Ichager Courant "Backin Zaterdag 17 Juli 1926. 69ste Jaargang. No. 7878. Tweede Blad. llit het hart Yan Holland. Feuilleton. Eenmaal Yoef aan boord Een Vruchten-Taart gibauum Dr-Oef kers Bakpoeder Kantongerecht te Schagen. Sedert Kijkduin zich Zoo bijzonder ontwikkelt, de Hagenaar, die over zulke dingen nadenkt, ^-el een soort van gevoel' over zich krijgen tals de keizer, die pas gewaar geworden is, dat in zijn rijk do zon niet ondergaat. In de gemeente 's-Gravenhagc gaat do zon wel onder, zeker, il n'y a pas u dire en dat is nog zoo sedert de aanhechting van Loosduinen en het zal ook zoo zijn, wanneer de gemeente de groot© uitbreiding heeft ondergaan,, die men. thans, op t oog heeft, we zullen nog altijd iets kléiner ziyn dan het Romeinscho rijk. of dat van Karei den Grooten. dat moeten we eerlijk bekennen, geen opsnijderij, dat heeft Den Haag dan ook heelmaal met noodig, maar het gevoel,het gevoel van een wereldrijk blijft, nu we twee badplaatsen hebben van zoo ge heel verschillend karakter. Vroeger toch hoette hot: op. do V fkr J fichoveningon, Tlaa zooveel van de onbeperkte ruimte in beslag kan nemen als men zelf wil, waar het bad om niet is j en van onbeporkten duur, waar der menschen klee- i ding alleen wordt bepaald door de temperatuur, den eigen voorkeur en de mate van betamelijkheid, die elk fatsoenlijk mensch gaarne eigener beweging in acht neemt, het stille strand, het dorado van den zomer, is te Kijkduin niet weggeschoven, niet gevlucht, niet teruggeweken, zooaL een dame in ochtendjapon wijkt, voor deftige visite, neen, op Kijkduin kan de «zeo en zand an zon minnende in letterlijken zin Zijn tenten, zijn eigen tent, op slaan enkele meters van de trap, die van het hooge duin naar het strand leidt en de tent behoeft niet reell moer to Zijn "dan een doek over ean etok geslagen: ©en paar rü wielen, overdekt doofr leem paar badhanddoeken, doen het heel aardigy. zoioals' ook op het stille Scheveningsöh©- strand. Hier als daar is de grootste verscheidenheid van woningen, gebouwd immers naar de eigen middelen en maar de eigen fantasie. Hoe verscheiden die menschelijke fantasie is, wanneer haar maar geen breidel wordt aangelegd, ziet men bij de zeldzame gelogenliedon, als deze. Hier ook een weeldegenot als schier ner gens anders. Immers daar het minimum hier zoo gering is, ifl er zoo spoedig weelde. Hier is hot groote gezin in een ruime tent, die, wel zes stokken behoeft, ecu waarin men kooktoéstellén en zelfs kam- peeroventjes heeft geplaatst, gehuisvest als in oen voorvaderlijk kasteel. Waarom nietP De ruime tent, van allo gemakkon voorzien, ligt toch vlak naast de woning, van een wandelstok en een badlaken ge maakt en waarvan do bewoner tooh ook alles hoeft wat hij behoeft om een heolen prachtigen dag te genieten van zee en strand, van het zilte nat en de koesterende zon, de blakerende zon ook, voor zoover men zioh wil laten blakeren en zich niet beschut onder het zeildoek, 't zich naar den hot: op do llangsoho badplaats, zynde het dorp fichoveningon, dat sodert onhougelijko tijden óón is mot Don Haag, kan men zioh vermaken, daar heeft men alles wat do moderne weelde den monsoh ver schaffen kan, daar zijn de fraaie hotels, de Zómer- thenters, de copieuso eetgefegenheden, do danszalen, do kostbare toiletten, maar wil je rustig gemeten van de zoo en de natuur en ga je naar een "bad plaats om te baden en om te ruston, dan dien je het. weelderige Den Haag te ontvluchten of te mijden, <lan is het