Alititei Bitlis-
Uitmuit- Lailiiitlil
Geestelijk Leven.
Zaterdag 9 April 1927.
70site Jaargang No. 8030,
Eerste Blad.
Ga
1 naa
van 't Voorjaar eens
naar SPAANDER 6 Co
Gemengd Nieuws.
SCHACEB
COURANT.
Dit blad verschijnt viermaal per week; Dinsdag, Woenrdag, Donder
dag en Zaterdag. BIJ Inzending tot 's morgens 8 uur, vorden Adver-
tentiën nog zooveel mogelijk In het eerstultkomend nummer geplaatst.
UitgeversN.V. v.h. TRAPMAN Co., Schagen.
POSTREKENING No. 23330. INT. TELEF. No. 20.
Prijs per 3 maanden f 1.65. Losse nummers 3 cent. ADVERTEN-
TIöN van 1 tot 5 regels f 1.10, Iedere regel meer 20 cent (bewijsno.
inbegrepen). Grooto letters worden naar plaatsruimte berekend.
DIT NUMMER BESTAAT UIT ZES BLADEN.
PESTALOZZL
In den tijd, waarin wij thans in gedachten het
leven van Pestalozzi mééleven, was het in Europa
zeer onrustig. Het is het tijdvak van Nap^leonl Er
waren vele oorlogsweezen. Welk een prachttaak lag
er dus voor P. klaar!
Een bijzonder voorrecht valt hem daarbij ten deel,
doordat hij een jong opderwijzer, Herman Krüsi ge
naamd, iemand die vol enthousiaste bewondering was
voor den beroemden schrijver van „Lienhard und
Gertrud", als helper krijgt. Ook de bevolking in
Burgdorf begint den zonderlingen schoolmeester te
waardeeren. Hij wordt benoemd aan de school al
daar. Weldra wordt deze school overgeplaatst naar
het slot.
Door gansch Zwitserland wordt gesproken van de
wonderschool in het slot te Burgdorf.
In dit slot woonden nu Pestalozzi, Herman Krtisi,
diens vriend Tobler en een zekere Buss, knap tee
kenaar en musicus.
Deze laatste twee hebben zich uit sympathie bij
P. aangesloten. Deze vier mannen verdeelen onder
elkaar de klassen en hebben de handen vol. Maar
ook de harten zijn vol, vol toewijding en liefde. Door
de opvoeding zullen zij de wereld herscheppen!
In dezen tijd treft P. een zware slag door het
stervén van zijn eenigen zoon.
Buitendien kon de roem, welken hij allerwegen
inoogstte, ook in het buitenland, toch één verlangen
niet geheel bij hem verdringen: het verlangen naar
zijn weeshuis in Stans. Hem hindert het, dat *t alleen
de burgerkinderen zijn, die van zijn werk profitee-
ren. Want altijd ging toch zijn liefde het meest uit
naar de armen en misdeelden.
Hoe P. door menschen van beteekenis werd erkend,
blijkt uit een kort briefje, dat hij ontvangt van de
dochter van den beroemden Lavater. Dit briefje was
door Lavater op zijn sterfbed aan P. geschreven en
behelsde het volgende:
„Onvergelijkelijke, dikwijls miskend, maar
bewonderd door veleP,
Die, snel besloten, te doen tracht, wat vóór
u niemand (beproefdê,
Moge God U doen slagen! Hij krone uw
grijsheid met rust!
Als een karakteriséering van dé persoonlijkheid van
dezen zeldzamen Pestalozzi, deel ik het volgende
mede:
Wanneer zijn zoon gestorven is, krijgt hij daar
van het bericht van zijn vrouw. Hij gevoelt hoe
zwaar het haar moet zijn gevallen te schrijven. Toch
spreekt die brief van diepe berusting. Die brief
schenkt hem ook de gelegenheid zich te stellen te
genover het mysterie van het moeder-zijn. En... hij
gaat zitten te schrijven aan het boek, dat hij onder
handen heeft en wat hij nu neerschrijft is één lof
lied op de „moeder".
