Uit het Hart van Holland. lste kl. Kleermakerij SPAANDER 6 Co. bedrag: per schoolgaande, kind betaald moet worden, al» iemand met i 5000 inkomen, 5 kinderen heeft. De heer Duijves merkt op, dat voor Gymnasium en H.B.S. ook hooge kosten door de gemeente be taald moet worden. Spr. weet, dat het volgens de Vet is, maar het wordt betaald. Inconsequent. Voorzitter: De moest sterke voorstander van laag schoolgeld ziet over het hoofd, dat voor dergelijk onderwijs getracht wordt, zooveel mogelijk van de ouders terug te vorderen. Dit is niet juist Als men aan' do eene zijde zoo laag mogelijk wil, moot men er aan de andore zijde niet tegenop zien, ook te betalen. Die ouders hebben evengood reeds school geld te betalen, wat wel eens vergeten wordt. De heer Duijves: Dit is tocxh doorgaans een maxi mum bedrag. Voorzitter acht heb inconsequent, ais men meent, dat de anderen te weinig betalen, dan de eerste wiJJ verlagen. Voor de handelsschool wordt ph- les teruggevorderd. De heer Duijves: Ja, dat weet ik. Voorzitter: Voor 8 jaar terug is het schoolgeld nog aan merkelijk verlaagd. Een mededeeling van den voor zitter in twijfel getrokken. Do heer Duijves trekt dit in twijfel. Dit zal wel voor enkelen zijn. Voor de meesten niet. Voorzitter: Het is wel heel erg verlaagd, terwijl we in den lijn bleven de mindere inkomens zoo laag mogelijk te 'houden. De heer Duijves merkt op, dat de middenstand veel heeftop te brengen, b.v. inkomens van f 2000. De heer Koojj: Die betalen f 5.20 als ze een paar kinderen hebben. Voorzitter lichti toe, dat f 1800 inkomen f 6.50 be taald wordt,, \met 1 jjrind f 5v20j; f 1600 inkomen be taalt f 5.20 per jaar. Wethouder Bar ten acht de hier bestaande rege ling evenmin hoog. Die kinderen heeft, moet t er iets voor over heb oen, dat ze ieeren. Het, overige moet toch opgebracht worden door -hen,, die geen kinderen hebbeen. Het is billijk, dat zij die een flink inkomen hebben, de gemeente ontlasten. Wethouder Ootjers acht de regeling eveneens bil lijk. De lage inkomens zijn bijna ontlast. Spr. acht de hier bestaande regeling onaanvechtbaar. De heer Duijves: Het kan gemakkelijk zijn, doch toen de verlaging voor de U.L.O.-sohool behandeld is, liad don we ook een staatje^ van Winkel, dat niet leek naar de regeling hier. Spr. wil met het ver zoek van Zihdscharwou.de meegaan. Voorzitter: Winkel heeft als ik het goed heb, geen bijzondere scholen. Vast staat, dat hier de rege ling van de O.L.-school' ook toegepast wordt op de bijzondere scholen. Als andere gemeenten onze regeling wat hoog vinden, is dat nog geen reden, tot verlaging over te gaan. Nog eens, als er aanlei ding zou zijn, de regeiing te iierzien, zou het zijn om deze hooger te maken. Met 5 tegeq 2 stemmen wordt hierna het voor stel1 van B. eu W. aangenomen. Tegen de heeretn Jes en Duijves. Ingekomen adressen. Ingekomen ia het bekende verzoek van de mala ria-commissie; - 2e. verzoek van de afcL L.T.B., om subsidie voor den tuinbouwoursua; 3e. verzoek van de R.K. leesbibliotheek om sub sidie. Deze adressen worden bij de begroeting behandeld Op het schrijven van Ged. Staten om in de Bouw verordening een bepaling omtrent gaasbescher ming op te nemen, wordt gunstig beschikt. Brandkranen. B. en W. nebben dit onderwerp al meermalen overwogen en stellen nu voor brandkranen aan te brengen op de bestaande spruitstukken. Dit zijn er in totaal 26, waarvan 5 aan de Spoorstraat, 18 in de gemeente en 3 aan de Handelskade. De plaat sing daarvan kost f50 per stuk en de finantieele toestand is van dien aard, dat de kosten uit de ge wone middelen betaald kunnen worden. De.helft voor Oudkarspel. Wat