beter naar eeq eenvoudig lan delijk oord to trokken, naar het primitieve Loos^ duinen, waar mem alleen is met de zee on de oav- gerepie duinen, nooit door een menschenvoet be treden! Maar dat w nu anders. Losduinen is oen deel van Den TTaag, do wegen van de stad naar dat andere deel' van -dezen de» stad zijn prachtig geworden, voor autos en ry- wiclcn zijn er ideale verbindingen, een groot aan tal autobussen onderhonden geregeld verkeer, do hotels vermenigvuldigen zich en do badhuisjes staan in lange rij aan het strand er oen dezer dagen werd er een sohittorend vuurwerk ontstoken. Niet omdat er iets bijzonders aan de hand was; wannoor er iets bijzonders Aan de hand is. kan iedereen en kan men overal "vuurwerk afsteken, maar hier was net vuurwerk er zoo maar, omdat een badplaats vuur werk afsteekt en het was er stampvol dien avond. Men zou dat vuurwerk den vuurdoop kunnen Iimo- men van de badplaats als weeldobadpl'aats. We hebben er nu twee in een en dezelfde gemeente. Zijn er vele gemeenten zoo op deze aarde? Maar liet aardigste is, dat in weerwil van dat ontluiken van de woelde ook in Kijkduin, do bad plaats weleer van Loosduinen, nu. mèt Loosdumenj van Den Haag, Kijkduin toch 2ijn. karakter, Zeer onderscheiden van dat van Sehov«nrngen hoort be- wajiril. Don zoeker naar een badplaats, wion Sohe- vcningen to druk is, kan de Hagenaar antwoorden, dat zijn onvergelijkelijke plaats ook voor den een zaamheid en rust verlangende iet© van diens gading hooft. Zooals do diroetr.ioe van oen huwtdykslyuroau, die eon vrijgezel haar diensten aanbood, op dien© tegenwerping, dat hij alleen maar uit liefde trouw de, antWoorddo, dat zij ook candidaten had vocffl huwelijken-.uit liefde. 'a t Het zoo genaamde „stille strand dat te ooneve- ningon ver van het voorname en voornaamste deed! van het strand is gelegen en als hot ware gevlucht voor de drukte cm het al te luidruchtigo verkeer, aan gene zijde van de haven on puist door die haven beschut togen de vermenging, het stille strand, waar zee en zand is voor don genietenden! mensen en zonder bemiddeling van een exploitatie- maatschappij, die reglementeert en stoelen ver huurt en do zee alleen door een tourniquet doet bereiken, dat slechts draait voor den betalende, het stille strand, waar men de eigen tont kan zotten en Voor slechts f 1.15 een voor direct gebruik gereed Gistpocder. Bnckin vervangt de Gist. Met Backin rijst het deeg onder het bakken- 500 gr. tarwebloem f 0.16 1 pakje Dr. Oetkcrs's Backin 0.07lJf 100 gr. boter f 0.28 marg.. 0.12 2 eieren. 0.12 Vs liter melk0.02 een weinig zoul 100 gr. suiker0J051/, 3 pond fruit (Klapbessen» Bessen. Kersen of derg.).0.60 f 1.15 Bereiding: Men bereide het deeg op de gewone wijze, rollc het dik of dun uit, al naar gelang men een of meer goed ingevette bakblikken ermede wil bedekken. Men bc» legge de met dit deeg bedekte bakblikken mei ontpitte, gesuikerde vruchten. Indien het buit zeer sappig is, bestrooie men het rijkelijk met geraspte beschuit of naneermee1 en een weinig suiker. Men lette vooral op Backin van Dr. Oetker, en dat op elk pakie ris Eenige Importeurs E. Ostermann Co„ A'dam, vermeld zijn. .Waar niet verkrijgbaar wende men zich direct tot deze Importeurs, die op aanvrage ook een g r a t i sreceptenboekje toezenden. mensch gewillig voegende zand, waar hij kan lezen en slapen en waar hjj gewoonlijk begint met lezen om al heel gauw over te gaan tot slapen, om dat lezen de3 menschen is en slapen der natuur en de natuur