Den -volgenden dag gaat hij haar den Neuhof.
Daar vindt hij zijn vrouw bij 't graf van hun zoon.
Pestalozzi is zeer ontroerd. Zijn tranen beletten
hem te zien, op goed geluk reikt hij zijn vrouw de
hand en zegt; „nu is de band, die ons beider leven
verbond, weg!" En toen.... toen was 't hem of er een
Stem uit een hoogere wereld kwam, want het ant
woord van zijn vrouw hierop was, „neen, Pestalozzi,
die band is voor de eeuwigheid tusschen ons gelegd!"
Het zou de moeite waard zijn een afzonderlijke
studie te wijden aan de vrouw van Pestalozzi. Ik heb
voor haar een buitengewoon groote bewondering.
Voor 't grootste gedeelte van den tijd leefden zij en
haar man gescheiden van elkaar en toch zijn ze tot
het einde toe elkaar getrouw g.ebleven. En altijd weer
ais zij samen waren, gevoelden zij hoe veel zij van
elkaar hielden. Maar we moeten wel bedenken hoe
zwaar het is de vrouw te zijn van een rusteloozen
geest als Pestallozzi was, die eigenlijk zijn heele le
ven lang zich aan een ideaal gegeven heeft met ver
zaking van alles.
Zijn laatste boek waaraan hij den naam heeft ge
geven: „Wie Gertrud ihre kinder lehrt" (Hoe Geer-
truida hare kinderen leert) maakt grooten opgang.
Hef. wordt uitgegeven in 1801.
Ook zijn eigen volk begint hem naar waarde te
schatten.
Wanneer Napoleon vertegenwoordigers van Zwitser
land naar Parijs ontbiedt en de afgevaardigden door
het volle moeten worden gelcoze,n dan wordt Pesta
lozzi door twee districten aangewezen.
Zoo trekt de thans in gansch Europa bekende
Pestalozzi, de zonderling, de dwaas, in 1802 naar Pa
rijs waar hij vergadert met de elite uit verschillen
de landen saamgekomen. Het is merkwaardig, hoe hij
altijd alles kon vergeten voor zijn idée. Wanneer, tij
dens een beraadslaging in de vergadering der ge
leerde heeren Napoleon zelf binnen komt, dan klampt
nu dezen aan en dwingt hem te luisteren naar de
uiteenzetting zijner ideeën. Dan wijst hij er den klei
nen man met het bleeke gezicht, voor wien de we
reld zich neerboog, op dat vóór ales volksontwikke
ling noodig was en goed onderwijs. Allen in de ver
gadering verbazen zich over zijne vrijmoedigheid, te
meer omdat hij ook in zijn kleeding met alle etikette
spotte.
hij Parijs is teruggekeerd naar Burgdorf,
wordt hij door zijn Anna hartelijk verwelkomd. Zij
heeft, toen hij weg was, alles gaande gehouden. En
Bestalozzi bemerkt den invloed van haar rustigen
geest op de leerlingen, den invloed van haar zin
voor orde in de rangschikking van zijn brieven en
boeken. Hoe hartgrondig hoopt P. dat zij niet meer
uit Burgdorf zal weggaan! En de kans van blijven
vergroot door de komst van een jongen man, Johan-
nes von >Muralt, iemand van fijne beschaving, leer
ling van den wijsgeer Wolf uit Duitschland. Me
vrouw Pestalozzi gevoelt zich bijzonder tot hem aan
getrokken. Pestalozzi verheugt er zich over, omdat
nij daardoor het blijven van Anna zooveel zekerder
weet. Hij oordeelt zóó „Wij, oudjes, moeten nu een
maal onze geesteskinderen hebben en daar het ons
met een werkelijken zoon mislukken moest, omdat
de natuur uit het groote verschil tusschen ons bei
den niets goeds wist te voorschijn te brengen, moe
ten wij beiden voor ons onbevredigd ouderschap een
vergoeding zoeken. Daarom gun ik haar dezen zoon
graag, wanneer zij daardoor de moeder blijft van
mijn huis."
