Alumni Hun- Alttitimii- laMltl RAAD SCHAGEN. Dinsdag 3 Mei 1927. Eerste Blad. SCHACER 70ste Jaargang No. 8042. COURANT. Dit Mud vertchijnt viermaal per week: Dinsdag, Woenadag, Donder dag en Zaterdag. Bij inzending tot 'e morgens 8 uur, vorden Adver- tention nog zoovcei mogelijk in liet eerstuitkomend nummer geplaatst. Uitgevers: N.V. v.h. TRAPMAN Co., Schagen. POSTREKENING No. 23330. INT. TELEF. No. 20. Prijs per 3 maanden f 1.65. Losse nummers 6 cent. ADVÈRTEN- TlëN van 1 tot 5 regels f 1.10, iedere regel meer 20 cent (bewijsno, inbegrepen). Grooto letters vrorden naar plaatsruimte berekond. DIT NUMMER BESTAAT UIT TWEE BLADEN. Vergadering van den Raad op Zaterdag 30 April 1927, des middags kwart voor tweeën. Alle leden zijn aanwezig. Voorzitter de heer J. Cornelissen, burgemeester, secretaris de heer A. C. Roggeveen. Na opening vraagt de Voorzitter of iemand aan merking heeft op de notulen. De heer Bregman vraagt voorlezing van dat ge deelte der notulen dat handelt over de demping van een gedeelte der Laansloot en dacht dat bewo ners van de Laan in de kosten zouden bijdragen tot f 1000. Nu evenwel is bij de stukken een suppletoirs begrooting, dienst 1927, waarop deze bijdrage voor komt tot een bedrag van f935, zijnde de helft der kosten. Voorzitter zegt, dat de bewoners tot de helft van de kosten zouden bijdragen, maar tot een maximum van f 1000. De heer Bregman. heeft dit anders begrepen en dacht dat, indien de totale kosten minder dan f2000 zouden bedragen, dit mindere bedrag geheel ten voordeele van de gemeente zou komen. De heer Timmerman had 't ook begrepen, zooals de heer Bregman zegt. Andere leden evehwel meenen, dat het zou zijn zooals de notulen vermelden, en dat het adres ook luidde „tot uiterlijk f 1000". De heer Bakker zegt, dat zij zich zullen neerleg gen bij de opvatting die uit de notulen blijkt, maar ook spr.'s meening was, dat als de kosten minder zouden zijn, dit een voordeeltje voor de gemeente zou zijn. De notulen worden hierna goedgekeurd. Medodaelinge» va» de» Yoerrfller. Voorzitter deelt mede; dat spr., £e heer Van Erp en de Secretaris een onderzoek hebben ingesteld naar den toestand der ladders en de ladders bleken goed te zijn, en de opmerking van den heer Leguit werd onbegrijpelijk gevonden. De heer Bakker wil aan den heer Leguit overlaten van antwoord te dienen, doch aan den heer Leguit is hulde te brengen voor de accuratesse waarmede hij deze za^k naar voren heeft gebracht. Spr. keurt het echter af dat een dergelijke opmerking zoo uit gemeten wordt als hier het geval is geweest. De op zichter heeft na de reparatie 3—4 deskundigen een onderzoek doen instellen., Spr. meent dat op deze manier een ieder wel een hak te zetten is, als iedere ambtenaar een dergelijke opmerking maar als een beleediging beschouwt. Het was' spr. aangenamer goweest, als deze kwestie in wat minder bewoordin gen was afgehandeld. De heer Gorter meent, dat de heer Leguit zelf te veei op deze zaak heeft, gereageerd en B. en W. de zaak hebben móeten onderzoeken. Voorzitter zegt, dat het. ook niet de bedoeling van B. en W. was de zaak zoo uit te meten, dat is hun schuld niet. De heer Bakker zegt, dat het ook niet een verwijt is aan B. en W., maar spr. wijst er nogmaals op, dat •als een dergelijke opmerking wordt gemaakt, een ambtenaar zich niet op z'n teenen getrapt behoeft te achten. Voorzitter vervolgt zijne mededeelingen, dat de heer P. Meurs Pz. is aangeschreven om de heining aan den Loeterdijk te snoeien, dat de schoeiing aan het Rapenpad in onderhoud is bij de gemeente en dat aan den opzichter opdracht is gegeven na te gaan, wat de herstelling zal kosten. Voor bestrating van het perceeltje bij Kos had de stratenmaker geen tijd gehad, doch het is nu ge schied. Aan den heer Nobel is gevraagd welk inkomen ouders moeten hebben, wil