Binnenlandsch Nieuws. De laatste 14 dagen zijn er weer een sterk staaltje van. Te Broek op Langendijk was de aanvoer ter markt 150 wagons en de verzending alleen per spoor 212 wagons. We noemen nog niet de vrij belangrijke verzending die ook over het water plaats heeft. Te Warmeijhuizen vms de aanvoer de laatste week 31 wagons en de verzending per spoor 42 wagons. Scherp steekt dit af bij Noordsoharwoude, waar de marktaanvoer 152 wagons was en de verzending per spoor 122 wagons. Waar de prijzen hier den laatsten tijd hooger waren dan elders, bewijst het wel dat het verkoo- pen buiten de markt niet zoo noodig is als men wel eens doet voorkomen. Overige punten der agenda in verband met reclame, betere bloemkoolsorteering, andere wijze van keur op de uien, vergrooting van het overkapte gedeelte, betere verpakking, later stellen van het aanvangsuur der veiling met het oog op de toenemende bloemkoolteelt, vluggere in lading der producten enz. bewijzen wel de belang rijkheid der komende vergadering en een belangstel lend vereenigingsleven. We zijn ons overzicht begonnen met op betere prij zen te wijzen. Wat de roode kool betreft komt dit wel zeer sterk tot uiting. Voor 14 dagen terug was de hoogste opbrengst f8.50 en nu Zaterdag was de laagste opbrengst bijna even boog, terwijl de hoog ste f 13.30 was. De laatste week is de goede kool niet beneden f6.20 verkocht, terwijl de doorschot als laagste f3.40 en als hoogste" f 10.70 opbracht. De aanvoer was, de tijd van het jaar in aanmerking genomen, nog belangrijk. Ook de gele kool is belangrijk omhoog gegaan, zelfs in weinig mindere mate dan de roode. Was 141 dagen geleden de hoogste opbrengst slechts f 3.80', nu Zaterdag zijn er verkocht voor f6.50, terwijl Vrijdag zelfs nog eenmaal f7.10 gemaakt is. De doorschot brengt belangrijk minder op, maar daaronder komen er nog al voor die door de doode randen, die bijna de geheele kool doorgaan, ter nauwernood marktwaardig zijn. Ook de Deensohe witte, waarvoor men hoege naamd geen kans meer gaf, zijn belangrijk omhoog gegaan. Was Zaterdag 9 dezer de hoogste noteering f3.20, pu Zaterdag was dit f6.40. De sterkste ver hooging is reeds de voorlaatste week gekomen, maar de laatste week waren het vooral de grootere soorten die belangrijk in prijs omhoog gingen., Soms maakte het zelfs weinig verschil per Kg. of kleine of groote kool werd aangevoerd, iets wat in tijden niet is voorgekomen. De aanvoer was beide weken nog belangrijk, samen 120 wagons. Opmerkelijk is wel dat bier nog zoo veel kool is en we deze week Amsterdammers spraken, die ons meedeelden, dat daar geen witte kool voor stamp pot te krijgen was. Ook de uien zijn met sprongen omhoog gegaan. Was 9 dezer de hoogste noteering slechts f4J}0, 16 dezer was dat f5.80 en nu jl. Zaterdag f7.30, ter wijl Vrijdag zelfs nog eenmaal 8 gulden gemaakt is. Eindelijk zal het dus ook voor de uien nog wat bij komen. De drielingen, die begin der voorlaatste week meestal nauwelijks meer dan 2 gulden konden opbrengen, kwam deze week zelfs eenmaal boven de vijf, terwijl overigens meermalen bij de vier gulden gemaakt is. De nep, die slechts eenmaal werd aangevoerd, bracht slechts f 1.70 op. Met de peen gaat het nog steeds niet goed. Wel was er in het begin der laatste week een verbetering waardoor 'zelfs enkele malen de drie gulden over schreden werd, maar Zaterdag was het weer zoo gering, dat de twee gulden geen enkele maal be reikt werd. Kroten werden slechts eenmaal aangevoerd en brachten f0.80 per 100 K.G. op. In totaal werden over de beide weken aangevoerd 12 wagons uien, 3V* wagon peen, 135 wagons roode 42 wagons gele en 120 wagons witte koél, totaal 312 wagons. In Broek werden 43 wagons roode, 56 wagons g^le en 44 wagons witte kool en ruim 7K wagon uien aangevoerd, totaal 143 wagons., terwijl in Warmen- huizen de totaal aanvoer 59 wagons was. Vergadering van den Raad op Dinsdag! 