de Spoorstraat betreft, komen de kosten voor de helft voor rekening van de gemeente Oudkarspel, waarvan we ons eerst nog zullen hebben te over tuigen. Destijds zijn ook de spruitstukken voor re kening van beide gemeenten geplaatst. De verdere kosten zullen 5 gulden per jaar per kraan zijn. Het oudje heeft afgedaan. De meerderheid van B. en W. wil, na dit besluit, de bestaande brandspuit weg doen. Over bet nut der brandkranen zal ik, aldus de voorzitter, niet in den breede uitwijden. zoover gebracht hebt. Wat ik gedurende deze laat ste weken heb moeten verdragon, is inderdaad wel in staat het verstand; van een mensoh in de war te brengen." Artoi» lie] neer* toen toonlooze stem: „Geef mij jnijn Zweer je i Een spottende glimlach, die hem verschrikke lijker toescheen dan de wildste uitroepen van haar hartstocht, gleed' over haar gezicht. „Wat denk je van mij jSiegmund? Jij weet im mers het best, dat -men niet zonder noodzaak van zulke dierbare herinneringen scheidt." Hij beet zich op de lippen; hij voelde wel dat Zij niet Zonder bedoeling zich van dezelfde woorden bediende, die hij haar ©enigen tijd geleden had toegevoegd1. Maar ma verloop Van eenige seconden Oen Voort ojpi een toon, waarin hij alle jaaoht- en innigheid had gelegd, waarover hij be schikte: „Laten wij onze herinneringen dan rui len, Edith, den brief van je vader tegen mijln wissel: wij zullen Wederom onderbrak rij hem door een vastbera den afwerend gebaar: „Het is noodeloos daarover te praten. De brief van mijn vader heeft geen waarde meer vooél, toij. Je mag er gebruik van maken zoo veel' als je wilt. En je hebt mijn, meetning gehoord, ik'denk 'dat wij, elkander thans niets meer te zeggen zullen hebben." Zij g-ing langzaam naar de deur, doch Artods ver sperde haar'don weg. „Wanneer komt de professor terug?," „Over drie'of vier d&gen, zooals ik uit zijn brie ven meen te begrijpen. Hij heeft zich daarover niet' met volle zekerheid uitgelaten." „Goed over drie dagen zullen wij vertrekken." „Waarom niet eerder?" „Omdat het onmogelijk is. Vraag mij1 niet verder. Jo kunt waarlijk tevreden zijn met het ontzaglijk groofce offer. ,dafc ik je breng." „En wanneer zal1 ik Wat naders van je hooren?" O vermorgenavond. Onder de uitdrukkelijke voor "waarde echter, dat je voor dien tijd geen poging- doet je met mij in verbinding te stellen noch schriftelijk, noch! mondeling. Jij zelf Zoudt het mij gemakkelijk ■onoeg'door een noodlottige onhandig heid onmogelijk Kunnen maken mijn belofte te houden.'' 1 „Het is goed," antwoordde zij; hem onbevreesd aankijkend. „Ik zal' wachten. Tot weerziens dus." De wijze, waarop Zijl daarna, van elkander af scheid namen,verried waarlijk niets van die onweer De heer Zut vraagt hoe het met de eilanden staat. Voorzitter zegt, dat op sommigen wel, op anderen geen br&ndkraan geplaatst wordt. Waar geen brand- kraan komt, zullen de perceelen vanaf de openbare straat bereikt kunnen worden. De heer Zut is van oordeel, dat we dan de oude spuit wol kunnen missen. We hebben toch ook de motorspuit van de gasfabriek voor den Waarddijk, enz. De heer Kooij stemt mot het voorstel in. Voor de eilanden is het noodzakelijk en voor het dorp is het van groot nut. De oude spuit kan wel worden op geruimd. Het onderhoud is nogal hoog. De motor spuit is steeds bij de hand en daarom zijn alle in gezetenen even veilig. Voorzitter spreekt zijn genoegen uit over de gun stige uitingen over het voorstel van B. en W. Het is een grooi belang voor de gemeente. De spuit heeft echter de laatste jaren niet veel geko9t, wel de slan gen en de zeilen. De oude spuit zou echter nog noo- dig