HET ENGAGEMENT!
Binnenlandsch Nieuws.
de hertog, zijn vrij ten zeerste getroffen door de
bewijzen van innige .loyaliteit aan den troon. Onze
verwachtingen zijn verre overtroffen en gedurende
onze geheale reis hebben wij het gevoel gehad, dat
wij onaer ons «xSr.en volk waren.
Over do inwijding van de nieuwe hoofdstad van
Australië Canberra zeido de hertog, dat de herin
nering aan deze historische plechtigheid altijd le
vendig zal blijven bij allen, die daar tegenwoordig
waren en dat daarmede, naar hij hoopte, ©en nieuw
en glorierijk tijdperk in de geschiedenis vas Au
stralië geopend is.
AUTO-ONGELUK.
Te .Berlijn Zehlondorf Zyn gisternacht twee auto's
in volle vaart op elkaar gereden. Acht personen
aiju*bij dit ongeval gewond, waarvan! zes- naar het
«kakenüiuis moesten worden gebracht,
ONTPLOFFING OP EEN MOTORBOOT.
Wolff meldt uit Dantzig, dat op ecu motorboot»
die daar ter reparatie op een werf ligt, een ont
ploffing plaats gehad heeft. Een monteur van de
werf is gedood. De kapitein en twee machinisten
van de boot zijn zwaai* gewond.
VORST EN SNEEUW IN 'T ZWARTE WOUD.
Zondag heeft in het Zuidelijk gedeelte van het
Zwarte Woud hevig geregend, waarbij de tempera
tuur aanmerkelijk daalde. Op den Feldberg wees
de thermometer 's nachts 0.4 graden Celsius vorst
aan. Maandagmorgen om 8 uur nog. 0.1 graad vorst.
Ook is er op den JBeldberg sneeuw gevallen. De
sneeuwlaag had .een dikte van 2 cil.
EEN VLIEGER VERONGELUKT.
Op het vliegveld te Deurae, even! buiten de stad,
had Zaterdag j.1., ©en ongeluk met doodelijken af
loop plaats. 7
Wellicht 600 M. hoog dëcd de 27-jarige vlieger
Sebrechts eenige kunst toeren; plotsokugi zagen de
toeschouwers het vliegtuig met een angstwekkende
snelheid naar beneden komen en gedeeltelijk .in den
grond verdwijnen. Onmiddellijk toegeschoten hulp
kwam te laat, men kon slechts het lijk van den
verongelukten vlieger ta voorschijn brengen.
liet tragische van dit ongeluk werd verergard
door de aanwezigheid^ van de echtgenoot© van Se
brechts, die op het zien van het haar man over
komen ongeluk in Zwijm! viel en' eerst na drie uren
tot bewustzijn kon: gebracht worden.
Lusteloos, met loomheid door hun leden van de kib
belarij die zo net weer achter den rug hadden, liepen
ze naast mekaar voort langa den wijden cirkel van de
stads-singels.
Zij deed nog zoowat hupsch in haar tred; veerkrach
tig stootten haar hakken den rokrand van haar japon
op bij iedor pasje, waar don telkens de roso onderrok
even te zien kwam.
Hij liet zich gaan.
Zijn gedachten bij het twist je, bij zijn meening die
Bij niet had willen aanvaarden. Zijn oogen op die op-
wippondo voetjes gevest, op hot pittig opspringen van
den rokrand, op het rose vlakje lederen keer.
Hij voelde fcich boroord; beklemd, door do laatste
twistwoordon, dio aldoor in hot opklonken; in verzot
tegon dit zinnelooze voorloopen in de drukkende vij
andigheid in den heeten middag.
Zijn lichaam voelde hij zich voortsjokken in doffen
weemoed om wat nu weer tusschen hen goweest was;
zijn voeten slodderden achteloos door 't stof: tot ver
op zijn broeks-pijpen zat het zand van don weg gekro-
f>on. Heel zijn lichaam leok hom slordig en onfriscli;
eelijk en bonkig voelde hij zichzelf, of de landerige
wrevel, de stugge narigheid uit hem opsloeg.
Zoo liepen ze nevens elkander.