26 April 1927, des middags 2 uur. Afwezig is de heer Schenk; Voorzitter de heer K. Breebaart Da., burgemees ter. secretaris de heer P. Bronder. Op: de publieke tribune hebben o.a, plaats geno men het ex-raadslid Mevr. Bergman—Gons en de heer K. de Boer. Na opening volgt vaststelling der notulen Medegedeeld wordt .dat Ged. Staten goedgekeurd hebben de gemeentebegrooting dienst 1927. Uit het proces-verbaal der laatst gehouden kasopname bleek, dat'overeenkomstig boeken en bescheiden in kas was f 2748.13. Goedkeuring is ingekomen op het raadsbesluit tot wijziging van de gemeentebegrooting. dienst 1927. op het besluit tot het aangaan van een kasgeldleening. op het besluit tot wijziging van de verordening op de heffing van kaai- en liggelden. Ingekomen is de balans en rekening over 1925 van den keuringsdienst van Waren te Alkmaar. Naar aanleiding van de indertijd gezonden &d- haesiebetuiging aan het adres van den raad der ge meente Middelie. deelen Ged. Staten mede. dat met ingang van 1 Juli 1927 een aigemeene tariefsverla ging voor waterleiding, benoodigd voor industrie zal ingaan. B. en W. van Alkmaar deelen mede, dat voor de begrooting van 1928 nog geen rekening behoeft te worden gehouden Inet de bijdrage, toegezegd voor het neutraal ziekenhuis De heer Kistemaker vraagt, hoe B. en W. hebben geadviseerd, blijft de subsidie van dezelfde grootte, nu de plannen in kleineren vorm worden uitge voerd. Voorzitter zegt. dat voorgesteld1 wordt, alle stukken betreffende deze zaak voor kennisgeving aan te ne men. Later zal dit vraagstuk wel worden behandeld, het hangt er van af hoe Alkmaar zal handelen. Door de fiederatie van Vereenigingen voor zie- kenhuisverpleging en ziekenzorg in Nederland is een adres gericht tot den Minister van Onderwijs, Kun sten en Wetenschappen, houdende verzoek, niet tot verhooging der veripiletgingiskosten in de academi sche ziekenhuizen over te gaan Gevraagd wordt aan dit adres adhaesie te betuigen. 1 B. en W. stellen voor. al deze mededeelingen en in gekomen stukken voor kennisgeving aan te nemen, doch wat het laatste verzoek betreft, dit in hun ban den te stellen om advies. Goedgevonden. De t.b.c.-bestri]ding te Barsingerhorn. Officieels stukken. i Voorzitter deelt mede, dat er door den Commis saris der Koningin advies aan B. en W. is gevraagd inzake de kwestie-de Boer. B. en W. hebben daar om de zaak onderzocht en van dit onderzoek een rapport opgemaakt. Voortaan zal spr. niet meer antwoorden op vragen die raadsleden doen naar aanleiding van schrijven in de courant, doch zullen de raadsleden die vragen schriftelijk dienen te stellen, waarna B. en W. er op kunnen antwoorden. De heer Burger vraagt of voor deze vergadering hiervan nog een afwijking geldt. Voorzitter zegt dat door den Commissaris der Ko ningin aan B. en W. om advies is gevraagd, het is dus een zaak van B. en W.. maar in dit speciale Reval willen B. en W, het advies bij den raad ken baar maken. Gelezen wordt dan allereerst het adres, dat