llisitsi Ititm-
WOUDA's
Belangrijke Memoires.
Eenmaal voet aan boord
sts d^fafcHa^-18 zy
Dinsdag 13 Juli 1926.
69ste Jaargang. No. 7875.
Uitgevers i N.V. v.h. TEAPMAN Co., Sabagcn.
Eerste Blad.
Feuilleton.
Blanke Boekweitgort
Op Reis
PUROL
j .Benauwd door den beenigen schouder, die tegen
'zijn gezicht drukte, werd Mr. Marrapit blauw. Hjj
lukte zijn hoofd vrij, hief fijn gericht op etn gilde
SCHAOER
EIIKAIT.
Dit blad vorschljnt viermaal por wook: Dinsdag, Woensdag, Donder
dag uii Zutordag. Bij inzonding tot 's morgens 8 uur, worden Actoor-
tontiön nog zoovool mogelijk in hot ooratultkomond nummer geplaatst.
POSTREKENING No. 88830.
INT. TELEF. no. 80.
Prijs p er 8 maandon fi.65. Losso nummoss 0 cout. AD VERTEN-
TIóN van 1 tot 5 rogols £1.10, iodoro rogcl moor 80 cont (bowljaao,
inbogropon). Grooto lottors wordon naar plaatsruimto borokond.
DIT KUTHRB BESTAAT UIT tfWKB BLADEN.
Lord Gronfell' vertelt ons verschillende episodes
uit zijn luitenantsthd.
Den eersten avond den bestem bad bij1 't niet gemak-
kol ijle aan de" officierstafel. Ieder der aanwezigen
dronk op fijn beurt fijne gezomdbaid ön 'bijl bad!
niet alleen ieder keer behoorlijk ziijn glos te ledi
gen, maar moest later beurt om beurt de beereaj
toedrink ön.
Toch moest bij den volgenden morden om 5 uur
op parade zijn en zijn eerste kennismalang* met
bet militaire leven was, bet toezien hoe een soldaat
de ijfstraf onderging.
De man bad ten nadeele van een kameraad
gestolen, hetgeen als een g-roote misdaad gold, zoo-
dat bij 50 stokslagen toegediend kreeg. Mem gaf
den man een kogel in dén mond om op te kauwen
gedurende de kastijding. Al vind Jk bet misdrijf
door aen man gepleegd, y oral uit militair oog
punt bezien, groot, tocb vind ik ?0 stokslagen een
harde straf. Men kent in Engeland ook heden nog
de lijfstraffen en rechters vertellen mij, dat een
vent, die een goed pak met bet rietje gehad heeft,
moest al voor goed genezen is en geen mif drijf
meer begaat.
Een prachtige anecdote ia de volgende, .van Sir
John Jones, oon oude ijzervreter, die gedurende
de Mutrny (do vree;olijke muiterij der Mohame-
daansche soldaten onder leiding van Nana Sahib,
in Britscb-Indië, welke aam duizenden onschuldig©
vrouwen en kinderen bet leven kostte) gediend bad.
Hij bad door zijn hardhandig optreden geduren
de het'onderdrukken vam de muiterij den bijnaam
„den Wreker" gekregen.
Öir J'ohu ging mot pensioen, maar wilde eerst
nog plechtig afscheid nemen vam 't. regiment waar
bij b\i steeds gediend bad:, tem slotte als comman
dant. De parade was aam den gang, bet carré
werd gevormd, de ban geopend, Sir John sprak
de soMaboi). too, prooi hum moed en. goed: gedrag,
wen er plotseling een kaï' door den troop jpood en
den gchoelion bofi in do war bracht. De regiments
commandant veranderde onmiddellijk van togm, al!
zijn vriendelijklieid was gedaan en na oemige min
der vleiende woorden aan het adrtó van voerman
en soldaten geuit te hebben, liet bij den troep inruk
ken. Het laatste wat de soldaten van hun schei
denden commandant vernamen, waren een paar
hartgrondige vloeken.