Kort daarna sluit zich bij Pestalozzi een zekeren
Johannes Niederer aan, die zijn predikantsbetrekking
heeft opgegeven om, gelijk deze zelf het uitdrukte,
tegenwoordig te zijn bij de geboortewieg der mensch-
voaning.
Voorts komen er uit alle oorden der wereld tot
hem, die korteren of langeren tijd blijven om kennis
te maken met zijne methode.
Voor Anna is 't nu een gelukkige tijd. En wat
moet er in haar zijn omgegaan, toen zij haar vijf en
zestigsten verjaardag vierde in het slot te Burgdorf,
waar Niederer en Muralt een groot feest hebben ge
organiseerd ter eere van „moeder" Pestalozzi. Haar
ééns belachen, bespotte, verguisde man. nu beroemd
als baanbreker in opvoeding en onderwijs!
En toch op dien feestdag zal zij weer bemerken dat
ondanks'zijn succes er iets onbevredigds in hem' ds.
Als het avond is geworden, zoekt Pestalozzi de een
zaamheid. Hij zet zich bij de slotpoort neer en peinst.
Stil schreit in hem het verwijt, dat hij met zijn thans
bloeiende school, toch niet de armen bereikt. Zonder
dat hij 't weet, is Anna hem gevolgd. Zij vindt hem
in tranen. En dan zegt hij tot haar: „Gij hebt overwon
nen! De arme dwaas is dood! Ik heb verloren!" Waar
om wilt gij dan het onrecht, dat in de kelderverdie
ping van het maatschappelijk leven geleden wordt,
vergelden, door onrecht te doen aan hen die op de
bovenste verdieping wonen? Of moeten kinderzielen,
alleen omdat hun ouders geld in hun buidels heb
ben, minderwaardig zijn? Wat noodig is, dat zijn niet
do weeshuizen in het Birrfeld of hier, maar dat gij
uw voorbeeld van de beste opvoeding tot menschen
eh uwe beginselen op dat punt achterlaat aan vol
gende geslachten. Nu wij hier als een paar oudjes
aan de poort zitten, wil ik u een woord van een reeds
veertig jaar geleden vriend in 'i geheugen terugroe
pen, n.1. dit: ten slotte, Pestalozzi, vraagt God) niet,
wat gil1 geweest zijt, maar Hij' rekent alleen imet
hetgeen uit ons tot stand komt!"
Welnu, indien er uit één leven iets is voorgekomen,
dan uit dat van dezen zeldzamen man!
Maar ook hier weer zien we het gewone verschijn
sel. Daar zijn er, die het toch eigenlijk niet verkrop
pen kunnen* dat déze zonderling, die om de uiterlijke,
vormen zich niet bekommerde, zóó in 't middelpunt
van de Europeesche belangstelling was komen te
staan. De onbenulligheden, die alleen in eigen
oog wat beduiden, die zich iets gevoelen, alléén om
dat zij geld of geboorte kunnen roemen; de kleine
menschen zullen probeeren den groote te plagen. Hij
krijgt 't te kwaad met vertegenwoordigers van kerk
en staat.
Ik kan dit allés Piet uitvoerig verhalen. Het einde
van de tegen hem gerichte campagne is dat hij het
slot in Burgdorf moet verlaten en terecht komt in
een leegstaand klooster te Münchenbuchsee, waar de
weduwe van Pestalozzi's gestorven zoon op bewonde
renswaardige wijze de huishouding inricht.
Zijn vrouw is hem naar deze plaats niet gevolgd.
Hij zal er trouwens niet lang blijven. In 1805 brengen
de omstandigheden hem naar Yverdon. Gevraagd
daarheen te komen, wordt hij met sympathie ontvan
gen en begroet. Het bestuur dezer stad biedt hem
het Zahringerslot met den tuin voor onbepaalden tijd
en onopzegbaar aan en richt alles in overeenstem
ming met de wenschen van Pestalozzi in.