de heer K. de Boer zond aan den Commissaris der Ko ningin. welk adres als volgt luidde: Afschrift Kolhorn, 16 Maart 1927 Zijne Excellentie! Ondergeteekende verzoekt met verschuldigden eer bied beleefd Uwe aandacht voor de door hem ge plaatste stukken over T.B.C en het ingezondene door het Bestuur van het Witte Kruis en het Raadsverslag der Gemeente Barsingerhorn, voorkomende in de Schager Courant, welke ik zoo vrij ben UEd. toe te zenden, een duidelijk beeld als U dit zal geven wat er voor T.B.Clijders wordt gedaan in de gemeente Barsingerhorn en welk intreurig standpunt wordt in genomen door den Weled. Achtbare Heer K. Breebaart Dz., Burgemeester van Barsingerhorn, wanneer dit punt in openbare Raadszitting wordt behandeld. Aan genaam zou het mij zijn, wanneer UEd. Uwe aan dacht hieraan wilde wijden, daar een dergelijk op treden onmogelijk Uwe goedkeuring zal kunnen weg dragen. Zeer op prijs zou het door mij worden ge steld, wanneof- door Uwe zeer gewaardeerde medewer king eenige verbetering in mijn gezin werd gebracht. Voor de zuivere waarheid der door mij geschre ven stukken sta ik volkomen in, en teeken Hoogachtend, Uw dw., was get: K. DE BOER. Aan Zijne Excellentie den Commissaris der Koningin in Noord-Holland. Vervolgens leest de secretaris het advies met de daarbij behoorende schriftelijke verklaringen, die wij hier in hun geheel laten volgen: Barsingerhorn, 13 April 1927. Naar aanleiding van Uwen kantbrief van 24 Maart j.1., no. 48 ter/4946, le afdeeling en onder te rugzending van de daarbij gevoegde stukken, heb ben wij de eer U mede te deelen, dat wij in deze een onderzoek hebben ingesteld, in welk verband wij U allereerst in afschrift opgemaakt, doen. toekomen een brief van: 1. Dr. Th. W. Beeker, arts alhier. 2. de afdeeling Barsingerhorn van het Witte Kruis en 3. het Algemeen Burgerlijk Armbestuur^ alhier. Deze brieven spreken voor zich zelf en zullen U wellicht een inzicht geven omtrent de juistheid van verschillende grieven en opmerkingen, door de Boer naar voren gebracht. Verder hebben wij onder oogen gezien, de hoofd zaak van hetgeen in de verschillende ingezonden is naar voren gebracht, n.1. het door de Boer mede gedeelde, dat hij niet zou hebben gezegd, dat hij niet naar Gelderland wenschte te gaan, terwijl daar tegenover onze Voorzitter heeft medegedeeld, dat de plannen tot plaatsing van het gezin de Boer in Gelderland, geen voortgang hebben gehad, omdat volgens mededeeling door Dr. Bosch, als behande lend geneesheer van de Boer, aan Voorzitter gedaan, de Boer geen idee had om naar Gelderland te gaan. Speciaal over deze kwestie hebben wij een onder houd gehad met genoemden Dr. Bosch. Ons is uit die bespreking gebleken, dat tusschen onzen Voorzitter en Dr. Bo9ch een misverstand schijnt te bestaan. Onze Voorzitter toch zou Dr. Bosch, als medicus hebben gevraagd aan de Boer het plan om naar Gelderland te gaan, mede te deelen en zou eenigen tijd daarna van Dr. Bosch het antwoord hebben ge kregen, dat de Boer dat niet wenschte. Deze mede deeling is door onzen Voorzitter als officieel be schouwd. Dr. Bosch erkent, dat onze' Voorzitter het voren bedoelde heeft gevraagd en deelde ons verder mede, dat hij Voorzitter later heeft gezegd, dat hij ,d,en indruk" had gekregen, dat de Boer niet naar Gel derland wenschte te gaan, maar dat hij; de hem ge geven opdracht niet als zoodanig heeft beschouwd, doch meer als officieuse mededeeling en als voor- looper