men in aanmerking ko men tot kostelooze toelating tot de landbouwhuis- houdschool. De heef1 Nobel antwoordde dat. wanneer bezwaar werd gemaakt tot betaling van f30, respec tievelijk f 15 lesgeld, een onderzoek wordt ingesteld bij het gemeentebestuur naar de mogelijkheid van betalen. De heer Bregman zegt nota genomen te hebben van dit antwoord en hoopt dat dit ook door B. en W. is gedaan. De heer Leguit vraagt, of de drukte van den stra tenmaker nu achter den rug is en anders niet t9 begrijpen, dat de opzichter hem ander werk op draagt. Voorzitter: Bedoelt U op de Laan, dat heeft zijn oorzaak. Voorzitter deelt verder-mede, dat aan de politie opdracht is gegeven er aandacht aan te schenken dat voortaan niet meer zulke groots koppels vee los worden vervoerd. Ingekomen stukken. Een protest va» den Voorzitter. Ingekomen was een schrijven van Ged. Staten met enkele opmerkingen over de rekening van 1925. voorzitter zal de nota van opmerkingen niet voor lezen, omdat het administratieve opmerkingen be treft. Den heer Bakker heeft het betroffen, dat er zoo vee aanmerkingen worden gemaakt. Wel zij» er heel wat rekeningen, maar zooveel opmerkingen zijn er. dat spr. vraagt wie maakt de rekening op, wie teekent haar? Spr. vindt het wel verregaand. °°™tter antwoordt dat dit ieder jaar gebeurt en meent, dat er een eeresaluut gebracht kan worden aan den gemeente-ontvanger, die zijn werk zeer con sciëntieus doet. Het is niet altijd de schuld van den ontvanger, maar het is dikwijls de opvatting var.- ucd. staten. Spr. vindt het wel wat erg hierover eeu, woord vuil te maken en protesteert daar dan ook tegen. De beer Bakker zegt, dat zijn opmerking dan'be schouwd kan worden als te zijn gedaan uit onwe tendheid. Voorzitter zegt nog, dat alt dit jaar geheel wordt voldaan aan de eischen van Ged. Staten, volgend jaar toch misschien weer andere opmerkingen zuh len worden gemaakt. Proces-verbaal van kasopname bij den gemeente ontvanger en idem wat betreft de eiqrveilin^ Bij den gemeente-ontvanger was op 15 Maart in kas f1465.45, overeenkomstig boeken en bescheiden en bij den directeur-administrateur van de eier- veiling f454.37. Ged. Staten keurden goed de verordening tot hef fing van staangelden voor motorrijtuigen. Deze 3 stukken worden vervolgens voor kennis geving aangenomen. Geen borgstelling noodig. Van den heer P. Bak was een verzoek ingekomen om een vaste aanstelling als in>casseerder-mcteropne- mer der lichtbedrijven. B. en W. stellen den Raad voor adressant met in gang van 1 Mei 1927 een vaste aanstelling te verlee- nen. Den heer Van Nuland heeft het bevreemd, dat B. en W. niet motiveeren waarom zij voorstellen tot vaste aanstelling ovep te gaan. Spr. vraagt, of een borgstelling niet gewenscht is en wijst op de fraude in een naburige gemeente gepleegd. V-oorts wordt iü bet advies van B. en W. niets vermeld over jaar wedde of salaris en of de betrokken persoon nering mag uitoefenen. Voorzitter deelt mede, dat Bak in December 1922 op contract is benoemd, geen pensioen zou krijgen en tenslotte is gaan nadenken, en bij spr. is geko men met de vraag of hij! een vaste aanstelling zou kunnen krijgen. Spreker heeft Bak in uitzicht gesteld een pen sioenbijdrage ad 8K te zullen moeten storten, terwijl inkoop voor hem niet kan plaats hebber. Toch bleef Bak een vaste aanstelling- verlangen. Over een borgstelling is nooit gesproken., noch door dit, noch door het vorige college van B. en W. Het is de bedoeling het salaris van f 30 per week te hand haven, dat salaris is niet kwaad, doch ook niet hoog gezien de uitbreiding van de werkzaamheden. De heer Van Nuland blijft toch vasthouden aan een borgstelling, de incasseerder-meteropnemer gaat da gelijks met geld om en er kan een tekort komen. De heer Gorter vindt dien-eisch te ver doorge voerd. iedere avond