zich hier niet zoo gemakkelijk als elders laat ter zijde schuiven door don mensch. M.aar nu mag ik nooit over deze dingen schrijven zonder eerlijkheidshalve erbijte voegen, dat ik .in veler bezwaar tegen Schevoningen. ook buiten het stille strand, steeds zékere aanstellerij heb gezien. Schevc-iilogen druk? Scheveningon vol? Hetzij dan te voli van de zoo gesmade „dagje*menseken, hetzij dan te voli van de al te deftigen en al te weelderig jgekloedon en zich gebarcndcnPJa, als men wil. Druk on vol.' is het ook zelfs aan het „stille strand", vaht welken uaam het by>oegolyk' doel dikwy'fe mot spot wordt uitgesproken on tussohon sarcastische aan- liaüiigste.kens geschreven. Inderdaad ziet men aan liet onafzienbare strand een k'olbnie tamelijk dicht opeengedrongen tenten en daartussehen niet ver van elkander in jhet zand liggende menschen, inder daad ziet men in het water aan den onmetelijkon oever groepjes talrijke spartelende en dartelende menschen, maarwat verhindert hen wijder uit elkaar te gaan? Zee en strand zijn ruim genoeg en er wordt geen honderdste doel van gebruikt! Zoo is het ook aan het noordelijker .deel van hot Sche- veningscho strand, aan gene zijde van het Kur- haus: een zeer korte wandeling en men hoort geen jazzbands, men ziet geen elegante en onelegante damestoiletten en men hoort geen Rottordamseh, j troon Arasterdamsch, ja 'geen Haagsoh dialect, dat, onder ons gezegd, en gebleven, ook niet zoo mooi en zoo welluidend is als men zon opmaken uit den grooten afschuw, dien Hagenaars toonen voor die a ndere dialecten. Het is wel aardigde mensch i verloochent zijn natuur van gezelügheidsdier niet, ook wanneer hij op zijn medomcnschen afgeeft. On bewust schijnt men naar élkandor toe te trekken bij overvloed van ruimte om zioh af te zonderen. Dan ook dit: hot strandgenot. evenals het zeego- nqt veredelt, althans verzwakt het onedele. Ik kan mij geen hossen voorstellen aan hot strand, het vermaak, dat ons bij foestolijkheden in de Holland- sche stodeai in de oogon van elk bij ongeluk toe ziend vreemdeling do reputatie van barbaren be zorgt. Dronken heb ik nooit gemand aan het strand gozaen en ach, er is 'zoo weinig onderscheid tussdhen twee mensölren, die zich in heb zand neervielen, zoo gemakkelijk mogelijk, de een doet het al even be vallig en sierlijk alrs de ander. En, zoo is het met j hot baden in zee. Zoo is het trouwens' ook met de bewegingen die de mensch op het ijs maakt. Die Friesclio boerepummel maakt edele, koninklijke. J zwiorigo, aan allé elschen der schoonheidsleer ber j antwoordende zwenkingen, liet aardigste fijnste jon ge dametje, dat minder goed schaatsenrijden kan, I maakt stumperige en onaesthetische bewegingen. Zee, strand, ijs, zij maken gelijk omdat zij natuur zijn en al wat er om en er bij wordt gemaakt maar menschenwerk is. Toegegeven overigens, dat de „dagj'esmenschen" 1 storend^ kunnen werken, wanneer men even in hun j nabijheid komt, t maar dat juist gebeurt niet veel, immers de dagjesmenschen kennen het eigenlijke strandgenot niet, zij in de éersto -plaats zoeken de galerij, hot Kurhaus en de muziek; on dansgelégon- nqden, zij hebben anders te weinig aan hun dag; strijken zij een oogenblik giechelend, onbehouwen, j neer in oen Suil; door kinaeren juist verlaten, het is maar voor korten tijd en steeds op hot drukste, i wooligsto deel' van het strand.