Als er iemand aankwam op den weg, zeide zij
ter waarschuwing den naam en, sprakeloos beiden,
trachtten zij dan naar een houding; naar een wat
vroolijke houding.... Zij waren geëngageerd.
wclkomd© hem' «onder ©en zweem van, gedwongen
heid. Hij' concludeerde daaruit dat haar moeder
haar zéker nog niets van zijn verlan
gens gezegd had. %\Vant dat» jjjji anders dan gelukkig
iën vereerd zou zrjn, was voor "hom buitengesloten,
en dan moesten die gevoelens volgens hom bij hun
eerste <mfcmoefcmg toon minstens uit een zekere ver
legenheid blijken.
Voga vertelde do dames van den aanslag. Hij
liet niet «onder zelfingenomenheid doorschemeren
dat zHn loven, zooals dat van alle publieke per
soonlijkheden, altijd aan dergelijke eventualiteiten
was blootgesteld, maar hij liet overigens Roddjf alle
reoht wedervaren.
Ik zag hoe die man naar zijn wapen greep,
terwijl ik aolf te ver van! hom af was om] hom aan
te vallen; ik was hulpeloos. Ik zag dat de onver
laat zich maar al te zeker van zijn zaak voelde.
Opeens springt die jonge man op hem af en de
kogel ging ons, d.w.z. de bedde vrienden tusschen
wie ikliep, en mij, voorbij', zander iemand te deren.
Als mr. Forrester er met geweest was, zonden we
alle drie, generaal Pulido, kolonel Ramen en ik,
gedood znn.
De bedde krijgslieden in kwestie, die ook tegen
woordig waren, zetten de gedachte met een achte-
looze handbeweging van ach af, als wilden zij te
kennen geven dat voor soldaten de gedachte aan
den Idood "haar verschrikking verloren beeft.
\Mr. Forrestervroeg Inez, die den naam her
kende.
Mr. Forrester? herhaalde haar moeder. t
Maar ik dacht, iemand vertelde me juist, dat hij
biets van onze plannen" afweet?
Dat is ook ,zoo, antwoordde kolonel Vega.
Hij was ook niet bij1 ons. Hij" was daar. toevallig.
Semora keek met een' schichtigem samenZweerders-
-blik om Zich heen, maar de tuin was leeg en in
de 'kanier waren alleen maar vertrouwde vrienden.
Maar t waarom vroeg ze, is de jonge For
rester niet in het vertrouwen van Zijn vader? Kan
die zijn edgen zoon niet vertrouwen?
En geker van het antwoord, wierp ze een triom-
fantelijken blik naar haar jongste dochter, die zich
zooeven verstout had de partij! van den jongen
Amerikaan op te nemen.
Hno Vega fronste geheimzinnig .het .voorhoofd.
Hij vond het niet aangenaam! 'te moeten laten blij
ken dat hiji niet precies op de hoogte was van al
het doen en laten van den groeten Forrester. Dus
keek (hij alleen maar 'veeibeteekenelüd somber en
bohudde bedenkelijk het hoofd:
1 Het is raadselachtig. Het Jp een1 aardige
jongen. Ik heb minn leven aan hem: te danken.
Maar zijn vader schijnt niet anders te willen. Hij
heeft ons geeednd bemi dadelijk naar Porto Oabello
terug te sturen1 ten dat hij1 absoluut niets van onze
plannein mag weten: Ik heb gehoord dat hij1 daar
op het werk van de öompany maar een gewoon op-
achter ipver> koelies uit Jamaica Ik mag het
natuurlijk niet met zekerheid zeggen, maar ik krijg
den indruk dat hij hier voor straf is. tenminste
idat hij niet op goeden voet staat met zijn vader.
Waarom zou die schatrijke vader hem! anders met
het loon van een opzichter afschepen?
Gedurende het bezoek van de1 revolutiemakers, be
namen1 de voorschriften der Spaamsche etiquette
pino de gelegenheid om' Ine» alleen te spreken,
«eer tot zijh teleurstelling.
Wordt vervolgd.
Dat wist het heele stadje-
In de zwijging van hun tred, leefde dan Ineens, on-
vernepen haar lichte stem weer, waarvan hij den
klank .in zich opzoog, zoo bekoorde hem die, waarin
niets van ontstemming verborgen leek.
