Meteen Italiaan naar Holland
MIJNHARDT'S
Hoofd pi jn-
•fca b I ette n
sprekingen werden gehouden inzake de regeling bij
üe Centrale Bank, alsmede Uc rentestandaard, die
spreker, zooals dit heden was bepaald, gezien de om
standigheden die in deze malaise-soms eens voorko
men mochten, volgde, daar de rondvraag niets op-
levorde, met een woord van dank aan de aanwezigen,
voor de aangename en zakelijke besprekingen die he
donavond weer zijn gehouden, aan het bestuur en
raad van toezicht, voor de zoo altijd prettige samen
werking, en aan den kassier voor het zoovele werk
dat zij voor de Bank in het afgeloopen jaar heb
ben gedaan, door voorzitter sluiting dezer vergade
ring.
HELDER.
Door de vereeniging „Gemeentebelang" zijn de na
volgende candidatenlïjsten voor de a.s. raadsverkie
zingen vastgesteld:
In kieskring I: 1. E. J. Bok. 2. W. Biersteker. S. Mevr.
A. W. Dekker geb. Klik, 4. J. Geurts, 5. J. C. Maters,
6. Mevr. J. G. Kemp geb. Peters, 7. J. C. Bus, 8. J.
H. Coolhaas, 9. Jb. J. Verfaille, 10. E. Woud, 11. H.
Starrenburg, 12. R. Kastelijn.
In Kieskring II: 1. Mevr. A. W. Dekker geb. Klik,
2. W. Biersteker, 3. E. J. Bok, 4. E. Woud, 5. J. C.
Bus, 6. Mevr. J, G. Kemp geb. Peters, 7. J. !I. Coolhaas,
S. H. Starrenburg, 9. R. Kastelijn, 10. Jb. J. Verfaille,
11. S. Jaring, 12. Mr. J. Sickenga.
In Kieskring III: 1. W. Biersteker, 2. E. J. Bok, 3.
A. W. Dekker geb. Klik, 4. J. C. Bus, 5. J. H. Cool
haas, 6. Mevr. J. G. Kemp geb. Peters, 7. R. Kaste
lijn, 8. S. Jaring, 9. Jb. J. Verfaille, 10. E. Woud, 11.
J. A. Jonker, 12. Dr. R. A. Tange.
Op deze lijsten komen dus de namen voor v^n vier
thans zitting hebbende raadsleden, n.1. de heeren W.
Biersteker, die door de vereen. Gemeentebelang werd
afgevaardigd, E. J. Bok (Vrijheidsbond), J. Geurts (ge
kozen op de lijst Schoeffelenberger, onafh. soc.), en J.
C. Maters (vrijz.-dem.).
KLASSIKAAL ONDERWIJS EN LICHAAMS
OEFENINGEN IN DE ROTTERDAMSCHE GEVAN
GENIS.
In het Maandblad voor berechting en reclassee-
ring lezen wij:
Sedert enkele weken wordt in de strafgevangenis
te Rotterdam met toestemming van den minister
van Justitie een «proef genomen met onderwijs en
lichaamsoefeningen, klassikaal gegeven.
Zooals bekend wordt in de gevangenis het onder-
wijs in 't algemeen hoofdelijk in de cellen gegeven.
Twee der onderwijzers en de onderwijzeres wijken
daarvan voorloopig nog niet af. De hoofdonderwijzer
heeft echter uit zijn leerlingen een 13-tal gekozen,
met wie hij1 gedurende één uur per week in de kerk
samenkomt: twintig minuten zijn gewijd aan taal,
twintig aan1 rekenen, twintig aan de behandeling
van algemeene onderwerpen. De leerlingen zijn
voorzien van aanteekenboekjes. teneinde in de cej
het geleerde te kunnen herhalen; tusschen onderwij-
zer en leerlingen wordt in de les geregeld van ge
dachten gewisseld. De tijd is nog te kort om nog van
eenig resultaat te kunnen spreken, maar aan goe
den wil ontbreekt het aanvankelijk niet. Wanneer
eenige ervaring met dit klassikaal onderwijs ver
kregen zal zijn, ligt 'het in do bedoeling, dit sterk
uit to breiden en er het geheele onderwijzende per
soneel in te betrekken. De leerstof voor de vrouwen
zal altijd wat anders moeten blijven dan die voor
de mannen.