^ Zou oen dagjes- I mensch eens zijn heel 'dagje willen besteden aan 1 hot werkelijke strandgenot, dan zou men spoedig ontwaren, dat dagjesmenschen ten slotte niet zoo- voel verschillen van andere menscheen als dagvlin-1 dors van andore vlindersoorten. Alle menschen beboeren tot de soort homo sa ppens, daarin heeft de 'natuurlijke historie toch eigenlijk wel' gelijk. Eon les om te onthouden» een lés van de zon1 ietü da zee, het zand on de lucht. door A. S. M. HUTCïIINSON. Voor Nederland bewerkt door W. J. A. ROLDANUS Jr. 80. „Ik hoop vurig, dat het zoo zün mag," zeide Mr. MaiTapit, „maar ik betwijfel hot. Roof en hebzucht zwalken over het land. Mrs. Major had vijf en twintig pond per annum. Ik zal niet boven dat bedrag gaan." 9 Verlaat u op mij'. Maar mot oen vrije hand |>ed.celd.o ik een vrije hand om wat ik oen gieschikt persoon vind aan te nemen." „Zeer beslist neen. .Jij bent do rechtbank^ Zift schapen van geiten. Zend dé schapen liier l)ij mü. Ik ben het. gerechtshof. Ik zal ten slotte kiezen.r Deze weigering plaatste een laatste hinderpaal in j hot pad van George's plan, maar hij protesteerde niet. In de .eerste plaats durfde hij niet. Protes- tceren zou den blunder weer kunnen doen boven j komen, welkeu hij gemaakt had, toen" hij zeide: j „Zij zid voor alles komen." En ditmaal zou hij dien misschien n et meer .kunnen bedekken, waardoor hot geheele plan schipbreuk lijden kon. In de tweede plaats zag hij de noodzakelijkheid niet in te profes toeren. Hot vertrouwen tot dusverre ge wonnen te hebben gaf hem moed voor deze laat ste moeilijkheid. „Vertrouw op mij, Sir," zeide hu. Ileel kalm liep hij de kamer uit, sloot zacht de deur ging met den tred van iemand, wiens hart vol is, zwaar de trap op. Hij kwam op zijn kamer; wierp de kalmte van zich. „O, M.ary," riep hij juichend; als ik je hier kan krijgen, beste meid!" Inmiddels schreed Mr. Marrapit naar de kamer, waar zijn katten huisden; speelde met zijn lievelin gen; nam de Roos van Sharon mede op een wande- ing rn den tuin. Hij was In een prettige stemming. Groot was zijn ontgoocheling in den nacht ge- weest, maar deze man had genoten van een heer lijk worm bad en krokodillentranen. HOOFDSTUK IV. In het plaatsmgsbureau. Ma?/ zal in het kleine Battersea-kosthuis te ontbqten, toen het telegram van haar George kwam. Zij peinsde over het geheimzinnige ervan; gat den gebeurtenissen allerlei vormen, doch kon er geen sleutelgat van maken, dat het telegram ontsloot. Zy zweefde te midden van de groote on waarschijnlijkheden. George. zoo giste zij, had dien oom met het sbeenen hart verkeerd beoordeeld; den vongen avond alles aan Mr. Marrapit verteld en Mr. Marrapit had sympathie voor haar opgevat' en hem gevraagd haar naar Heron's Holt te brengen. Zij kleedde M.r. Marrapit met sneeuwwitte lokken en*een vriendelijken glimlach; zij stelde zioh voor, dat hij met uitgestrekte handen 't bordes afkwam, omhaar te begroeten. Zij hoorde hem zeggen: „Mijn dochter"; zij zag hem George naar haar toe trekken, hun handen meenleggen; zij hoorde hem prevelen: „Mijn zogen, kinderen!" Dit was eon romantische jonge dame. Een gekookt ei liet zij koud worden, terwijl zij zich in die heer lijke phintasieën vermeide. Maar een blik in het telegram bracht haar tot de werkelijkheid terug. „Vermoedelijk hier betrekking voor je." „Betrekking" dreef het vaderlijke air van Mr. Marrapit weg; kleedde hem weer zooals George hem beschreven had grimmig en tyranniek. Verdere gissingen joegen zelfs Mr. Marrapit uit het beeld weg. Welke betrekking kon haar in het huishouden van Mr. Marrapit aangeboden worden? Waarom