En hij voelde zich een lamme vent, dat hij nu niet
net zoo'n licht woord terug kon geven.
Liep hij daar niet als te mokken naast haar, maar
o hoe zwaarmoedig was hij.
Als een brok onwil, stugge onmacht, voelde hij zijn
gedrongen forsche lichaam voortgaan achter de beko
ring van haar jonge lucnte tengerheid.
Zij liep maar staag door, of niets haar hinderde, af
en toe zich met den zakdoek bewuivend, aldoor maar
langs dien grasrand op 't smalle zijpaadje. Als dan
een lang eind naakte singel: een leege rechte streep,
of een bleeke hoepel eindigde eindelijk door een
stuk straatweg dat er dwars overheen liep, hoopte hij
telkens, dat ze, af zou slaan, de stad in.
Waartoe diende dit ellendige voortloopen?
Maar zij liep verder, den zonnigen singel weer op,
tusschen do ijle boompjes-reeksen, onkrachtig tot
schaduw. Toch voelde hij ook iederen keer een ver
lichting als ze de ingang-straten voorbijliepen. Want
dat gaf hem weer hoop dat ze terug zou komen op
haar onaardige woorden, op haar toch stellig nooit
goed te praten ongevoeligheid tegenover hem.
Hoe wenschte hij dat ze hem ineens aan zou zien
opzij; hij vergde niet van haar dat zij praatte, ze
moest dat wel weten. Een óógenblik, een handuitste-
ken terzij naar hem, en 't was immers goed.
Hij zelf kon nu, kon nu toch weer niet, als telkens
deze laatste dagen na kleine twisten, haar tot weer
lief-tegen-hem-zijn dwingen met zijn alle oordeel en
verstard vertrappende zwakheid voor haar.
Dat was zelfzucht, had hij haar verteld. Zij had het
niet begrepen, maar zij had het zoo duidelijk gevoeld,
de zelfzucht was het om door goede verstandhouding
weer van nieuws eikaars liefde te genieten. Louter
egoisme al die vlugge verzoeningen van hem. Om
weer door haar aangehaald te worden. Dood-eenvou-
dig. En de kern, het beste: de ernst in hun liefde werd
er door vertreden.
Egoisme, was zoo'n'oppervlakkigheid I
't Dieper peilen in elkander, 't doordingen van el
kanders innigst wezen, eischte zelfopoffering, was de
zelfopoffering in liefde.
Door zichzelf uit te leven in de ander was er heer
lijke wegschenking van zichzelf.
Eerst dén, wanneer het egoisme vanzelf door hun
liefde werd gedood, kon er rust en kracht komen in
hun verhouding.
Die rust en kracht waarop hun huwelijk zou wor
den gebouwd.
Ach, hii had goed redeneeren, dacht hij, wat gaf
het als zij hem niet begreep, als zij dergelijke ge
sprekken tot het enkele feit van een juist gevoerd
meeningsverschil terugbracht. En met een overtui
ging! Zonder zichzelf in 't minst te verzwakken met
een overweging van zijn denken. Zoo zelfbewust als
zij daar nu voor hem uifctripte, met haar opwippende
rokken, het bolstaande glanzig-bruine haar boven
>'t witte boord, van de geheel witte smettelooze blouse,
zoo correct, zoo smetteloos waren die klare zinnetjes,
waarin baar oordeel lei afgemeten.
Al zijn praten, o, het zuiverst uit zijn hart wellend,
na de bedroeving van hun oneenigheid, beschouwde
zij als iets aangeleerds, iets uit hoeken of van deba-
tingsclubs dat eigenlijk met hun leven niets te maken
had.
Of hij haar kwellen wilde met iets samengestelds
dat hij daar aan do academie had opgedaan, dat tus
schen beidon trad in hun jeugdliefde, dio zoo eenvou
dig was gewoest, in den eersten blooi van hun ont
waken.
Ineens viol hem do wonderdwnze gedachte in, dat
hij over hun geluk liep te philisopheeren, er aan
liep te -twijfelen, en dat de recoptie van de verloving
nog moest zijn morgen.