Nu komt ook „moeder" Pestalozzi weer bij haai
man. Hij is nu over de zestig en zij is bijna zeven
tig. En deze beide zullen nu in Yverdon een nieuw
leven beginnen 1 Ook de weduwe van hun zoon Ja-
cob, die hertrouwd is, met haar man en haar zoontje
(kleinzoon van Pestalozzi) Gottfried zijn hier. Zij is
de ziel der huishouding.
Het is jammer dat, waar de school te Yverdon
bloeide, er voor den genialen schepper der nieuwe on-
lerwijsmethoden weer duistere wolken kwamen opzet
ten aan den eindelijk verhelderden hemel. Er ontstaat
een scherpe jaloezie tusschen een paar van zijn on
derwijzers en dit geeft vele moeilijkheden.
In 1809 viert (hij' zijn veertigjarig (huwelijksfeest. Het
is een dag van groote, dankbare blijdschap. Er is
feest in de school maar onder de asch blijft het
vuur van de jaloezie voortsmeulen. Als het gevolg
hiervan is, dat een van zijn beste hulpkrachten hem
verlaat, is dit voor P. een zware slag. En hij klaagt:
„mijn inrichting is als een uurwerk, waaruit iemand
den uurwijzer en het slagwerk heeft weggenomen:
nu snorren de raderen al maar voort en de minuut
wijzer vliegt maar aldoor in het rond, maar niemand
weet, hoe laat het is."
Hierbij voegt zich nog iets anders. Een aristocra
tisch professor, uit Bern, gaat Pestalozzi en zijn school
bestrijden en wijst In 't bijzonder de Duitschers (vele
leerlingen kwamen uit Duitschland) op het gevaar
van de „revolutionnaire" school te Yveron. Er ver
schijnen veel-kwaad-bloed-zettende geschriften.
Vooral Niederer weert zich. Intusschen wordt Pesta
lozzi ziek en gebeurt er nog iets anders van zeer
groote beteekenis. Napoleon is naar Rusland opgetrok
ken, Zijn leger is daar vernietigd, als een vluchte
ling is hij naar Frankrijk teruggekeerd. Hoop op be
vrijding herleeft in' Europa en 't gevolg is dat de
Duitsche onderwijzers van Yverdon naar hun land
terugtrekken om zich aan te sluiten bij de machten,
die straks Napoleon zullen bestrijden.
Als gevolg van den professoralen laster nemen ook
ouders hunne kinderen van de school.
De finantieele toestand wordt kritiek. Moeder
Pestalozzi, die nog eens een erfenis heeft gekregen,
moet weer bijspringen om een bankroet te voorko
men!
Napoleon wordt verslagen bij' Leipzig, Geweldige
beroering. Yverdon ligt aan den grooten heirweg,
die naar Frankrijk voert. En we zullen den ouden
grijsaard Pestalozzi een ontmoeting zien hebben met
den keizer van Rusland! Niettegenstaande zijn 69
jaren gaat hij naar Bazel om dezen machtigen
heerscher te spreken. De aanleiding hiertoe is een
bevel, dat het slot waarin zijn school is gevestigd,
moet worden ingericht tot hospitaal.
De keizer aller Russen ontvangt den gerimpelden
ouden heer als een wonderdoener, van wien hij reeds
had gehoord. En zijn afgevaardigden, die den slecht
gekleeden Pestalozzi vergezellen, verhazen zich over
zijn populariteit envrijmoedigheid. 'Hij praat
met den keizer of' 't zijns gelijke is. Met breede arm
bewegingen staat hij' voor den heerscher. De keizer
treedt langzaam achteruit voor zijn gesticulaties.
De heeren zouden hem wel willen terugtrekken.
Maar de keizer schijnt van een andere meening te
zijn; zij kunnen het bijna niet gelooven. maar zij
zien het met hun eigen oogen. dat hij (de keizer) den
ouden man, wiens kous bij al zijn drukke Bewe
gingen is afgezakt, vol ontroering in zijn armen
sluit!
