Schager Courant Donderdag 24 Juni 1926. 69ste Jaargang. Nó. 7865. Tweede Blad. Brieven over Engeland. Polder Heerhugowaard. Gemengd Nieuws. Wie zich mei ingang van 1 Juli '26 opgceSl als lezer van de Schager Couranl, onlvangl de nog verschijnende nummers van Juni GRATIS. 19 Juni 1926. De gekste dingen gebeuren in de wereld. Niet alle dagen misschien, maar dan toch in elk geval, wan neer het ze geregen komt. 't Is haast onnoodig voorbeelden te geven. Ieder kent er in zijn eigen omgeving. Van die toevallig heden, die je aan een vierderangs romannetje doen denken. Die je in dat romannetje hinderen, omdat ze zoo onnatuurlijk zijn, en die toch in het leven zoo af en toe voorkomen. Daarbij de dingen, en dat zijn er nog al wat, die w ij misschien niet kunnen verklaren, en dus won derlijk vinden, en die voor een ander mensch dood natuurlijk zijn. Waarom bijvoorbeeld, ik ben bezig te verhuizen kan ik met den sleutel van het huis, dat ik op het oogenblik nog bewoon, niet de voor deur openmaken van mijn nieuwe huis, en wel om gekeerd met den sleutel daarvan de deur van het eerste. Dat lijkt me een onbillijke bevoorrechting van de eene deur boven de andere. Ondertusschen zal ik steecfs, na mijn verhuizing, gelegenheid hebben on gevraagd een visite af te leggen bij de mij thans nog onbekende nieuwe bewoners van mijn tegenwoordig huis. Dan wat menschen betreft. Dat is een jongen, die het ver zal brengen in de wereld, zeg je van een bolleboos op school, en hij brengt zijn leven door I als klerk op een kantoor of wordt agent voor een levensverzekering. „Wat er van dien jongen terecht moet komen?!" zuchten zijn onderwijzers, „nou kent I hij nog de tafels van vermenigvuldiging niet". Blijkt het dan, dat hun sombere verwachtingen ongegrond I waren, dan komt er een spreekwoord aan te pas: i Hans komt door zijn domheid voort. En vermeerde- I ren de rijkdommen van Hans zich meer en meer, sta pelt. de een zich op den ander, dan komt er, minder netjes, een beschuldiging aan het adres van het geluk 1 in 'verband met een groote hoop. Toch is het, vermoed ik. niet altijd geluk, dat Hans voorthelpt. Ook vermoed ik, dat de onderwijzers wel 1 gelijk hadden, toen ze beweerden, dat Ilans zijn ta- I fels niet kende, maar vergisten ze zich, toen ze dach- j ten, dat hij dus op geen enkel gebied iets presteerde. Ik heb zoo juist iets gelezen over een zekeren Ame- 'rikaan, Lord Timothy Dcxter, die me wel even aan Hans deed denken. Ik weet wel niet, of hij de tafels vroeg of laat of heelemaal niet kende, maar met zijn -1 spelling stond hij in elk geval ook op later leeftijd i op heel gespannen voet. Hoewel hij datzclf wel nooit ingezien zal hebben. Als je het Engelsch van Lord Timothy Dexter leest, krijg je meer het idee, dat h ij de spelling, dan dat de spelling hem de baas is. Hij behandelt de letters als Nicolaas op strooiavond de pepernoten. I-Iii gooit ze naar links en rechts, en maakt zich ondertusschen ook nog verstaanbaar. Want'men moet weten, dat onder de daden van Lord Timothy ook behoort het schrijven van een boek: zijn levensgeschiedenis. Het gekste van die ge schiedenis is, dunkt mij, dat ze echt gebeurd is. Was het nu nog maar een gewoon romannetje, dan kon den we er tenminste onze schouders voor ophalen. Maar wat geeft het, of je je schouders ophaalt voor iets, dat waar gebeurd is. Den 22 Januari (Lord Timothy spelt Januari een beetje anders, maar het komt op'hetzelfde, neer) van