DAMRUBRIEK.
m m
M
Ware Woorden.
De Wereld der Vrouw
ft ft
ft
ft
ft
iH
im
Hl
Even Lachen.
Nuttige Wenken.
ROMMELKRUID.
Zonder het gevoel van „roeping" is h'et leven een
tredmóien.
1
Wie bang Is voor critiek, moet maar nooit iets on
dernemen.
De meeste veroordeelingen gaan uit van menschen,
die in, het geheel niet oordeelen.
Het hoofd van een zaak moet door de klanten wor
den gezien, al toedient hij hen ook niet.
Ouderdom behoeft niet gevreesd. Hoe ouder een
goed en gezond persoon wordt, des te beter is hij in
fetaat de diepere, zoetere en edeler soorten van geluk
welke de wereld aanbiedt, t« genieten.
i
Verzoeke alles betreffende deze rubriek te zenden
aan C. AMELS Wz., te WINKEL.
PROBLEEM Nc. L
Auteur A. Renooij, Hoogwoud.
ZWART.
ÜP WM 03
WH& 'flik
TEVRT33FN BUREN,
Blll: Het spijt me, oude Jongen, dat mijn kip los
brak, en Jouw tuin overhoop haalde."
Boll: „O, da's in orde, zeg, mijn hond heeft Jouw
kip opgegetenl
Blll: Prachtigl En ik heb net Joyw hond overre
den!"
DOKTERSADVIES.
Dokter, kunt U mij niet van snorken genezen?
Ik snork zoo hard. dat ik er zelf wakker van word!
In dat geval zou ik U adviseeren in een andere
kamer te gaan slapen.
DAT HEET AANSCHOUWELIJK ONDERWIJS.
De onderwijzer sprak: „En nu jongens zullen we
het over tweevoeters en viervoeters hebben. Dat zijn
twee soorten dieren, beesten met 4 pooten én bees
ten met 2. Viervoeters zijn bijvoorbeeld paarden,
koeien, honden. Tweevoeters zijn'dieren als 'ns
kijken ja daar, (wijzend op een plaat aan dén
muur), ganzen, eenden, enz. Wij zijn allemaal twee
voeters. Nu. wat ben ik nu?
Ademlooze stilte en'dan kwam een aarzelend ant
woord: „Een eend, meneer!','
MISVERSTAND.
/rouw: ..Lieveling!"
j Haar echtgenoot: „Wat is er, schat!"
I Vrouw: „Doe niet zoo idioot, Herman, ik riep de
poes!"
NIET UIT HET VELD GESLAGEN.
Vader: ..Nee, meneer, mijn dochter kah nooit de
Uwe worden!"
j Jongeling (die aanzoek deed): „Dat begrijp ik vol
komen, meneer. Uw dochter kan nooit mijn dochter
worden. Maar ik wilde ook alleen maar vragen, of
ze mijn vrouw mag worden."
LIJN
Een oude dame bezocht Amsterdam. BIJ een politie
agent informeerde ze, hoe ze het beste naar haar
plaats van bestemming kon komen. „Dan moet U lijn
22 nemen", zei de agent.
Drie uur later kwam de agent op dezelfde plek te
rug. Tot zijn stomme verbazing stond d/e oude dame
er nog steeds welgemoed.
Wat heeft U Uw tram nou nog niet, riep hij uit.
't Komt in orde, agentje. zei ze blij, kijk, die
tram die daar aan komt, dat is precies de twintigste
die me gepasseerd is. Nog twee-dus, dan komt de
mijne.
1 dat blinde paarden, wanneer zij grazen, zich nooit
in de keuze van hun voedsel vergissen? Hun reukor
ganen zijn daarbij onfeilbare gidsen.
dat men dezer dagen bij een patiënt in een Koulech
hospitaal door middel van X-stralen een schaar ont
dekte, die in zijn maagwand vastzat?
- I
WETENSWAARDIGHEDEN.
Is het U bekend:
dat er in de rivier 'de Nijl het grootste aantal visch-
soorten voorkomen?
dat een#onlangs uitgezonden wetenschappelijke ex
peditie 9000 vischsoorten ontdekte?
dat de eerste film. die in Engeland .gemaakt werd,
precies 120 meter lang was en in 1 minuut afgedraaid
werd?
dat deze film ..De vrijage van den soldaat" (The
Soldier's courtship") op het dak van het Alhambra
theater te Londen werd opgenomen?