Wanneer hierna P. weer in Yverdon is terugge
keerd. gaat hij zich bezig houden met het schrij
ven van zijn testament, niet om daarin zijn sjovele
nalatenschap te beschikken, maar om nog eens
zijn denkbeelden uiteen te zetten en aan te toonen
dat Cultuur niet de vrucht kan zijn van een veran
dering van uiterlijke omstandigheden, maar van
verandering i n den mensch.
Als Anna Sdiultkess, P.'s vrouw is gestorven,
wordt zij begraven in den slottuin onder een ouden
notenboom en daar zegt P.: nu ben ik een schip
breukeling en niemand kan mU helpen, weer aan
land te komen.
Hiji is een zeventiger geworden. Er is weer strijd
tusschen de leeraren. Er zijn schulden. Er komt een
bittere scheiding tusschen hem en Niederer.
Een vertrouwd vriend en medewerker zorgt in de
zen tijd voor een volledige uitgave van al zijne ge
schriften in een reeks verzamelde werken en dit
geeft hem weer ruim geld.
Toch gaat 't met de school niet meer; ofschoon
hij 't nu weer eenige jaren weet vol te houden.
Pestalozzi gaat op 80-jarigen leeftijd Yverdon ver
laten. Hij gaat naar. zijn kleinzoon, die, getrouwd,
op den Neuhof woont.
Vóór hiji daarheen vertrekt, richt hiji nog eens zijn
schreden naar den notenboom, waaronder zijn An
na begraven ligt onder een grafsteen. „Ik moet naar
huis, Anna", klaagt hij, „gij blijft onder uw gemet-
selden steen; ik arme vermoeide, ga een toevlucht
zoeken bij onze kleinkinderen op het Birrfeld. Uit
rijkdom en armoe kwamen onze wegen samen, nu
gaat mijn weg terug naar de armoe; U laat ik ach
ter in het slot, waar ze U, als slotvoogdes, begraven
hebben!"
Op den Neuhof hoopt hij te sterven. Het komt
anders uit. Als de taaie grijsaard begint te sukke
len vervoert de dokter hem naar Brugg om hem
daar te behandelen. In die plaats, in het (hotel *Zuin
Loten Haus" zal zijn sterfbed zijn. Hij wordt begra
ven vlak naast het schoolgebouw, dat hij eens
9tichtte op den Neuhof. Een witte rozenstruik groeit
daarop. s
De Duitsche schrijver Wilhelm Sch&fer zegt, als
hij de plaats heeft beschreven, waar P. wordt be
graven: „Sinds lang is zijn sterfelijk deel nu ver
gaan en de ziel van Heinrich Pestalozzi rust in
's levens tuighuis uit van de rusteloosheid die haar
levensdag op aarde kenmerkte; maar de menschen
geest, waarom het deze rustlooze ziel te doen was
gaat voort, op avontuur uit te trekken tot in
eeuwigheid*.
Ik ben aan het einde gekomen van mijn artike
len over P. Ik gevoel dat ze te fragmentarisch zijn
geweest; toch ben ik blij. dat ik ze (heb geschreven,
vooral omdat sommigen daarom zich meer zullen
gium interesseeren voor dezen grooten man, met
wien men niet in aanraking komt zonder daarvan
den louterenden invloed te ondervinden, omdat hij
vóór alles is geweest een vootreffelijk mensch, die
niet zichzelf, maar de menschheid heeft gezocht, een
heerlijk idealist met een onverwoestbaar geloof in
het goede in,den mensch.
ASTOR.
Langestraat Alkmaar.
Honderden Colbert-Costumes,
Demi-Saisons, Regenjassen
hangen klaar.
PRIJZEN vanaf 19 tot 65 gld.
Eigen kleermakerijen.
DE ZIGEUNERPLAAG IN TSJECHOSLOWAKIJE.