van een straks door het Armbestuur te doen voorstel. Zoodoende heeft Dr. Bosch zijn antwoord aan onzen Voorzitter ook als officieus beschouwd. Blijkens bijgaande verklaring van de wijkverpleeg ster alhier, Mej. A. Schopenhauer, heeft Dr. Bosch ook aan haar medegedeeld, dat de Boer niet iaar Gelderland wenschte, dus dat daar nu wel niets van zou komen. Waar dit misverstand schijnt te bestaan, is het. voor ons, met uitzondering van Onzen Voorzitter, niet mogelijk in deze een vaststaand idee te vor men, maar toch meenen wij te kunnen constateeren, dat de hoofdzaak „het al of niet door de Boer naar Gelderland willen gaan", voldoende kan worden beoordeeld. Dr. Bosch toch heeft „den indruk" gekregen, dat de Boer niet naar Gelderland v wenschte te gaan, welke „indruk" als juist kan worden aangenomen, door bijgaande verklaring van den schoonvader van de Boer, die zegt, het af te keuren, dat zijn schoon zoon niet met zijn gezin naar Gelderland wenschte te gaan. Een verklaring daarnaast van den heer Jm. Blaauboer Gz., alhier, duidt aan, dat Jongejan dit reeds in den zomer van 1926 bekend was. Wij meenen, naar aanleiding van het vorenstaan de, de overige beschouwingen van de Boer, wel voor kennisgeving te kunnen aannemen. Burgemeester en Wethouders van de gemeente Barsingerhorn. Afschrift Barsingerhorn, 1 Maart 1927. Aan Burgemeester en Wethouders van de Gemeente Barsingerhorn. L.S. In antwoord op Uw schrijven, no. 42/57 het volgen- L. K de Boer heeft imij nooit om inlichtingen ge vraagd, noch mondeling, noch schriftelijk; Dr. Bosch is nooit bij mij geweest om over K. de Boer of zijn gezin te praten, noch heeft hij dat ooit schriftelijk gedaan. Wat hij dus in de Scha ger Courant hééft gezet, is een leugen; Wat Zuster Schopenhauer aan K. de Boer uit mijh naam gezegd heeft over ontsmetting is een zaak, die zij zelf moet verantwoorden. Waar Dr. Bosch bij K. de Boer als medicus practiseert, had hij aan dezen om advies moeten vragen of had Dr. Bosch aanvrage moeten doen om ontsmetting, daar ze ker ieder geval op zich zelf behandeld moet wor den en beoordeeld moet worden, i In het algemeen behoeft ontsmetting tusschen man en vrouw niet, omdat zij gewoonlijk reeds lang in hetzelfde bed hebben gelegen. Ook dit was hier het geval. Toen eindelijk K. de Boer beslloot in de ligtent te gaan liggen, zoude het toch vrij bespottelijk genoemd mogen worden, dat toen het beddegoed ontsmet werd. Een ander geval werd het echter, toen bij de vrouw zoude slapen gaan een der kinderen. Immers kinderen zijn in de eer- ste plaats zeer vatbaar voor tuberculose en boven dien mag men aannemen, dat die kinderen of dat kind nooit te voren bij vader had geslapen. In dit laatste geval was dus ontsmetting zeer zeker ge- wenscht geweest 5. K de Boer heeft positief geweigerd de ligtent te laten zetten op het grasveld voor zijn woning. Hoogachtend, was get: Dr. TH. W. BEEKER. Afschrift Barsingerhorn, f April 1927. Aan Burgemeester en Wethouders der gemeente Barsingerhorn. Als antwoord op Uw geacht schrijven van 30 Maart 1.1., heb ik de eer U te berichten, dat: de Wijkverpleegster, als Enquetrice voor de T.B.C.