Maar ook tegelijkertijd overzwond hem met lichaam-
doorstralend geluk, de herinnering aan haar verschij
ning in de vcrlovingsjapon, zooals hij haar eergiste
ren vluchtig had gezien, niet meer een meisje maar
een vrouwefiguur.
Weer zag hij de witte weelde van het corsage waar
uit blank het welig gezicht zich opbeurde met rond
om, uit 't gladde voorhoofdvlak het kroesende, los-
kruivende bruine haar.
En in de vervaring van dat innige voor haar dat
zijn loome lichaam warm doorstroomde ineens, waar
in zijn voetpas, lichter, haar op zij trad; in die impuls
van -wat als een fel lichtpunt door het donker weefsel
van zijn zware denken prikte, kwam hij: „Lize, zeg
denk je ook aan morgen?"
Een zonnige lachschijn lei op het gezicht dat ze
hem toekeerde.
„Donk je ook heusch, waarachtig, dat wij gelukkig
zullen worden?" begon hij alweer.
En in vervoering voor het zaligheidsgeluk wanneer
het innigste van hun wezens elkaar zou gevonden
hebben, doorbrak hij den loggen twijfel, die nog in
hem hing:
„Zeg meisje, we gaan zoo'n goddelijk leven tege
moet, als we elkaar maar trachten te begrijpen"; zijn
hand lei op haar dunne blousemouw, waaronder hij
den lieven arm yoelde.
Alles glimde en glansde alweer: de samen gedeelde
toekomst hun huwelijk 't volgend jaar al, waarmee
al zijn gedachten waren bevangen, zoodra hij haar
maar zag.'
„Ja'j aarzelde ze eindelijk terug en weer met dat
nauwkeurig afgemetene in de stem en het verstan
dige klare blauw in de oogen dat hem herinnerde
aan een oudere-jaars die hem, jong-studentj'e toen,
eens een doorslaander had genoemd in een discussie,
die hem nauw aan 't hart lag. „Zie je, het is" zoo
moeilijk alles te vermijden, want je begint altijd weer
op nieuw."
Pats. Hij zweeg.
Kennissen liepen langs hem heen met oolijk veel-be-
teekenend.e gezichten van-morgen-receptie.
Lize groette, als los van hun gesprek, met een paar
keer herhaald intiem vriendelijkheidsknikje, een ge
zonden groet-woordje.
En omdat 't wel heele goeie kennissen waren, deed
hij dapper mee.
Geen lach kunnend huichelen met oogen die prik
ten, prikten van schrijnende, op de oogranden bijten
de leedtranen, trok hij de wenkbrauwen samen en
een bedenkelijken mond om tot abstract-geleerdheids-
vertoon-gezicht te komen.
Zijn hand had hij, bij haar woorden, uit haar arm
getrokken.
Hij trachtte het volle leed dat hem deerde in-zich
te doen optrekken, het net zoo te bewaren om tot
klaar besef te komen, te weten wat hem te doen
stond.
Ze liepen den Iaatsten singel op. Nog een eindje
kade dan waren ze aan haar huis.
Het zwijgen werd nu nog pijnender. Waarom sprak
zij niet, waarom hij niet? Er moest nu toch iets wor
den gezegd. Maar hun voeten traden door op den
9toffigen weg.
Haar rok hijschte veerkrachtig opspringend telkens
boven de cordate voetzetjes van de glanzende hoog-
hakkige schoentjes en een rose vlakje vloog iederen
keer weg
Dat hij haar niet kón haten!
Dat aldoor weer na den onwil die de teleurstelling
in hem wrokkend vastlei, die aantrekking voor haar
terugkeerde!
Ze traden voor het huis.
Door de ramen zag hij dat ze daar binnen bezig wa
ren met plantenversiering voor morgen.
Dat bracht hem in herinnering dat hij den bloe
mist nog iets te zeggen had voor de bloemen die hij
moest sturen.
„Ga je niet mee naar binnen?" vroeg ze lief, en het
boog-blozend gezicht, licht-verlegen plotseling naar
hem toegekeerd, beduidde hem dat ook zij dacht aan
den volgenden dag.
Hij voelde zich een oogenblik als in de pralende
glanzing van haar blauwe oogen opgenomen.