het jaar 1747 werd hij geboren. Hij stierf den 23 Oc- tober 1806, na een van de vreemdste levens waar schijnlijk. die een mensch ooit geleefd heeft. Zijn eersten aanval op de wereld begon Timothy Dexter i'hij werd pas Lord, toen hij zich den titel later beel eigenmachtig toeeigende) als een leerbe- reider, en was aan het eind van zijn leertijd voor dat vak ook in het gelukkig bezit van acht dollars en twintig centen Twintig en een halve gulden is-niet direct, wat men onder rijkdom verstaat, maar het kwam voor Timothy Dexter op hetzelfde neer, want hij had de besliste overtuiging, dat hij eenmaal schat ten zo uverwerven. De middelen, die hij te baat nam, om die schatten te verwerven, zouden eiken handelaar, die zich op gezond verstand kan beroemen, de haren te berge doen rijzen. Maar Timothy Dexter ging kalm zijn weg, dien hij klaar en duidelijk voor zich zag als regelrecht leidend naar zijn doel. Hij begon met een weduwe met vier kinderen te trouwen, wat we zeker mogen beschouwen als een bewijs, 'dat hij de rijkdommen al in de verte aan zag komen. Toen begon hij in valuta's te doen. Geld van weinig of geen waarde kocht hij op in groote hoe veelheden, en niet zoodra had hij het, of het werd echt geld, duur geld.En Timothy was, volstrekt niet tot zijn verbazing, op slag rijk. Het eerste, wat hem nu te doen stond, was zijn medeburgers te ergeren. I-lij1 woonde in Newburyport, Massachusetts, een plaatsje waar iedereen iedereen kent. In 1910 vind ik, dat Newburyport een bevolking had van ruim 14000 menschen, dus toen Timothy in de valuta ging, zal het er wel niet meer dan een dui zend of vijf, zes gehad hebben. De dertigen onder die duizend of vijf, zes, zouden hot Timothy misschien niet zoo erg kwalijk genomen bobben, dat hij rijk geworden was, als hij maar een voudig was blijven wonen en netjes zijn pot was blij ven .afnemen. Maar in plaats daarvan kocht hij een groot huis en ging dat echt „rijk" inrichten. Wiji zou den misschien denken, dat niemand graag een par venu wordt genoemd. Glad mis. Voor Timothy Dexter was het zijn lust en zijn leven. Heel Newburyport sloeg ,de oogen en hief de handen in afschuw en ver ontwaardiging ten hemel over 't gedrag, ht. wange drag van deze "parvenu .eerste klas. Newburyport sprak over hem, schreef óver hem, wees hem na, wil de niets met hem te doen hebben, keerde hem don rug toe, en Timothy genoot. Dat was de moeite waard om voor te leven! Het was een van zijn eigenschappen. Tot aan zijn dood kon het Lord Timothy absoluut niet schelen w a t. de menschen van hem zeiden, als ze maar erg luid iets van hem zeiden, en als ze allemaal maar wat zeiden, en maar doorloopend iets zeiden. Als ze stil werden, zon Timothy op middelen om ze weer aan don gang te krijgen. Gelukkig was hij daarin nogal vindingrijk. Zooals ik gezegd heb, nam hij den titel van Lord aan. Hij vulde zijn tuin met reusachtige standbeelden. Hij nam een dichter in dienst, die lofzangen op hem moest vervaardigon. Hij gaf een voorstelling van zijn eigen begrafenis. Hij schreef een boek. Een boek in Timothy Dexter's spelling. En zonder één enkel leesteeken. Toen zijn lezers hier tegen protesteerden, liet hij in een volgenden druk heele bladzijden vol punten, komma's, vraagteekens, enz. drukken, met de opmerking er bij, dat degenen, die geklaagd hadden over te weinig van die dingen, er hier „Gen Oegh" zouden vinden. (In het Engelsch staat er: A