg ik 'n reuze-stoot in me rug en
werd ik tegen den grond geslagen.
Toen ik weer opstond, zag ik oen jongen en eer
fiots op de giraal door elkaar ligggon. Ik groep-blin
delings dien jongen In zijn kraag en gaf hom zoo'n
woedend pak slaag dat hij- minstens in 4 weken niet
loopen kan. Toen nam ik zijn fiets en trapte het dim
finaal in elkaar. Dat ding kan beslist nooit meer
loopen!
Zoo nu, dat zal je wel opgelucht hebben?
In een gewoon geval zou dat wel het geval ge
weest zijn. Maar later bemerkt» ik dat het mijn
eigen jongen was en mijn eigen fiets!
WARE WOORDEN.
De hartstocht is geen kracht, maar krachtsver-
bruik.
I
Wie niet van het verleden leert, wordt daarvoor
gestraft door de toekomst.
De dwaas doet nooit wat hij zegt; de wijze zegt
nooit wat hij doet.
J
Sommige menschen zijn zoo vol gedachten, dat zij
nie meer kunnen denken.
Het mee9te succes in de wereld is behaald, dank
zij den spoor der pppositie.
Streef hoog opwaarts, maar de liefde geve de rich
ting aan van uw streven.
WETENSWAARDIGHEDEN.
Is het U bekend:
dat er tusschen de Japansche steden Namonde en
Nikko één laan loopt, van prachtige boomen?
dat deze. steden 80 K.M. ,van elkaar verwijderd lig
gen?
i
dat de boomen kaarsrecht zijn, 40 tot 50 meter boog
en een omtrek van 4 tot 5 meter hebben?
dat volgens dr. Lucius Nicholl, directeur van het
Pasteur-instituut te Colombo, het geloof dat slangen
bezweerders slangen door fluiten bewegen hun
schuilplaats in de bosschen te verlaten, öp een
misverstand berust?
dat de cobra-slang doof is voor alle geluid?
dat zijn gehoorapparaat bestaat uit een fijn been
tje, dat alleen trillingen van den grond opvangt?
dat de bezweerders dit weten en dopr kloppen op
de kist of mand den slang eerst gedeeltelijk verdoo-
ven en zoo handelbaar maken?
dat de uniformjas van een lid van de bereden lijf
wacht van den Fhgelschen koning 700 gulden kost?
PARIJSCHE MODE.
Het hierboven afgebeelde, smaakvolle wandel-toi
let, bestaat uit een manteltje van soepele, marine
blauwe stof, dat wordt gedragen over een beige en
blauw gestreept en geruiten plooirok. De stof van
den rok is eveneens gebruikt voor den kraag van
het manteltje. Garneering is geheel achterwege ge
laten.
Een patroon van dit ontwerp kan men bestellen
onder opgave van het nummer 341a, in de maten 42,
44, 46 en 48. Kosten 80 cents.
I
dat. de jas van een sergeant-majoor van de „Foot-
guards" f 600— kost?
ZEI ZE DèT?
Rechter (streng): „Je moest je schamen om als
groote sterke kerel zoo'n arm klein vrouwtje te
slaan!"
Beklaagde: „Maar, edelachtbare, ze tergde me al
door!"
Op welke manier?
Nou, ze< zei aldoor maar tegen me: Sla me maar!
Ransel me maar! Sla me maar één keer een blauw
oog, dan zal ik je voor den rechter dagen, voor dien
ouwen kalen suffert van een rechter met ze dooie-
vissies-vretersgezicht en dan zulle we us kijke, wat
die met jou doet!
j. Vrijgesproken.
TEGEN DEN HIK.
Hoeveel middeltjes men niet weet tegen den hik
is ongelooflijk, maar zelden wordt men er afdoende
mede geholpen. Een uitstekend middel is echter het
volgende. Man neemt een flink aantal slokjes water
die men achter elkaar doorslikt, zonder adem te ha
len en waarbij men tegelijk den neus dichtknijpt.
Een goed ding is verder om een niesbui uit te lok
ken. hetzij door aan den binnenwand van de neus
gaten te kietelen, of door het ophalen van sterke
snuif; lukt dit, met andere woorden, ontstaat de nies
bui, dan is de hik ook bijna altijd opeens verdwenen.
Als men dikwijls last van den hik heeft, verdient
het aanbeveling een klontje suiker in den mond te
nemen, dat te voren in azijn gedompeld is en dat
men moet zuigen net zoo lang. tot het geheel-ver
teerd is. Of men drinkt een theelepeltje azijn, waarin
wat suiker opgelost is. Vindt men hierbij dan niet
dadelijk baat, zoo helpt een herhaling zeker.
KLEINE RAADGEVINGEN.
Een natgeregenden hoed moet men niet aan den
kapstok hangen, maar steeds op een platte tafel leg
gen. Anders wordt het model misvormd.
Natte handschoenen moeten eerst uitgerekt wor
den. voor men ze wegsluit. Indien men dit nalaat
zullen alle kreuken spoedig in bersten veranderen.
Leesten zijn zeer aan te bevelen.
Een natte paraplui hoort niet in den standaard.
Zij moet eerst worden uitgezet, opdat zij behoorlijk
kan drogen.
Handschoenen moeten na het gebruik ook even
worden uitgerekt, anders gaat het oorspronkelijke
model geheel verloren.
Blauwe en marine-blauwe costuums kan men ge
rust borstelen, zelfs een beetje meer dan andere stof
fen, Straatstof mag mfen vooral op deze soort klee-
ren niet laten liggen, daar het goed er buitengewoon
dof en smoezelig door wordt.
