De geheimzinnige Vioolspeler. Uit het Hart van Holland. Raad Harenkarspel De 7 jne pijptabak, is Derde Blad. DouweEqbertj Binnenlandsch Nieuws. Courant Zaterdag 27 November 1926 69ste Jaargang. No. 7954. [t Stil en verlaten ligt do boulevard daar, overgo ten door het bleoke maanlicht. Geen ander geluid [dan do angstige roep van een zeevogel, het breken der golven op de rotsen, do één achter de ander, het inchto gefluister van een paar geliefden. I kn toch, wannen* we scherper toeluisteren, be reiken ons oor af en toe do tonen van muziek, voort- Jgedragen op do vleugelen van de koele avondwind. Vanwaar komt deze muziek? Ia hot do minstreel trekkende door het land, van de eene plaats naar ue andere, die met begeleiding van zijn instrument fan de heldendaden uit lang vervlogen tijden ge waagd, is bet misschien een guitaar, aan welker snaren de jongeling, gezeten in een bootje op het water, de lokkende tonen onttrekt of zijn hot mis schien de sirenen, die uit de woelige golven opdui ken, en met hun verleidelijke zang de zeelieden trachten te verleiden. Neon, het is noch de minstreel, noch de jongeling, hot zijn noch de sirenen, die deze tonen voortbrengen. Wanneer u gindsche bocht van do boulevard omslaat, zult u de oorsprong van deze geluiden ontdokken. We zien daar een vriendelijk klein cafétje, uit welks open deur en vensters een gulp hel licht naar buiten valt, die zich weerspie gelt in do gladde asphaltbedekking van de boule vard. Wanneer we naderbij komen on eèn blik naar binnen werpen, zien we een kleine zaal met kleine vierkante tafeltjes en daarom heen druk sprekende, lachende en gesticuleeronde bezoekers. Daar zitten zij, vermoeid van do dagelijkscho laak, waartoe ieder monsch op aarde gedwongen is, om den tredmolen des levens in beweging te houden, hun gerst onder het genot van'een glas bier of anderszins weer wat op te frisschen. Daar vertelt ern ieder van de indrukken, die hij dien dag ver is meld heeft, van hoe het was, hoe het is en hoe het in de toekomst zal worden. Zij drinken op eikaars gezondheid, lanceeren. gees tigheden, en laten de glazen andermaal vullen. Een jonge man met scherp geteokende trekken leunt togon een stijl van het buffet en ziet zwijgend toe, het tooneel, dat zich voor zijn oogen afspoelt, blijk baar in zich opnemend. Af en toe wisselt hij eenigo woorden met do Juffrouw in hot buffot, om dan weer in dezelfde stilzwijgendheid to vervallen. Nog meer? Ja, nog iets. In gindsch hoekjo, buiten het bereik van het volle licht, dat uit eon flonkeren de kristallen kroon neorstraalt, zitten in zoet ge fluister een jongen en een meisje. Hot is niet ver staanbaar, maar eon enkele blik zegt ons, dat hij haar de geheimen van zijn jong, wild kloppend hart meedeelt. En zij luistert, mot stralende oogen leest zij hem do woorden van de lippen, streelt met hnar blik zijn Jong, slank lichaam, is bereid boel haar lichaam on ziel hom aan to bieden. Hoe schoon, hoe innig mooi, hun oprechte blikken naar elkander opgeheven, in hartstochtelijk verlangen. liet is te mooi, om to bedenken, dat er eens oen einde san zal komen, dat deze schitterende illusie eens zal verdwijnen, wannoor zij zich voor goed aan «Vksn lor hebben verbondon. Voorbijl Eon moment, on ondeelbaar oogenblik in het niet te omvatten begrip, dat de eeuwigheid is. En de mensch loopt die eeuwigheid in, op do mnnt dor muziek, en door bet gouden zonlicht om straald. En het is goed zoo. Het verdriet op zij gezet, zooals allen die op het oogenblik in het eafótjo bijeen zijn gozoton, kommer cn zorgon van