Nuf.) Ik heb maar van een van de dingen verteld, woar Lord Timothy zijn schatten 'mee verdiende. Er wa ren er nog heel wat meer, en het een nog gekker dan het ander. Zoo stuurde hij een scheepslading katten naar West-Indië, die daar met vreugde ont vangen werden en tegen hoogen prijs verhandebl. Naar hetzelfde warme deel van onze wereld stuur de hij daarna een lading: bedwarmers, die direct van de hand gingen als braadpannen. Ten slotte werd een lading mitaines naar West-Indiö verscheept. Ik weet niet, of men er daar wel raad mee geweten zou hebben, als ze er ooit aangekomen waren, maar voor het zoover kwam, nam een schip, dat naar de Oostzee ging ze over met een geweldige winst voor Lord Timothy. Om de kroon op zijn buitensporighe den te zetten, zond deze geluksvogel, wien nu een maal niets in de wereld wou tegenloopen, een schip met steenkolen naar Newcastle. Hij had evengoed een lading kaas naar Edam kunnen sturen? Weineen, Toen Lord Dexter's schip aankwam, was er staking in Newcastle, de mijnen waren gesloten, en Timothy's kolen werden met goud betaald. Het lijkt toch wel tamelijk veel op de geschiedenis van Hans, vrees ik. Vergadering van Dijkgraaf, Heemraden en Hoofd ingelanden in het Polderhuis, op Dinsdag 22 Juni 1926, des. middags 3 uur. Afwezig is de lieer Gootjes, hoofdingeland. Voorzitter de heer W. van Slooten, dijkgraaf; het secretariaat wordt waargenomen door den heer Kioft, heemraad. Voorzitter zegt, dat het bekend is, dat m Mei onze secretaris, de heer P. Schilder, is overleden. Waar wij nog slechts enkele dagen voor zijn over lijden met hem (hadden vergaderd en toen zijn gezondheid nog in orde was, heeft .ons dat plot seling overlijden zeer getroffen. Spr. herinnert aan den vriendschappelij ken omgang met den overlede ne en verwacht namens allen te spreken dit hier nog eens te gedenken en ons oprecht leedwezen tot de weduwe uit te spreken. De vaartgelegenheden zijn thans zoo goed als allen gereed en voor zoover in gebruik, voldoen ze vrij goed. Zoo nu en dan worden nog enkeLe voorzieningen gevraagd en zoo mogelijk, wordt aan die aanvragen voldaan. Spr. wijst er dan op, dat onder aan de agenda wordt gevraagd of de hoofdingelanden, de zaken, die zij ter sprake willen brengen, voor de vergade ring schriftelijk willen indienen. De oorzaak hiervan is, dat in de vorige verga dering een onverwacht besluit is genomen, nl. de tolheffing en dat heeft het Bestuur moeilijkheden gegeven, omdat er niet eenig plan was aangegeven, liet Bestuur heeft daarover geredeneerd en acht 't niet goed, dat zulke zaken onvoorbereid worden behandeld. Vandaar het verz- ek op de agenda, opdat het Bestuur tijdig op de hoogte is en de ver gadering met de strekking ervan bekend kan zijn. De heer Wonder zegt, dat hij 't voorstel, tot tolheffing vorig maal neeft gedaan, maar direct gevraagd had of het direct of bij de begrooting zou worden behandeld. Spr. dacht zelf, dat het bij de begroeting thuis behoorde. Voorzitter zegt, dat Je heer Wonder er straks op kan antwoorden. Spr. herhaalt, dat dus de reden is, dat het Dag. Bestuur heb gewensoht oor deelt, dat ingrijpende zaken tevoren bij heb Dag. Bestuur worden aanhangig gemaakt. Met den wensch, dat de besprekingen en de te nemen besluiten in het belang van den polder zullen zijn, verklaart spr. de vergadering voor geopend. Spr. deelt nog mede, dat het Bestuur den heer Kieft, heemraad, verzocht heeft, heb secretariaat waar