Binnenkort- zal, dank zit de medewerking der
Volksuniversiteit, begonnen worden met onderwijs
in de Engelsche taal. waaraan in deze havenstad
groote behoefte bestaat en waarnaar veel vraag is.
Bovendien zijn sedert kort de gymnastieklessen
aan den gang. die. aanvankelijk met veel animo,
door 19 deelnemers (1 trok zich na de spierpijn, ge
volg der eerste oefening, terug) worden gevolgd, die
verdeeld zijn in 2 klassen, één voor de jongeren tus
schen 20—30 jaar, de tweede voor mannen fan 30—
50 jaar. Er wordt een half uur per week geoefend,
als plaats waarvoor is aangewezen de gang in het
administratiegebouw, die vrij breed is en waar de 10
mannen #n vijf rijen van twee achter en op den ge-
bruikelijken afstand van elkaar geplaatst ziin. Op
den op de gang liggenden looper zijn door nummers
de plaatsen 110 aangeduid, zoodat de voorgeschre
ven afstand gemakkelijk kan worden behouden. Dé
gymnastiekonderwijzer, de heer van Tongeren, die
geheel belangeloos dit onderwijs op zich heeft ge
nomen. staat in het midden voor de groep en kan
dus allen controleeren en door allen gezien worden.
De deelnemers zijn door den directeur uitgezocht
onder approbatie van den gestichtsgeneesheer. De
deelnemers dragen een speciaal voor deze lessen ver
vaardigde kap. een soort linnen masker. dat den
mond en de neusgaten vrij1 laat. De oefeningen ge
schieden in hoofdzaak volgens het systeem Niels
«Bukh. in vele opzichten overeenkomende met het
systeem van J. P. Müller. Doel daarvan is lenig
heidsoefeningen. waarbij de bewegingen, zoover als
de gewrichten het toelaten, worden doorgevoerd.
Vooral die oefeningen worden gegeven, waarbij het
aankomt op het strekken der beenen, de ontwikke
ling der buikspieren in het bijzonder en van den
romp in het algemeen.
Tedere groep krijgt vorloopig 6 lessen, de deelne
mers ontvangen daarna een lijstje, aangevende de
onderwezen oefeningen, teneinde in de cel te kunnen
blijven oefenen, waarvoor de rusttijden zijn aange
wezen.
Na 6 of 8 weken wordt de groep weer bijeengeroe
pen. om te kunnen nagaan wat het blijvend effect
van het onderwijs is geweest en of nog herhaling
daarvan noodig is. Er wordt met grooten ijver ge
werkt en de voldoening MJ de deeTnem«Pi over dèfce
soort van inspanning is niet gering.
Met een enkel woord wijst dé schrijver verder nog
op de aanvankelijk gunstige resultaten van het in
deze gevangenis, eveneens klassikaal, gegeven zang
onderwijs, die behalve aan den grooten ijver der
zangers, hoofdzakelijk te danken zijn aan de toewij
ding en bekwaamheid van de leiders, de heeren Dia
mant en Kriek, die sedert ruim een half jaar deze
niet gemakkelijke taak vervullen, vooral daarom
niet gemakkelijk, omdat de zangers door hun plaat
sing in gescheiden hokjes den onderlingen steun
missen, noodig voor het verkrijgen der noodige ge
lijkheid in den zang, en dientengevolge van den
leider buitengewone inspanning Igevord'erd wordt.
Na iruiim een half jaar oefening en ondanks de
voortdurende wisseling, door vertrek onder de deel
nemers. wordt thans reeds vierstemmig gezongen.
Een concert door dit koor (24 man sterk) voor de
andere gevangenen gegeven, had een welverdiend
succes. Binnen enkele weken zal ook uit de vrou
welijke gevangenen een koortje gevormd worden,
onder leiding van mevrouw GrimbergHuiser.
Wie weet. zoo besluit B. of wij tezijnertijd nog niet
eens komen tot het gemeenschappelijk zingen zon
der de schotjes. Waarom ook niet? Er zijn al zóó
veel schotjes gevallenl
1Je was te jong* ïtoderiók, om te "beseffen
hoe je vadecr er onder gieteden beeft dat zij zich
de laatste jaren voor haar vroegltijdigen dood ge
heel van hem afgewend en als een vreemde, boos
en zwijgend naast hem leefde in ziij'n eigen huis.