I
dat een musch bij het vliegen, dertien slagen met
zijn vleugels in de seconde maakt?
dat konijnen zoowel voor als achter zich kunnen
zien?
WIT.
Stand Zwart, 11 schijven, op: 6 8 9 £0 18 20# 23
25 29 35 36.
Stand Wit, 11 schijven, op: 21 27 32 34 39 40
43 47 tot 50.
PROBLEEM Nc. 2.
Auteür A. de Graag.
7.\y.\RT.
6
'W
11
16
21
1 ft
26
3i
36
|ft
lït
4!
46
m m m, m.
m
w&i wm I
WIT.
Stanr Zwart, 14 schijven, op 1 2^6 tot 10 12
18 19 20 24 26.
Stand Wit, 15 schijven, op: 16 17 21 27 28
32 33 34 36 -38 45 48 49 60.
Voor beginners den volgenden stand:
Stand Zwart, 3 schijven, op 9 17 22, dam op 26.
Stand Wit; 4 schijven, op 23 24 39 48, dam op 43.
Wit maakt in bovenstaanden stand de volgende
winst:
Wit 48—42, Zwart 26X48, Wit 23-18, Zwart 22X13,
Wit 43-21, Zwart 48X19, Wit 21X23, Zwart verl.
OPLOSSING PROBLEEM No. 1.
Wit: 21—17,' 34—30, 47—41, 48—42, 27—22, 22X24,
43-39 en 49X7.
OPLOSSING PROBLEEM ^To. 2.
Wit: 27—22, 28—23, 48—43, 43-38, 50—44, 36-31,
16—11. 49-43, 45X3, 3X36.
Zóó WAS T NIET BEDOELD.
De burgemeester beijverde zich zeer voor. de drank
bestrijding onder zijn gemeentenaren.
Sijmen zeidè hij' verwijtend tot een van zijn
burgers.. Sijmen, hoorde je niet dat ik je riep, toen
je gisteren die kroeg in liep!
Jawel, burgemeester antwoordde Sijmen, dat wel.
Maar ziet U, ik had nog maar net geld genoeg om
één borrel.te betalen, dus....
ONDER DOOFSTOMMEN.
Hij« was vreemdeling in de streek en een vriend
van hem. dokter van een gesticht introduceerde hem
op een bal van het doofstommentehui9.
„Maar hoé kan ik me in vredesnaam verstaanbaar
maken en een doofstom meisje ten dans vragen?"
vroeg hij.
„O. je lacht en buigt maar tegen haar", antwoord
de de dokter.
De jongeman ✓zocht dus een allerliefst meisje uit,
boog en lachte. Zij boog en lachte ook en zij dans
ten. Niet één dans maar wel 10 achter elkaar. Hij
was.juis' van plan haar voor den elfden keer te vra
gen, toen een man naar het meisje toekwam en
norsch zei: „Zeg, schat, wanneer dansen wij nu weer
eens samen? Onze laatste dans is al een uur gele
den!"
„Ik weet het", zei het meisje, „maar lieverd, ik
weet niet hoe ik van dien tammen idioot af moét ko
men. De vent. is doofstom!"
PARIJSCHE MODE.
De eerste jumper van champagne-kleurige crêpe-
de-chine is geborduurd met een donkerder tint zijde,
en heeft een zwarte ribszijden strikdas. De zittende
figuur draagt een cyclamen-kleurige jumper van Ja-
pansche zijde. Deze heeft een sjaalkraag van het
zelfde materiaal en op de schouders en de heupen zijn
kleine plooitjes gelegd.
Een knippatroon is verkrijgbaar in de maten 42,
44, 46 en 48. Kosten 65 cent peï stuk.
MOEDERS EN HAAR KINDEREN.
Een Speelgoeddoos/
Een moeder zegt:
„Onder mijn keukentafel staat een doos met baby's
speelgoed, waarvan de deksel er met scharniéren
aan bevestigd is .Deze overtrok ik met blauw en wit
zeildoek,, hetzelfde, waar de tafel mede bedekt is. Dit
i9 gemakkelijk af te nemen, wanneer kleverige vin
gertjes onooglijke vlekken hebben achtergelaten. Bo
vendien zal zulk een doos het vertrek geen minder
fraai aanzien geven.
DE VERZORGING VAN KLEEREN.