Jassen moet men altijd op „knaapjes" hangen, in
dien zij niet gebruikt behoeven te worden. Het mo
del van de schouders en de val van de revers gaat
anders verloren.
i MOEDERS EN HAAR KINDEREN.
Vuurproeven thuis.
Een moeder zegt:
„Het voorbeeld van de onderwijzers, die op school
van tijd tot tijd oefeningen met de kinderen houden
voor gevallen van brand, volg ik na. Ik leer de kin
deren verschillende nuttige dingen, doch ik doe dit
met de grootste zorg, zoodat zij zich niet bang of
zenuwachtig behoeven te gevoelen. Ik vertel hun, dat
zij bij brand nimmer door rook of vuur moeten loo
pen, maar liever op plaatsen waar de lucht nog vrij
is, kalm op hulp moeten wachten, en dat, wanneer
de trappen in vlammen gebuid zijn, zij rustig een
plaats moeten zoeken bij de open vensters en naar
buiten moeten roepen om een ladder. Mijn zoontje
heb ik ook geleerd hoe hij b.v. zijn zusje redden kan
als zij tijdens mijn afwezigheid met vuur in
aanraking komt. Hij probeert nu dikwijls om haar
vlug in een vloerkleedje heen en weer te rollen; ik
ben er zeker van, dat, mocht er eens iets gebeuren,
de kinderen zeer vlug zullen begrijpen wat hen te
doen staat."
BRIAND-ANEKDOTEN.
Het gebeurde tijdens een der deükate Fransch-
Engelsche conferenties. Na een al te heftige uitbar
sting van Lloyd George poogde deze den slechten in
druk weer goed te maken en bij Briand weer in het
gevlei te komen.
,Aih, mijn waarde president, tot welk 'n nchoon
en edel ras behoort gij toch. Ik bedoel Bretagne (in
het N.W. van Frankrijk). Enwat een prachtig soort
soldaten heeft dat land in den oorlog opgeleverd".
Hm, ja!" knikt Briand.
Ja, weet u. ik spreek als kenner. Ik heb ze aan
het front eens-een aanval zien doen."
.,Ah, ha", zei Briand.
„Wat een zekerheid van overwinning! Welk
een geestdrift! Inderdaad hei was wonderbaarlijk."
„Neen", zei Briand, „heelemaal niet wonder
baarlijk, het was de diepe natuurlijke haal die hen
al eeuwen lang bezielt
„Nou, nou", bromde Lloyd George.
„Ze meenden mijn waarde premier, dat ze
met de Engelschen aan den stok hadden!"
„O je. je!"
„Ze waren er zoo vast van overtuigd dat we-
ze in dien waan maar stil hebben laten doorvech
ten!"
Lloyd George draaide zich geërgerd om, maar de
Galliër draaide' vergenoegd aan de punten van zijn
snor.
DE TIFN VFRBODFN VOOR DEN LUISTERAAR.
Het jongste nummer van de Radio-Times bevat op
de voorpagina een in het oog vallend, aantal ver
bodsbepalingen voor den Engelschen luisteraar,
waarvan een tien'al ook van toepassing kan zijn voor
ons land Ze luiden:
1. Laa- uw toestel niet genereeren.
2. Vergeet niet. dat u door genereeren het ge
noegen van alle luisteraars uit uw buur; bederft.
3. Vergeet niet, dat u met een genereerend toestel
nimmer de beste-ontvangresultaten krijgt.
4 Offer kwaliteit nimmer aan kwantiteit op.
5. Tracht niet uit twee lampen te halen, wat uw
buren ontvangen met drie.
6 Nebm geen wraak op een stoorder door uw
toestel te laten genereeren; het maakt de zaak slechts
erger.
7. Tracht niet'uw afstemming te verbeteren, als
uw ontvangresulfaten al goed zijn.
8. Tracht geen luidspreker-ontvangst uit één
enkele lamp te halen.
Zoek niét met een genereerend toestel naar
draaggolven van veraf gelegen stations.
10. Vergeet niet. dat het stellen van de terugkop-
oel'ng tot de laatste en niet iot de eerste dingen be
hoort bij het regelen van uw toestel. En bovenal
doe deze dingen dingen nu ook niet!
OP DE GRENS DER MIDDELEEUWEN.
Desiderius Erasmus. de meest gevierde geleerde
uit den tijd der .Hervorming, is wel eens de Voltaire
der 16e eeuw genoemd. Hij werd door zijn voogden
overgehaald om in een klooster te gaan. Maar hij
voelde zich lichamelijk en geestelijk ongeschikt voor
het klooster. Hij verliet het daarom ook weer on zijn
verdere leven heeft hij geheel gewijd aan de studie,
'erwijl hij door les geven in zijn onderhoud voorzag.
Erasmus was een verlicht man en met bijtenden
spot heeft hij zich gekeerd tegen het bijgeloof in die
dagen. Op verschillende plaatsen in zijn „Samen
spraken" komt dit tot uiting.
Vooral onder de zeelieden was de bijgeloovigheid
groot. Wanneer er gevaarlijke oogenblikken kwa
men, deden de schepelingen allerlei dwaze kerkge-
loften, riepen zij de bescherming in van verschillen
de heiligen.. Erasmus spotte met de plotseling ont
wakende vroomheid der menschen. zoodra er ge
vaar dreigde. Er was storm op zee en de opvarenden
van een in nood verkeerend schip waren radeloos.
In een zijner „Samenspraken" heeft Erasmus die ra
deloosheid aldus bespot:
,En was er niemand, die aan den Heiligen Chris-
toffel dacht? Jawel; en zelfs kon ik mijn lachen
niet «houden, toep één hunner, bang dat hij niet ver
staan zou worden, den Christoffel der kathedraal van
Parijs, een beeld als een berg, luidkeels een waskaars