kunnen zijn om een perceel van den anderen kant te bereiken. Do heer De Geus: De kosten van de spuit vallen in den regel niet mee. Ik ben er niet voor de spuit aan te houden. Spreker vraagt of 26 kranen voldoen de zijn. Als bet noodzakelijk is, zullen er toch wel meer kunnen komen. Als de spuit er niet meer is, moet alles goed in orde zijn. Voorzitter: Het doel van B. en W. is om de kra nen op de bestaande spruitstukken aan te brengen. Deze zijn aangebracht op voorstel van het Prov. Wa terleidingbedrijf. Mocht in de praktijk blijken, dat bijplaatsen van enkele noodzakelijk is, zal daartoe zeker een voorstel gedaan worden. Vermoedelijk zal het echter niet noodig zijn. Met algemeene stemmen wordt het voorstel van B. en W. aangenomen. De gemeente gefeliciteerd. Voorzitter feliciteert de gemeente met deze be slissing. Al zal de heef Duijves het er niet direct mee euns zijn, toch meen ik dal het een goed besluit is. Bij brand zal men de heilzame gevolgen zien. Voor het geven van vervolgonderwijs worden aan gewezen de heer Mallekote als hoofd en mej. Wouda als onderwijzeres, die inmiddels reeds voorloopig door B. en W. benoemd zijn. De vier begrootingen behandeld in minder dan een nor. De diverse begrootingen zijn door de daartoe be noemde commissie nagezien en de heer Duijves rap porteert accoordbevinding, met de mededeeling, dat het niet noodig werd geacht een beschouwing te houden. De begrooting van het Armbestuur geeft, aldus de voorzitter, aan een ontvangst en uitgaaf van f2564.73, waarbij gerekend is op 11600 subsidie van de gemeente. De begrootingen van de lichtbedrijven worden zonder eenige bespreking goedgekeurd op een ont vangst en uitgaaf zooals die reeds eerder in de verslagen van Oudkarspel en Zuidscharwoude ge noemd zijn. Do gemeentebegrooting begint met een batig slot 1925 groot f 12633.38. Het salaris van den ontvanger veelal in een slecht blaadje. De heer Duijves acht het salaris voor den ont vanger, groot f1260, te hoog, doch er zal wel niets aan te doen zijn. Voorzitter: Gelukkig niet. De heer Duijves vindt het te hoog. Voorzitter: Het salaris van den ontvanger staat veelal in een slecht blaadje. Echter speciaal in deze gemeente is heel wat meer arbeid, dan in veel an dere gemeenten met gelijke' bevolking. Het salaris is werkelijk niet te hoog als men het van alle kan ten beziet. Een rekenplichtig ambtenaar moet al tijd anders behandeld worden. Ik hoop met deze woorden de opinie iets milder gestemd te hebben. Verzekering tegen diefstal. Voor verzekering van het kasgeld tegen diefstal, is f 2.50 uitgetrokken. B. en W. achten dit gewenscht, omdat de ontvanger voor diefstal niet aansprake lijk gesteld kan worden. De heer Duijves wenscht ook verzekering tegen brandschade. Voorzitter: Het zit in de brandkast, doch er kan tijdens de zitting iets gebeuren. De heer Kooij: Niet alle brandkasten zijn even goed, doch een minder goede brandkast wordt niet in de verzekering opgenomen. Hoestende Kinderen geeft men de verzachtende, hoeststillende Mijnhardt's Thijmsiroop Bij Apothekers en Drogisten. Flacon 75 ct Naam Mijnhardt op verpakking. Let hierop. ?taanbare, verterende hartstocht, die andera wel twee menschen kan meesleepten zelfs tot openlijke verachting' van alle goddelijke en menschelijk© wet ten. Als met moeite onderdrukte haat Vlamde het in de oogen van de eene en klonk het iin de woorden van den ander. Zij reikten elkander zelfs niet de hand; maar toen Siegmund Artods weer alleen was, balde hij in de grootste woede zijn vuist tegen de juist toegevallen deur en knarsetande op woesten r.oon: „Daar zul je voor moeten boeten. Zoo