- bestrJJding heeft getracht het gezin de Boer met haar deskundigen raad bij te staan. Zij heeft daartoe p.m. 40 bezoeken afgelegd. Niet altijd werd de goede raad opgevolgd, dat voor de reizen naar het Consultatiebureau te Alkmaar aan de Boer de kosten werden vergoed uit de kas der afdeeling van „het Witte Kruis"; dat op advies van den behandelenden geneesheer Dr. Bos te Winkel, een ligtent is geplaatst achter de woning van K. de Boer. De Zuster adviseerde den patiënt die tent in den tuin vóór zijn woning te la ten plaatsen, omdat daar meer zon komt: maar de Boer wilde dat niet toestaan; dat mede verschaft is een ijzeren ledikant met staaldraad matras en daarop een driedeelig stroo- matras. (De Boer heeft in zijn artikel in de Schager Cou rant verklaard, dat hij in die ligtent in zooverre is hersteld, dat hij zijn gewonen arbeid weer kan her vatten) dat uit de „Witte Kruiskast" gevestigd te Kol horn is verschaft beddegoed, nl. 4 lakens, 4 sloo- pen en 2 nachtjaponnen. (De inhoud van die „Witte Kruiskast" wordt ge subsidieerd door het Armbestuur); dat verder alle benoodigde verplegingsartikelen, zooals ligstoel, sputumpot, enz., zijn verstrekt Hét Bestuur van de afdeeling Barsingerhorn van „het Witte Kruis" meent, dat voor het gezin de Boer ales is gedaan, wat die afdeeling verplicht is te doen volgens haar reglement. De Voorzitter, (w.g.) J. DE GROOT. P.S. De „Witte Kruiskast" is niet gevestigd te Kolhorn, maar te Barsingerhorn, ten huize van de Zuster. Twee dekens, een peluw, en een kussen zijn ver strekt door het Armbestuur. Afschrift. Barsingerhorn, 5 April 1927. Wij' hebben de eer U, ter toelichting van de U reeds gedane mededeeling, dat aan K. de Boer een voor schot van flOÖ.— was verleend, onder voorwaarde, dat dit geld door vermindering va/n zijn wekelijksche bon van f8.— op f3.50, moest worden terugbetaald, bij deze te berichten, dat deze wijze van terugbeta ling voortgekomen is uit een soortgelijk voorstel van de Boer zelf. Toen de Boer 91. om het voorschot van f 100.— in onze vergadering verscheen, stelde hij daarbij di rect voor, dit bedrag terug te betalen door zijn In- validitetisrente, welke bij van den Raad van Arbeid ontvangt, in onze kas terug te storten, hetzij direct of indirect. Verder kunnen wij U nog mededeelen, dat ter con trole, op ongezette tijden aan de medici wordt ge vraagd, of deze of gene, aan wie versterkende mid delen worden verstrekt, die versterkende middelen nog langer noodig heeft. Dit is dus niet „trachten óm iemand vleesch of eieren te ontnemen", maar met het oog op zeer gewenschte orde in deze, zoo nu en dan zich overtuigen, dat ondersteuning noodig is volgens bet advies van den behandelenden genees heer. Het Algemeen Burgerlijk Armbestuur van Barsingerhorn. Afschrift Verklaring. Ondergeteekende, Zuster Schopenhauer, wonende te Barsingerhorn, verklaart bij deze uitdrukkelijk, dat door Dr. Bosch, wonende te Winkel, aan haar is gezegd, dat het gezin K de Boer naar Gelderland mocht gaan, dat zij daar geen idéé in hadden en dat daarvan dus niets zou komen. Welken tijd dit is geweest, kan ondergeteekende moeilijk zeggen, maar dat zal ongeveer het eerste halfjaar 1926 zijn geweest Barsingernorn, 2 Maart 1927. was get: A. SCHOPENHAUER. Afschrift Ondergeteekende, K. Jongejan, verklaart er mede bekend te zijn geweest, dat zijn schoonzoon K. de Boer te Kolhorn, door 't Armbestuur in den loop van 't jaar 1926 naar Gelderland gezonden Zou worden en dit niet wilde, alhoewel zijn geheele gezin mede kon, en keurt dit van De Boer af. was get.: K. JONGEJAN. Afschrift Eedel Achtbare Heeren, In antwoord op Uw schrijven, no. 60/85, 30 Maart j.1., kan ik U berichten, dat K. Jongejan, schoonva der van K. de Boer te Kolhorn, met mij in