Het Js niet het dragen dat Uw kleeren slordig en
vuil maakt, maar een slechte behandeling als men
ze na het uitdoen weghangt. Begin b.v. met alle klee-
ren op een kapstok te hangen inplaats van ze op ha
ken en spijkers een plaatsje te geven. Voor zeer wei-
nig geld kan men een dozijn of meer praktische klee-
j renhangers koopen en als men dit kleine sommetje
nog te veel vindt, kan men ze desnoods zelf wel ma
ken.
Kleeren van lichte stoffen kan men het beste op
vouwen en wegleggen. Van zijden blouses en japon
nen vult men dan de mouwen nog wat op met
vloeipapier. Zware stpffen kunnen aan den kapstok,
doch niet eer, dan nadat zij goed geschuierd en ge
klopt zijn. Kleeren van gegoten stoffen mogen niet
hangen. Deze moeten gehéel plat worden uitgelegd.
Voor mooie rokken doet men verstandig een paar
rokkendoozen te koopen. Deze zijn niet duur en ruim
genoeg om een rok plat in te leggen, waardoor het
kreuken en rekken vermeden wordt. In het midden
van de doos bevindt zich een bindlint, hetwelk men
mei een knijpertje aan den rok kan bevestigen en
waardoor opschuiven onmogelijk is.
Bij het opbergen van rokken moet men h,et hangen
over stoelen zoo veel mogelijk nalaten, daar dit voor
verscheidene stoffen zeer nadeelig is. Voor schoenen
gebrulke men een paar buigzame leesten. De kosten
hiervoor bespaart men op de schoenen zelf, die daar
door niet zoo spoedig zullen bersten of kraken, en
bovendien langer in den goeden vorm blijven.
VOOR DE HUISHOUDING»
Om marmer goéd schoon te maken kan. men het
volgende mengsel gebruiken. Twee deelen gewone
soda op een deel gemalen,puimsteen en eon deel fijn
krijt. Deze ingrediënten moeten goed gemengd en
gezeefd worden en daarna samengevoegd met water.
Dan volgt het opbrengen op het marmer en het
schuren. Na beëindiging van het werk moet alles
nog goed worden nagewasschen met zeep en water.
DE ,WERFLDTIJB KLOK" VAN NERNST.
Gebaseerd op de wet van de desintegratie der ele
menten heeft de bekende physico-chemicus Nernst een
„wereLdtijdklok" ontworpen welke het begin en het
einde van het bes'aan der wereld aanwijst. De wij
zerplaat is in 12 „uren" verdeeld, juist als bij een
gewone klok.
Echter stelt elk uur 600 millioen. jaren -voor, en
elke minuut 10 millioen jaren. Op 't oogenblik staat
I de klok op 5 uur 50.
I Volgens Nernst is de temperatuur der zon op 't
oogenblik 6300 graden, terwijl ze om ,2 uur" 10 000
graden, om.,.3 uur" 8900 gTaden was. Na nog 3
werelduren, dat is over 1800 millioen jaar zal de
1 straling van de zon niet langer in staat zijn, om de
aarde te verwarmen. De omstandigheden, waaronder
leven op de aarde mogelijk werd. waren om „5 uur"
/voorhanden, toen de gemiddelde temperatuur 68 gr.
j was.
I Over 700 millioen jaar zal de gemiddelde tempera
tuur ongeveer 59 gr. zijn, doch aan den evenaar zijn
de omstandigheden dan nog zoo, dat leven mogelijk
is. Voorloopig hoeven we echter nog niet aan zoo'n
volksverhuizing te denken.
DE DRAAIKOOI.
In het begin der vorige eeuw werd te Vlissingen
nog de draaikooi gebruikt.