waar ik leer dat zal' ik 'je betaald zetten." HOOFDSTUK XVIII. Terwijl bijna de halve wereld reeds van den roem van het nieuwe geneesmiddel weerklonk, lag. de werkelijke ontdekker, Valentin D'üringhoffen, als een onbeweeglijke, vaak bewustelooZe patiënt op zijn ziekbed. Hem interesseerden eer en roem even min alk iets anders dat om hem heen geschiedde. Hij Wist 't ronde, door gewoonte rustige gelaat van den door doctor Giersberg gezonden verpleegster niet van juffrouw Heieens smal, kommervol ge zichtje te onderscheiden. Maar menigmaal, wan neer haar koele vingertjes zacht en verkwikkend over zijn verhit, pijnlijk voorhoofd gleden, mur melden zijn kfeurlooze lippen een naam, die het ar me jonge meisje steeds onwillekeurig in elkander deed krimpen want het was de hare niet. Gedurende de eerste weken had hij nu en dan in rijn hevige koorts liggen fantaseeren in nau welijks verstaanbare woorden; tijdens de laatste fcwee dagen echter, die er nu reeds sinds de be handeling met het nieuwe geneesmiddel verloopen waren, hadden dergelijke fantastische uitingen zich niet meer, voorgedaan. Wel hield de diepe bewuste loosheid nog steeds aan, maar toch namen zijn smartelijk vertrokken gelaatstrekken meer en meer de uitdrukking van een rustigen Sluimer aan. De verpleegster, die gedurende de bijzonder ge vaarlijke nachturen haar plaats1 aan neb ziekbed aan niemand! anders overliet, was gewoon Zioh daar voor overdag door een flinke rust schadeloos te .tollen. Gedurende -dien tijd rustte dé verpleging van den! patiënt alleen op juffrouw Heieens schou ders. Ook thans zat zij met een handwerkje niet ver van het bed bij het raam, toen een zacht kloT> pen op de kamerdeur haar snel deed opstaan. Zij >pende. behoedzaam de deur on trad toen, terwijl een lichte bibs zich op haar wangen vertoonde, een clirede achterwaarts, om de bezoekster den door tocht vrij te geven. Wordt vervolgd. De heer Zut iou dan op één polls tegen brand en inbraak willen verzekeren.. B. en W. nullen een en ander overwegen. Voor de malariabestrijding is f50 uitgetrokken. B. cn W. willen op het verzoek van de malaria commissie gunstig beschikken en tevens rekening houden met eventueele uitgaven door de plaatselijke commissie. De Raad gaat hiermee accoord. Salaris gemeente-opzichter. B. en W. stellen voor het salaris van den ge- meenteopzichtor te verhoogen van f200 op f300. De werkzaamheden worden met f 200 niet voldoende be loond geacht en de gemeente heeft zich allengs uit gebreid. De; bepaling blijft bestaan, dat voor werken boven f 1000 5 pet. vergoed wordt. Zonder bespreking gaat de Raad ook hiermee ac coord. De Spoorstraat. Voor de Spoorstraat willen B. en W. f 1000 uit trekken, speciaal voor de bestrating. Het is noodig gebleken, dat vernieuwing noodig is, wat de straat betreft. Deze vefkeert in een toestand dat vernieu wing gewenscht is. De gemeente-opzichter heeft f 1700 begroot, waarvan de helft voor deze gemeen te komt. De heer Duijves: Toen we de begrooting nagegaan hebben, was het bedrag f 800 en nu i 1000. Voorzitter: Toen was het voor alles f 800, maar waar toen f200 onder was voor het niet bestrate ge deelte van de Spoorstraat en de rest voor de Dorps straat. Naderhand is bestrating van de Spoorstraat noodig gebleken. De beer Duijves: Voor de Spoorstraat werd toen f 1600 begroot, voor ons de helft, dus f 800. Voorzitter: Er is f 200 bij voor, hét niet bestrate gedeelte, dat er nu afgaat. De heer de Geus vraagt, of bij deze gelegenheid meer omtrent de Spoorstraat besproken kan wor den. Er wordt wat betreft de Spoorstraat nogal wat atol opgejaagd. Men schijnt de straat schuin