ROMMELKRUID.
De Wereld der Vrouw
Even Lachen.
Nuttige Wenken.
HET L1EFDESALTAAH
dat de uitvinding gebaseerd is op de inwerking
van vochtige lucht op carbid!
I
da! het nieuwste amusement in CalllornlS is ten
nissen op rolschaatsen?
1
dat het waterhoon (duikereend), dat grappige dier,
mat zijn zwarte kop en rug en witte buik en zijn
korte vleugelstompjes, geen nest maakt?
I
dat het een zeevogel is, die in groote kolonies leeft
en zijn eenige ei op de kale rots legt?
da.t het ei peervormig is, zoodat, wanneer het door
den wind wegwaait of door de andere vogels gestoo-
ten wordt, steeds in een kleine cirkel rondraait?
dat elk ei een verschillende kleur heeft, blauw,
groen, geel, bruin, gevlekt enz.?
dat een echte Stradivarius-viool op het oogenblik
ongeveer 1 520.000 waard is?
dat 3 Noren, onder leiding van kapitein Niels Ven-
tegodt een reis langs de kust van West-Europa, Noord
Afrika, Palestina, Perzië en Br. Indië naar Calcutta
maken in een gewone roeiboot, 8 meter lang?
VRIENDELIJK GEZEGD.
Hij (boos): „Geloof je dan altijd alles wat iedere
idioot je vertelt?"
Zij (minzaam): „Nee, lieveling, maar soms klinkt 't
zoo verstandig wat je zegt."
IN DENZELFDEN STAAT.
Hij liep den vogeltjes- en vischjeswinkel binnen en
vroeg den baas te spreken: „Ik wil nogal een groote
order geven," zei hij, „levert II alle soorten dieren
en in elke hoeveelheid?"
^ïk kan U elk dier leveren," zei de baas trotsch,
„wat wil II hebben?"
„Kakkerlakken, kunt II me daar wat van leveren?"
„WatlI" Hm, ja, ikke.... hm, hm, ik denk.... hoe
veel moet U er hebben?"
„Zesduizend vierhonderd en drie en twintig."
„Zeg eens eventjes, houdt II mij soms voor den
gek?" I
„Nee, zeker niet. Maar ik ga verhuizen en ik moet
volgens mijn huurcontract het huis in precies den
zelfden staat opleveren, als waarin ik het betrokken
heb. Nou, en daar zal ik nu voor zorgen P
l KENTEEKENEN.
„En waarom' heb je in het afgeloopen Jaar niet go-
werkt?"
„Gedurende dien tijd was ik slachtoffer der weten
schap". i 111
„Door een mislukte operatie misschienT"
„Neen, door een vingerafdruk."
1
-BIJ DEN VISCHHANDELA1AK.
„Goeden avond, meneer, Treppe", zegt de eigenaar
„Wel, heeft U geluk gehad?"
,Ik heb geen beet gehad", zegt meneer Treppe,
„wil U zes forellen voor mij uitzoeken en ze mij toe
gooien".
„Gaarne, meneer maar toegooien?"
„Ja gooien, want dan kan ik tegen mijn vrouw zeg»
gen, dat ik ze gevangen heb, want ik wil desnoods
wel een slechte visscher zijn, maar geen leugenaar".
ONDER VRIENDINNEN.
Op het laatste bal heeft de rijke meneer Valk acht
maal met mij gedanst".
„Och, waarom niet, het waa toch een weldadig-
heldsbaJ." 1 'J |-| i I
ZOO NIET BEDOELD.
„Kindje", zei vader, „kan je niet wat meer netje»
eten. Je bent net een klein varkentje. Weet Je wat
een klein varketje is?"
„Ja "zeker. Een varkentje is bet kindje van een
zwijn." 1i M
WARS WOORDEN,
Lof is een drank, die den sterke krachtiger maakt
en den zwakke benevelt.
l
Laat and'ren ruim bun voordeel meten
Bij 't krenken van 't geweten;
Het grootste voordeel spruit uit deugd,
De bron van lof en vreugd. Vondel.
i
IJdelheid is zoo belachelijk, dat wij er ons alleen
uit IJdelheid al niet aan dienden te bezondigen.
Is het geluk iets anders, dan een boog, een edel
levensdoel gevonden te hebben?
Die monscben zijn het gelukkigst, die aan alle
wolken een zilveren of gouden randje zien.