te nemen. De notulen worden gelezen; ze worden onveran derd vastgesteld. Voorzitter deelt mede. dat het schut in de spoorsloot f40 heeft gekost en dab dit bedrag den betrokken ingelanden in rekening zal worden ge bracht. In verband met het enderschrift van de agenda is een schrijven ingekomen van de heeren Groen en Scliilder over in bespreking te brengen onderweri pen en van den heer Wonder over het wegen- vraagstuk. De kwestie der tolgeldheffing. De animo is niet groot. Voorzitter zegt, naar aanleiding van heb schrij ven van den heer Wonder, dat het Dag. Bestuur den schrijven heeft geri -ht tob Ged. Staten over de tolgeld heffing. In dien brief wordt melegedeeM, dat de algemeene vergadering heeft be-loten con cessie te vragen tot het. horfen van tolgeld op een 3-tal plaatsen en wel in verband met de .offers die het wegen-onderhoud van den polder vragen. De kosten van dat onderhoud toch zijn wel met 80 pot. toegenomen, ze worden dan ook ondrage lijk genoemd en dat terwijl de producten van den tuinbouw over heb water worden vervoord. Voordat nu de definitieve concessie-aanvrage tot H.M. de Koningin wordt gericht, zou het Bestuur van den polder graag willen, dat Ged. Staten met het plan instemden. Ged. Staten antwoordden, dat uit algemeen ver- keersoogpunt ernstige bezwaren bestaan twen het heffen van tolgeld en zij verklaren zich aan ook niet bereid tot medewerking en kunnen niet be vorderlijk zijn aan .een ooncessie^aanv rage aan H. M. de Koningin. Voorzitter zegt, dat het Dag. Bestuur nu eerst de zaak nog maar eens wil bespreken of hoofd ingelanden verder wiben gaan, or een tarief moet worden ontworpen en waar de tolboomen moeten worden geplaatst. De heer Wonder zegt, dat het in hoofdzaak de bedoeling was de reed er in te krijgen. Ged. Star ten willen geen medewerking verleonen en spr. vraagt zich a£t of 't nu niet niet goed zou wezen, dat een commissie de zaak eens mot den Oomnusi- saris en Ged. Staten ging- bespreken. We .zijn allen overtuigd, dat het eerlijk zoo niet blijven kan met het wegenonderhoud en wijst op de tolgeld- kwestie in de Haarlemmermeer, die nog steeds aan hangig is. Hoe meer we in deze richting aandrin- C, hoe eerder krijgen we misschien een oplossing is ervan overtuigd, dat liet meerdere onder houd, veroorzaakt wordt door het snelverkeer. Voorzitter zegt, dab de redenen in het schrijven aan Ged. Staten zijn opgesomd. Spr. wijst op de provinciale wcgengeschiedems, als aio primaire wo gankwestie aan den gang is, worden we voor ©en groot gedeelte ontheven van heb wogenonderhoufd- Spr. heeft met een lid van Ged. Staten over de zaak gesproken en deze antwoordde ,.het is wat moois, om op 7t oogenblik tolgeldheffing in te voeren". Het onderhoud knijpt in de portemonnaie, ten bate van 't algemeen en heb is daarom billijk, dat het algemeen het ook betaalt. Dat voelen ze in Haarlem ook wel en met het wegenplan zijn ze druk bezig, ze hebben er meer ambtenaren voor e aangesteld. Maar de uitvoering zal' nog wel geruimen tijd op zich laten wachten. De vraag is voor ons nu, moeten we verder gaan ten aanzien van de tolgeldheffing' of wachten. De heer Gootjes komt ter vergadering. De heer Poland vraagt hoe hét Dag. Bestuur er over denkt. Voorzitter zegt, dat het Dag. Bestuur 'de zaak •kW onrwogen na kst W.S&L Staten- ik heb gen-aa«rd hoe de toljreldhefiiar moet -worden uitgevoerd, maar de heemraden toten zeker ook in dezen met de handen m