Hij dwong haar daartoe, hij behandelde
haar immers als een gevangene, en hijzelf was
do cipier. Hij verwaarloosde haar, gaf haar geen
liefde en speelde den baas over haar alsof ze een
klein kind was.
De oude Fefgerson schudde heb hoofd.
Je begrijpt het niet, zei hiji, Je begrijpt
werkelijk niet.
Men behoeft geen zestig jaar te zijn om
te weten hoe een vrouw behandeld moet worden,
antwoordde Rodericik heftig. En ik hoop dat, als
ik getrouwd ben, ik mijn wrouw betér zal be
handelen dan mijn vader deed.
De oude Fergersoin sloot zij'n tasoh.
Ik hoop dat je dat zult, Roderick!, zed hij
ernstig. Hij stak den jongen man zijn hand toe.
Adieu,' ik moet mijn trein pakken. Je weet me'
te vinden als je me noodig hebt.
Redarjok volgde hem. Hij wou spreken over
Lilian, maar om. de een of andere reden kon hij
er niet toe koimen.
Hij wandelde met den ouden mian^dloor de toch
tige oprijlaan. Bij het hek zed hij' ineens kortaf:
Ik sprak daar juist over wat ik zal doen,
wanneer ik getrouwd ben. Maar welke vrouw zou
een bodelaar willen trouwen.
Geld beiteekent niet alles, Roderik'....zei de
oude man ernstig...,.Er zijn genoeg vrouwen, die
nog gelooven in waarachtige bef de. Neem' het niet
to tragisch op. jongen, er zijd nog andere dingen
in do wereld dan geld.
- V' or een man met- hersens, r misschien, mjftar
voor mij niet. Wat 'moet ik beginnen? Wat heb
ik ooit geloerd behalve mijn vuisten te gebruiken?
Ik v>et wel. dat het voor een deel mijn eigen
schuld is, maar dat neemt niet weg dat helt erg
zuur is.
Hij b*et rvp ziin tanden mr kwam' een grim
mige bi;k in ziin oogen, hij' d^ed den advocaat
zóo sterk aan rijn vader denken. De oude Fer-
«r-rson was blij de gelijkenis te zien. Ralph Bntxxn
DU OPLttJWPlNÖ VOOR 22.000.
Eenigen tijd geleden zijn to Amsterdam, zooals is
gemeld, twee mannen en een vrouw, en later nog
een vrouw, aangehouden, verdacht van oplichting
van een goedgeloovige Indische dame voor een be
drag van f 22.000. Het da, zoo meldt thans de Tel.,
aan de centrale recherche gelukt, een bedrag van
1 21.000 hiervan terug te vinden. Verder i» gebleken,
dat het viertal getracht heeft ook een andere dame
te bonadeelen. Deze is er voor een klein bedrag in
gevlogen.
BRAND.
Te Berkhout is de bakkerij met woonhuis van
den heer B. totaal afgebrand.
In buisjes 6Q en 3 O ct
Ki esp ij nta b letten
Eveneens In buisjes van CO en 30cent
mmmêêmmmm bij apotm.en orogistem
VAN EEN TRAP GEVALLEN.
Dc heer S. uit de Wolmaransstraat in Den Haag,
lie, naar gemeld, in den naclit van Dinsdag op
Woensdag omstreeks half één na een woordenwisse
ling met een politieagent van een portiektrap van
een woning aan de Fisherstraat aldaar i9 getuimeld,
is gisterenavond in het gemeentelijk ziekenhuis over
leden.
In verband met het noodlottig ongeval in de Fis
herstraat in Den Haag, waarvan de heer S. uit de
Wolmaransstraat aldaar het slachtoffer werd, wordt
nog gemeld, dat het politieonderzoek heeft uitgewe
zen, dat de agent alvorens den gummistok te ge
bruiken, door den ander, die in hoogst opgewonden
toestand verkeerde, niet slechts was bedreigd, maar.
ook was aangegrepen. De agent heeft daarop, volgens
zijn verklaring, uit noodweer van zijn wapenstok ge
bruik gemaakt, hetgeen volgens de politie door ge
tuigen wordt bevestigd.
HET MOTORONGELUK BIJ HEDEL.