den zomer van 1926 heeft gesproken over 't nioj willen van K. de Boer met zijn gezin, 't welk op kosten van 't Arm bestuur van Barsingerhorn naar Gelderland voor her stel van gezondheid kan gaan. Hoogachtend, was get: Jm. BLAAUBOER Kz. Kolhorn, 31 Maart 1927. De heer Schenk komt inmiddels ter vergadering. De heer Smit wil. hoewel hU persoonlijk geheel buiten deze zaak staat, enkele woorden zeggen. Spr. wijst er op, dat de heer Dr. Bosch, het gesprokene door den burgemeester niet als aanbod heeft be schouwd, wil spr. wel gelooven. Dr. Bosch was mis schien niet op de hoogte van het gemoedelijke, dat in onze gemeente bestaat en heeft zeker gedacht, dat wat de Voorzitter zeide, het Armbestuur hier aan wel richting zou geven. Het neemt echter niet weg, dat het Armbestuur in zooverre tekort is ge schoten. door de Boer niet persoonlijk de vraag te stellen of hij' met zijn gezin naar Gelderland' wilde. Hiertegenover staat. dat. indien de Boer inplaats van groote stukken te schrijven in de courant, een klein briefje gezonden 'had aan het Armbestuur, de zaak heel gauw zou zijn opgelost. Spr. hoopt dat in dezen geen kwaad met kwaad zal worden vergol den, wat in verband met de beleedigende uitdruk king in de courant, mogelijk zou kunnen zijn. dat geen persoonlijke verwijdering zal ontstaan, doch dat door den burgemeester, door Dr. Bosch, door Armbestuur en door Gemeentebestuur, maar niet in 't minst door den patiënt zelf. eenparig zal worden samengewerkt tot bestrijding van de t.b.c. Spr. hoont dat deze onsmakelijke zaak hiermee van de b^an is. Voorzitter zegt niet zoo stijf te zullen zijn om deze kwestie kiwalijk te zullen nemen. En dat het niet hard tegen hard gaat blijkt wel, daar het Arm bestuur weer aan De Boer, op conditie door hem zelf aangegeven, f 200 voorschot heeft gegeven, terwijl Dr. Winkler adviseerde de vrouw van De Boer in een sanatorium te doen opnemen. Spr. heeft daar direct werk van gemaakt met den Voorzitter van Het Witte Kruis, een bespreking houden, met het resultaat, dat de patiënte op 6 Mei a.s, in een sanatorium ge plaatst kan worden. D», heer Burger vraagt beantwoording dor den Voorzitter van een paar vragen die hij wenscht te stellen. Spr. vraagt dan over het zenden naar een sanatorium dat Dr. Bosch gewenscht achtte, als over gangsmaatregel en wat, als wij spr. goed begrijpen, in een onderhoud dat Voorzitter met Dr. Bosch had gehad, naar voren was gebracht door Dr. Bosch. Voorzitter zegt geen verdere inlichtingen te zullen geven. B. en W. geven in hun rapport een duidelijke uiteenzetting. De heer Engel noemt het ook een onverkwikkelijke zaak, wijst er op dat toen in de laatste raadsvergade ring mededeeling werd gedaan van het idee om hot gezin De Boer naar Gelderland te zenden, de Raad paf stond. Immers als iemand een noodkreet de wereld instuurt, dat voor hem niets wordt gedaan en de Vobr- zitter van het Armbestuur geeft dan een dergelijke verklaring. Evenwel, we stonden nog paffer, toen daarna in de courant de mededeeling van De Boer kwam, dat hem nooit een voorstel om naar Gel derland te gaan, was gedaan. Spr. wijst er verder op dat D'e Boer deze zaak ernstig heeft aangepakt en doordat hij meende in zijn recht te staan en hem geen aanbod was gedaan naar Gelderland gezonden te worden, de zaak bij den Commissaris der Koningin aanhangig heeft gemaakt. Misschien is 'daar de Scha ger Courant ook wel. eenigszins schuldig aan, door tendentieus boven