En het was hem of zij stond in een bizondere atmos
feer, in het weefsel van zijn vurige begeerten, dat hij
steeds, niettegenstaande Alle twist, onbewust weer
om haar spon
Maar-juist in die innige warme gevoelens begreep
hij, dat hij met haar alleen, er weer over zou moeten
„beginnen", gedrongen door 't geluk zelf.
,,'k Kom vanavond nog even aan", beloofde hij.
Zooals haar lichte figuurtje de stoep opwipte, de
zware deur openschoof en zij in de gang verdween,
dacht hij terug aan den zoo kort geleden tijd toen zij
schoolmeisje was nog en ze na vieren iri dit huis
verdween.
Dat was toch wel een waarborg voor geluk moest
hij denkon, die wonderlijke aantrekking voor elkaar,
die als een onzichtbare draad hun leven had té sa
men geknoopt. Die hij gymnasiast van 't liooge jaar
gevoeld had voor haar toen zij een meisje was
van een jaar of zestien met loshangende vlecht met
een niet opmerkelijk mooi gezicht.
Lag in die onbewuste voorkeur door geen uiterlijk
geleid, niet do stellige aanwijzing van hun te-samen-
hooren?
Waren-die aanhoudende kibbelarijen niet slechts de
moeilijke aanpassing van twee karakters die zich go-
heel nog naar elkaar moesten leeren voegen, de vor
men'om hun ziel die nog niet wisten van samensmel
ten?
Maar zoo diep ongelukkig maakte hem toch dit
getwist-
En weer overviel het hem, de dwaasheid, de krank
zinnigheid, dat hij op weg was naar den bloemist
om bloemen te bestellen voor zijn engagement met
deze gedachten in 't hoofd.
iHet ontstellende eenvoudige van zoo'n gang en de
vreesdij ke verstrekkendheid. En het zeggen van een
vriend kwam hem ineens te binnen... een engagement
is als een hellende plank; je glijdt vanzelf naar be
nen 't huwelijk in, al gaat het stroef, je glijdt toch;
er is er haast geen een die Bich opzij laat vallen of
terugkrabbelt.
Zou daar waarheid in zijn voor hem, zou hij nu het
stroef ging zich toch laten glijden? Maar wilde hij
dat niet, dan moest hij immers nu teruggaan, voor de
stoep van den bloemenwinkel?
Talmend stond hij voor het glas, waarachter aan
alle kanten 't licht van rozeu glansde.
Toen met een ruk trok hij zich ervoor weg en
langzaam dremm elde hij den -winkel in.
NIEUWE NIEDORP.
Bij de gehouden aanbesteding betreffende het ver
bouwen van eene boerderij voor den heer G. de Wit
te Moerbeek alhier, werd ingeschreven door Ph. Koo-
men te Nieuwe Niedorp f3500, Jb. de Graaf, Nieuwe
Niedorp f3246, J. Smit, Lutjewinkel f3400, W. Rog
geveen, Lutjewinkel f3068.
Het werk is gegund aan den laagsten inschrijver.
SCHAGERBRUG.
In het café van den heer Jn. Broer, tyad op Dinsdag
28 Juni, ten overstaan van Notaris Vrijburg, de ver-
kooping plaats van de rentenierswoning met erf en
tuin, nabij de tram, aan de Schagerbrug, ter grootte
van 4.37 aren, nagelaten door mej. de wed. D. Brom
mer Jbz,
Kooper werd do heer P. Oosterman to Schagerbrug
voor f 3030.
EEN AMBTENARENWET IN VOORBEREIDING.
Wij vernemen dat wordt voorbereid een ontwerp-
Ambtenarenwet, waaronder zullen vallen „personen,
werkzaam bij diensten en bedrijven, beheerd door of
vanwege het openbaar gezag, uitgezonderd zij, met
wie eone burgerlijke arbeidsovereenkomst is geslo
ten". Onder deze wet zullen niet vallen ministers, le
den van den Raad van State, ambtenaren, wettelijk
voor hun leven aangesteld en militairen.