De marechaussee uit Den Bosch heeft gistermid
dag den boerenwagen opgespoord, waarmee vermoe
delijk het noodlottige motorongeval is gebeurd. Het
voertuig behoort toe aan den ongeveer 45-jarigen
landbouwer H. v. H., uit Velddriel. De voerman heeft
aan de marechaussee verklaard, van het ongeval niets
gemerkt te hebben. Hij weet ook niet te verklaren, hoe
het komt, dat de achterzijde van zijn wagen op ern
stige wijze versplinterd is; zelfs enkele ijzeren deelen
zijn van den wagen afgerukt.
Den bewusten avond heeft hij een vracht aardap
pelen naar Den Bosch vervoerd en is met een leegen
wagen teruggekomen.
DAT MAG NIET.
Tegen den heer G. H. St. te Raalte is proces-ver
baal opgemaakt wegens overtreding van de provin
ciale Óverijsselsche verordening tegen ontsierende
reclame. Hij had in zijn tuin een groot bord geplaatst
met verkiezingsreclame voor den heer W. van der
Sluis te Goor, als soc-dem. candidaat voor de Pro
vinciale Staten van Overijssel.
WIERINGERWAARD.
De rijksveldwachter E. Voskuil te Wieringerwaard,
wordt met ingang van 21 .April overgeplaatst naar
Amsterdam, terwijl de veldwachter E. van der Weele
van Amsterdam naar Wieringerwaard gaat.
SCHAGERBRUG.
Met ingang van 1 Mei a.s. wordt de kommies le
klasse A. F. van der Draaij te Schagerbrug overge
plaatst naar Zwanenburg, terwijl de kommies C. van
Oort van Rotterdam naar Schagerbrug gaat.
VEEUITVOER.
In de 4 volle weken van Maart werden na goedge
keurd te zijn, 4143 runderen naar het buitenland uit
gevoerd en wel 2080 naar België, 136 naar Frankrijk,
waarbij 14 stieren, 475 naar Italië, 967 runderen met
440 graskalveren naar Spanje, 13 naar Argentinië,
17 naar Duitschland, 54 naar Luxemburg, 1 naar
Zuid-Afrika.
In Februari bedroeg de uitvoer 3866 en in Januari
1303.
DE DOODSLAG TE GRONINGEN.
De rechtbank te Groningen heeft den 29-jarigen
W. S. wegens doodslag, gepleegd op den voorman
Schot ter drukkerij van de Uitgeversmaatschappij
Wolters in de Akkerstraat aldaar, veoordeeld tot
zeven jaar gevangenisstraf. De eiscb luidde twaalf
jaar.
was onbuigzaam geweest, hij had öon yeohteasar
natuur gehad, maar hij w"as van goed bloed ge
weest en leen man imiet ijzeren wil en als deze
j'iongen daarin met ham zou overeenkomen was
dat nog niet zoo yen-koerd. Fergarson wilde niet
dat Roderick verongelukken zou, aooals zijn vader
voorspeld had.
Roderick keerde terug naar het stille huis,
met een gevoel alsof hij in eeru enkel uur jaren
doorleefd had. Heb leek hem onmogelijk dat hefc-
ncg maar drie dagen geleden wias, aat hij op
een shillingsplaats gezeten had in een remdreizenu
circus en gelachen om een roodneuzag harlekijn.
Hij ging terug naar de groote zitkamer en
ging aan zijn vaders schrijfbureau zitten, hij nam
papder en pen, maar hij wist'•niet wiat hij1 sohriji-
ven zou. Wat moesthij zeggen? Iioe kon hij
haar, de vrouw die hij| liefhad, verbaleen van zij'n
smart, zijn vrees en Zijn wanhoop?
Plotseling greep hij de pen meb trillende viiv
gers en begon te schrijven, maar hij' kon er niet
boe komen haar naam te zetten.
Mijn vader is gestorven. Bh testament heeft
hij me tweehonderd pond nagelaten, de rest is voor
lei!>dadige instellingen. Je weet dat hij mij' altijd
gehaat beeft. Wat mioeb ik j'e nog zoggen? Hoe
kan ik nu nog iets van je verlanglanl? Schrijf me,
Lilian.
Hij las de weinige regels niet over. Hij1 zette
zijn naam met bevende hand, verzegelde de enve
loppe en bleef voor zich uitstaren in den som
beren tuin.
Hij herinnerde zich opeens de woorden van den
•uden Fergerson én hiet was alsof ze een vage
hoop deden trillen in zij'n hart: Geld is niet alles',
-n er ziin nog wel vrouwen, die in1 werkelijke
liefde gelooven.