het gedeelte te plaatsen een prach tig aanbod. Het was geen aanbod, het was een tdée. Spr. deelt dan vervolgens mede, in een gehouden con ferentie die door B. en W. met Dr. Bosch is gehouden, den indruk te hebben gekregen, dat er een misver stand is. te goeder trouw. Dr. Bosch had gedacht dat de Voorzitter aan het Armbestuur mede zou deelen, dat hij (Dr. Bosch) over het zenden naar Gelderland dacht. Er is ook verschil over de kwestie dat Dr. Bosch den indruk had gekregen dat De Boer niet naar Gelderland wilde en over den tijd, dat Dr. Bosch dit aan den Voorzitter zou hebben medegedeeld. Overigens sluit spr. zich aan bij de woorden van den heer Smit, spr. meent, dat te goeder trouw verkeerd gehandeld is, het Armbestuur had zich tot den dok ter om advies moeten wenden en zich officieel met den patiënt in verbinding moeten stellen en spr. hoopt dat dit een les is geweest Wat evenwel het niet) ,beantwoorden door den Voorzitter betreft van de vragen die de raadsleden stellen, spr. meent dat een raadslid, als vertegenwoordiger der burgerij, het recht heeft inlichtingen te vragen, indien er iets is, ook wanneer het 't Armbestuur betreft, want spr. dacht dat juist een lid van het college van B. en W. zitting in het Armbestuur had gekregen om beter verband te krijgen. Het is een zaak van algemeen be lang, meent de Voorzitter dat het aan de hand van de dingen beter is het niet in 't openbaar te bespreken, dan kunnen eerst inlichtingen gegeven worden in comité-vergadering. Voorzitter zegt, dat men hem niet goed heeft be grepen. Het is niet de bedoeling van spr. de vragen niet in het openbaar te beantwoorden, maar de vragen dienen schriftelijk aan B. en W. te worden gesteld en in de volgende vergadering zullen B. en W. dan de vragen beantwoorden. Spr. stelt voor deze zaak als afgehandeld te beschouwen. Aldus ge schiedt. Aan de Kroon zal goedkeuring worden gevraagd op het besluit om in de keuringsverordening de bepaling op te nemen, dat het verboden is melk te verkoopen met een vetgehalte lager dan 2.75 B. en W. stellen voor het vermenigvuldigingscij-- fer voor de gemeentelijke belasting wederom op 2 te bepalen. Nu en dan blijken er tegenvallertjes te zijn, die het niet mogelijk maken het heffingspercen tage lager te stellen. Voorzitter deelt o.a. mede, dat wederom een ver pleegde (thans no. 8) in het krankzinnigengesticht is opgenomen geworden. Overeenkomstig het advies van B. en W. wordt besloten. Diverse af- en overschrijvingen begrooting dienst 1926 worden goedgekeurd. Een assistente. Aan de orde wordt gesteld het Vaststellen van de belooning voor een asistente aan do O. L. school te Barsingerhorn, Voorzitter deelt mede, dat Mej. Kant, onderwijzeres in den ouderdom van 39 jaren is overleden. B. en W. hebben haar de laatste eer bewezen en spr. heeft aan het graf enkele woorden ter harer nagedachtenis gesproken. Spr. wil haar ook hier dank zeggen voor wat zij gedurende ongeveer 20 jaar voor het onderwijs heeft gedaan. Waar het aantal leerlingen niet van dien aard is, het is 72, dat aanspraak kan worden gemaakt op vergoeding van een derde leerkracht, stellen B. en W. voor een assistente te benoemen en het salaris op f 1000 per jaar te bepalen, met de verplichting, tot het geven van handwerkonderwijs te Haring huizen. De heer Schenk spreekt zijn genoegen over dit royale voorstel van B. en W. uit. Algemeen goedgevonden. Op een verzoek om een prijs voor de tentoonstel ling