De voorgevel van het stadhuis had een uitbouw,
ongeveer in het midden. In één der hoeken naast
dien uitbouw stond de draaikooi, van tweeduims
ronde, ijzeren staven gemaakt en geplaaatst op een
ijzeren spil, die in een ijzeren bus rustte. Door een
paar tandwielen en een horizontale as, die door een
gat in den muur liep, kon men in het stadhuis met
een kruk de kooi aan het draaien brengen:
In de kooi was een zitbank aangebracht met een
ijzeren rugleuning. Een paar beugels dienden, om de
misdadigers die zich aan een draaikuur moesten on
derwerpen. vast te binden. De eene beugel sloot om
den hals. de andere om het middel. Bovendien wer
den de voeten nog aan de stijlen van de kooi vastge-'
bonden. Gedurende 't draaien zat de delinquent dus
wel zoo stevig vastgebonden, da't omvallen buiten-
I gesloten was. Langs een houten trapje kon de kooi
door een deur betreden worden. Het draaien ge-
i schiedde heel verschillend, al naar de rechter het be-
j volen had: langzaam, snel, steeds in de zelfde rich
ting of om beurten rechts en links,
j Vrouwen van onfatsoenlijken levenswandel wer
den in de Vlissingsche kooi geplaatst en dan soms
j een kwartier en langer met groóte snelheid ronclge-
draaid ten aanschouwe van straatjongens en andere
nieuwsgierigen. Zulke strafplegmgen hield men bij
voorkeur op marktdagen omdat er dan veel publiek
was en de uitwerking dus wel het grootst zou zijn.
i Door het snelle draaien werden de meesten nar
tuurlijk allerakeligst zeeziek. Maar sommigen sche-
nen er tegen te kunnen; er waren er althans, die
.bij het verlaten van de kooi kalm hun verfomfaaide
kleeren gladstreken, en zich verwijderden, alsof er
niets gebeurd was.'
Nuttige gevolgen van de draaikuur bleven ge
woonlijk achterwege maar daar scheen het ook
minder om begonnen .te zijn. want mees'al werden
de gestraften na de kuur uit de stad verbannen.
Niet alleen te Vlissingen. ook iii andere- steden
had men vroeger een draaikooi, om de schuldigen
aan de bespotting van het'publiek bloot te stellen.
En als kijvende vrouwen elkander iets bijzonder on
aangenaams wilden toevoegen, dan snauwden ze:
Ik heb jou in de kooi zien draaien.
HET JUISTE TEKSTWOORD.
Franklin. ging als jongeman naar Londen, s'apte
naar een boekdrukker, met de vraag of er ook een
letterzetter noodig was.
Waar kom je vandaan? vroeg de patroon.
Uit Amerika, was 't antwoord.
Zoo, zei de patroon eenigszins spottend, komt
ge uit Amerika, om hier werk te zoeken. Ik twijfel
er wat aan of men in Amerika wel op de hoogte is.
Kunt ge letterzetten?
Tot antwoord ging Franklin naar een. bok. Jn een
oogwenk had hij een paar regels- gezet. De drukker
keek eens verbaasd en daarna een beetje op z'n
neus toen hij zag wat de jongeling gezet had. Het
wayen de woorden, uit het Evangelie van Johannes:
Na-thanaël zeide tot hem: Kan uit Nazareth iets
goeds zijn? Philippus zeide tot hem: Kom en zie!"
De patroon nam Franklin in dienst, wat hem nim
mer berouwde.
DE KOEKOEK.
De menschen hebben reeds in zeer oude tijden den
koekoek beschouwd als den lentebode. 'Bij cte boeren
bevolking in vele streken bracht de eerste roep van
dezen vogel groote vreugde, want men zag er een
aankondiging in van het komende, milde voorjaars
weer, dat de gewasseh uit de aarde zou laten op
schieten. Som9 werd er den eerstvolgenden Zondag
feest gevierd,
In Friesland heeft het gebruik bestaan, bij den eer
sten roep van den koekoek in zijn zak te taston en-
zijn geld te tellen. Viel het nogal mee, dan. zou men
vast het geheele kómendo jaar geen geldzorgen heb
ben, maar had men op dat oogenblik toevallig wei
nig geld op zak, dan was dat. een heel slecht toeken,
want er bestond dan groote kans, dat men bet ge
heele jaar met geldgebrek te kampen zou hebben.
Jonge meisjes luisterden tegen het voorjaar hfcel
aandachtig, of zij- geen koekoek hoorden roepen. En
zoodra haar ooren het begeerde geluid opvingen, tel
den zij- gejaagd, hoeveel keeren de vogel zijn „koe
koek" achter elkander riep. Zooveel malen dat het
geval was. zooveel jaren zou het duren, voor zij
trouwden. En jonge vrouwen telden eveneens nnar-
stiglijk het aantal keeren, om te weten hoeveel sprui
ten zij zouden krijgen,
In Westfalen waren de boeren uitgelaten van
vreugde, zoodra zij den koekoek hoorden. Zij wierpen
zioh op den rug in het gras en wentelden zich als de