In de dagen, dat Grenfell: luitenant was, bestond
er in hot JËngelsche léger nog een oud gebruik:
het koopen van officiersplaatsen. Grenfell behoor
de tot de allerlaatsten, die nog van dat oude recht
gebruik maakten. Hij kocht in 1871 voor 600 Pond
zijn eerste-luitenants-epaulêtten. Twee maanden la
ter was het oude gebruik afgeschaft. Voor Grenfell
had liet nog juist goed gezorgd, want hij was door
het koopen van Zijne promotie zijn tijdgenooten
over het hoofd gesprongen en kreeg daardoor een
veel betere kans voor de toekomst. Men kan be
grijpen, dat het Emgelsche officierscorps van die
dagen niet bijzonder goed onderlegd was. Men
sprak onderling nooit over diens tzakon, dat was
mot behoorlijk vond men en er waren maar weini
gen, zooals WoTsdLey en Grenfell, die zich. moeite
gaven strategie en verdere krijgswetenschap te ba-
jstudeerem. Dit verklaart natuurlijk pok de grooto
blunders bh' eiken oorlog door het Emgelsche leger
gemaakt en men1 moet zich feitelijk nog .verwon
deren, dat het soms nog zoo goed afliep en dat er
altijd nog officieren waren, die door hun inzicht
en moed de zaak wisten te redden.
De Engelsche officieren vormden een kaste]
die vooral door sport uitmuntte. Men zag hen nooit
in uniform behalve wanneer zij in dienst waren
en het is typisch; dat ook heden nog een Ln-
gdsch officier het liefste in civiel gekleed gaat.
Natuurlijk was paardensport een groot genoegen
en waren de luieren niet arkeerig om een wedden
schap aan te gaan. Grenfell' zat als jong luitenant
met een vriend te eten. toon die een telegram kreeg
van den eigenaar van het paard Blair Afchoi, om op
dat paard voor den groeten wedstrijd, de Derlby,
te wedden. Zij volgden den raad op en^G-renfebJ
won ruim twaalfduizend grulden. Daar hij juist naar
Ierland werd 'Overgeplaatst, kwam dit buitenkanaje
hom goed te pas, want nu kon hij een paar hun-
ters, de jachtpaarden bij uitnemendheid, koopen.
Een officier wied natuurlijk do vossenjachten moe,
en daar nergens in de wereld de vossenjachten zoo
mooi zijn als in! Ierland, profiteerden de officieren
er goed van. Verder deden: zij mee aan wedrennen.
Grenfell natuurlijk ook. In Ierland maakte Gren
fell het laatste duel tusScben twee Engelsche offi
cieren mee. Van Igrland ging GrenféP naar Malta
en vond daar bijna den dood._ Hij was .aan het
trainen voor een zwemwedstrijd toen hij opeens
door een octopus (achtarmige poliep) gegrepen
werd. De boot, die hem escorteerde, kwam juist
op tijd, 't monster liet hem lég, maar Grenfell was
dagen lang ziek tengevolge der verwondingen en
VAN RIJSWUK'S
SCHOEN HANDEL. SCHOENMAKERIJ.
UITGEBREIDE KEUZE.
PRIJZEN UITERST BILLIJK.
28.
door A. S. M. HUTCHINSON,
Voor Nederland bewerkt door
W. J. A. ROLDANUS Jr.
VIII.
Eetn jaar later vertrok het batafflon waar Gren
fell bdj diende, naar Canada: Men ziet, dat de En-
gelsohe militairen heel wat van de wereld zien.
Dat komt' omdat het Engelsohe- lager uit vrij
willigere bestaat, die overal moeten dianon. Men
kan hen naar Indië en Canada sturen. Dat ia ge
heel anders -dan bij ons, waar wij dienstplicht
hebben. Men kan de dienstplichtigen niet naar
Indië sturen, vandaar dat wij voor Oost- en West-
Indië een speciaal leger van vrijwilligers hebben.
Toen Grenfell' in Canada was, ging hjj gedurende
zijn verlof naar Amerika en bezocht de kolonie van
een speciale secte, de Shakers genaamd. Hij ver
telt ,hoe keurig hun boomgaarden en akkers in orde
waren 'en hoe eigenaardig hun godsdienst. Een
kreeg de geest en dan dansten vrouwen en man
nen onder hot uitatooton van kreten rond-. Dit do
geest krijgen' doet mij aam Gelderland donken, waar
ik vei'schaidene plaatben leen, waar geen dominee do
godsdieoostoofeiiimg leidt, maar een der aanwezigen
de geest krijgt. Spmnifleidt dit wol' eens tot uiter
sten; ik herinner in dit verband aan hetgeen jam©
geleden te A pel term gebeurde, waar een ongelukkig
slachtoffer wérd gedood, nadat men gedurende een
godsdienstige bijeenkomst in een toestand van gods
dienstwaanzin gekomen was.