Er worden Ambtenarengerechten ingesteld die de
zelfde standplaats en hetzelfde rechtsgebied zullen
hebben als de Raden van Beroep, bedoeld in artikel
1 dor Beroepswet; de Centrale Raad van Beroep te
Utrecht treedt ten aanzien van de Ambtenarenge
rechten als beroepscollege op. De Centrale Raad van
Beroep oordeelt evenwel in eersten en eenigen aan
leg over besluiten, in administratief beroep genomen
Dé benoeming van de leden van het Ambtenarenge
recht geschiedt door Ged. Staten; benoembaar daartoe
zijn 25-jarige in het Rijk gevestigde Nederlanders, die
geen ambtenaar zijn of zijn geweest en wonen bin
nen het ressort van het desbetreffende Ambtenaren
gerecht.
De leden van de Ambtenarengerechten kunnen door
den Centralen Raad van Beroep, bij met redenen om-
kleede beschikking, worden geschorst en ontslagen.
Ieder Ambtenarengerecht bestaat uit één voorzitter
en trwee leden; de leden krijgen vergoeding van tijd
verzuim en reiskosten. De ambtenaar, nagelaten be
trekking of rechthebbende, die door eenig besluit,
handeling of weigering rechtstreeks in zijn belang
wordt getroffen, krijgt de bevoegdheid tot het instel
len van beroep; als de beroepstermijn, 30 dagen, is
verstreken, kan de minister van justitie beroep in
stellen in het belang der wet Partijen procedeeren in
persoon of bij gemachtigde, de terechtzittingen zijn
openbaar. Ten behoeve van den Staat wordt van den
klager, die bij een Ambtenarengerecht een beroep in
stelt of een verzoek om herziening indient, een griffie
recht geheven van f 5, voor een beroep of een hooger
beroep bij den Centralen Raad zijn die kosten f25.
Onvermogenden zullen van het betalen van die kosten
zijn vrijgesteld. Hdbld.
DE BELGISCHE PAMFLETTEN.
(Zie ons blad van gisteren.)
Uit Roermond wordt nog gemeld:
Ook in de Nederlandsche grensgemeenten Hunsel
en Ittervoort zijn, zooals'gemeld, in den nacht van
Zaterdag op Zondag omstreeks half elf pamfletten,
dezelfde als in Weert, aangeplakt. Tusschen Ittervoort
en 'Hunsel trof een inwoner van laatstgenoemde
plaats, die per rijwiel omstreeks dat uur huiswaarts
keerde, twee personen met rijwielen aan. De man
sprak beide Belgen aan, zij gingen, Fransch met el
kaar pratende, verder. Een der Belgen bleef tenslotte
achter, voorgevende pijn aan zijn been te hebben. Het
is vrij zeker, dat deze man, die achterbleef, de pam
fletten heeft aangeplakt.
's Morgens vroeg heeft de bevolking de pamfletten
overal afgerukt en verscheurd.
JONGE INBREKERS TE LEIDEN.
Op twee achtereenvolgende Zaterdagen is er inge
broken in een openbare school op het Schuttersveld
te Leiden. Den eersten keer werden o.m. de tropische
visschen uit een aquarium ontvreemd, den tweeden
keer was een lessenaar opengebroken en werd een
zich daarin bevindend bedrag van 5 gulden ont
vreemd. Zaterdag j.1. zouden de inbrekers opnietiw
hun geluk beproeven, in dezelfde school, doch dit Keer
hadden zij buiten den waard, in dit geval een on
derwijzer, gerekend die zich in de school bevond en
de inbrekers, twee broertjes van 12 en 13 jaar, P. en
J. van O. genaamd, op heeterdaad betrapte en aan de
politie, die zich met het oog op de twee reeds ge
pleegde inbraken in de nabijheid bevond, overleverde,
die ze naar het politiebureau overbracht. Zij bleken
daar in het bezit te zijn van enkele inbrekerswerktui
gen. Aanvankelijk verklaarden zij met de beide vorige
inbraken niets uitstaande te hebben. Doch bij deze
inbraken hadden de boefjes, die zonder handschoenen
waren te werk gegaan, vingerafdrukken nagelaten,
welke door de poTltb; waren gefotografeerd en pre
overeen kwamen met de vingerafdrukken, welke
politie thans van hen genomen had. DU was
jeugdigen inbrekers te machtig en zij bekenden i
ook, dat zij zich ook aan dc oeide vorige inbra!