De nationaal-socialisten in de Tsjechoslovflaksche
Kamer hebben een interpellatie gericht tot de minis
ters van justitie en birinenlandsche zaken met de
vraag, welke maatregelen de regeering denkt te
nemen tegen de zigeunerplaag, of ten deze reeds ge
nomen heeft. Zij wijzen er op, dat de beteugeling van
de landlooperij der zigeuners de taak is van de gen
darmerie, doch dat deze het kwaad niet voldoen
de aan kan. Zou men met succes tegen de zigeuner
troepen willen optreden, dan moest men preven
tieve maatregelen nemen. Dé interpellanten stellen
voor de zigeuners uit de ouderlijke macht te ont
zetten en de kinderen in speciale opvoedingsgestich
ten te plaatsen. Zigeuners, die al eens voor land
looperij gestraft zijn en toch weer hun nomadenle
ven opvatten, dienen naar werkkolonies gezonden te
worden. De kosten zouden ten deele gedekt kunnen
worden uit de opbrengst van den arbeid der zigeuners
in de koloniën en verder door een speciale belasting
van de bevolking ten plattelande, die dit er gaarne
voor over moet hebben om van de lastige zigeuners
bevrijd te worden. Deze belasting zou vanzelf ver
minderen en ophouden, naarmate de maatregelen
succes hebben.
TWEE GEVANGENEN ONTVLUCHT.
Drie gevangenen, die in dezelfde cel van de ge
vangenis te Kaufbeuren opgesloten zaten, hebben
gisteravond hun bewaker overvallen en bewusteloos
geslagen, waarop ze over den muur geklauterd en
gevlucht zijn. Een andere bewaker loste eenige scho
ten, die hun doel misten. Later is een der drie ont
vluchten weer aangehouden. De beide anderen zijn
nog voortvluchtig.
EEN GEHEELE FAMILIE VERMOORD.
Volgens een bericht uit Bahia Blanca is te Medanos
de pachter Antenor Galindez met zijn vrouw, zoon,
dochter en twee dienstboden vermoord. Men ver
moedt, dat de knechts, die gevlucht zijn, den moord
gepleegd hebben. Zij hadden de lijken op de hoeve
zelf begraven.
HET VROUWENKIESRECHT IN ENGELAND.
Volgens een draadloos bericht uit Londen, is het
kabinet gisteren bij zijn beraadslaging over uitbrei
ding van het vrouwenkiesrecht nog niet tot een be
slissing gekomen. Vóór komende week zal er geen
mededeeling over gedaan worden.
De arbeiderspartij heeft zich verklaard tégen deel
neming aan een conferentie uit de drie partifen over
de kwestie. De Times zegt, dat het mogelijk, is dat
de zaak nog aan een commissie uit het Lagerhuis
vordt ^voorgelegd, indien de regeering niet dadelijk be
sluit aan alle vrouwen van 21 jaar het kiesrecht te
geven.
BERUCHT INBREKER GEPAKT.
De Berlijnsche politie heeft eergister den beruchten
geveltoerist Herman Loebenberg, die zijn halve leven
in de gevangenis heeft gezeten, te pakken gekregen.
Zij verdracht hem al lang van de inbraak met Kerst
mis gepleegd in de bontzaak van do firma Silber-
stein in de Motz-straat, waar voor duizenden aan bont
is gestolen. Toen de politie een inval in het pension
waar L. zijn intrek had genomen deed, bleek die ver
denking juist, want in zijn kamers vond met een
groot deel van het gestolene opgeslagen. Het leek
wel een bontmagazijn. Ook werden tal van kostbare
tapijten, die vrij zeker van andere inbraken afkom-
stigk zijn, gevonden. Een volledig stel van het mo
dernste inbrekerstuig is Voorts in beslag genomen.
L. heeft de inbraak in de Motz-straat al bekend; hij
verklaart langs den gevel, tweö verdiepingen hoog
te zijn binnengekomen.
HET HERSTEL DER STEENKOLENMIJNEN IN
NOORD-FRANKRIJK.