Grenfell moest New-York vrij spoedig verlaten,
daar .er juist betoogingen tegen de Engelschen
plaats vonden en er een soort vrijwilligers naar
de Canadeesche grens trokken, zoodat hij beter
vond op zijn potst te zijn.
Twee jaar later ging Grenfell met zijn regiment
naar Indië. Hij troi het al dadelijk, dat de Hertog
Voor Winkeliers bij Gross.
v.h. M. DE HAAÜ te Alkmaar,
wan Edinburgh Bonares bezocht, terwijl hij daar
gestationneerd was en allerlei feesten ter eere van
den prins meemaakte. Bij die feestelijkheden wer
den allerlei tooverkunsten vertoond, o.a. het „Ver
dwijnende Kind". Twee halfnaakte, oude inlanders
plaatsten een mand midden in den door de vela
toeschouwera -gevormden kring,. Vervolgens greep
een van hen een kind, stapte dat in de mand en
sloot het deksel. Het kind gilde, hij! gehood 't stil
ito zijn, doch toeini het kind steeds harder gilde, nam
hij een zwaard ,en stak het door da mand- Het kind
,riep om erbaren en oen dunne straal bloed liep
•uit de mand. Do toeschouwers waren diep onder
den indruk en vol medelijden voor het arme kind,
w aarvan men steeds zwakker gillen vernam. Einde
lijk hield het geluid geheel op en was de menigte
diep onder den indruk. Juist op dab oogenblik
schopte de man de mand om, .er bleek geen kind
te zijn, maar even later sprong: hetzelfde kind, dat
in de mand gestopt was, achter uit de rij van het
publiek vandaan, huppelde terwijl lotusbloemen het
kopje versierden, op den hertog, af en maakte een
diepe buiging.
Men weet trouwens hoe fakirs, zich levend laten
begraven, hoe zij een maand onder de aarde blij-
ven, hoe rijst- groeit boven hun graf en hoe zaj
een maand later opgegraven en tot het leven terug- j
gebracht worden. Het is waar, dat de man er
eenigszins voor geprepareerd wordt, dat neus en
ooren met watten gevuld en er een plankje boven
zijn gelaat gelegd wordt, maar het fedt, dab hij
een maand lang levend begraven is» blijft bestaan, j
Meestal gaat een dergelijke begraaf- en opgraaf-1
geschiedenis gepaard met festiviteiten. De fakir en
zijn kornuiten maken in tegenwoordigheid van een
doctor en een soort commissie eerst allé toebereid- I
selen voor het begraven en een maand later voor
het opgraven.
Grenieli is met drie vrienden op jacht geweest
van grof wild. Zij schoten geen tijger, maar acht
riiinocerossen'. Op ©en goede keer viel een aango-
schoten rhinoceiw de -jager®, die op olifanten go i
zebcn waren, ,aam. De olifanten. gingen op de vlhcht.
De olifant van Grenfell'' slierde ©en tak met wilde
bijen, deze dieren werden woedend en vielen aan.
I)e inlandsche berijder liet zich vaJIidn. Grenfell!
wierp een doek over hot hoofd, de olifunt liep
op een vaart naiar de rivier on ging voortdurend
onder water, totdat eindelijk de bijen verdwenen
waren. Grenfell1 was zoo hevig gestoken, dat hn
drie maanden ziek ;was. Daarbij kwam nog het
vree-olijk ongezonde klimaat van het jachtterrein,
eoodat hij tenslotte naar Engeland moest evacu-
earen. Op zijn thuisreis, het was in 1871 be
zocht hij Parijs en zag hoe de communisten huis
gehouden hadden. De Commune was juist over, ver- i
scheiden© lijken werden door de rifier meegevoerd,
Ide mooie zuil op de Place Vendome lag in stukken
op den grond, de Tuileriën waren in den asch ge-1
Iegd, verscheidene straten hadden door het ge-
schutvuur .geleden, het was een treurige aanblik, i
De Duitsche soldaten, die de stad bezet hadden,
keken kalm toe, de burgeroorlog der Franschen
nhen_ niet aan. Zij zouden vertrekken, zoodra
milllard schadeloosstelling betaald zou zijn.