moest „hier" Herons' Holt beteekenen? Het moest beteekenen in een huis in het district. Op het toovertapijt van dit nieuwe denkbeeld werd mijn Mary weer in een gephantaseerd para dijs gebracht. Zij zou dicht bij" haar George zijiL II. Mary was van plan geweest buiten voor het plaatsingsbureau te wachten tot George komen en zijn geheimzinnig tqlegram uitleggen zou. Maar nau welijks was zij bij bet kantoor of Miss Ram, die ook juist kwam, sprak haar aan nam haar mede naar boven. Miss Ram beschouwde heel natuurlijk de ontmoeting als# een bewijs, dat Mary hulp kwam vragen. Mary, in haar onzekerheid omtrent George's bedoelingen, kon slechts gedwee volgen. In de kamer met het bordje „Privé" ging Miss Ram aan haar tafel zitten en opende op ijskouden toon het gesprek. „Ik heb bericht gehad van Mrs. Charter. Ik had niet verwacht u weer hier te zien". Mary begon: „Ik weet niet wat u gehoord hebt Miss Ram greep naar een brief. „O, ik wil het niet weten!" riep Mary uit en hield met haar hand die van Miss Ram tegen. „Alles, wat zij schrijft, te hooren zou niets anders zijn dan alles nog eens doormaken. Het zou zijn alsof ik haar stem hoorde, alsof ik weer bij haar was. Als het u blieft., Miss Ram, zeg het mij niet". „Hebt u uw eigen lezing?" „Ik heb de waarheid".' Mary wees naar de brieven- kast. „De waarheid is daar niet. Mrs. Charter is niet in_ staat tot (lo waarheid. Zij kan zelfs de waar heid niefc onderscheiden, als zij die hoort." „Zij is een oude en goede klant", antwoordde Miss Ram op nog kouderen toon. „U kent haar alleen in dit kantoor. U kent haar niet in haar huis." „Ik heb haar andere jongedames geleverd. En die heb ik over haar gehoord". „En hebben die goed over haar gesproken?" „Afgezien van de vooroordeelen van een vroegere werkster, j'a." „Was haar zoon toen thuis?" „Dat hebben ze me niet verteld". „Ah!" zeide Mary, terwijl zij achter op haar stoel ging zitten. „Dus uw lezing gaat over den zoon?" Openbare terechtzitting: van Donderdag 15 Juli. VAN EEN KLANDESTTEN GESLACHT KALF EN NOG WAT. We beginnen vandaag mot de voortzetting van de zaak contra Van der Molen, slager te Dirkshorn. Als getuigen zijn nu gedagvaard en aanwezig de dienstbode Lena Voas on do rijksveldwachter Noot. Beklaagde V an "der "Molen mot zin gemachtigde De. de Leeuw, zijn tevens aanwezig. De 16-jarige getuige, do dienstbode Lona Voss, mag Jiet eerst vertollen, wat ze weet. Ze doet dab op duidolijko wijze, zonder voel omhaal, en we ko men hot neole gevalletje (den lezers wol bekend), woor te hooren. Lona vertelt dan, dat Broker, do knecht van v. d. Molen, 's avonds nadat hy "t kalf foslaoht had, togen haar zei: Ik ga naar Noot.? loer zed hij niet. Lena vertelt erbij) dat Breker den baas veel dwars zat. Maar dat hy de zaak zou verraden, had ze niet gedacht. Ze vond het heel gemeen, om zoo je baas te verraden, waar je tooh moe aan tafel1 zit. Op de vraag van den O. v. J. wie er over hot kalf begonnen was, antwoordt getuige, dat Breker 1 gezegd heeft, wel een kalf te weten. De volgen de getuige, rijks veldw a,chtor Noot-, wordt vervolgens gehoord. Ily verklaart gezien te hobben, dat het kalf vervoerd werd en toen de knecht Breker by hem aan huis kwatn, heeft nij ge vraagd wat er mot dat kalf gebeuren moest. De President VTaagt, waarom Breker by Noot kwam, waarop deze antwoordt: „Om een praatje te maken". Nogmaals verklaart (hij, dab Breker niet by hem gekomen is om te zeggen dat het kalf geslacht was. Zooals v. d. Molen de zaak