te willen laten loopen, zoo. dat het straat vuil in het slootje komt. Ook spreekt men over een riool, met afvoer naar het slootje. Ik loop niet hoog met deze plannen, weet niet wat er van waar ia, doch er, is mij zooiets wel eens ter oore gekomen. v Velen beoordeelen den toestand niet gnnstig. Wij doen ons plicht Onoordeelkundige demping. Oudkarspel U verplicht Dè klachten geweldig overdreven. t Voorzitter: Het is ia het algemeen B. en W. niet onbekend, dat velen den toestand van de Spoorstraat niet gunstig beoordeelen. B. en W. dezer gemeente worden meermalen verdacht dat we ons plicht niet doen, doch dit aanvaarden we niet. We doen alles wat noodig is en wat onze plicht is. Het punt rioleering hebben we onlangs onder E Wij leveren onder garantie van goed passen alle soorten HEERENKLEEDING. Langestraat - Alkmaar. oogen gezien met het dagelijksch bestuur van Oud. karspel. We meenen daar niet in te kunnen en t« mogon treden. De toestand is veroorzaakt doordat! jaren Iterug de sloot daar gedempt is op verzoek v de bewoners. Volgens oude notulen uit Oudkars; zou het Nut daar voor rioleering zorgen. Het steeds een aangelegenheid geweest Van Oudkarspi De slechte toestand is niet veroorzaakt door opb ging van de straal, doch door onoordeelkundig dei pen van de sloot. Wij zijn'verplicht volgens den lej. ger der wegen als eigenaar de straat te onderhoudej en Oudkarspel om daaraan een helft te betalen. Bui tengewone kosten ten behoeve van de bewoners kun nen niet voor Noordscharwoude komen. Deze mee- ning werd ook billijk geacht door B. en W. van Oud karspel. Ik zeii u, dat het voor de bewoners daar al- lesbehalve prettig is, ofschoon de klachten gewei- dlg overdreven worden. De toestand is daar niet zoo- als die naar voren wordt gebracht. Hierna wordt de begrootingspost voor de Spoor- straat goedgekeurd. Weduwenpensioen. Voor de weduwe van den overleden gemeente werkman Eriks is f 50 uitgetrokken met het doel haar dit bedrag ook voor volgende jaren toe te ken nen. De heer Zut: U zegt f 50. doch er staat f 100. Voorzitter: De begrooting heeft u bereikt voor den gemeentewerkman overigden was. De Raad gaat met het voorstel accoord. De heer De Geus merkt op, dat voor de commissie tot wering van schoolverzuim f 40 is uitgetrokken. Hij acht echter voor den secretaris f 1 presentiegeld te laag, en zou dit op f 1.50 willen bepaald" zien. De Secretaris zegt. dat. de secretaris f 10 salai heeft en verder als elk lid f 1 presentiegeld. De heer De Geus: Dan hou ik ine verder stil. De B.-K. leesbibliotheek krijgt een tientje. B. en W. stellen voor,, op het verzoek van het be stuur van de R.K. bibliotheek gunstig te beschikken door f 10 subsidie te verleenen. Allen voor. De opbrengst H. O. is geraamd op f 18000. Hierna wordt de begrooting goedgekeurd met de volgende cijfers. Gewone dienst: ontvangst en uit gaaf f 93587.09, post onvoorzien f 3084.19^; kapitaal- dienst: ontvangst en .uitgaaf f 265.87K. Daar de rondvraag niets oplevert wordt hierna de vergadering gesloten. li enl Vu Bek Hoe men In den Haag Mevrouw Mann- Bouwmeester heelt gehuldigd. Met zeer zeldzame geestdrift is mevrouw Mann- Bouwmeester in den Haag gehuldigd. De geestdrift en de hulde waren echt, eerlijk, ongeveinsd, en daar om al zeldzaam. Want ach, meer dan in welke andere stad ook leven we hier te midden van jubilea en huldebetui gingen van allerlei aard. Er zijn menschen en niet zoo weinigen, clie niet veel anders in hun leven doen dan huldigings-comité's oprichten en redevoe ringen uitsproken, wanneer er iets te gedenken valt. Het is merkwaardig: alles heeft zich in onzen tijd