Tweo jaar later in 1873 wilde Grenfell den
dienst verlaten, maar werd juist nadat hij zijne
stukken had ingezonden, door Sir Arthur Cu-1
nyinghame aangezocht om hem als adjudant naar
l Zuid-Afrika te vergezellen. Dit^ voorstel lokte hem
I zeer aan ien Grenfell spoedde zich naar liet .Minis-
terie van Oorlog. De stukken waren reeds gereed
giüoniaakt eii in den zak, bestemd om naar Baïm.<fral i
iin Schotland gezonden te worden. Koningin Vict-
tovia vertoefde daar en kreeg geregeld stukken tem
i teekening. Gelukkig was de koerier nog niet ver-
j trekkeen, de zak werd opengemaakt ea do
stukken, op jiefc ontslag betrekking hebbende, er uit
gehaald en verscheurd. Dit was meer geluk daa
l wnahedd voor Grenfell.
In Mei van het jaar 1874 zon Sir Arthur Ca-
nynghamo een officieel bezoek aan Bloemfontein
maken. Men passeerde een natuurlijkezwavelbron en
kon den lust niet weerstaan om een bad te nemen,
Sir Arthur, Colonel Walker en Grenfell waren
juist Jekker aan het baden, toen plotseling een de
putatie, gezonden door den President van d© Vrij
staat verscheen. De Engelschen waren nu sjiiet
bepaald in een oostuum om eert welkotnstrede van
den Landdrost ;aan te hoeren en verzochten de hoe
ren dus even! om 'te rijden, aan welk verzoek de
HoU'anderis met stalen gezichten voldeden.
Ter verzachting en genezing van stuk»
geloopen voeten, zadelpijn, schrijnen
en smetten der huid, muggebeten en
zonnebrand, moet men op reis voorzien
zijn van
Doos 30, Tube 80 ct.
Geen rilling van angst of opwinding ontsierde de
zen merkwaardigen man. Zich van de deur afwen
dend, liep hij met vaste schreden door den hall naar
de trap om George te wekken.
Bij de onderste trede deed e enbeweging op het
portaal boven hem stilstaan. Hij kon zich zeker de
moeite besparen. Hij zette de kaars op een tafeltje en
keek op. „George!" zeide hij.
„Wat is er?" zeide een stem. „Wat is eri"
„Er is niets", zeide Mr. Marrapit. „Wie is daar?"
Het antwoord, in lagen toonaard ingezet,.werd hoe
langer hoe scheller: „Wat isjer? Wat isjer? Wat
ïsjer?"
HU rekte zijn hals uit. Het pavillottenhoofd van
Mrs. Major staarde naar hem over de leuning.
hümrVelin8'' fluistercle Mrs- Major. „Lieveling
„Mrs. Major! Was u dat?"
„„'Ate8 l**1 ik weten wou"> 2eide Mrs. Major
coquet. „Wat Isjor? Wat isjer?"
„U bent onthutst, Mrs. Major. Heb geen vrees. Naar
uw kamer."
Hot pavillottenhoofd schudde. Mrs. Major straalde:
„Lieveling. Lieveling hum!"
„Houd u in bedwang", zeide Mr. Marrapit. „Ver-
hoede""608' Zl)n dieven' maar wlJ zIin °P onze
H0'h°ofd teok riqh terug; Mrs. Major liet een gil
letje hooren: „Dieven!" Zij liep plotseling naar de
trap; kwam tegen den muur terecht; duwde zich
daar voorzichtig van af: stond boven aan de trap
naar Mr. Marrapit te staren.
v °P- iJk ben bang, dat u geslaapwandeld
hebt, Mrs. Major."
Mrs. Major antwoordde niet. Zij wee? met een
bepantoffelde teen naar de trap beneden zich;
zwaaide op eén Been; liet zich vallen op de teen,
straalde tegen Mi. Marrapit en zeide in hoogon
toonaard ooqaet: „Een!"
Mr. Marrapit keek boos: „Ga terug, Mrs. Ma
jor r
Mrs. Major doed nog een stap, straalde „Tweol"
„U droomt. Ga terug."
Mrs. Major liohtte haar rok op, ging wee» op dén
"been staan. De vooruitgestoken pantoffel 'be
schreef een gevaarlijken cirkel. Al ra Major sohom-
melde onheilspellend. Die gemeene Old Tom Eet
haar drie leuningen als steunpunten zienzij greep
er naar een greep mis, ,;Drie, vier vijf zee
zeven acht negen tien beveling!" riep zij; vloog
met halsbrekende vaart naar beneden en sloeg mét
'het „Lieveling!" haar armen om Mr. Marrapifs
hals.