ITiT trachtte zichzelf te overtuigen, dat Lilian
4én van die vrouwen was# natuurlijk was wij
dat dat kon immers niet anders. Maar, diep
binnenin wist hij toch wel, dat hij zichzelf maar
wat probeerde Wijs te maken, maar dit aan zich
zélf te bekennen kloette hem' een pijnlijken' zelf
strijd.
Wordt vervolgd.
Ofschoon ik een groot bewonderaar ben van Mus-
solini kan ik als vrij Nederlander me natuurlijk
niet met alle methoden vereenigen en stuiten o.a.
de moeilijkheden, die men maakt bij het verleenen
van een paspoort aan een Italiaan mij tegen de
borst. Toen mijn Italiaantje, want mijn Italiaan is
een kleine Napolitaan van even 5 voet, naar Hol
land zou gaan, raadde ik dadelijk: zorg voor je
paspoort, maar de Latijnsche luchthartigheid dreef
den spot met mijn loodzware Bataafsche -ideeën.
Hoe staat het met uw paspoort, vroeg ik herhaal
delijk en steeds was het antwoord: „Va bene". Dat
wil zeggen het ging niet „bene", want het kwam
maar niet. Eindelijk werd ik dan duivels, ging naar
een machtig vriend, zorgde voor een brief aan een
machtigen dito, in Napels en stuurde mijn Ita
liaantje naar dat heerlijk gelegen oord. Het ging
er om of hij te laat zou komen om met mij naar
Holland te reizen en daar ik nu eenmaal een hekel
heb aan achterblijvers en een Jantje Ongeduld ben
die niet kan wachten, was ik erg blij een telegram
te krijgen, dat de pas gereed was en wij om 9.30
's avonds samen uit Rome konden vertrekken. Laat
ik nu eerlijk hekennen, dat ik omtrent het verstrek
ken van dat laspoort wel wat in mijn rikketik zat.
Natuurlijk deed ik tegenover mijne machtige Ita-
.iaansche vrienden alsof ik niet wist, dat er een
vuiltje aan de lucht was, maar toch in mijn hart
zag ik die Italiaansch-Joego Slavische quaestie
niet zoo luchthartig in. De fout van een dictator
schap is altijd het knevelen van het vrije woord.
Ten eerste kan de regeeringspartij daardoor nim
mer eens rekening houden met de oppositiemeening,
in de pers tot uiting gebracht, ten tweede heeft de
pers buiten het land zelf alle vrijheid de grootste
dwaasheden en leugens te verspreiden, want de
eigen pers kan niet tegenspreken, omdat ze de leu
gens in priori niet drukken wil,, ten derde weet de
lezer nooit in hoeverre de berichten in de onder
censuur staande eigen dagbladpers juist zijn.
Hier zaten wij nu voor dit dilemma: de Italiaan-
sche pers zegt: Jugo Slavië mobiliseert aan de Al-
baneesche grens en dat kan Italië overeenkomstig
het verdrag van Tirane niet dulden, dus indien
Jugo Slavië voortgaat zullen wij ook moeten mobi-
liseeren. Dat schijnt vreemd, maar voor ons, die
dat verdrag van Tirane gelezen hebben is het niet
vreemd, want in dat verdrag stond vrijwel dit, dat
indien de huidige regeering van Albanië omgewor
pen zou worden. Italië zou ingrijpen. Wan
neer dus Jugo-Slavië zou willen, helpen in het
omwerpen der Albaneesche regeering, cLw.z. van
het ministerie moest nolens volens de Italiaansche
regeering wel ingrijpen. Met andere woorden,
iedereen voelde, dat op dien ellendigen Balkan weer
het buskruitvaatje voor een Europeesch conflict ge
reed lag. Gek toch, niemand dacht aan een buskruit
vat in de Nederlanden nu er tusschen de Noordelij
ke en Zuidelijke Nederlanden een conflict bestond,
maar niemand vertrouwt den Balkan. Op een after-
noon tea had ik gelegenheid deze quaestie genoege-
iijk met een goed georiënteerd buitenlandsch di
plomaat te bespreken. Wat jull'ie conflict met Bel
gië betreft, dat is heel ongevaarlijk. In 1918—1919
durfden de Belgen, omdat hun met vreemd kapi
taal uitgerust en met vreemde hulp overwinnend
leger in orde was enhet al die vreemde hulp
achter zich voelde, terwijl jullie door 4 jaren wach