Be Framsohe BteeniloJfiWpawidiuoiiet die in 1513 40
jnjüUioon tooi bedroeg], ia in 1925 tob 48 millioeo
torn gestegen, terwijl in 1920 ongeveer, 51 millioea
bon gedolven -wiend. Bib beteekenlt dus, dab men
vergeleken bij den toestand van vóór den oorlog
een toeneming van 25 pet. kan constatearen. Beze
droge cijfers leven voor dengetne, die zaoh de moeite
getroost even na te denken over de gebeurtenis
sen der laatste dertien jaremj. Heb verwoeste ge*-
bied in Noord Frankrijk is zoo dikwijls heb oudere
werp van ballootze artaialon fln lange commentaren!
geweest, dat men laarzolt nog eens hierop terug
te komen. De verwoestingen waren zoo stelselmatig
aangebracht dat deze zeer wedvarende -mijnen, die
den rijkdom der departementen van het Noorden
en van het Niauw van Galais en tevens van! heel
Frankrijk uitmaakten, totaal vernietigd werden.
Steden en dorpen waren na 'dien oorlog niets meer
dan een hoop puin, alleen stapel® oud roest kant-
don in deze woestenij nog de plek! aanwijzen, waar
vroeger de fundamenten der huizen hadden gele
gen. Doch do ernstigste schade was aangebracht
aan de onderaardscha weadcen, die totaal omder-
goloopen liopelooe vernield waren.
Heb herstal ledflchte een ontzaggelijken arbeid.
Alleen de opruiming der puinhoopeu van Lens
kootten al meer dan 40 millioen. Men moest meer
dan 2,500,000 kubieke Meter beton en puin wegs
talen, en GO,000 ton onbruikbaar metaal demon-
toeren.
Te Cburriorcs had de Vijand dö mijnschacht-ba
echioeding 30 Meetr diep laten springen. Be sohacht-
w an d en waren door de hevige ontploffing ineen
gestort, de opdelvingsbalken, do gebouwen, de mar
ohines, alles was in den gapenden trechter gestort,
het ijzerwerk Was vastgeklemd tussohen de mijn-
wanden, zoadat de schacht tot op een onbekende
diepte vol zat met allerlei puin; 4000 ton cement
was noodig (olm idit (allee tot een hechte massa
te maken.
Om de ondergolocpen mijnen droog te leggen
moest men 100 millioen kubieke meter water uit
pompen, dit is 'evenveel water als er bij Jpgen]
stand van die Siea'ne gedurende drio welcen> door
Parijs stroomt. Mén moest nieuw m)ateria;al in ge*-
bruik nemen, waaronder enorme aleobrische pomr
;>en, reusachtige hoeveelheden cement werden ga-
jruikt om de lekken te stoppen en de wanden
van den mijnput te versterken.
Naast dit onderaardsoho herstel moest men de
handen slaan aan den opbouw borvemi den grond.
Eén voorbeeld slechte: alleen voor de mijn te Eens
werd 300 millioen besteed voor den bouw van
arbeiderswoningen. Natuurlijk zouden de plaatselij
ke werkkrachten 'niet voldoende ziin geweest om
alleen zoa'n reusachtig werk te ondernemen: 75000
buitenlandsche arbeiders, hoofdzakelijk Italianen en
Palen werden te hulp geroepen. Deze menschen
-en hun kinderen moesten gehuisvest worden. Voor
de laatste moesten scholen gebouwd worden.
Dit verwoeste gebied produceerde vóór 1914 on
geveer hetf wee derde deel 'der Fransohe steen
kolen, ml. 27.3 millioen ton van de 40 millioen.
Na een hardneMögen arbeid van acht jaar Ö>er-
treffc de steenkolenproduotie, ondanks "de ontzet
tende oorlogsrampen, de opbrengst van vóór den
oorlog: de productie uit het Noorden, die in 1913
28 .millioen tan bedroeg, is heden fat 33 millioen
gestegen, volgens de berekening van ,1926.
Dozo resultaten zifn bereikt dank 20 dö »öer
hardnekkige kVaohtdnSpmrdng vam Frankrijk.
Tvm men in 1918 de ontzettende verwoestingen
aanschouwde, Kad men noodt fcunneml denken, dat
toodelondem emingem die beantwoorden1 aan de
technische eisohen, in 1936 weder in volle
zouden J0n, N.RCrt.