DE GESTELDHEiD VAN DEN ZEEBODEM. De vlucht door de Roode Zee. Uithangborden in de middeleeuwen. WARE WOORDEN, Wanneer vi alleen bent met nw geilacbten, bent u (lan In opbeurend en verliedentl, o( In innppereiul en neerdrukkend xeaeleohapT t>e leunen moet altijd el* tete lal* en leeg* voorgetiteld worden, en het kind moet te hooghartig «ijn, om kloh daartoe te willen verlagen. Een normaal-aangelegd kind kan men het ook dadelijk aanzien, ale het onwaarheid spreekt Zoö lang er nog goed is te doen en kwaad te herstellen, is het leven nog van helang en te leven een plicht Onsenlastbaar ligt de schoonheid in de elfen «iel, Onaantastbaar als een kleinood, dat ona nooit ontviel. De pessimist, die alles >00 donker mogelijk Inslet om itrli voor onl< gouehellngen te behoeden, gelijkt op den men, die In hel water springt om niet nat te worden door den regen. BIJ het zlon van «en groot man, tracht hem te evenaren; van een klein man, keer om en onderzoek uzelf. In de levenswijze van velen laat de levenswijsheid wel wat te wen- 'schen over. Ik begrijp niet, dat je zoo ruw met je auto om gaat. Morgen komt de deurwaarder er beslag op leggen. AotocnobffistKon jij niet uit den weg gaan als ik signalen KQCf Boer: Bc g»$j eai tk sta ai waar Tc wilI Mevrotrw: Maak *m uiet kwaad. Een est. de wapen w met «mzefceixH Op Bommigt plaatsen maar dan 8000 meter diep. In vroeger dagen beschouwde men de wereldwee als een soort afzetgebied, waarin alles, wat door do groot© zeerivieren, als rollend gesteente, kiezel, zand en slijk werd meegevoerd, bezonk, en waarvan de fijnere be- «tanddeelen idoor de zeestroommgen*zeer ver zee in Werden meegenomen. Niet te onderschatten is verder de boeveelheid der door de wind meegevoerde stof- Ndeelen boven de zee, stof, afkomstig uit de woestijn, of van vulkanische uitbarstingen. Men maakte1 nu de gevolgtrekking, dat door de groote massa's vaste stoffen, die naar den zeebodem verzonken, alle onef fenbeden, die daar aanwezig waren, in den loop van de millioenen jaren zouden zijn gelijk gemaakt, zoo dat in deder geval een zóó groote onregelmaat van de oppervlaktevormen, zooals wo die op bet vasteland kennen, daar in de -diepte niet voorkwam. Men stelde zich voor, dat de zeebodem over groote uitgestrekt heden een groote gelijkvormigheid vertoonde, langs een flauwe helling tot groote diepte wegzonk en ol- leen aan do kusten van het vasteland en de eilanden omhoog steeg. 1 Deze theoretische opzet van de effonhoid van den zeebodem scheen door peilingen te worden beves tigd. Tot voor korten tijd nog waren dergelijke pei lingen een uiterst omslachtig en moeilijk werk, die alleen door speciaal daarvoor uitgeruste en mot ge schoold porsonoel werkende schepen konden worden uitgevoerd. Het laten zakken van het zware, aan een pianodraad hangende, looden gewicht in de diepte van meerdere duizenden meters en daarna weer het opwinden van die draad vereischte niet alleen veel tijd, maar ook groote aandacht, opdat het oogenblik, waarop het looden gewicht den zeebodem raakte, nauwkeurig werd waargenomen. Vroeger paste men deze metbode veelvuldig toe, liet de draad van bet peiltoestel steeds dieper zakken en geloofde dan diepten van 14000 tot 16000 meter in den Zuid-At- lantischen Oceaan gevonden te hebben. Berst nadat de Amerikaan Brooke op bet idee kwam, de ontlas ting, die bij bet raken van den looden kogel aan den zeebodem, optrad, te versterken doordat op het mo ment van aanraking een zware ijzeren kogel van het lood werd opgeworpen, kon men meer nauwkeurige peilingen doen. Dergelijke