zich af schuddend, hun afgematte geesten lavend aan de vroolijk klinkende tonen van de muziek. Ja, deze muziek was het, die wij hoorden. Op eon kleine vorhooging heeft het „strijkje" een plaats pokregen. Eén staat er. Dat is de orkestmeester. Hij tracht do^andaebt van het publiek te trekken door allerlei elegante en soms uit te voeren on tegelijkertijd san zijn viool te onttrekken. Som» lukt het, soms t voolt. het. publiek zich moagoslecnt door de muziok, maar veelal blijven zij, ongevoelig voor do schoone klankon. doorpraten en -lachen en toonen alleen hun dnnkbaarheid door eon zwak applausje, wan neer r.ij tenminste opgemerkt hebben dat de mu ziek zwijgt. Alleen wanneer het wat lang uitblijft, bevinnon ze te protestnoren. Het. is pauze. Do muzikanton verlaten het podium en glippen door een deur achter het buffot, do keu kon binnen, waar zij, naar ouder gewoonto, don in- wendigon monsch wat gnnn versterken. Toen was hot oogenblik daar. Onopgemerkt was hij binnengeslopen, oen lange, magere figuur, zoo mager dat men het skelet door zijn kleeron heen meende t.o zion. Zijn gezicht was weg. Alleen een paar holle gaten deden vermoeden, dat daar do oogen moesten zijn. Voor hot podium bleof hij eerst eon oogenblik staan. Toen ging hij er cp, nog steeds niet opgemerkt door de druk pratende monwehen. Hij pakte eon viool vast on liet zijn knokige vin gers Inngs do snaren glijden. Dan begon hij to spelen .eerst zacht, heel zacht, nis kwam het van heel uit do verte, o zoo ver. Het wna mooi, overweldigend mooi. Een jonge dichter, dia met zijn liefste voorbij liep, bleef plotseling slaan, toen de schoonklinkende muziok zijn oor bo reikte. Ademloos luisterde hij toe. Zijn gezicht was een afspiegeling van hetgeen er in zijn binnenste om ging en tonslotte riep hij uit: „Ja, nu herinner ik mij weer. Het was in een droom, heel, heel lang geleden, dat ik dezelfde muziek gehoord heb, ik was nog een kind". '..En de muziok werd sterker, steeds sterker, be reikte een toppunt, om dan weer af te dalen. Hot was gelijk een ziel, die uit het lichaam getreden is„ stijgt en stijgt, tot aan den hemel, om tenslotte weer In zijn omhulsel terug te keeren. Het publiek be gint, opmerkzaam te worden. Eerst een onbegrlj pelijko, eenigszin9 onverschillige blik, dan een plot seling opkomende groote aandacht door do aan trekkingskracht, die van het geheimzinnige wezen schijnt uit. gaan on tonslotte luistert de gouache wal in ademlooze spanning toe. Zij worden ge boeid, zij huiveren wanneer eon toon van wilde ver twijfeling door de met rook gevulde ruimte trilt. Het Heeft niets menschelijks meer. Dit is muziek, die nooit door monschonhanden aan een viool is ont trokken. Maar is het wel eon mensch? Kan een monsch dergelijke hartstochten, zóó wild on toch zoo diep ontroerend in zich bergen, als dit wezen, dot maar steeds door blijft, gaan, zijn innerlijke gt- voelens door middel van de muziek to vertaken. Het is stil gewordenDe gestalte is opge staan: is weggeslopen, zooals hij gekomen isg»- ruischlonsals ware er alleen de lucht, die aan ttjn verplaatsing weerstand boodtEen hoorbare tucht, als voelde wezigen Het was hem.het washet was de dood die «u die kleeren stakHeb je het gezien? Een nauwelijks merkbare knik van den ander...