ten slap geworden waren. Maar nu zijn de Belgen
weer even slap als jullie en kunnen absoluut niet
op eenigen steun rekenen, want zij zyn noch in
Londen ,noch in Parijs populair, terwijl buitendien
de groote vrees heerscht, bij de Mogendheden, dat
bij een strijd van België tegen Holland, gesteund
door Frankrijk van Engeland is geen sprake
Duitschland plotseling zou gaan meespreken met al
zijn uitmuntende geoefende ..gymnasten" en met het
in Zweden g°fabriceerde oorlogstuig. Het is een
zegen, meende deze diplomaat, dat het Belgisch-
Nederlandsch Verdrag afgestemd' is, want dat zou
een soort Balkan-Twistappel geworden zijn. Wat
de Balkan betreft was mijn diplomaat minder ge
rust. Ik laat daar, zei hij, of de Italianen in hun
recht zijn om Albanië tot vazalstaat te promoveeren,
maar het is niet te ontkennen dat Italië geen over
machtig Servië of, zooals het thans heet, Jugo Slavië
kan dulden, want het gaat om een groot deel van
Italië.s volksbestaan. Italië 'heeft in- Albanië kans
om overtollige Italianen te planten en den rijkdom
aan mineralen, waaronder be«t voor Italië ^broodnoo-
dige steenkool te exploiteeren. De vernietigde Dub
belmonarchie (excuseer het Germanisme) is voor
Italië geen voordeel en de toenadering met Honga
rije is niet toevallig.
Gelukkig heeft eindigde mijn diplomaat
geen enkel land geld en daarom behoeft men, be
halve een oorlog door bolsjewistische invloeden
geen oorlogsgevaar te duchten.
Toch zat ik in angst of mijn Italiaansche vriend,
die reserve-kapitein der genie is, wel een paspoort
zou krijgen. Mijn diplomaat had echter gelijk, ©r
was geen gevaar voor oorlog en mijn Italiaan kreeg
zijn paspoort. Aan het station werd mij nog een ge-
lukwensch gebracht van Hollandsche dames te Ro
me, naar aanleiding van het verwerpen van h6t
Belgisch verdrag.
De trein vertrok. We hadden een half coupetje in
het directe rijtuig Rome-Amsterdam en wii bleven
alleen. Daar wij ons niet konden uitstrekken sliep
ik slecht. Het werd half zes. Mijn Italiaan was van
positie veranderd en ik kon mij vrijwel uitstrekken
en sliep al spoedig in. Ik werd wakker omdat er
aan mijn mouw-getrokken werd. Ik zei, daar ik
dacht dat het de conducteur was: „sono per Amster
dam". Meestal laten ze zulk een afstandsreiziger
ongemoeid. Het trekken werd hevigér, weer zei ik
het zelfde. Opeens kreeg ik een venijnigen kneep
en sprong op met eene hartgrondige verwensching
in mijn moedertaal. Meteen had ik zoover als mijn
slaapdronken oogen dat konden ontwaren in het
schemerlicht, een vuist onder mijn neus en werd
ik hardgrondig als vreemdeling uitgevloekt. De
man was voor hij het goed wist op de corridor, ik
zag echter een anderen man met een kindje op den
arm en daarnaast een vrouwtje en bood toen
mits zij mij gelegenheid gaven mij te kleeden
mijne (2) plaatsen aan. Buiten op de corridor ont
waarde ik nog een vrouw en daar ik nu niet noo
dig vond dat ik 2 plaatsen zou afstaan en mijn Ita
liaansche metgezel geen enkele, bood ik haar
plaats no. 4 naast hem aan. De drie mannen
in haar omgeving begonnen geweldig te ketteren,
waarop ik hun in hun, ach zoo mooie taal, kort en
duidelijk te verstaan gaf, dat ik tegen de dame en
niet tegen hen sprak,, waarop de vrouw nogmaals
de zitplaats en den 3 mannen, indien ze me niet
onmiddellijk met rust lieten een pak slaag aan
bood. Ik keek waarschijnlijk ik was inmiddels
wakker geworden vuil, want de heeren gingen
naar het andere rijtuig. Het toeval wilde, dat er
ditmaal te weinig treinpolitie aanwezig was, want
anders zou dit incident nooit zijn voorgekomen,
ooral daar. indien men niet dadelijk het eerste het
beste ,nl. mijn compartiment, genomen had en ver
derop plaats in overvloed geweest zou zijn.