Voor de meesten is slechts datgene plicht, wat zij'
doen moeten, in plaats van hetgeen zij doen moesten.
DE STERREN.
Wanneer wij met een snelheid van 100 KJdl pet-
uur naar de dichtstbijzijnde ster reisden, zóu die reis
ongeveer 49 millioen jaar duren.
Aircturus, uit bet sterrenbeeld De Kam, is 25 maal
zoo groot als de zon. en Betelgeure, in den Orion, 10
maal grooter dan Aircturus. De middellijn van de
Betelgeure ster is dus 250 maal zoo groot als de zonne
as. De .^ptares, de roode. ster van den Schorpioen,
heeft een diameter van 470 zonne-assen (de diameter
van de zon bedraagt 1 millioen 3001000 K.M.).
Eir zijn sterren, die met een snelheid van 52 tot
196 K.M. per seconde door het wereldruim schieten.
De snelheid der aarde is 29 K.ML
De ster Arcturus is 43.5 lichtjaren van ons verwij
derd (1 lichtjaar is 9.500.000 millioen K.M.) en heeft
een lichtsterkte van 230 maal van die der zon.
De temperatuur der sterren is verschillend. Groene
sterren hebben een \ax 10.000 gr, C„
witte sterren van 7000 gr, C., gele van 4000 gr. C. en
roode van 3000 gr. C, iI I I I
GEEN OLIE MEER OP DE GOLVEN.
Bij zwaren zeegang bedienen zeelieden en visschers
zich sedert de oudste tijden van olie, om de hoogte
van de golven te verminderen en het ontstaan van
z.g. stortzeeën te voorkomen. Reeds Airistoteles, Pli-
nius, Plutarchus en andere schrijvers uit de oudste
tijden maken daar melding van. Pas in den laatsten
tijd heeft men de uitwerking van olie op de golven
wetenschappelijk onderzocht en gevonden, dat reeds
door een zeer dunne olielaag, die slechts de dikte van
een gedeelte van een duizendste millimeter behoeft
te hebben, een aanzienlijke vermindering van de op
pervlaktespanning van het water veroorzaakt, waar
door do vorming van hooga wordt, verhinderd.
De Amerikaansche ingenieur Ph. Brasher heeft
thans hetzelfde resultaat bereikt door het gebruik
van gecomprimeerde lucht, die hij in kleine blaasjes
in het water laat opstijgen. IJzeren, van tal van
kleine openingen voorziene buizen worden aan den
ingang van de haven op den bodem neergelaten en
de snel opstijgende samengeperste lucht vormt dan
in zekeren zin een wand van luchtblaasjes, die zich
door de geheele watermassa van den bodem tot de
oppervlakte uitstrekt. De constructie "kan naar be
hoefte in actie worden gezet. Dergelijke inrichtingen
bestaan reeds ter bescherming van de haven van El
Segundo, in Californië en op Crotch Island aan de
Oostkust van de Ver. Staten. Daar moet, tijdens een
storm, die golven van 5 M. hoogte veroorzaakte, reeds
een kwartier na het gebruik van de gecomprimeerde
PAKEJSCHE MODE.
Het bruidstoilet van ivoor-kleurige satin is gebor
duurd met imitatie-paarlen en zilverdraad. Van zil
ver zijn ook haar schoentjes en de blaadjes, waar
mede haar tulle sluier op zijn plaats wondt gehou
den. Heti bruidsmeisje draagt bedrukte georgette in
tinten van rose en groen op een amben-kleurigen
ondtergrond en haar amber-kleurlge hoedje is versierd
met ruches van rose en goud taffetas.
Een knippatroon is verkrijgbaar onder opgave van
nummer 347a of 348a in de maten 42, 44, 46 en 48.
Kosten 85 cents.
MOEDERS EN BAAR KINDEREN.
Het Einderhoekje.
Een moeder zegt:
„Een gedeelte van onze huiskamer is ingericht als
kinderhoekje. Het bevat hun boekenkastje, een ron
de tafel, kleine stoeltjes en een kast voor hun speel
goed. Zelfs wanneer er een kinderkamer in het huis
is, dan zal het klein© volkje zich zoo gelukkig voe-<
len, wanneer zij ook eens bij de groote menschen
mogen zijn en niet altijd worden afgezonderd met
hun ditjes en datjes."