— W-ik heb het geziendoor zijn kleeren heen net was hemen dat lieddat lieddat was net lied van den Dood. )t publiek te trekker, door slangachtigs bewegingen tijd hartroerende klanken men zich bevrijd, doorloopt de aan- Vergadering van den Rand op Dondosd&a ZB No vember 1926, des middags 4 uur. Aanwezig alle leden. Voorzitter de heer J. Burger, burgemeester, secre taris de heer Jb. Dam. Na opening volgt lezing der notulen, die onder dankzegging worden goedgekeurd. I Mededeelingen en ingekomen stukken. I Bij de gehouden kaaveriflcatie bij den gemeente ontvanger was en moest in ka® zijn f 452.79, bij don administrateur van het G.E.B. f 452.90. Voorzitter herinnert aan de actde om hef Kanton gerecht te Schagon te behouden, eon commissie is benoemd', die binnenkort een bezoek zal brengen bij den Minister en de leden van de Twoede Kamer» Mocht het niet gelukken het Kantongerecht te Schagen te behouden, dan zou tonslotte nog ge tracht worden een andere grensscheiding te krijgen, omdat van hier oen heel wat betere verbinding be staat met Alkmaar dan met Helder. Voorts ls Ingekomen: Goedkeuring op de geldleoning van f 2250, voor verbouw van de dokterswoning. Dankbetuiging van P. de Vries voor, de toegekende salarisverhooging. Bericht van ontvangst van 'Ged. Staten van de ver ordening tot bepaling van den maximum-snelheid waarmede met motorrijtuigen in do kommen mag wordon gereden. De borden zullen f 13 per stuk kosten. Begrooting van den keuringsdienst voor waren, In het keurtngsgebied Alkmaar, voor 1927. Bijdrage der gemoenten 17.9 cent per inwoner. -Nadere begrooting van de Gezondheidscommissie, gezeteld te Schagen, voocr. 1927. Gemeentelijke bij drage onveranderd. Kwade potten. Bericht van den Inspecteur dor Dlr. hel. te Alk maar, dat voor kwade posten op de gemeentelijke inkomstenbelasting over 1926 zal worden ingehouden f 1080.-. Voorzitter noemt het een jobstijding, het ls een be drag dat nooit hier is voorgekomen. Geraamd was een post van f 500, zoodat de zaak wel in de war loopt. De heer De Groot heeft gehoord, dat de ontvanger niet heeft vergaderd met de schattingscommissie, kan daar de oorzaak niet zitten? Voorzitter zegt, dat ten aanzien van de aanslagen benedon f 2000 wel is vergaderd, door ontvanger en schattingscommissie. Voor de aanslagen boven de f 2000 wordt geen overleg gepleegd'. Wel komt de commissie van aanslag den laatsten tijd niet meer bij elkaar, doch gaat de commissie rond, om eega- vons te verzamelen. Voor den ontwikkelingscursus. Verzoek van het Gemeentebestuur van St. Maarten om bij te dragen in de kosten van een ontwikkelings- curus aan de school te Stroet, naar verhouding van het aantal 'leerlingen. Door B. en W. wordt voorgesteld, dat verzoek ln te willigen. Het aantal leerlingen bedraagt 15. waaarvan 8 uit de gemeente Harenkarspel, terwijl de kosten zullen zijn f 8 per leerling. De heer De Vries zal om dezelfde redonen als vo rig jaar tegen het voorstel van B. en W. stemmen. Hot voorstel wordt dan ook aangenomen met 6 to gen 1 stem. die van den heer Do Vrios. Een mooie aangifte. Bericht dat de heer R. van der Laan zijne benoe ming tot onderwijzer voor het voortgezet onderwijs te Dirkshorn heeft aangenomen en dat voor dat on derwijs zich hebben aangemeld 7 jongens en 5 meis jes. Bericht dat het voortgezet onderwijs te Kerkbuurt aan do bijz. school wordt gevolgd door 10 jongens en 4 meisjos. Te Waarland hebben zich 12 jongens aangemeld. Wijziging gemeentebegrooting 1927. Van de 4 opmerkingen zijn er 3 van administra- iieven aard. De 4e opmerking betreft den post ..bij drage van de provincie in de kosten van bestrijding van de tuberculose". Daaromtrent wenschen Ged. vSaten een nadere toelichting, teneinde te kunnen be- oordeelen, of de raming in overeenstemming is met de regeling, opgenomen in het Prov. blad no. 18 van 1924. Bij nader