in deze school hadden schuldig gemaakt. Zij blei
leerlingen te zijn van oen andere school dan w;
zij hadden ingebroken en de politie vermoedt, dat
ook degenen zijn, die zich hebben schuldig gema£
aan de eenige malen achter elkaar plaats gehad h
bende inbraken in het houten kantoortje van d
steenkolenhandelaar P., aan den Haarweg te Leid*
Voorloopig zijn zij in verzekerde bewaring geste
JACHT VAN TWEE DOCTOREN OP EEN PATIEN
Men meldt uit Leiden aan de Msb.:
Gistermorgen omstreeks kwart voor 12 heeft zich
Leiden een niet alledaagsch geval afgespeeld. Ee
arbeider had een stukje ijzer in het oog gekregen e
was om dit te doen verwijderen, naar het Academisc
Ziekenhuis gegaan. Daar vernam hij dat een kleii
operatie noodig was. Toen nu de doctoren alvorei
daartoe over te gaan zich verwij derden, nam de a
beider, die blijkbaar weinig voor een operatie gevoe
de, zoo snel als hij kon de beenen. Toen de doctore
dit bemerkten, requireerden zij dadelijk de ziekenhui
auto en zette den vluchteling na, dien zij bij c
Haarlemmerstraat inhaalden. De auto remde u
alle macht, twee zenuwachtige doctoren sprongen i
uit en poogden den arbeider te noodzaken met he
naar het ziekenhuis terug te keeren. Deze had da<
echter weinig ooren naar, waarop de doctoren c
hulp van den daar posteerenden verkeersagent ii
riepen. Deze beduidde hun echter dat. de man volk*
men vrij was zich al of niet aan een operatie te oi
derwerpen en dat hij daarom hoe gaarne anders oo
bereid den heeren van dienst te zijn, ditmaal zij
hulp niet kon verleenen.
Intusschen had de onwillige patiënt door de mei
schenmenigte, die op dit drukke punt inmiddels wa
samengeschoold, een veilig heenkomen gezocht e
zich aan het oog der hein achtervolgende doctore
weten te onttrekken, die tenslotte ten einde raad me
den auto, doch zonder patiënt, naar liet ziekenhui
terugkeerden.
DE MAN MET DE GOUDEN TANDEN.
Tegen het einde der vorige maand kreeg de Haaj
sche politie een ongeteekenden brief, waarin de aai
dacht gevestigd werd op een man en een vrouw, dj
beiden door de Haagsche politie wegens verschillei
de misdrijven gezocht zouden worden, terwijl dé Am
rikaansche politie reeds eenigen tijd moeite deed oi
den man te vinden. In den brief werden geen nadei
persoonsaanduidingen gedaan; wel w'erd een adr<
te Amsterdam opgegeven, waar de man on de vrow
eenigen tijd verblijf zouden hebben gehouden.
Een onderzoek in het aangeduide perceel te Amstei
dam leverde weinig op, dat voor de politie belangrij
was. Alleen kwam zij den naam van de vrouw t
weten. 'Het bleek een vreemdelinge te zijn, die reed
meermalen over de grenzen was gezet
(Meer 'belangstelling toonde de Vreemdelingen diens
voor den man. Alle gegevens omtrent hem ontbrak ei
Men wist slechts uit den bewusten brief dat h
verscheidene gouden tanden in zijn mond had.
Eenige weken lang hoorde men niets meer van d
zaak. Verschillende menschen, wier gebit min of mee
in het oog loopond van het edele, metaal was vooi
zien, werden door de politie geobserveerd. Iets vei
:dachts werd echter niet opgemerkt.
Zondagmiddag tegen vijf uur zag oen rechorcheu
van den Vreemdelingendienst in de Javdstraat ee
man loopen, wiens mond zeer rijkelijk van goud wa
voorzien. Hij richtte het woord tot den man en ui
diens antwoord bleek, dat hij met een vreemdelin
te doen had. De man begon den rechercheur toe
te interesseeren en na nog een kort gesprek te heb
ben gevoerd zeide de politieman eensklaps wie hl
was en vroeg hij den vreemdeling, zijn pas te tod
nen. Deze toonde toen een pas, afgegeven door dj
Poolsche regeering op naam van N. "Magdad. Hei
bleek echter, dat de pas reeds geruimen tijd afgelod
pen was en dat een Nederlandsch visum ontbrak
Hoe de Pool op dezen pas over onze grenzen is ge
komen, is tot nu toe niet opgehelderd.