moet Bak afrekenen en als hem een borgstelling wordt opgelegd, zal zijn sala ris hooger moeten zijn. De heer Van Nuland merkt nog op. dat het toch borgstelling van den gemeente-ontvanger verlangd wordt. Voorzitter vraagt met wie die dan dagelijks zou moeten afrekenen *en bovendien de gemeentewet vordert ven hem een borgstelling. De heer Van Nuland merkt nog op, dat het toch een paar jaar geleden ook ts gebeurd, dat de incas seerder-meteropnemer had misgerekend en stelt voor een borgstelling van f 1000 te vorderen. De heer Roggeveen acht ook een borgstelling over bodig. De heer 'Overtoom informeert of de stand der me ters nog door een ander wordt gecontroleerd. De heer Van Erp deelt medé, dat deze kwestie in de Lichtcommissie is besproken en den directeur is opgedragen nu en dan steekproeven te nemen. De heer Overtoom wijst er op, dat het niet gaat om den tegenwoordigen titularis. Spr. heeft de vraag gesteld, juist naar aanleiding van wat in een nabu rige gemeente is gebeurd. Spr. heeft nooit gemerkt dat steekproeven zijn genomen. Als B. en W. kun nen zoggen, dat het goed gebeurt, is dat apr. voldoen de. Spr. herhaalt dat de persoon van Bak hem goed genoeg is, maar we kunnen er beter over spreken als niemand verdacht wordt, dan wanneer dat wel het geval Is. De heer Leguit deelt mede, dat de heer Blaeser een paar jaar geleden bij hem wel eens steekproe ven heeft gehouden. Het voorstel-Van Nuland wordt verworpen met 8 tegen 3 stemmen, die van de heeren Overtoom, Van Nuland en Huiberts, waarna het voorstel van B. en W. wordt aangenomen. Van de Federatie voor Ziekenhuisverpleging is een verzoek ingekomen om instemming te betuigen aan een door haar aan den Minister gericht adres, waar in verzocht wordt niet te willen overgaan tot verhoo ging der verplegingskosten in de academische zieken huizen. ■B. en W. stellen voor de gevraagde instemming te betuigen. D e heer Van Nul and gevoelt niet veel voor ad hesiebetuiging. uit Schagen gaan niet veel patiënten naar academische ziekenhuizen, de Minister zal zich aan een dergelijk adres niet storen en, vraagt spr., hebben B. en W. onderzocht of wat in het adres staat op waarheid berust? Voorzitter wijst er op. dat nog onlangs iemand uit onze gemeente in Leiden is verpleegd, overigens ook niet zooveel voor deze adhaesie-be tuiging te gevoelen, doch er staat tegenover, dat adhaesie-betuiging niets kost. Spr. gelooft niet .dat men leugens in het adres zal zetten. De beer Van Nuland zegt, dat het meer gebeurt, dat om een zaak door te drijven, men wel eens wat te ver gaat. Met 8 tegen 3 stemmen wordt overeenkomstig het voorstel van B. en W. besloten; tegen stemden do heeren Overtoom, Van Nuland en Huiberts. Door de vereeniging „Algemeen Belang" wordt ver zocht den termijn binnen welken de geloste mate rialen op de losplaats aan de Dorpen moeten worden weggevoerd, te wijzigen van 1 maal 24 uren in 2 maal 24 uren. B. en W. adviseeren gunstig op het verzoek te be schikken. De heer Overtoom vraagt of het de bedoeling is. aan deze bepaling streng de hand te houden. Het zal soms ook onmogelijk zijn. de materialen binnen 2 maal 24 uren weg te voeren. Voorzitter zegt. dat het wel de bedoeling Is, zich aan de regeling te houden. De heer Overtoom wijst erop. dat deze losplaats gebruikt dient te worden als aanvulling van de oor spronkelijke. niet als speciale opslagplaat^ en spr. vindt het niet goed. dat het vorige besluit nu weer wordt gecorrigeerd. Spr. wil de zaak aan B. en W. overlaten, die kunnen rekening houden met de om standigheden. De heer Gorter zegt dat het de bedoeling blijft in zeer bijzondere gevallen van deze aanvullende los plaats- gebruik te maken, maar de practijk heeft geleerd, dat een langoren termijn noodig kan zijn. De heer Tuinman vindt een termijn van 24 uur tekort. 