bezwaarlijke en kostbare waarnemingen werden alleen daar uitgevoerd, waar zij op grond van praktische doeleinden noodig waren, namelijk voor het scheepvaartgebied in ondiepe wateren, dus in de nabijheid der kusten, en in open zee alleen op enkele lijnen, welke voor de berging van telegraafkabels in aanmerking kwamen. Voor bet overige waren ech ter de plaatsen, waar de diepten gepeild werden, zeer dun gezaaid. Nu nog op bet oogenblik zijn er tal- rij kb gebieden, waar nog geen enkele peiling ge schied ia Hoe weinig echter zoo'n .uitgebreid net van peilingen een idee geeft van de werkelijke vormen van den zeebodem, kan men uit een vergelijking met het vasteland zien. Men stelt zich bijvoorbeeld voor, dat iemand, de stijgverhöudingen in Zwitserland van vier willekeurige hoogtepunten wil beoordeelen. Ne men wij da vier plaatsen Genève, Locarno, Bern en Zurich, die resp. 375, 210, 550 en 410 meter boven de zeespiegel liggen, dan besluiten we daaruit, dat Zwit serland, naar verhouding een lage, naar het Noord westen zeer langzaam stijgende vlakte is. Een der gelijke vergissing is in werkelijkheid in den grond onmogelijk, omdat op hel. land de bergen zicht baar zijn, en omdat men zich de hoogten, die men meten- wil, van tevoren kan uitzoeken, terwijl bij diepzee-peilingen elke meting een product van bet toeval is. Daarbij is de kans, dat in de diepte der zee, de hoogste en diepste plekken zeer weinig kans heb ben, om door het peillood geraakt te worden, omdat zij stoods een kleine oppervlakte beslaan, terwijl de gemiddelde diopten root hun grooto vlakten veel go- roakkolijker gevondon worden. Het gevolg hiervan was echter, dat,1 zooale reeds in den beginne is gezegd, men zich den zeebodem als' een effen vlakte voorstelde. Eerst de nieuwe methode, volgens welke door mid del van de echo de diepten gepeild worden, heeft de constructie van een werkelijke dieptekaart ge lijk die van het vasteland mogelijk gemaakt. De eer ste kaart, die volgens deze methode was verkregen, werd in 1922 van de onderzeesche voortzetting van het Zuid-Californische kustgebergte ontworpen op grond van 5000 echo-peilingen, die in den tijd van Dökter: Waarde heer, u fijdt aan melancholie. |e moet eens naar Ter Hali's revue graan om Buziau te zien 1 PatiëntNeem me niet kwa lijk, dokter, Ik ben Buziau zelf! 38 dagen konden worden uitgevoerd. Al den tijd hebben zich de peilingen tot het kustgebied beperkt, terwijl de 67000 echo-peilingen, die onlangs de „Me- teor" heeft ondernomen, een nieuwe kaart van een uitgestrekt gebied der wereldzeeën opleverde. Daar bij is gebleken, dat de Middel-Atlantische1 kam als een onderzeesch gebergte van geweldige afmetingen den ganschen Oceaan van bet Noorden naar het Zui den doortrekt, zonder eenige onderbreking en het stelt een zeer gecompliceerde en veelvormige masr sieve massa daar, waarvan de hoogste punten met die op het vasteland kunnen wedijveren, in ieder geval in omtrek ze verre overtreft. Of het hier om een plooi gebergte gaat, dat door den druk van de in het Oosten en Westen gelegen vaste lan den omhoog gedrukt is op den zeebodem in het mid den van den Oceaan, of dat het een uitpuilende plas tische steenmassa uit het binnenste van de arde is, dat zullen latere onderzoekingen nog aan het licht moeten brengen. In het algemeen hebben de bodems der Oceanen op grond van natuurkundige overwegingen, de eigen schap, dieper te zakken. De temperatuur is namelijk op den zeebodem wegens de afkoeling door het wa ter aanmerkelijk geringer, dan op dezelfde diepte on der bet vasteland. Zoo is