voorstelt is bob niet gegaan. f Getuige Ds. de Leeuw verklaart dan, dab Noot niet het kalf kan hebben zien vervoeren, omdat hy toon op Warmenhuizen was. Dit zou tenminste vol gens hem verschafte gegevens van anderen, zoo geweest zün. Veldwachter Noot: Ik was niet in Warmenhuizen, ik was thuis, en ik wil eerst do getuigen zien, die dat bewijzen kunnen. Ik heb thuis, in de steeg staande, het kalf zien vervoeron. Getuige de Leeuw beweert dan weer, dat Noot don avond op het gebeurde volgende, volhield dat Broker niet by hem was geweest. Heb sohünt ge- tuigo toe, dat de beweringen op onwaarheden be rusten. Kantonrechter (driftig): Geen verdachtmakingen verder, die yerkliaringeai van U berusten maar op „van hooren zeggen" van anderen. Ik ontneem U vorder het woord. De O.v.J. kan hot hier naar voren gebrachte niet ontlastend-voor beklaagde noemen on blijft ±75 of 30 dagon eischon. Pres. tot gemachtigde: Wonscht IJ nog iets bo zeggen? Gem. de Leeuw biedt zhi excuus aan voor z'ni woorden, in een moment van opwinding gezegd en pleit voor eon lichte straf, nogmaals op de op- zot wijzende. De uitspraak luidt ten slotte, f60 of 30 dagen. EEN WATERLE3DINGZAAKJE. Numero twee van de lhst is Cornelïs Bijpost, een 65-jarige rentenier uit Alkmaar. Hem wordt als eigenaar van perceel Nes no. 10,ton laste gelegd, dat hjj dit niet op 27 Januari 1926 had lateü aansluiten aan de waterleiding. Bekl. denkt, dat het pereoel, een boerderij, nu Mary knikte. Do herinnering bracht een dwazen I brok in haar keel. Miss Ram zeide: „Miss Humfray, toen ik dien brief van Mrs. Charter kreeg, heb ik gezegd, dat ik niets meer met u te doen wijde hebben. Ik heb aan Miss Porter gezegd, dat ik u niet ontvangen zou. Waarom komt u alleon van alle jonge dames zon- der getuigschriften uit uw betrekkingen bij mij te rug? IJi wil uw verhaal aanhooron. Maak het kort. Overdrijf niet. Ik heb zeventien jaar in dezen stoel gezeten. Ik zie oogenblilckelijk bet verschil tus- sclien feiten en haat. Wilt u mij uw lezing mede- deolen?" „Ik moet. Wat ik het liefste doen zou is opstaan en zeggen: ,Ais u aan mij twijfelt, zal ik de moeite niet nemen u te overtuigen'. Veel liever zou ik weg- j gaan en u verlaten en alles onder de oogen zien dan i .uitleggen'. Waarom moet ik aan iemand .uitleggen'? Maar ik zal niet, weggaan. Ik heb er den moed niet t.oe. Ik weet wat het is alleen op straat te staan". Zij zuchtte weer. „Dat heb ik in ieder geval goed 'i geleerd. Ik zal u eenvoudig nlles verteilen. Ik doe i geen beroep op uw sympathie, doch alleen op uw rechtvaardigheid." ,.Ik mag die fierheid", zeide Miss Ram. Het was een eigenschap, die zij zeldzaam bij haar jonge da mes aantrof. „Ga verder". Toen vertelde Mary het gebeurde. Zij noemde George's naani niet. Zij besloot haar verhaal met feiten betreffende de scène in het Park. „Toen liep ik weg", zeide zfj, „en kwam oen vriend van mij. Hij had alles gezien. En hij ga^ hem een flink pak slaag, i Toen ik weer bij Mrs. Charter terugkwam, was haar zoon al. thuis toegetakeld. Hij vertelde zijn moc- der, dat hij mij gezien had met eon man en tus- scheribeide gekomen was. Dat de man hem aange- i vallen had. Dat is .alles". l „De ellendige hond!" riep Miss Ram met buitenge- wone woestheid. Uit de lade van haar schrijftafel nam zij een in zacht leder gebonden en met blauw lint samenge houden manuscript. Dit bevatte de merkwaardige gedachten, welke van tijd tot tijd gedufende haar zeventienjarig verblijf in den stoeL, waarin