t haar, ik zeit' voel niet veel voor de tolgeldhefting. Wij den ken, dat het weinig zal geven om oonpessie-aan- vrage te doen. maar als de IvpotdingeUnden anders willen .dan zullen we aan H.M. de Koningin con cessie vragen. Door ons is genoemd een 3-tal plaatsen^ p?la0d; Dan moeten er ook 3 tol- g*VooSifterfJHet heffen kan gepacht worden of voor rekening van den polder gebeuren. Do uitvoe ring is niet zoo gemakkelijk, we moeten ze op de Droductiefste plaatsen hebben. Do heer Wonder: Hoe denkt het Bestuur over het bespreken met Ged. Staten? Voorzitter zegt, dat het misschien era stap™ de goede richting is. We weten echter al, dat Ged. Staten cr zioh niet mee kunnen vereenigen, het lid van Ged. Staten dat spr. sprak, zei: „het is wat moois, je begrijpt, dat we dat nooit zullen doen. De heer Oudeman: Waarom ajn Ged. Staten er zoo tegen? Voorzitter: Het is een tegenwerking van t ver keer, het is uit den ouden tyd, uit den booze en Ged. Staten willen liever tot het.opruimen van ibostaande tollen overgaan. Voor Zaandijk ia het Ivoor éïn jaar toega«taun, maar hot zal de vraag wezen of <le vergunning daar verlengd zal worden. De heer Wonder meent, dat als men dan zoo vreest voor tegenwerking van .het verkeer, het nuk dan wel 2 bruggen voor Alkmaar mocht laten toggen, want de boeren •moeten dikwijls langen tpd voor de Drie ehe brug waohten. De heer Van Stralen denkt, dat als het onzen polder wordt toegestaan, er te veel opvolgers zuliera komen en dat kan niet bevorderlijk zyn aan hot De heer Wonder beaamt dat, maar het verhoogt Ide kans, dat we dan ©en spoediger oplossing Kru'- iren van het wegen vraagstukMisschien t wel op kleinen voet, want dit graotsohe plan zal verbazend i veel kosten, honderde millioenen. Voorzitter wijst er op, dat, om het wegenooidOT- Ihooid zoo te regelen, heel wat studio hoert gevraagd, daarna is het primaire wegenplan aanhangig ge maakt en daarna is-het nog niet op papier en i uitgevoerd- Spr. herinnert aan het wegenplan van het Rijk, dat f300 millioen zal kosten en waarvoor ©en auto f48 moet betalen. Dat lijkt met voel, maar als de weg dan goed is, is dat wel .met het geval. Het bezwaar echter is, .dat de wagen al kapot is, eer de goede weg er is, en! dab is de 87 De heer Wonder hoort toch klagen dat er voor auto's heel' wat belasting wordt geneven. Waar be landt dat geld dan, als ze de polders van dat' geld eens subsidie gaven, zouden de waterschappen anders tegenover de zaak staan. Voorzitter zegt dat het geld naar behoefte wordt verdeeld, van de opbrengst der rywiel'bela^ting gaat ook een deel in Ji©t wegenfonds. Dat alles duurt echter lang en wij hebben haast pn 'b is nu de vraag, moeten we doorgaan of afwachten. Het Dag. Bestuur dacht, dat het niet nooclig was door te gaan. we krijgen toch geen medewerking van Ged. Staten. *7* De heer Wonder stelt voor, een oommissie te ben omen. om de zaak met Ged- Staten te bespre ken. dan "kan in een volgende poldervergadering de zaak verder door ons worden besproken. Mef 10 tegen 9 stemmen wordt 'het voorsbek- Wander aangenomen, tegen stemden de heeren Schilder, Gootjes, Appelman, Blom, Kieffc, Ivroijer, Van Stralen, K. van Langen en de dijkgraaf. Voorzitter stelt nu de vraag, wie de commissie- j leden zullen zijn. Het Dag. Bestuur gevoelt mét veel' voor de zaak en dan is het geen. mooi werk, om. de zaak te verdedigen. Het beste is dus maar, een oommissie uit de hoofdingelanden te