bijvoorbeeld de temperatuur van de aardkorst op een diepte van 6000 meter 200 graden, wat niettemin voor verschillende streken wel sterk varieert, maar daar staat tegenover dat de tem peratuur op déïelfde diepte boven den zeebodem het vriespunt nabij komt, dus 0 graden. De vaste aard korst ondergaat dus aan den zeebodem voortdurend een sterkere afkoeling dan onder de vastelandsstre ken; daar zal de aardkorst zich dus ook sterker sa mentrekken, waardoor de bodem wegzinkt. Deze theoretische leer is vooral van beteekenis ten aanzien van den Stillen Oceaan, waar in zes om vangrijke gebieden bet water een diepte bereikt van meer dan 8000 meter. Dergelijke gebieden hebben meestal den vorm van lange geulen, zooals we ze op het vasteland als de dalen konnen. Zulke karaterlstioke bodemvormen zijn waarschijnlijk aan Instortingen van de aard korst toe te schrijven, welke in lang vervlogen tijden zijn opgetreden. De diepste plaatsen treden namelijk niet, zooals men zou vermoeden, ver verwijderd van de. kust in het groote diepzee-bekken op doch ko men veelmeer vlak in de nabijheid van vulkanische eilandengroepen voor. Ook deze verander in gen in de gesteld heid van den zeebodem kunnen door middel van de echo-peilingen geconstateerd worden. Tot nog toe nam men aan, dat de diepten der oceaanbodems van nog grootere bestendigheid waren dan de hoog ten op het vasteland en dat in den loop van de ont wikkeling der aardfc slechts zeer langzame verande ringen konden plaats hebben, Door de aardbeving, die in September van bet jaar 1923 de steden Tokio en Jokohama in Japan verwoestte, werd de zeebodem fn de naastbijzijnde Sagami-baai op sommige plaat sen over meerdere honderden meters omboog ge drukt; vlak naast deze omhoogstijgingen is de bo dem over eenzelfden afstand gedaald. Men is nu ech ter in staat om dergelijke veranderingen door voort durende bewaking van zulke verdachte gebieden vast te stellen en vroeg genoeg maatregelen te nemen voor de zekerheidsstelling vai^de scheepvaart. Wie kent niet het Bijbelsche verhaal van det vlucht der Israëlieten onder Mozes door de Roode Zee bij hun uittocht uit Egypte, achtervolgd door het leger van Pharao, welk laatste, naar de Bijbel verhaalt, tot op den laatsten man toe omkwam. Dit geheim schijnt thans door de wetenschap ontdekt te zijn. Om dit te volgen, moet men weten, dat, alvo rens het Kanaal van Suez van de Roode Zee uit binnen te komen, men komt aan de Golf van Suez, waar het vaarwater zich zeer vernauwt De weten schap nu bevond, dat, terwijl de noordelijke kust van de Golf van Suez bijna onmerkbaar glooiend zeer ver in zee zich uitstrekt, de hier vrij zeldzame Anna, ie hebt 's avonds 'n onderofficier bii ie in de keuken. Dat komt niet te pas. Moet ik soms wachten tot-ie generaal-maioor is geworden, mevrouw 1 springvloeden niet alleen een vrij groote uitgestrekt heid van het strand, dat tevoren droog en begaan baar was, onder water zetten, maar dat dit ook met bijzondere snelheid pleegt te geschieden. Terwijl het eerste het natuurlijk gevolg is vaii het zeer vèr in zee uitloopen van het vlakke strand, wordt het laat ste verklaard door de omstandigheid, dat de uit den Oceaan door de Roode Zee opkomende springvloed in laatstgenoemde zee zijn eindpaal bereikt en een on- gewonen weerstand ondervindt. Voeg daarbij, dat in do vervlogen ecuwon eb en vloed belangrijk meor verschildon dan tegoiiwoor» dig, hetgeen met een gewijzigde snelheid van de draaiing der aarde en een verminderden afstand van de maan tot de aarde in oorzakelijk verband staat dan is het