HOOFDPIJN BIJ GAL-LIJDERS.
GaJ-lijders, die voortdurend ilast ondervinden van
hoofdpijnen als gevolg van hun kwaal, moeten ten
zeerste zorg dragen voor de samenstelling van hun
maaltijden en in meer dan een opzicht dieet houden,
zoo schrijft een geneesheer. In het algemeen gespro
ken, moeten zijl het gebruik van alcoholhoudende
dranken en ook van licht gerstebier of gewoon bier
tabak, thee, koffie, zooveel mogelijk trachten na te
laten. Het is bovendien ook nuttig geen kokos- of
cacao-dranken te gebruiken, alhoewel de invloed daar
van uitgaande lang niet ziooi belangrijk is als die van
thee en koffie.
Vleesch moet zoo spaarzaam mogelijk gebruikt wor
den; spek en ander varkensvleesch moet men liefst
in het geheel niet eten. Voor gallijders Is het boven
dien ten zeerste aan te roden zoo min mogelijk zoe
tigheden te eten, zooals cakes, pudding, enz. De
meeste patiënten voelen e^zich wel bij als zij flink
fruit eten. Water drinken is van geen invloed, maar
men doet verstandig omi het niet bij de maaltijden te
gebruiken. Tenslotte moot iedereen otnhouden, dat
matig eten altijd aan de gezondheid ten goede komt
en zeker zal het de genezing van zieken zeer helpen
bespoedigen,
HET TOEDIENEN VAN MEDICIJNEN.
Er zijn vele nuttige kleinigheden, welke men moet
weten en onthouden voor het geval, dat men aan zie
ken medicijnen moet toedienen. Een van de voor
naamste is, dat men altijd pTecies zooveel geeft, als
de dokter heeft opgedragen of wel juist zooveel als
er op het fleschje of doosje geschreven staat. Moet
mien b.v. vijf druppels van het een of andere medicijn
cp een lepeltje verzamelen, maakt daar dan geen zes
of zeven druppels van. M!en weet Immers nooit of dit
wel even goed is.
Men moet ook nooit medicijnen opschenken zon
der eerst de flesch meti inhoud goed' geschud te heb
ben. Verreweg de meeste medicijnen zijn samenge
steld uit verschillende ingrediënten, welke door den
apotheker zijn vermengd. Door het staan kan er een
bezinksel gevormd worden, dat men door middel van
schudden weer moet oplossen. Het etiket op de fles-
schen of doosjes moet men natuurlijk altijd zorg
vuldig lezen een fout is niet altijd even gemakke
lijk te verhelpen. Bij het schenken houde men de
handen niet op het etiket; dit zal dan allicht niet
zoo spoedig vet of onleesbaar worden.
Men moet verder ook altijd zorg dragen de medi
cijnen op de juiste uren toe te dienen. In vele geval
len (denk maar aan lintworm) hangt daarvan zeer
veel af. Een medicijn b.v. dat men even voor eiken
maaltijd moet toedienen, zal niet het minste uit
richten, indien men het na den maaltijd ingeeft.
Indien men water bij een medicijn moet doen,
meet dan zoo nauwkeurig mogelijk na of ge de ver-
eiscbte hoeveelheden hebt; weest niet tevreden door
het te raden.
VLEKKEN OP BOEKEN.
Indien men per ongeluk vette of vhile vlekken ge
maakt heeft op de bladzijden van een boek, dan be
staat er een mogelijkheid om deze snel te verwijderen.
Men legt dan op de vlek een stukje goed vloeipapier,
waarover men met een warm strijkijzer eenigen tijr
strijkt. Het vloeipapier zal dan zonder twijfel de vet
tige of' waterige vlekken geheel absohbeeren, Ais
deze behandeling niet 'onmiddellijk' succes heeft, moet
men eerst een weinig zuivere petroleum of benzine
op de vlelcken smeren - natuurlijk uit de nabijheid
van vuur blijven waarna het strijken vermoedelijk
wel zal helpen. Inktvlekken verwijdert men bijna
op dezelfde manier, echter dient men dan in plaats
van petroleum1 of benzine een mengsel van zout en
water (1 zout op 6 wateX) te gebruiken,, waarna het
strijken wel helpen zal.
lucht zulk een verandering zijn ingetroden, dat m
zonder bezwaar in een roeibootje rond kon varen, Ee
wetenschappelijke verklaring voor dit merkwaardl
verschijnsel is tot dusver nog niet gegeven, maar oo
hier zal vrij zeker de vermindering van do oppy
vlaktespanning een voorname rol spelen.