benoemen. De heer De Roer acht dat niet goed, het is beter dat de Voorzitter en enkele hoofdingelanden er heengaan. De heer Van Stralen oordeelt van 2 hoofdinge landen en de voorzitter of 1 heemraad. De heer Poland wijst er op, dat we er .alge meen wet van overtuigd te zijn, dat tollen onge- wen cht zijn, maar als je hoort, dat het wegen- onderhoud met 80 pet is verhoogd, dat is ver schrikkelijk Daarom k°n het met Ged. Staten wor den besproken, en. aangedrongen worden op het krijgen van subsidie. u,.k ui meerdere stemmen die opgaan, blijkt, dat het hier niet zoozeer gaat om de tolgeldheffing dan wel om het ontlasten van de onderhoudskosten der wegen. Nadat de Voorzitter op een desbetreffende vraag beoP ge? ntword, wel met een tweetal hoofdinge landen te willen meegaan naar Ged. Staten, wor den de heeren Wonder en Poland als leden dier commissie benoemd. Beiden nemen de benoeming aan. Aanbieding geldleening. Voorzitter dee't verder mede, dat een aanbieding van een geldleening is ingekomen en wel voor f25.000 tegen 43/i pet. a pari, eerste 5 jaar niet af te lossen, of tegen 41/* pet. rente tegen een koers van 98 pet. Goedgevonden w» rdt de leming aan te gaan tegen de eerstgenoemde voorwaarden. Vrees voor afschaffing van de rondvraag. Gezegeld of ongeze geld? Van enkele hoofdingelanden is nog een schnj- ven ingekomen, waarin de vraag gesteld wordt, of het debedoeling is de rondvraag af te schaffen, nu de vragen schriftelijk moeten worden ingeleverd en om in bespreking te brengen het al af met geze geld moeten zijn van sollicitaties naar de betrek king van secretaris. Voorzitter zegt, dat wat de eerste vraag be treft heb schrijven mosterd na den maaltijd is, want straks heeft spr. reeds medegedeeld, de re den waarom het Dag. Bestuur de vragen scknfteuajk ingeleverd wil hebben. Wat betreft het al of met gezegeld moeten ziijn van de sollicitatiestukken', we hebben ons lar ten1 beïnvloeden door het geval1 te Zijp©, waar het niet-gezegeld zijn der sollicitatiestukken ongeoor loofd was. Naderhand bleek, dat we hierin abuis waren en toen heeft het Dag. Bestuur, oen expresse vergadering gehouden, zijn allé sollicitaties weer aan» de beoordeeling onderworpen, en is opnieuw over het opmaken der voordraoht gesproken. Na eindefooze stemming kwam de voordracht weer naar voren, zooals ze de eerste maal 1'uidde. Was ze anders geweest, dan zou dat aan de hoofdnige- ^«Thoor1 dat de solïïoatdee dus ttieb op zegel behoefden en wijst erop, dat buitenstaan ders de zaak niet goed beoordeelén. Voorzitter erkent, dat het Dag. Bestuur de zaak een beetje ondoordacht heeft behandeld, van de zegelwet is over 't hoofd gezien,, dat voor een salaris beneden f1000, een zegel' niet noodig was. Het speet ons en we hebben getracht 't< weer in orde te maken. rr r.l De heer Wonder: Artikel 43 van de Zegelwet. Voor de hoofdingelanden die de vraag gesteld had den, valt nu niets meer te zeggen. De heer Poland zegt dat zooiets wrijving veroor zaakt en het is wel gewensoht, dat voortaan eens luidend in de oproeping, vermeld wordt oi de sollicitaties gezegeld of niet moeten zijn. Voorzitter: Dat hebben we ons ook voorgemomwv Nadat Voorzitter had medegedeeld, dat 46 sol licitaties waren ingekomen en de voordraoht luid de: 1. H. Hoogland, 2. G. J". Speolcen, X O. dea Hartigh, merkt de heer Wonder nog op, dab hjj de voorkeur geeft aan een alfabetische voordraoht. Tot stemming overgaande, wordt de heer Hoog land met 15 stemmen benoemd. 