zij thans 'gezeten was, ip haar opkwamen. Op het blad stond: „Aphorismen, door Eugónie Ram." Het was haar I plan dit lievelingswerk uit te geven, wanneer onr der iedere letter va.n het alphabet twaalf aphoris men geschreven waren, i „De ellendige hond!" riep zij uit. toen zii het heels verhaal' van Mr. Bob Carter s laagheid ge- ihoord had. Dan trok zij de „Aphorismen" naar zich toe en schreef driftig. Vervolgens keek zij naar i Maiy. „W" las zij. W. Wellust. Wellust is het gezonde vTeeseh van natuurlijk instinct, overgegaan tot krengevlees-h. Plannen eten vleesch. wolven eten krengen. Som mige mannen zijn wolven geef mij de diqtion- naire even aan. Miss 'Humfray. Ja, het is krengo- vleesch, niet krengen leesch. Dat dacht ik wel. Dank- u." Zij legde de „Aohorismen" weer weg. .,Ik zal voor u doen wat ik k >n. 1'e'Ve. [k geloof u. Ga in de wachtkamer. Ik hoor een stap." nr. Die stap was de stap van George. Zich niet op zijii gemak gevoelend in dit huis van vrouwen, liep by aarzelend door de gang, tikte op de deur: „Inlichtingen". Van binnen werd een heftige beweging gevolgd door een vreemd keelgeluid. George ging naar bin nen. Met een vuurrood gezicht on waterige oogen staarde Miss Portor de chef van dezfe afdeoling naar hom. Do schrik bij George's kloppen had 't meisje oen bijzonder grooten bonbon doen inslilcken on do benedenwaartsche gang daarvan veroorzaak te Laar voel' pijn. Haar gelaat bood een angstaanjagemdon blik. „Ik bon bang begon George. „Pardon!" hijgde Miss Porter, don bonbon krachtig naar beneden werkend. „Parnon". „Heelemaal piet", zeide George vroolijk. „Heele- maal niet. Ik kwam met het oog op hulp in de huishouding." I De bonbon voorkwam het prettige gesprek, dat Miss Porter misschien met dien knappen jongen man had willen hebben. Dapper zeide zij: „Ik zal het aan de directrice melden en liep naar Miss j Ram'a deur. Dan kwam zij weer terug, hiold de deur open en zeide: „Miss Ram zal u ontvangen." Tranen ston den in de oogen van het jonge meisje: de gesmol- i ten bonbon deed haar inderdaad nog heel veel pijn. IV. Met twee mooie buigingen en zonder een woord to zeggen, groette Miss Ram George; wees hem een stool. George ging zitten. „Ik wil b.egon hij, „dat wil zeggen, mijn oom wilde graag hulp in de huishou- ding t-" „Naam, als ik u verzoeken mag", bitste Miss Ram, terwijl zij den legger opensloeg. George noemde "dien; strekte een been uit,, als wil de hij to kennen geven, dat hij zich op zijn gemak voelde. „Wanneer ik zeg hulp in de huihouding „Adres als het u blieft", zeide Miss Ram. Goorge trok -zijn been weer terug. Hij gaf de ge vraagde inlichting. Dan wachtte 'Miss Ram, om hem aan het woord te laten. Maar er was nu tweemaal op hem goschoten; hij wilde zich niet weer bloot geven. Toen hij niets zeide, gaf Miss Ram hem een stuk lichtrose papier. „Wees zoo goed dit formulier in te vullen. Formuleer precies wat u noodig hebt. En i schrijf, als het u blieft, duidelijk." George gehoorzaamde. Miss Ram bestudeerde de antwoorden op haar gedrukte vragen; sloeg haar boek open. „Ik heb verscheidene "geschikte jonge dames". Zij begon eon lijst te lezen. „Miss Minna Gregor, 25 jaar, dochter van wijlen Humphrey Gregor makelaar; getuigschriften van driejarige werkzaamheid bij Mrs. Mountsaffron, Charles Street, i bij wie zij juffrouw van gezelschap was en die be reid is uitstekende inlichtingen omtrent haar te vei- schaffen".

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1926 | | pagina 5