Men kan zich moeilijk een gelukkiger huwelj
denken als dat van den jongen koopman Handa Ze
zaburo en zijn lieve, kleine vrouw, O'Koyo. Toen
trouwden waren zij arm, maar daar Zenzaburo e
knappe koopman was, waren hun levensomstandi
heden heel wat beter geworden. Maar ondanks cl
feit, vervaardigden O Koyo's sierlijke handjes n<
alle kleedingstukken zelf en haar smaak en vindin
rijkheid brachten haar man telkens weer in verru
king. Al zijn wenschen vervulde zij, hielp hem«bij hi
aan- en ontkleeden, zeide hem 's morgens voor h
naar de zaak ging, teeder goedendag, en ontving hei
's avonds met dezelfde teederheid. Zij voerde zij
huishouden voorbeeldeloos en met bewonderenswaai
dige spaarzaamheid, ontving zijn vrienden met grj
tie en hartelijk en verlangde van haar man nooi
dure of kostbare vriendelijkheden of geschenke!
Maar uit eigen verlangen gaf hij haar mooie dingei
schonk haar prachtige kleeren, want hij vond ht
verrukkelijk haar zoo mooi mogelijk te makei
Trotsch als hij op haar was, nam hij haar graa
mee naar de theaters en andere openbare gelegei
heden van vermaak. Dat was tegen de zeden en g
woonten van zijn land, die voorschreven dat de ech
genoote zich geheel aan haar huishoudelijke taa
wijdde. En wanneer de lente de kersen in haar rozj
witte bruidstooi zette, gingen zij naar buiten, nai
den theetuin, die om zijn zoo mooie hoornen beroem
en algemeen geliefd was. Samen waren zij steeds vei
rukt op de zoele zomeravonden met de schemerend
glans der lichtkevers, die als fonkelendo edelgesteei
ten in al het zwart van den nachi gloe
den en hun liefde zocht uitdrukking in het vast ii
eenvoegen hunner handen.
Menigmaal brachten zij een namiddag door in ee
oud zomerhuis in Kivomidzu, waar alles was als u
een droom van oude tijden de stille, groote boi
schen, met hun door geuren omgeven kleurenspe
het droomerig murmelen van een beek en het te
kens wegglijdende licht van de ondergaande zon
het verre blauwe des hemels en in teere wee
moed voelden zij steeds weer de saamhoorii
heid hunner zielen voor het tegenwoordige en to
komstige leven.
En deze zoo volkomen harmonie werd maar zeldj
door 'ii wanklank verstoord en ook deze verdwena
steeds in 't volhouden van 'n lieve gewoonte die de jong
vrouw tot maakster had: in een nis in de huiski
mer stond het beeld van Kwannon met stralenkran:
en als teeken harer vergevensgezindheid, ontstak
O'Koyo dan steeds een wierookkaars, en spoedig om-
vlamde daarnaast een twocdo, die verkondigde da,
ook Zenzaburo met dezelfde gevoelens was vervuld
En teeder lachend, elkaar in do armen houdend, blie
zen beiden de kaarsen uit, de kleine vlammen val
hun toorn van hun liefdesaltaar, zooals zij he
noemden.
En toen kwam; de dag dien zij in Maiko aan de
doorbrachten, het was oon zonnige, maar tovens win
derige dag. De witgekopte golven zaten elkaar ach
ter na tot op het strand en de pijnboomen aan he;
strand bewogen zich als dansende meisjes. Hot wai
alles rythme en men leefde als in een roes. De dooi
het zilte nat verzadigde wind droeg allerlei gelui
den, waaronder de klank van een mooie vrouwen
stem, het jonge paar, dat hand in hand naar de
veranda van oen theehuis liep, tegemoet.
Op de bovenverdieping schoof men voor hen <i
wanden open en zoo kregen zij een heerlijk ruim g
zicht over de zee. Men bracht hen do thee en vroi
naar hun wenschen.
Zenzaburo vroeg naar de zangeres die zij haddei
gehoord en bereidwillig werd deze gehaald.