Maar Mr. Marrapit kon den schok en het zware
gewicht met weerstaan. Met een doffen smak viel
hij languit op den vïoer; Mre. Major drukte hem
j tegen den grond.
Maar die schok was eem slag op het. hoofd van
Old Tom, die hem tijdelnk kalmeerde. „Wat is
er gebeurdP" vroeg Mrs. Major, zich stevig vast-
.klampend.
„Laat mijn hals los. Neem j'e armen weg"," hijV-
d© Mr.Marrapit.
„Waar fijn we?"
%t op mijn borst. Ik K# onder u. Laat los!"
-Het is heelemaal donker," riep Mrs. Major;
zich steviger vast.
greep
„Het is niet donker. Ik smeek om beweging. Onze
houding compromitteert ons. Het is afschuwelijk."
Mrs. Major sloeg haar oogen open, welke fij
gedurende dien waggelenden tocht en dien hal'sbre-
kenden val stijf gesloten had. Zij liet hem los;
richtte zich op haar knieën; strompelde dan naar
een stoel. Die gemeene Old Tom stak zijn hoofd
weer op; kietelde haar bredn met duistere fingerrs.
Mr. Marrapit stand pijnlijk op. Hij legde mede-
PLANTENZIEKTENLEER,
208.
Daar ik voorloopig afwezig zal zijn, raad ik de le
zers van mijn rubriek aan, als zij zieke planten heb
ben op te sturen of vragen te stellen, zich te wen-
dep tot den plaatselijkon correspondent of regelrecht
tot den Inspecteur Iloofd van den Plantenziekten-
kundigen dienst te Wageningem
ONVOLDOENDE AFWATERING.
Hoe 'n onontbeerlijke levensvoorwaarde het water
ook is, voor al wat leeft, 't kan voor onze gewassen
ook aanleiding geven tot lijden en kwijnen, wanneer
niet dor delmatige afwatering van het teveel, gezorgd
is. Ik heb hier dus op 't oog het water van don bo
dem, dat, óf door slechte bodemstructuur óf door geen
of onvoldoende drooglegging in onzen cultuurgrond
achterblijft. ,De gevolgen zijn niet alleen het verzu
ren van don griend, maar ook het verkleinon van de
të becultiveeron grondlhag, En hot spreekt wel van
zelf, dat hoe verder wij onze teeltlaog naar bonedon
vergrooton, hoe beter het voor onze gewassen is. Dat
zijn allemaal zaken, die bij het vak „Grondbewerking
cn drainage" ter sprake komen en ook thuis behoo-
ren. Maar wanneer die bewerkingen niet naar be--
hooren plaats vinden, kunnen wij' met beschadigingen
aan onze gewassen te kampen hebben, .die ons van
zelf op het gebied der plantenziekten brengen. Wan
neer wij te maken hebben met .terreih, dat vóór de
beplanting slechts is ontwaterd, dan zullen d© boomen
en struiken zich daar óf niet flink kunnen ontwikke
len, óf ten gevolge van de vrij oppervlakkige beworte-
ling spoedig scheef gaan staan. Kneuzing en scheu
ring der wartels gaan daarmede vaak gepaard, wat
weer aanleiding geeft tot rotte en doode wortels en de
daarmee gepaard gaande verschijnselen in de kroon-
gedeelten. Worden zulke terreinen ontwaterd, een 20
a 30 jaar na den aanplant, dan kunnen vele boomen
zich moeilijk bij den nieuwen toestand aanpassen en
een langzaam verkwijnen is 'het gevolg, Dat neemt
niet weg. dat het toch gewenscht is, zulke terreinen,
wat betreft de ontwatering, in orde te brengen, want
we kunnen dan met meer voordeel de kwijnende
exemplaren door nieuwe vervangen.
Een enkele maal zagen w.e, dat in een boomgaard
met1 onderbeplanting de bestaande greppels weer ge-»
woon met grond werdón 'dicht gemaakt. Het spreekt
wel vanzelf dat zulks niet anders dan door zeer on-
deakundigen wordt gedaan,, die in de meening van
met meer voordeel de greppeloppervlakte ook te kun-
yaster
- Mr^SaMt ..HanawMrtl" tóle Mr. Marrapit, „Weg met
^.rSdYad^ mC05to'r ïemaakt'
Mra Maior bereikte do mat. Old iMm gaf oon Srfre^^^de^obribw
dTdSqS^0 h"** 1,6611011 011 hOSt° Mr' M^raMt? blkuwe™ ^?reuwdo: .na^OT8t!'