gespecialiseerd, overal heeft men „zijn menschen voor" en dat heeft natuurlijk het voordeel, dat de meeste dingen ook beter, immers vakkundiger ge beuren dan wanneer ieder bijvoorbeeld zijn eigen huis moest bouwen, zooals in den oertijd, toen de huizen niet veel meer waren dan holen. Maar som mige dingen ziet men toch liever verrichten door hen, die er mee van doen hebben en zekeren eigen vorm, oigen hartelijkheid, eigen piëteit aan het werk kun nen spendeeren, zooals aan huiselijke bezigheden. Nog steeds zijn er menschen, dien de pot van moeder de vrohw beter smaakt dan het eten uit een restau rant, dat allicht meer naar alle regelen der kunst is klaargemaakt. En zoo de vergelijking moge wat drastisch zijn, ze is toch niet onjuist is het den jubileerende, althans is het velen jubileerenden aangenamer, Wan neer hij zich op den gewichtigen dag ziet toegespro ken door menschen, die zijn leven en zijn werk kennen, al zal de redevoering technisch misschien niet zoo goed in elkander zitten als wanneer zij opgesteld ware door een der vele commissieheng- sten, die onze goede stad van ambtenaren en ga- wichtige personen, kortom van tijd tot tijd jubilee renden, telt. Er is in Den Haag niets wat zoo op een huidecomité lijkt als een ander huidecomité. Wan neer men leest, dat die of die jubileeren gaat, me dicus of jurist, ingenieur of schilder, geleerde of ambtenaar, mensch of vereeniging, levende of doode, en er wordt bij gezegd, dat zich een comité heeft ge vormd dat den „dag niet onopgemerkt" wil laten, dan leest men ook dadelijk alle de bekende namen van commissiehengsten; elk Hagenaar kan ze droo- rrien. Meestal begint het met Dresselhuys, van wien gezegd wordt, dat hij een afzonderlijk secretaris heeft, die boek houdt van alle commissies, die hij presideert, de redevoeringen opstelt en zoo voort, dan komen de andere bekende namen van menschen, die bet publiek alleen maar kent als leden van feest- comité's, zooals men van hofdignitarissen altijd in de bladen leest, dat zi} bij een of andere gelegenheid „aanwezig" zijn. Maar schier elk comité bevat ook een enkelen naam, die niet op de overige lijsten voor komt, gewoonlijk heel aan het eind. Men kan er ze ker van zijn, dat hij of zij, die dezen naam draagt, het initiatief tot de huldiging heeft genomen en er al het werk voor heeft gedaan, de commissieheng sten heeft aangezocht, het geld ingezameld en zoo voort. Die persoon licht dan ook den officieelen feestredenaar in omtrent de te huldigen persoon of zaak, waarvan de officieels menschen vaak nooit hebben gehoord voordat zij tot jubelen werden uit- genoodigd. Wanneer men dan zoo'n officieels toespraak hoort, waarin sprake is van den diepen indruk in heel het land, gewekt door dezen schoonen dag, is men verwonderd, op straat komende, niets te mer ken van eenige ontroering onder het publiek: ie der loopt het gebouw, waarin het feest wordt ge vierd, voorbij met het onverschilligste gezicht van de wereld en blijkbaar volkomen onbewust van wat zich daar binnen de muren had afgespeeld. Hoe anders dat alles bij het jubileum van me vrouw Mann! Het was stampvol bij het station tegen den tijd dat zij' zou aankomen en waarlijk behoefde men daar in den omtrek niet lang in onzekerheid te blijven ten aanzien van de oorzaak van die drukte. Ieder sprak over haar, de zeer groote kunstena- resse, een der weinige, die heel het volk kent en| door allen evenzeer wordt bewonderd en geëerd e: zoo vol als het op het voor ieder toegankelijk) station en de nog gemakkelijker toegankelij.' straten was, zoo vol was het in den oxtra-durei schouwburg, waarvan men de plaatsen