De rechercheur nam M. mee naar het hoofdbureau
en daar werd hij aan een verhoor onderworpen.
Hij begon met te verklaren, dat hij een Pool vai
geboorte was, maar liever Engelsch dan ÏDuitscl
sprak, daar hij vele jaren in Amerika gewoond had
Hij had daar veel geld verdiend, maar ook alles woei
verloren.
Op een vraag waarvoor hij nu in Den Haag ver
toefde, zeide hij, dat hij wei eens wat van Hollanj
wilde zien en daarom een bezoek bracht aan de rd
sidentie. De politie vond dit echter zeer zonderling
-daar 'smans totale bezittingen ruim f2 bedroegen
Men vermoedt dan ook dat hij Amerika om anderl
redenen verlaten heeft.
Volgens zijn opgave had hij de laatste maande
te Brussel gewoond. De politie zegde hem aan da
hij over de grenzen zou worden gezet, daaT hij ni(
in het bezit was van behoorlijke papieren en gee
voldoende middelen van bestaan had. Hij zou nao
België uitgeleid worden. Toen M. dit hoorde, wel
hij zeer zenuwachtig en gejaagd en verklaarde n
drukkelijk, niet naar België uitgeleid te worden. E<
bepaalde reden hiervoor wilde hij niet ogeven.
De man is in het huis van bewaring opgeslote
Men zal hem nu langs diplomatieken weg naar zi
vaderland Polen terug brengen; tenminste
men heeft dit plan. Er zal inmiddels een onderzo»
ingesteld worden naar 's mans verleden en positie
Amerika, naar een mogelijke oorzaak voor zijn tege
zin om naar België te worden uitgeleid en naar
mogelijkheid of de Nederlandsche politie nog iets m
hem af te rekenen heeft.
De Haagsche politie heeft zich hiervoor reeds
verbinding gesteld met de Brusselsche en New-Yo:
sche politie en ook met het Internationaal Dact
loscopisch Instituut te Kopenhagen.
Van het resultaat van dit onderzoek zal afhang
of M. inderdaad naar Polen zal worden gezonden
naar een der beide andere landen zal worden ui
geleverd. N. R. C
HET CONCOURS HIPPIQUE TE HOOFDDORP.
Het Concours Hippique van de Paardensportv*
eeniging „Vooruit" te Hoofddorp (Haarlemmermee
dat zich in de laatste jaren mag verheugen in e
steeds groeiende populariteit, zal dit jaar, evem
zulks het geval was in 1926, wederom een tw<
daagsch feest worden, waaraan belangrijke buitc
landsche deelnemers luister zullen bijzetten. Als da
zijn bepaald 20 en 21 Juli.
Waren er het vorige jaar niet minder dan 60 pa?
den uit het buitenland ingeschreven, voor dit ja?
verwacht men dat een nog grooter aantal het fra<
Concours Hippique-terrein te Hoofddorp zal bezoekd
om met de beste Nederlandsche paarden den strk
aan te binden.
Zooals men -weet, is een der hoofdnummers het b
langrijke springconcours, waarvoor „de beker va
Hoofddorp" is uitgeloofd. De Duitsche horsema
Freiherr von Langen, die het vorige jaar met Goliaf
den beker wist te bemachtigen, zal dit jaar zijn pri
komen verdedigen, terwijl de meest bekende Zwee
sche, Hongaarsche, Fransche en Hollandsche ruite
zijn tegenstanders zullen wezen. Ons wacht dus
dit nummer een interessant sportief evenement.
Een der attractie-nummers van het Hoofddorpsd
Concours vormt verder ongetwijfeld het nummer c{
roussel-rijden, dat sedert enkele jaren een steeds gr
ter succes blijkt te zijn. Dit jaar zijn er niet min*
dan 95 deelnemers en deelneemsters voor ingesch
ven.