Inmiddels kon ik 3 uur lang staan en daoht er
over over na hoe ik in mijne rijke dagen vóór den
oorlog eens in het Verre Oosten gereisd had met een
escorte van 24 soldaten, eerst Chineezen, toen Ja
panners en eindelijk Russen en in Rusland nog
naar Charlin een extra trein gekregen had. Cosi
A la vita! v
We spoorden door Zwitserland, kregen vanaf
Bazel een dubbele tweede klasse wagen voor ons
samen, want er waren weinig passagiers en we
sliepen best.
Mijn Italiaan was zeer onder den indruk van de
wijze, waarop de Zwitsersche en Duitsche paspoort
en douane-beambten op mijne gemoedelijke woor
den ingingen en mij noch met pas noch met ba
gage last hadden.
In Holland, te Venlo, steeg de verbazing ten top,
toen men niet eens naar een paspoort vroeg. Juist had
onze Italiaan hier gemopperd over de slechte en heel
dure koffie, die wij in het restauratierijtuig van de
Duitsche Mitrope gekregen hadden, en het is waar,
in Italië drinkt men overal voor slechts 5 cents, een
smakelijk kop koffie.
Toen wij daarna zoo echt gemoedelijk, nadat ik
het vriendelijk gevraagd had, door het visitatielokaal
mochten, om een courant te koopen, was hij absoluut
pro-Hollandsch en vond hij zelfs de streek tusschen
Venlo en Eindhoven belangrijk. In Eindhoven kreeg
ik even een schok, hij had, zei hij, Philips altijd voor
Amerikanen gehouden. Nu ja: Philips, Meijer, Cohen,
het. zijn nu i-enmaal internationale namen. Wat hij
uit den trein van de Philips fabrieken etc. zag, im
poneerde mijn Italiaan zeer.
De gemoedelijkheid in Utrecht, waar portiers en
kruiers mij kenden en goed voor ons zorgden, de vele
kennissen die ik op het station te Utrecht aan den
trein en nog even bij het station Deri Haag ontmoet
te o.a. onzen grooten ontdekkingsreiziger en gade,
de heer en mevrouw Visser dat alles bracht den
Italiaan in verrukking, alles nog aangewakkerd door
het zien van den bodemrijkheid tusschen Utrecht en
Den Haag.
We waren in Den Haag en Amsterdam. In Am
sterdam trof hem dadelijk het onderscheid met Den
Haag. Hij is een bewonderaar van Den I-Iaag en
Scheveningen en van den Scheveningschen Weg,
maar in Apristerdam voelde hij dat daar do hartader
van Nederland sloeg.
Soms is hij alleen uit geweest en dan kwam hij
vol verhalen terug over- de Hollanders, die zooveel
falen willen spreken, tot Italiaansch toe, cn die alle
maal even beleefd, hulpvaardig en gemoedelijk zijn.
Op een avond toen wij genoegelijk zaten to hoornen,
•meende hij te moeten zeggen, dat de Hollanders t e
gemoedelijk zijn. Kijk eens hier om je heen in dit
café, je ziet hier precies weer als in elk restaurant
t e gemoedelijke gezichten, ik zou bijna zeggen over
verzadigde gezichten. Er zit geen strijdbaarheid in de
gelaatsuitdrukking der Hollanders, die ik allemaal
veel en lekker zie eten en drinken en ik moet on
willekeurig denken aan jullie geschiedenis, aan jul
lie pruikentijd. Zou dat komen doordat jullie bui
ten den oorlog gebleven zijt?
Brave man, antwoordde ik, het is een feit, dat wij
door dat wij buiten den oorlog bleven, nog zelfge
noegzamer zijn geworden als we al reeds waren, maar
de groote fout zit in het doorzetten van eene ver
keerde democratie, waardoor aan alle kanten luste
loosheid ontstaat. Voor de lagere klassen wordt
toch gezorgd al doen die niets en van de hoogere
standen wordt het toch als belasting afgenomen, al
doen die veel en alles nivelleert zich naar beneden,
hetgeen voor ieder, die hetzij in beteren stand of in
lageren stand met hoogere aspiraties geboren is. on
verkwikkelijk en energiedoodend is.
Ja, zei mijn Italiaan, je weet, ik ben geen Fascist,
maar toch moet ik erkennen, dat wat Mussolini doet,
om het1 individu tot daden te prikkelen, alle waar
deering verdient.