inzien is gebleken, dat de bijdrage ten onrechte op de begrooting is gebracht. De provincie vertoont alléén een bijdrage in de kosten van sana- toriumverpleging en niet in het salaris van de wijk- verpleegster-huisbezoekster t.b.c. Na toelichting door den voorzitter en door den secretaris wordt overeenkomstig den wonsch van Ged. Staten besloten. Volgt vaststelling van een supplotoire begroo- ring voor 1926. Zij betreft versonulende^ uitgaven on verhoogde \iitgavon waarvoor bij de primaire be- grooting niet kon worden gerekend. Do begroting wordt vastgesteld tot een bedrag van f 4049.94. Verschil van meening over wat billijk is. De zelfstandigheid der gemeente aangerand. Zie lig en peuterig van Ged. Staten. Ged. Staten hebben naar aanleiding van het de zer zijd sch schrijven omtrent hot hoffings-porc-cntago voor de behandeling voor de belasting^ on art. 242d der Gemeentewet nader medegedeeld niot van taions- wijza to kunnnen veranderen, vandaar dat B. een W. hun voorstel, in de vorige vergadering medege deeld, handhaven. Zooals beikond kan rijn, betreft het hier de belas ting die de bewoners van de Sehagerwaard' «ou den betalen tot h(et bedrag dat de gomoenfca hooft betaald voor de aansluiting van het eTeotrisoh net. Het héffingsperoentage was door den raad op 3 bepaald, doch Ged. Blaten oordooldon, dat dit per centage aan do hand van do wet to hoog was, omdat de wet spreekt over een billijke bijdrage, terwijl de 3 pet. de rente en aflossing vormen van hot totaal bedrag dat de gemeente voor dezen eteo- trisohen aanlog heeft bijgedragen- het 1 B. en W. stelden nu in de vorige vergadering voor om het percentage dan van 3 op 23/4 te bren gen, dooh do raad achtte het gewenscht dat B. en W. zich nog eens in verbinding stelden; met 'Ged. Staten en te wijzen op de ovoroonkomst die do ge meente mot do aangofilagoncm in do Sehagerwaard had aangegaan, terwijl voorts werd gewezen op hot feit, dat de kosten van hot G.E.B. in Waarland ge- hooi door do anngoslbtenien aldaar worden gedragen, zoodat, indien CAD hot verlangen van God. Staten werd volgaan, eon onbillijke regeling tegenover 'Waarland zou ontstaan. B. on W. hebben aan (het verlangen van don raad voldaan en Ged. Staten o.in. erop dat do stroom] hooger is dan geneven. Zij wezen er voorts op, dat bijv. de admi nistratiekosten nog ten laste der gemeente komen. Ged. Staten evenwel antwoordden, dat voor dek king van de door de gemeente bo taalde koeten een belasting mag wordon geheven, doch dat daarbij do wettelijke voorschriften in aoht mooten wordon genomen on dus oen billijke bijdrage mag wordon geheven, niet dus hot goheele bodrag. Gewonen wordt, op do mogelijkheid, mot de bewoners -van do Sehagerwaard oen overeenkomst te «luiten, zonder dus een belasting vulgens art. 242d dor Gemoonta- Een moeilijk geval. Over het wangedrag van den burgemeester van Goor, die tege lijkertijd Kamerlid ls. Door een eenvoudig. vr*«g v»n een volk.vorU- genwoorcligér aan den Ministor van Binneniund- sche Zaken is oen hoogst ernstige aangelegenheid aan het licht getreden of liever qp het tapijt ge bracht, oen zaak van staatsinrichting. De heer De Savornin Lohman heeft, naar men weet, den Mi nister van Binneniandscho Zaken gevraagd, wat hij denkt to doen naar aanleiding van de omstan digheid, dat do burgemeester van Goor, dezelfde, op wiens voorstel do in rneerdorheid socialistische gemeenterad besloot, de vlag niet uit te Bteken op den vorjaardug van de Koningin, in oen open bare vergadering beeft gezegd, dat do rellotjes te Assen mede hot werk waren