2 maal 24 uur is noodig. en spr. kan dan ook met het voorstel meegaan, als er dan maar op gelet wordt, dat er een beetje orde wordt gehouden en er des Zondags niet zoo'n herrie is. De menschen die nen een behoorlijk uitzicht te hebben. Met alleen -de stem van den heer Overtoom tegen, wordt het verzoek van Algemeen Belang toegestaan. Door de afdeeling Schagen van het Centraal Ge nootschap voor Kinderherstellings- en Vacantiekolo- nies wordt, om verhoogde subsidie gevraagd, n.1. in- plaats van f 50, zooals was toegestaan, f 100. B. en. W. stellen den Raad voor gunstig op het adres te beschikken, gelet op het nuttige doel dat door de afdeeling wordt beoogd. Zij merkep echter op, dat uit de bij het oorspronkelijk verzoek overgelegde rekening niet is gebleken, dat er een tekort was van f 142.74. Het tekort bedroeg op genoemd tijdstip slechts f47, waarmede bij het verleenen der subsidie rekening' is 'gehouden. Zonder bespreking goedgevonden. Van Ged. Staten was een schrijven ingekomen be treffende de instructie van den gemeente-ontvanger. Naar aanleiding van dit adres stellen B. en W. voor, artikel 6 der instructie te wijzigen, waarbij dan wordt bepaald dat de ontvanger zijn kas afge scheiden houdt van alle andere gelden, hij verplicht is zijn kas, voor zoover zij het bedrag der zekerheid overtreft, telkens te storten bij een door B. en W. te bepalen bankinstelling, terwijl hij voorts verplicht is maandelijks aan B. en W. in te zenden een staat van ontvangsten en uitgaven, met vermelding van het saldo.. Aldus wordt besloten. In verband met een ministerieele aanvrage aan de Woningbouwvereeniging „Schagen", om terugbeta ling van een bedrag van f130.—, indertijd verstrekt wegens architectuur straatwerken, is van de Woning bouwvereeniging „Schagen" het verzoek ingekomen om uitbetaling van dit bedrag. B .en W. stellen den Raad voor afwijzend op het verzoek te beschikken, op grond van de overweging, dat bij de overname door de gemeente van de stra ten van de Woningbouwvereeniging met geen enkel woord over deze kosten is gerept. Waar het hier boventfien betreft een klein gedeelte straat, voor aansluiting aan de Landbouwstraat, zijn B. en W. van oordcel dat de architectuur cn het toe zicht op do uitvoering, ware een on ander bekend geweest, gevoegelijk aan den gemeente-opzichter had kunnen worden opgedragen. Zonder bespreking wordt besloten afwijzend op het verzoek te beschikken. „Plaatselijk Belang" en het behartigen der plaatselijke belangen. Vervolgens komt aan de orde een adres van ouders, houdende verzoek tot aanstelling van een 10e leer kracht aan de O. L. School. Ten aanzien van dit verzoek deelen B> en W. me de, dat zij betreffende deze aangelegenheid een on derhoud hebben gehad met den heer Inspecteur van het lager onderwijs in de inspectie Helder en het hoofd der O. L. School. Bij deze bespreking deed de Inspecteur uitkomen, dat het bij de toeneming yan het aantal leerlingen op 1 Mei a.s. niet mogelijk is, de klasse-indeeling zoo te maken, dat met 9 leer krachten men kan blijven binnen de perken van arti kel 7 van het Koninklijk Besluit van 15 Februari 1924, Staatsblad no. 48. Spreker toonde met verschil lende voorbeelden aan, dat sommige klassen zoodanig overbevolkt zouden worden, dat dit noodwendig tot schade van het onderwijs zou moeten leiden. Bij aanstelling van een 10e leerkracht zou daar aan tegemoet zijn te komen, door de klasse-indee ling als volgt te maken: klasse I, 64 leerlingen, te splitsen in 2 klassen, elk van 32 leerlingen; klasse II, 61 leerlingen; klasse III 56 leerlingen. Uit deze 2 klassen een gecombineerde 2e en 3e klasse te maken, met respectievelijk 21 en 18 leerlin gen, waardoor in klasse 2a 40 leerlingen zouden ver blijven en in klasse 3a 38 leerlingen. Klasse 4, 57 leerlingen, klasse 5 56 leerlingen. Uit deze 2 klassen