De nieuwerwetsche. architectuur maakte mijn Ita
liaan onpasselijk, ik trachtte hem het schoone te doen
zien, wees er op hoe hij, jonge -man, er voor moest
voelen, waar ik oudere man zoo mijn best deed het
goede erin te vinden, maar hij was en bleef onver
biddelijk in zijn zeer afkeurend oordeel en begon zoo
groen te zieh, dat ik hem schielijk een Vermouth (Ita
liaansche natuurlijk) voorz.ette
De grachten in Amsterdam vond hij mooi, maar de
meeste nieuwe gebouwen, die daar verrezen: misda
dig. Hij wilde niet gelooven, dat het gebouw der Ne-
derlandsche Handelmaatschappij aan de Vijzelstraat
een Kapitalistisch Instituut huisveste; hij had ge
dacht dat er een Sovjet-agentuur gevestigd was. Van
de Vijzelstraat begreep hij trouwens niets, want, zei
hij, als ze dat om verbreeding gedaan hebben, waar
op is dan op de eene plek de nieuwe rooilijn meer
naar echter dan elders? Ik zei, dat ik reeds sedert
jaren het wijs beleid der Vroede Vaderen niet meer
doorgronden kon1 en zaagde hem sympathiek door
over Evenredige Vertegenwoordiging in het Alge
meen en in Nederland in het bijzonder. Mijn Italiaan
beweerde, dat hij het best begreep, dat er steeds meer
indolente gezichten in Holland zouden ko-men en
dat dan de bom zou barsten. Een paar flinke kerels
zouden dan eene gemakkelijke omwenteling tot stand
brengen. Ik heb hem toen gelegenheid gegeven Jong
Nederland uit alle rangen en standen te leeren ken
nen. Daarna zei hij uit zich zelf, dat deze generatie
wel geen omwenteling zou teweeg brengen en wat de
flinkheid betrof, ze konden geweldig flink dansen.
Ik wil eerlijk bekennen, dat ik in de verschillende
danszalen de overwinning der heilige Democratie (let
op den hoofdletter) gezien heb, want de Nederland-
sche middenstand danst geweldig goed, of is het
democratischer te zeggen „reuzegoed". en heeft er
klaarblijkelijk steeds tijd en geld voor.
Inmiddels niets dan lof voor trams en bussen, voor
al in Den Haag. Ik vond het vervelend, dat ik moest
toegeven, dat vooral de bussen in Den Haag zoo
veel beter waren, want in Den Haag staan tram en
bus toch slechts in het teekenvan het particulier
initiatief en niet van de heilige gemeente-exploi
tatie. Ik heb mijn Italiaan, die vol lof was over heer
lijke visch, vleesch, boter, groenten enz., niet kunnen
laten profiteeren van een Amsterdamschen Gemeen
telijken Vischwinkel, ze beweerden dat Wethouder
De Miranda aan het getuigen was en hij geen visch
en geen vleesch was. De tijd ontbrak ons het te on-,
derzoeken. In Den Haag zagen we 's morgens om half
tien een volksoploop in de Veenestraat. Wc dachten
al aan een opstootje wegens de verschrikkelijke dure
prijzen in Holland, maar het was heel onschuldig,
men was aan het plaatsbespreken voor do City Cine
ma, waar Ben Hur gegeven werd. Mijn Italiaan
maakte van' de gelegenheid gebruik te zeggen, dat er
vele knappe meisjes in Holland waren en dat hij ner
gens als in Holland zoovele fietsers en zooveel van
vele keurige vrouwelijke beenen gezien had.
De algemeene indruk van mijn Italiaan over Hol
land is bijzonder gunstig en do overdadige vrijheid
zag hij gelukkig slechts vdn den besten kant.
Hij hoopt gelegenheid te vinden handelsbetrekkin
gen tusschen zijn schoone Italië en het rijke Holland
te bevorderen cn dan in de gelegenheid te zijn,
de zeer typische Nederlandsche taal en daardoor
weer een Hollandsch vrouwtje machtig te worden.
Ik voeg er bij, met het oog op het figuur van mijn
overigens knappen Italiaanschen jongeling, meisjes
van een stokmaat niet boven M. 1.55, kunnen slechts
in aanmerking komen vor een werkelijke schoone
combinatie: ItaloOlandese.