van de partij, waartoe hij behoort, dat hot leger oen „rotzooi" was, dat de meerderen niet moesten wordon gohoorzaamd, enz. Blijkbaar is do bedoeling, dat. do ministor van Binnonlandsche Zakon zeggen zal, dat hij dezen burgemeester niet meer zal herbenoemen of nog s renger maatregel tegen hem zal nomen, ontslaan is wel het allerergste, dat de minister nis zoodanig doen kan. Of hij bet gevel daarvoor al dan niet •rnstig genoeg acht, zou op zichzelf niot van zoo veel belang zijn, ware het niet, dat de burgemeester tevens lid van de Kamer is. Het spreekt van zelf, dat dit het geval heel lastig maakt. Immers oen gewone niet-herbenoomde of zelfs ontslagen burgemeester van Goor loopt den minister niet alle dagen voor de voeten, het zou een toeval zijn, wanneer zij elkander ooit hadden gezien. Dit is anders met een Kamerlid. Men kan wel zeg gen, dat de minister niets daarmee te maken heeft, of de man al dan niet tevens Kamerlid is en dat hij in precies dezelfde ambtelijke verhouding tot hem staat als tegenover alle andere burgemeesters en wie dut zegt, heeft in theorie ook schoon gelijk, maar in de praktijk is het toch anders. Wanneer de burgemeester wordt ontslagen, kan het Kamerlid, dat met dien burgemeester een en dezelfden per soon uitmaakt, den minster een „vraag" stellen mot hetzelfde recht als de heer De Savornin Loh man dit aan de overzijde van het Binnenhof deed on in dio vraag Z.Exc. feitelijk ter verantwoording roe pen wegens het ontslaan van den burgemeester! Hij kan verder gaan en een interpellatie aanvragen of het door een van zijn partijgenootcn laten doen en zelf aan de beraadslaging deelnemen. Buitendien kan hij olk'én dag om zoo te zeggen en bij elke gelegen heid, die zich voordoet, den minister in de Kamer den voet dwars zetten en zelfs wanneer hij het niet opzettelijk doen mocht: wat hij ook zegt bij eonige bestrijding van don minister en wat deze hem. ook antwoord, steeds zullen anderen den strijd toeschrij ven aan het onde zeer. steeds zal de toehoorder den ken: „O ja, de een heeft den ander zijn baantje van burgemeester ontnomen". Alweer en het zij nog maals toegegeven kan men beweren, dat de be trokkenen zich daaraan dan maar niet storen moeten on hun plicht doen zonder een oogenblik rekening te houden met wat er gebeurd is tusschen do boide beeren in andore hoedanigheid. Of dit nu wel kan en of men daarop rekenen mag, is een zaak, waar over lang te discussieeren zou zijn, maar er behoeft niet meer ovor gediseusieerd te worden, immers onze staatsinrichting hooft de zaak in beginsel beslist. Ambtenaren in actieven dienst mogen geen Kamer lid zijn. Zij mogon dat niet omdat allo do overwogin- gen nierl>oven vennold, golden omtrent de ver hou SJing tuswehern don minister an diens ondergeschik ten. Men kan ook ten aanzien van hen zeggen, dat in de Kjaimar minister en ambtenaar ta vorgotonr hebben dat zij ais chef on ondergeschikte tegenover elkander staan, maar men is zoo wijs geweest dat niot to zeggen. Gedurende hot KaniGcrlidiuaatsc-hap wordt de Inwlataido ambtelijke band losgemaakt^ do o05i ls onafhankelijk van den onder en moet dat rijn Maar nu een burgemeester? Dio wordt niot tot do ambtenaren garokond an daarom kam man heel guod>(Kamerlid en burgemeester tevens zijn. Maar ef lijj na ai dan niet bob de ainlxtccnarcni go rie kend wordt, hif is toch oven gloed ais iemand, dio er wèl toe gerekend wordt, afhankelijk van eon her benoeming door den minister en kan zolfs worden geschorst en van zijn waardigheid worden onthoven. Men staat liior du» voor eon zeer