3 stemmen werden uitgebracht op den heer Specken, 1 stem op den heer den Hartigh. Voorzitter verwacht, gezien het werk van den benoemde, in een andere functie, dat een goede keuze is gedaan. De indiensttreding wordt bepaald op 15 Juli, opdat de heer Hoogland zijn andere functie zal kunnen vaarwel zeggen. De heer Wonder oordeelt, dat dit den benoemde toch heel wat in belooning scheelt, maar de heer Van Stralen antwoordt, dat dit bedanken toch de bedoeling van het Bestuur was. Toch rondvraag. Voorzitter zegt, dat het niet de bedoeling van het Dag. Bestuur was, de rondvraag geheel af te schaffen. Allefen zaken van belang dienen op papier gesteld te worden, ze worden dan beter overdacht dan dat men ze zóó ter sprake brengt. De heer Wonder zegt, dat hoofdingelanden er niet op gesteld zijn, dat de rondvraag wordt Afge schaft. Na de toelichting kan spr. zich met de be doeling van liet Dag. Bestuur vereenigen. Voorzitter wijst er op, dat klachten ook bij het Bestuur aanhangig gemaakt kunnen worden. De heer Groen vestigt nog eens -de aandacht op de wetnscheljjkheid een gedeelte schoeoing aan den noordkant van de Roskam brug te herstallen en ook bij de opslagplaats daar. VoorzL.ter is het opgevallen dat dit herstek- werk vergeten was en heeft reeds opdracht gege ven De heer Groen zegt voorts, dat de waterstand nog geen last veroorzaakt, maar het water ia hoog genoeg. De heer K. van Langen erkent, dat er. geen water bij.kan, maar we zittten in den zomer, Zoo- dat we niet durven malen. De heer Schilder spreekt over de verbetering van het vaarwater en spreekt er zijn genoegen over uit, dat de grasboeren den bouwers in dezen terwille zijn geweest, den bouwers waarvoor hij. veel respect heeft en op wier hoeven wel kan prijken ^zeldenruat". Voorzitter zegt, dat voorheen nogal1 gesputterd iS tegen de verbeteringvan het vaarwater, maar nu wordt toch wel ingezien, dat het voor velen een groote verbetering is geworden. De heer Schilder dankt dan ook 'de heeren, die het voorstel tot de vaartverbetering hebben gedaan fen tevens de leden die daarbij hun steun verleen den. Hij hoopt, dat het velé, rijke vruchten zal' af werpen voor den polder. De heer Polana informeert naar de kwestie over de ^ohutgelden met den Noordscharwouder polder. Voorzitter deelt mede, dat de kwestie was ont staan over de kosten van bemaling, een kwestie die hangende was gebléven en zoolang geen sohut- gelden door den. Noordscharwouder polder waren betaald. Thans is tot een vergelijk gekomen en wordt vriendsohap-oelük samengewerkt. Spr. hoopt dat dit zoo zal blijven!. De heer Pol and heeft aanstonds in comité nog iets te bespreken. De heer O. van Langen zegt, dat een der brug gen door hem vorig maal genoemd, nog niet in orde ïs; Voorzitter zegt, dat aangeschreven is, te zorgen, dat deze brug in den Hasselaarsweg op hoogte kwam, anders zou de brug verwijderd worden. De heer Wijnker wijst op den sléchten toestand van den dijk vanaf de Hensbroekerbrug naar Rus tenburg.. Voorzitter zal' opdracht tot verbetering geven. Hierna sluiting. DE MAN MET DE ALLIGATORS. Mr. Henry Coppinger Jr. uit Miami (Florida) is wijd en zijd bekend als de ,man met de alligators", Beroemd en welgesteld heeft hem uitsluitend zijn liefhebberij gemaakt, met alligators te vechten. Hij is als zoon van een pionier, die een kleinen winkel had bij de Seminole-Indianen, in de wildernis opge groeid. In