van het departement Kolhorn van de Maat schappij tot Nut van het Algemeen, stellen B. en W. voor een maximum van f 15 toe te staan, voor welk bedrag B. en W. 4 prijsjes dachten te koopen. Goed gevonden. Naar aanleiding van het voorstel-Kistemaker om een stoombrandspuit aan te schaffen, "hebben B. en W. overwogen voor het hrandwezen aan te sluiten bij de waterleiding. Voor de buitenwijken zullen de oude spuiten echter behouden moeten blijven. B. en W. stellen voor, dit punt tot de volgende vergEu- dering uit te stellen, B. en W. zullen dan kijken wat een stoombrandspuit precies kost. Goedgevon den. De aftredende leden der Schattingscommissie, de heeren Jb. Jimmink, Kistemaker, Bronder en K. Breebaart Dz., worden herbenoemd. De heer H. H. Dubbelman, aan wien eervol ont- is verleend als administrateur van het G.E.B., ver zoekt om behoud-van den vorigen pensioengrondslag B. en-W, hebben hier niet op tegen, omdat de heer Dubbelman alle meerdere kosten voor zijn re kening zal nemen. Goedgevonden.' Bij de rondvraag informeert de beer Burger naar de aansluiting van bet perceel Sluis aan- de wa terleiding. Voozit.ter deelt mede, gister met Sluis te hebben gesproken en Donderdag met den heer Bel de zaak te zullen bespreken. Als het half kan, zal spr. aan-, sluiting bevorderen, maar de leiding moet door an dermans grond. Spr. vóelt zelf veel voor de aan sluiting. Hierna sluiting. WEER VERZAKKING IN DE MIJNSTREEK. Te SpekhoJzerheide in de Akerstraat hadden weer tueuwe verzakkingen plaats tengevolge van mijnbouw. Ditmaal zakte een paard met een war gdn van dein voerman Crombach wel ieen halvetn mieter in de straat. Er hadden geen ongelukken plaats. Het verkeer was geruimen tijd gestremd. BRANDSTICHTING TE WOLVEGA? In den nacht van Zondag op Maandag is als slachtoffer van vhet vuur gevallen een op den, twee*- sprong van' 'den weg ter Idzardt Nijieholtpa gelen gen oude Skins, -die vroeger bewoond is geweest door het oude Friesche geslacht der Idzardla's. Het huis dat vroeger geheel door graohten omj geven was en dat met zi'n kelders en1 onderaard- scha gewelven vroeger een sterke burcht moet zöjln geweest, heeft in den loop der jaren zrfjfni oorspron kelijk karakter vrijwel geheel verloren en de stoep en het torentje op het dak, waarin nog steeds een j bel hing, waren iedgmlijk nog, de eenige uiterlijke taekenen, die aan de vroegere grootheni herinner- den. Er Zijn sterke aanwijzingen, dat hier braxudl- stichting de oorzaak is. Ongeveer half vier in djen morgen werd er aan het .slaapkamerraam geklopt 1 en zag de bewoner een wielrijder van zijn erf den weg op gaan. Op hetzelfde oogenblik stond reeds alles m vuur en vlam. Vermoedelijk heeft de brandstichter dus willen voorkomen, dat er men- sohen in het vuur Zouden blijven. Een paar kindeH ren hebben toch nog lichte brandwonden bekomen, doch overigens hebben allen Zoh nog juiist bijtijds kunnen redden. Evenwel is er verder niets gered en het geheele beslag vee, 35 stuks, is met schuren, hooi, inventaris enz. verbrand; ook is f 1800 aan teld verloren gegaan. De bewoner, Jozef Ekkelboom ie het huis had verkocht en dit met een veertien dageu zou verlaten, had het geheel veel te laag ver zekerd. TRAGISCH ONGELUK. Zondagmiddag heeft te Steenbergen een zeer trar gisch ongeval plaats gehad, dat groote ontroering in de gemeente teweeg bracht, meldt het D. v. N.hB-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1927 | | pagina 2