Zij was op verre na niet zoo mooi als O'Koyo, maai
haar oogen schemerden vochtig, haar glimlach wi
zoet en haar stem had een bekoorlijken klank.
De zee en de geurende wind waren do ïioge-j
leiding van het hartstochtelijke Geisha: „Liefst*
sterft ge eenmaal, nooit zult go in het graf neerzink
ken, maar in een beker wijn zal ik uw asch drin-l
ken."
En Zenzaburo's oogen en zinnen dronkon het zoettt
gift, terwijl zijn jonge vrouw naast hem zat, aanl
dachtig en bewogen luisterend, de kleine hand stil in'
de zijne verstoppend. Maar ni.et zooals anders be4
antwoordde de druk zijner vingers haar snellere-'
hartslag; koel en onbeweeglijk bleven zij.
Ja, O'Koyo scheen het, als fronste zijn voorhoofd!
zich, toen hij zijn hand uit de hare losmaakte, omj
zich schijnbaar geheel aan de muziek te kunnen;
overgeven. En het kleine vrouwtje zocht voor dit alle»
de schuld bij zichzelf. Zij had hem gestoord in hei
genot der muziek. Zeer zeker, zoo was hot. Of keer
de wellicht zijn oude kwaal terug, die leelijke hoofd
pijn? Bezorgd keek O'Koyo naar zijn gezicht, zag
hoe bleek het was en hoe koortsig zijn oogen schit
terden.
Toen er een pauze in het gezang kwam, verzoete
0:Koyo haar echtvriend zacht om liever heen te;
gaan, voor het geval hij zich niet wel gevooldo. F.eii
booze, wantrouwende blik trof haar, terwijl hij; haari
met een vraag beantwoordde: „Hoe kom je op die
gedachte? Nooit heb ik mij beter gevoeld dan op dit;
uur."
Tien glimlachte zij zacht: „ik ben gelukkig mij ven
gist te hebben en vergeef mij liefste."
En al scheen het dat de vrede op deze wij zo weer
was hersteld, ergens bleef een wanklank. Ondanks
dat hij geen onvriendelijk woord meer zeide, toch
loerde achter het gedrongen zeggen van den man
de heimelijke wensch, om haar al te groote liefde
af te weren. En daar O'Koyo de verandering in hun
verhouding zeer goed gevoelde, greep zij als steeds
naar het middel dat steeds in staat geweest was ora
elke schaduw over hun geluk te verjagen cn bij hun
thuiskomst ging zij naar hot liefdesaltaar en stak vol
verwachting een wierookkaars aan. i
Dan schoof zij onder de zijden deken in haar bed
en wachtte.
Maar tevergeefsch haar man stond niet. op ent
geen tweede kaars vlamde in de nis van haar woon-j
kamer. Slechts haar eigen kaars brandde zacht enj
knetterend en ging ten slotte uit.
De gedachte, dat hij met opzet niet wilde komen,:
scheen haar zoo dwaas, dat haar hoop zich aan de!
mogelijkheid vastklemde dat hij de aangestoken kaars!
niet had bemerkt.
Zacht stond zij op, herhaalde de poging en wachtte
knielend1 voor de nis, terwijl zij met lui,dkloppond.
hart zich zijn naderende schreden voor tooverdo,|
schreden, die niet kwamen.
Toen sloo-p zij naar haar bed terug en luisterde naaf j
zijn ademhaling, maar niets verried haar dat een I
sluimering hem gevangen hield en hij dus niet had!
kunnen bemerken, wat zij had gedaan.
Hij was wakker en toch kwam hij niet,. O Koyo
verborg haar doodsbleek gozichtje in de witte wijde
mouwen van haar doopkleed, opdat haar man de i
heete tranen van haar verdript niot zou bemerken. I
En sedert dien dag werd O Koyo's zonnig huwelijks' 1
geluk door donkere wolken verduisterd. Anders bad
Zenzaburo steeds elk uur van zijn vrijen tijd bij haar
doorgebracht en nu) ging hij avond Aari avond, alleen
uit. In den beginne sprak hij nog van zaken, mgar al
heel spoedig zocht hij niet meer naar voorwendsels en
zeide ook niet wanneer hij dacht terug to koeren.
Alvond aan avond stak zij haar wierrookknars aan
en avond aan avond had zij tevergeefsch gehoopt en
gewacht, Eb steeds bleeker werd het glimlachje waar-