eerst door dl bemiddeling van opkoopers had kunnen machtig worden, dikwijls voor eenige malen den bureau prijs. Dit laatste geschiedt in Den Haag uiterst zei den. In heel ouderi tijd gebeurde het veel meer, schier bij de komst van elke buitenlandsche ster werden de plaatsen opgekocht, maar dat verdroot den Hagenaars ten slotte zoo, dat op een gegeven oogenblik, min of meer spontaan ieder weigerde, een plaats van een opkooper te koopen en dan maar lie ver de voorstelling niet bijwoonde. Het zonderlinge geval deed zich toen voor, dat een zeer beroemde operazangeres, die overal feestelijk werd ingehaald en van wie ook de Haagsche pers heel veel had geschreven, tot haar eigen niet geringe verbazing voor stoelen en banken moest optreden, hoewel toch alle plaatsen gekocht waren en de recette dm schitterend wasl Tegen het einde van het eerste bedrijf zag men toen een aantal mannetjes binnen komen en plaats nemen op de duurst,e rangen, die niet juist van het gewone type waren, dat daar ge woonlijk te vinden is. Velen droegen een band om den arm, die het teeken hunner waardigheid van dienstman, schoenpoetser enz. was; de opkoopers ziende, 'dat ze met hun plaatsen bleven zitten, wilden althans o p die plaatsen zitten. Het was voor hen een ruïne, maar voor tientallen van jaren was men van het euvel der opkooperij af. Sedert werd nog maar bij zeer groote uitzondering, zeker niet eens in de drie jaar, getracht met opkoopen vat plaatsen geld te verdienen. Het zeer verminderd schouwburgbezoek en ook dé omstandigheid, dat het stelsel niet meer bestond, de menschen dus den weg naar den opkooper niet meer kenden, maakte het bedrijf te riskant-. Maar nu waren de opkoo pers niet bang, met de plaatsen te blijven zitten. Tot in het uiterste hoekje waren zij verkocht met goede winst. Men zegge niet, dat deze dingen wat simpel zijn om te zeggen naar aanleiding van dit kunstfeest. Deze simpele dingen spreken veel meer dan daverend gejuich en een schat van bloemen. Ze ker was het een daverend gejuich in den schouw burg en ongetwijfeld waren er ontelbare bloemen,' maar luider dan bij zoovele gelegenheden wordt geapplaudisseerd, kan men het nu eenmaal niet en nog meer bloemen dan bij die gelegenheden kan meo ook niet geven. Dat alles zien we zoo dikwijls, man een feest als bij het* afscheid van mevrouw Manfl is een groote zeldzaamheid. Zij is ook niet toegesproken en gehuldigd door de gewone daarvan min of meer een beroep makende comitéhengsten. Het waren hier alleep dezulken die in enger betrekking tot de tooneelspeelkutff stonden dan de eerste de beste. Op het tooneel vé het de voorzitter van d ellaagsche afdeeling het Ned. Tooneelverbond, Albert -Vogel, Schwab vele andere kunstenaars bf kunstvrienden en in den Haagschon Kunstkring was het de hooggeachte, on langs zelfs zoo warm gevierde eerevoorzitter Snij' der van Wissekerke. Hier was ongeveinsde hartelijkheid! Wanneer men vergelijkingen maakt met de huid® die boksers on wielrijders en worstelaars cn voet ballers te beurt valt, dan zeer zeker was het. maar slapjes wat men deed ter eere van mevrouw Mann, maar dat is te wijten aan den tijd, dien wij be leven. i Ook moet men hier hoedanigheid en om vang weten te scheiden. Er is nog wel een ver schil in de wijze, waarop en vooral in het gehalte van de personen, door wie deze ontzagwekkend* hulde gebracht werd aan een vrouw, die misschien nooit in haar leven voetbal gespeeld of gebokst necu en de wijze waarop en de personen, door wie uo sportgoden worden vereerd. Dat dit verschil althans blijve.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1926 | | pagina 10