een gecombineerde 4e en 5e klasse te maken met respectievelijk 17 en 16 leerlin gen, waardoor in klasse 4a zouden overblijven 40 leer lingen en in klasse 5a 40 leerlingen. Klasse 6, ongesplitst, 39 leerlingen, klasse T, onge splitst, 37 leerlingen. Op deze wijze zou aan de bepalingen van bovenaan gehaald Koninklijk Besluit zijn te voldoen. De Inspecteur meende dan ook in het belang van het onderwijs te moeten adviseeren tot aanstelling van een 10e leerkracht te besluiten. Door den heer Brouwer werd nog opgemerkt, dat bij den bestaanden toestand, noodwendig leerlingen zullen moeten overgaan naar een hoogere klasse, die daarvoor krachtens de vorderingen niet in aanmer king zouden komen als de ruimte in de klassen toe liet ze een jaar te laten zitten, n.1. uit klasse 3 7 leer lingen. uit klasse 4 7 leerlingen, klasse 5 8 leerlingon en uit klasse 6 3 leerlingen. Op grond van een en ander stellen B. en W. voor op het adres gunstig te beschikken en een onderwij zer te benoemen uit de sollicitanten voor de vaca- ture-Parlevliet. De heer Bakker zegt.'dat het naar aanleiding van dit punt was. dat deze spoedèischonde vergadering wordt gehouden, want deze vergadering wordt toch als spoedeischend beschouwd, al is ze dan niet met- spoed uitgeschreven. Maandag is verzocht deze ver gadering te willen houden, en heden dan om 2 uur wordt ze eindelijk gehouden. Spr. kan niet instemmen met dezen gang van zaken en had iheer spoed verwacht. Sinds eenigen tijd heb ben 200 ouders van schoolgaande kinderen dit ver zoek aan den raad gericht. In de schooi is het een •chaos, en wanneer die toestand niet wordt verbeterd, voordat 2 Mei de nieuwe leerlingen tot de school worden toegelaten, zal het een wildernis worden. Het heeft spr. bedroefd, dat het Dag. Bestuur onzer ge meente de plaatselijke belangen niet beter behartigt temeer daar de wethouders in de vergadering der Oudercommissie verklaren, homogeen te zijn met het adres en weten hoe de toestand in de school is. Als deze onderwijszaak niet voor Mei tot oplossing komt. als in het adres gevraagd, zou het zeer zeker kunnen, gebeuren, en spr. zou. niet om de kinderen* wel hebben gewild, dat de heer Brouwe.: van zijn recht gebruik) had gemaakt, dat de kinderen, die om toelating tot de school vroegen, werden teruggestuurd Spr. spreekt er zijn verbazing over uit, dat deze vergadering niet eerder is uitgeschreven, sollicitan ten naar de betrekking van onderwijzer .deelden mee, dat Donderdagavond j-L zou worden vergaderd en spr. vraagt waarom deze vergadering nu vandaag om 2 uur wordt gehouden? Was alleen voor dit acute punt geen vergadering te beleggen? Spr. wijst op het feit. dat de te benoemen onderwijzers toch eenige voorbereiding behoeven om hier te komen, of hebben CB. cn W. miaar te bevelen, dat ze hier Maandagmorgen behooren te zijn? 'De wethouders hebben door deze handeling niet de plaatselijke be langen gediend, want het onderwijs dient toch in de eerste plaats tot zijn recht te komen. De heer Gorter wil één vraag stellen. Heeft 9cn der fracties, die deze spoedvergadering hebben aan gevraagd. de overtuiging, dat deze vergadering niet deze week zou zijn gehouden, als zij haar niet had den aangevraagd? De heer Bregman: Neen, dan zou deze vergadering nie.t zijn gehouden, want er is iemand bij U ge weest. tegen wien U gezegd heeft, dat de vergadering na de verkiezing zou worden gehouden. De heer Gorter zegt, dat dit eeni leugen is. er moest vergaderd worden voor do overplaatsing van den heer Roos. De heeren hebben iemand naar mij toe gestuurd, maar spr. heeft zich van den domme ge houden. Had de S.D.A.P.