lastig geval', t oen is itob vo komen begrijpelijk, dab de bepaling omtrent ambtenaren niet is gemaakt ten aanzien van burgemeesters. In don fcud, toen do bepaling voor het eerst werd gemaakt, kon niemand vermoe den, dat er zulk soort burgemeesters zouden op groeien, ais do burgemeester van Goor er oen is en zeker heeft men niet aan de mogelijkheid ge dacht, dat die dan nog bovendien Kamerlid zou den worden. Uiteraard noeft men zoo weinig mnge- 'ijk burgers van de benoembaarheid tot Kamerlid willen uitsluiten; ten aanzien van ambtenoren, dio dagelijks met den minister in aanraking komen, was dat noodzakelijk, maar een burgemeester? (Wan neer lieeft die nu iets te maken met den minister? Jawel bij zijn herbenoeming,^ maar die geschiedt toch altijd automatisch, tenzij bij bepaald wan ge drag. maar wangedrag bij een burgemeester was clest nds een van die dingen, die ter nauwernoodl denkbaar waren, in de praktijk nagenoeg niet voor kwamen. zeker niet zoo veelvuldig, dat men reke- hing had te houden met het groote toeval, dat een zich aan wangedrag schuldig makende burgemees ter tevens Kamerlid wordt. Inmiddels: de wet is 111 •dat opricht niet veranderd, maar zeer, zeer zijn de rijden veranderd eaa wij mensohen met de tijden. TKnns staan' we voor het geval en piet groote 'be langstelling Zal het antwoord van den minister tegemoet worden gezien. Mogelijk blijft,dat - hu er zich met 'n Jantje van Leiden van afmaakt. ITefc 'is niet ofieeiel gecon stateerd, dat de woorden zoo gesproken zijn als heb „verslag in de krant ze weergeeft", ,Ae minister heeft niet den indruk gekregen, dat het Zoo erg was" er zoo voort, maar en ziehier toch weer de angel wat hij' ook zegt, hetzij hij rieh van de Zaak tracht af te maken, hetzij hij toegevend, hetzij hij Streng Zal willen optreden, óf de eene, óf de andere partij kan zeggen en zal zeggen, dat hij het. Kamerlid &ïs Kamerlid, óf ontziet, óf nekt. Laten we eens goed opletten, hoe dit zaakje rieh ontwikkelt. ECHTE FRIESCHE HEERENBAAI wet. in 't leven te roepen, waarmee Ged. Staten tóch dan niet behoeven in te laten. Voorz. zegt, dat wat hot laatste betreft, B. en W. dit ook wel wisten, doch de moeilijkheden aan oen dergelijke overeenkomst verbonden, zijn on overkomelijk, de mensohen wisselen steeds, enz., enz. B. en W. stellen dus nu opnieuw voor, aan den wensch van Ged. Staten te voldoen en willen het heffingspercentago op 2 3/4 bepalen, hoewel Zij voelen, dat God. Staten ook dit percentage niet goed zullen keuren. De bijdrage van do öangosloto- uerfin de Sehagerwaard zou door deze verminde ring van het percentage gebracht worden van 144 op f 132. f De heer Francis is verwonderd over hot stand punt van Ged. Staten en meent dat in art. 242 wordt gesproken over een billijke bijdrage; do raad daaraan heeft voldaan omdat s' beneden den stroomi wordt betaald. Het liikfc Spr. Staten aannemen, de droge n< Wan rlanJHHHBHHHHHH door het standpunt dat Ged. zelfstandigheid der gemeente tamelijk te loor gaat. Spr. vraagt rieh af waarom de raad hier dan eigen lijk rit. De s wijziging, die B. en W. voorstellen, heeft, zoo weinig finantieelan invloed dat spr. daar over maar niot zal spreken. Noodgedwongen zal spr. dus met het voorstel van 3- on VV. meegaan. De hoor De Vrios brengt B. eon \V. dank voor de royale wijze waarop zij deze z;iak behandeld hebban. Spr. vinat 't Zielig van God. Staten, oen peuterige manier, waarop te werk wordt gegaan en spr. oor- doelt dat aJta men voor oen gulden honderd centen terugvraagt, dat billijk is, als men moor vroeg was