zijn prilste jeugd had hij kleine Indianen tot speelmakkers en het wilde leven van de streek werd voor hem een open boek, Reeds vroeg was het voor hem ook een pleizier, kleine alligators te van gen en toen hij grooter werd, leerde hij, hoe ook de groote dieren met de onbeschermde hand te pakken en hun de huid af te s roopen Geleidelijk kreeg hij daarin een buitengewone vaardigheid en perfection- net-rde zich in een soort Jiu-Jitsu, waarbij een han dige greep om den muil van zulk een monster hem in staat stelde, het geheel weerloos te maken. Henry Copp'nger is thans eigenaar van een groo te alligatorfarm, waar hij één- of tweemaal geduren de „het seizoen" den toeschouwers verbazingwekken de gevechten met alligators laat zien. Deze ongetwij feld levensgevaarlijke gevechten zijn een uiterst op windend schouwspel. De grootste alliga or, dien een groep Seminole-Indianen maar kon vinden, wordt gebracht. Het dier gaat onverwijld te water en ver dwijnt. Coppinger stapt in een kano, stuurt deze met een roeispaan tot in de buurt van den alligator, werpt dan den roeispaan terzijde, talmt een moment en springt te water. En nu begint een homerische strijd tusschen mensch en diermonster. een strijd die des te opwindender is, omdat de menschelijke kampioen in een vreemd element heeft te kampen., terwijl de amphibie zich „thuis" voelt. De istrijd eindigt aldus, dat Coppinger het beest in de kano werkt, daarmee wat ook geen kleinigheid is den oever bereikt, waar hij het met de naakte hand overwonnen dier aan land brengt. De „man met de alligators" is in het dagelijksche leven een man van voorkomen en beschaving, Wan neer men door zijn tropischen tuin wandelt en -hem over zijn geliefde planten hoort spreken, krijgt men den indruk dat hij' veel meer heeft van een dichter dan van een kampioen-worstelaar.... DE AUTO-GYRO IN ENGELAND. Londen, 22 Juni. De eerste autogyro ofi windmo lenvliegtuig, welke in Engeland' zal worden igebouwd, werd heden te Hamble bij1 Southampton door cpt, Frank Courtney beproefd. De bestuürder maakte een start van minder dan 200 yardfe en cirkelde eenigen tijd boven het vliegveld. Er was een stuk papier op het veld gelegd. Boven deze plek zette Courtney op 100 voet hoogte zijn motor stil en daalde langzaam, maar bijna verticaal op' de aangeduide plek. Courtney verklaarde, dat de auto-gyro een merk- waardigen invloed op het vliegwezen zal hebben. „Ik zie niet in", aldu9 Courtney, waarom er geen lichte vliegtuigen kunn enworden geproduceerd met het principe der auto-gyro. In dit toestel kan ieder vlie gen, die op het oogenblik op een motor of rijwiel rijdt. Vliegervaring is niet noodzakelijk. Het gevaar om«te vliegen'ligt niet in de lucht maar het komt, wanneer men moet landen." DIAMANT-DIEFSTALLEN. In de laatste weken zijn te Londen niet minder dan vier belangrijke diamantdiefstallen ontdekt, de jong ste diefstal van dien aard eergisteren. Dinsdag wer den uit Madrid 15 diamanten ter waarde van meer dan 5000 pond uit Madrid naar een diamantkoopman in Hatton Garden te Londen verzonden. Ze waren zorgvuldig verpakt in een blikken doos, die in een kartonnen doos was geplaatst en het pakje was op negen verschillende plaatsen verzegeld. Toen het pakje op zijn bestemming aankwam, bleken de oorspronkelijke zegels door andere vervan gen te zijn; het blikken doosje was aan één kant

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1926 | | pagina 5