-fractie dan liever de ver gadering op Donderdagavond gehouden, hadden ze ons er liever niet bij, want toen konden wij niet en nu ben ik er voor van Wieringen gekomen. De heer Bakker: En ik moet er vanmiddag ook om verzuimen. Voorzitter zegt wel aan het verzoek om een verga dering uit te schrijven, te hebben willen voldoen, maar spr. heeft er liever de wethouders bij. Donder dag en Vrijdag was dat niet mogelijk en gelukkig heeft spr. klaar gekregen-, vanmiddag de vergade ring te houden. De heeren onderwijzers zijn gewaar schuwd en zullen, ais ze worden benoemd. Maandag in functie treden. Spr. wijst er dan op, dat het onder havige verzoek reeds maanden lang loopendo was, verleden zomer was het spr. al bekend en zelfs heeft spr. van iemand gehoord, dat het verleden vooTjaar aanhangig was. 5 April is het op het raadhuis geko men en is het nu zoo erg. dat het hier een paar weken blijft liggen. Is het zoo bar, dat wij zoo laat er mee zijn; daartegen wil spr. ten sielligsto o-^men en van dat verwijt zal spr. zich ook niets aantrekken. De heer Bakker herinnert aan het spreekwoord: „regeeren is vooruitzien' enals het 't Dag. Bestuur bekend was, dat deze zaak bij de burgerij aanhangig was. was het z..i. een wijze daad van het Dag. Be stuur geweest. t$ zorgen, dat deze zaak in orde kwam. Voorziter zou het niet goed vinden, als er een adres loopt, dat B. en W. dan tevoren maatregelen namen. De heer Bregman deelt mede. Maandag met den Voorzitter een gesprek te hebben gehad en spr. toen gezegd had: zet alleen dat punt op de agenda. Spr. vertelt verder, dat de heer Gorter in de vergadering der Oudercommissie beloofd had de zaak voor 1 Mei in orde te maken. De heer Gorter ontkent dit. hii had zich in die vergedering niet uitgelaten, wel de heer Van Erp. De heer Bregman vervolgt zijn mededeelingen over het Onderhoud dat 'hij' met den Voorzitter had gehad en de Voorzitter beloofd had, Donderdag te vergade ren. - De heer Gorter herhaalt. Donderdags en Vrijdags verhinderd te zijn geweest en Dinsdag had het on derhoud met den inspecteur plaats. De heer Bregman zegt. de zekerheid" te hebben, dat als de vergadering niet was aangevraagd, zij deze woek niet zou zijn gehouden. De heer .Gorter vraagt van wie de heer Bregman die zekerheid heeft. Spr. begrijpt het wel. van den heer Brouwer, dat heeft apr. gevoeld, maar als de heer Bregman. wat wil weten, moet hij maar zelf komen. Voorzitter begrijpt niet, wat men nu nog aan te merken heeft. De vergadering wodt gehouden, er zijn nu nog andere punten bij genomen, o.a. die van de borgstelling van den gemeente-ontvanger, zoodat *u sollicitanten kunnen worden opgeroepen, de sollici tanten zijn aangeschreven, alleen is bereids één van het drietal elders benoemd. De heer Gorter wijst er nog eens op. zelf graag hij de bespreking dezer zaak te helpen willen zijn. De heer Bakker vindt het eigenaardig, dat de heer Gorter zegt. dat de vergadering deze week zou zijn geweest en tevens vertelt. Donderdag en Vrijdag ver hinderd te zijn geweest en ook eigenlijk vandaag. Wie schurft is. vreest de roskam, zegt 9Pr.. daarom moest deze vergadering ha 2 Mei worden gehouden. De heer Gorter beantwoordt deze opmerking door te zeggen, dat deze bespreking met zekere doelein den wordt gehouden. De heer Van Nuland wijst er op .dat het aan den burgemeester is, om den tijd der vergadering te be palen. Overigens verwondert het spr. bij deze voor<- dracht niets te vernemen over de finantieele gevol gen, verbonden aan de aanstelling van een 10e leer kracht en overplaatsing van een onderwijzer van de- O.L. school naar -de U.L O. school. Spr.- herinnert aan de opmerking van den voorzitter in een vorige vèr- gadering, dat het. niet goed is bij de begrooting on een en ander t.e beknibbelen en daarna altémet eens een schepje er op te doen. Spr. vindt het daarom niet ondienstig, de oplossing zoo te vinden, dat de kosten tot een zoo gering mogelijke proportie worden ge- -

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1927 | | pagina 1