liet onbiUjjk. Spr. gelooft dat' do bijdragen, aio do gemeente vroeg noodzakelijk was, want de kosten worden niet eens bestreden. Sehagerwaard verlangt tooh geen gift van do gemeente. Ook spr. zal voorstel van B. en W. tooe* 't aotoijran van Ged. rieh af, of hot feitt dat Do hoor peuterig 1 Dakkec hot bodrijf to Waarland een gomocutolijk bedrijf is on dat in do Sehagerwaard van hot P.E.N., mis schien do oorzaak is van de houding van God. Sta ten. Wannoor Waarland indertijd, toon het lMidryf minder gunstige resultaten opleverde, om eon by- drago aan do gemeente had gevraagd^ misschien zou dat dan ooik wei in goede aarde rijn gorahJao! by Ged. Staten. Voorzitter kan hot standpunt van Ged. Staten ook niet bost begrijpou. Als de wet letterlijk in toe passing wordt gein-acht, mag als billijke bjjdrago niet het gohoole bodrag worden gaëischt, maar het lijkt spr. toe, dat do geest van de wet anders, is. Spr. vindt hot van Ged. Staten niet «drom. Wel zal de wijziging, die B. en W. voorstellen, niet worden goodgokourd, maar, fleemt tijd, komt raadt". Zonder lux>f(lelijke ^tomming wordt overeenkom- stig het voorstel van B. onwT besloten. Zoodat het heffingspercontagtj van 8 op 33/4 wordt gebracht. Bij do rondvraag wijst de heer De Groot op den modderpoel bij Wed. van Straten. Het is Wonecho- lijk, dat aan de kanten wat bohareling wordt opgebracht. Voorzitter zal het in gedachten houden. Hierna sluiting. EEN ONTSLAO-AANVHAGB. Do heer G. Holle. Hoofd der School to Berkhout, heeft als zoodanig ontslag srovraaKd on dit op de moest eervolle wij zo verkregon' met Ingang van 3 Duc. a.s. Door den Burgemeester en door den heer Wondor worden zeer waardoeronde woorden ge sproken ovor hot. werk. door den heer Holle tredu- rondo 22 Jaar voor het onderwijs tn do gomoente Berkhout verricht. Dr> hoor Holle was hiervoor Hoofd der School te Kolhorn. WIERINGERWAARD. Ter Knmoente-secrofarip zijn inlichtingen te beko men omtrent' een ge vonden Ëngelschs sleutel. WIE RINGEN. De kerkelijke verkiezingen jl. Woenslapavond voor de Ned. Ilerv. Gemeente van Hippolytushoef en Wes- terland, in de consistoriekamer te Hipp. Gehouden, had den volgenden uitsla*. Aftredend als lid van 't Kiescollege waren de heeron O. J. Bosker, N. Kaan, L. C. Kolff on Dr. H. Piccardt. welke allen werden herkozen en in de vacature van don heer E. Baijs Jz.. welke had bedankt, is gekozen de heer Weert Mostort. Eveneens werd tot notabel *ekozon de hoer S. Rus- selfhan en wel in de plaats van den heer D. Koorn Jbz.. die wejrons zijne benoeming tot Kerkvoogd als notabel had bedankt. WIER INGEN. In de jl. Woensdagavond Gehouden verGaderin* van commissarissen der Onderlinge Vee- en Paar den verzekering Maatschappij „Helpt Elkander" werd het verzekerd kapitaal in de afd. Rundvee van 20 Mei 1926 tot 20 Nov. 1926 vast Gesteld op f 82.710. Uitkeerin* moest Geschieden van een Gestorven koe ter waarde van f 136. De hiervoor te heffen premie, enz. plus een klein bedraG voor de reservekas is vastgesteld op slechts i 0.50 per verzekerde f 100 ka pitaal. POLDERVERKIEZINGEN. De Banne BarsimGerhorn koos tot HoofdinGelandon van bet Heemraadschap der Strijkmolens van de Schager KoeGe den heer P. Blaauboer te BarsinGer- horn, vacature A. Schenk te SchaGon. De heer C. Bakker werd herkozen tot voorzitter van den Kaagpolder. ST. MAARTEN. De banno St. Maarten koos tot lid van het daGc- lijksch bestuur den hoor D. Schermerhorn en tot Hoofdingeland den heer A, Bloim beiden te St. Maarten.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1926 | | pagina 9