Met Srwetscbe hoffebkeid rij tegon.de AW?rW
poet. „O, pardon, prenteldo aj; stond te zwaaien, .reageerde absoluut niet op fijn aamakmsr.
„Je loopt maar heen en weer en grinnikt als een
hond," zeide Mr. Marrapit tegen "hem. „lederen
do lafffl vrte dio tom bekomend van zich tig te werk. Voeg aan mijn vorzekering, dat
tn lL™ iteLrw de &T •bu)te? ri) ™flig is, de jouwe toe. Zij is zichzelf niet?'
%^M.^Vs"6L!^. daMOmte6n; i Mrs. Major.
Driemaal Beschreef de loop van zijn geweer* "Ais een kar'(onw
oen even on cirkel; ^fijf kneep hjj fijn oogen Scherpe woorden plegen beweging te brengen waar
'smeekbeden roerloos laten,
Mrs. Major liet los, keerde zich om. „Monster" en
„Meineedige" rolden hals over kop over haar lippen.
..Monster!" gilde zij; waggelde terug tegen de sopha,
werd daardoor in de buiging' van haar knieën getrof
fen; viel erop neer. Haar hoofd zonk zijwaarts weg;
zij sloot haar oogen.
.Nu kunt u het zelf zien", zeide George,
Mr. Marrapit snoof. „Mijn neus bevestigt het."
SMonster!" jammerde Mrs. Major.
Tr. Marrapit riep: „Mrs:. Major!"
IX.
toe haalde den trekker over.
Bang!
Mr. Marrapit sprong zes inches hoog*; was
nauwelijks weer op den grond, of met ©en kreeb
van schrik had Mrs. Major weer haar -armen om
hem heen geslagen.
volgde gil op gil, die zjj' door haar keel
uitstiet.
nunï? iteb?n?: George!" zij sloeg: Haar «Slopen. .Xoem mij Enoy-
Met lawaai drong door tot Goorge,. .toen h« uit Lieveling hum!"Zij beron te snurken.
fijn raam leunde en Abirhm in zijn mensohe-
üjken jacht aanhitste. Hij trok zijn hoofd naar lippen,
hmnen. sprong de trap af. Over Mrs. Major's rug, rL-mL-.
hr °ph?" r\vïJ «n^wSn!;gei^SPvan dë t^en n^de8 tan
nam m ander de kaars. Hij keek Mrs. Ma or waaraan rii zich vastkïamnta. staarde Mr. Marra- Wo-. v.jdm
Afschuwelijk I" bracht Mr. Marrapit over zijn
nen.
Gefluister buiten deed hen naar de deur gaan..
aan;snoof argwanend de lucht op, bezwangerd met
vreemde geuren; keek dan naar zijn voormalige last.
On haar gelaat bracht die gemeene Old Tom een
stralenden glimlach.
„Volg mij. Mrs. Ma.jar" beval Mr. Marrapit;
liep naar de eetkamer; keek vandaar om naar haar.
Met zeldzame waardigheid stond de kranige
vrouw langzaam op; krijgshaftig hield fij zich in
waarin fij rich vastklampte, staarde Mr. Marra- ,,Naa5 j^e Mden!" Hep bh*
P tePr-ISe''g 'i0™ ïïnL ..O; wat gebeurt er toeh sir?" hijgde Mis.
üp Georges gelaat bracht het schouwspel e°n \rmitagc
breeden^ grijns: zijn beenen weigerden hem
ogenblik den dienst.
een „Weg! Jullie beleedigt het fatsoen." Mr. Marra-
AlM Arqi^'o T i.7 T>it zette een voet op de trap. De verschrikte ge-
we5 t>t weeklachten, dannten vluchtten voor hem
H"nd°l!" hijgde Mr. Marrapit. „Verwijder dat
schepsel!"
George legde een hand op haar rug. Dat ont-
dannten vluchtten voor hem.
Toen zijn oom weer terugkwam, stond Gëbrge door
het lufk te kijken. „Wie voor den duivel heeft dat