duidelijk, dat Mozes die een zeer ontwikkeld man "was en ongetwijfeld zal hebben geweten, dat de springvloeden zich daar op die,wijze plegen te ver- toonen van de eb heeft gebruik gemaakt en dat de Egyptenaren door den vloed overvallen en voor het grootste gedeelte verzwolgen werden. Een zelfde lot was bijna Napoleon overkomen, toen hij als consul met zijn legers in Egypte was en zich met zijn staf wat ver op het lage strand had ge waagd. Slechts van de snelheid hunner raspaar den hadden hij en die bij hem waren, het behoud van hun leven te danken. In 1672, ongeveer drie maanden vóór den moord op de De Witten, liet de Amsterdamsche poëet Jan Zoet de beeltenissen van Johanriès den Dooper, Jo- han van Oldenbarnevelt en Jan de Witt op een uit hangbord voor zijn deur schilderen met er onder vdeze regels: ,,'t Is zostienhonderd jaar of daaromtrent geleden, Dat d'eerste Heer Sint Jan het hoofd wierd afgesnedon, en vijf en vijftig zijn vervuld op dezen dag dat hier de tweede 't hoofd verloor met eenen slag. En als de derde komt een wreede doot te sterven, Dan zal ons vaderland weer d'oude vrijheid erven". Jan Zoet was, voor zooveel den dood van Van Oldenbarnevelt betreft, een weinig met de tijdreke ning in de war; doch 't gebeurde wel meer, dat zijn hoofd niet volkomen helder was. Hij zag evenwel beter in de toekomst, dan in 't verledene, en zijn pro fetie aangaande Jan de Wit, werd vervuld. Een ander profeet op zijn uithangbord was een Arnhemsche kleermaker, die in 1674 op zijn uithang bord liet schilderen: „Mijn hart getrou Aan den Hoogedelgeboren Sijn Koninklijke Majesteit Den Prins van Nassou, Ik wensch U toe uit al mijn verstant, Dat Gij moogt worden Hertog van Gelderland. Daartoe een Graaf van Holland uitgelezen, Wie drommel zou daar tog tegen wezen?" Toen Prins Willem III in Februari 1675, op raad van de Staten van Holland, de aangeboden hertoge lijke waardigheid van de hand wees,- zal de snijder wel vreemd hebben opgekeken. Zijn wensch werd dus niet vervuld; de profetie echter, die in de titu latuur in den tweeden regel lag opgesloten, kreeg 14 jaar later haar vervulling. Naar aanleiding van het voorstel, dat personen met verstoorde geestvermogens verboden moest worden te trouwen, merkt een onzer lezers op, dat dit de ondergang van ons ras zou beteekenen. Een jong Italiaan, die gearresteerd werd wegens moord, bekende zijn misdaad, doch verklaart, dat hij vergat dat hij den moord beging: Dit stelt nog weer eens duidelijk in het licht, hoe belangrijk het is een dagboek bij te houden. Vcrbeeld-je, m'n vrouw en m'n schoonmoeder komen me r£ "W0 hier gezelschap houden *al ie voor 'n rustkuur naar ie kantoor moetent WETENSWAARDIGHEDEN. Is het U bekend: dat de zeemanstijdrekening van zooveel „glazen", dateert uit den tijd, dat bet hailf-uur-zandlooper- glas nog gebruikt werd? dat eiken keer, als het glas om gekeerd werd, er een bel geluid werd? dat men soms in Siberië den ge- heelen dag een regenboog kan zien, aan een wolkeloozen hemel? 1 dat deze veroorzaakt wordt door de weerkaatsing van het zonlicht op heel© kleine deeltjes sneeuw in de lucht? dat dn de achttiende eeuw ons land voor een bedrag van bijna zes millioen betrokken was bij een lo- terijzwendel voor kanalen in Spanje? dat het meeste asbest uit Quebec komt? dat daarvandaan in 1926 266.000 ton kwam, van de wereldproductie van 340.000 ton? dat dó grootste steen ter wereld is te vinden bij bet oude Baalbec. Hij is 24 Mi lang en 4% M. breek en dik. Het gewicht wordt geschat op ruim 1 millioen KG. dat den oudsten dierentuin der we reld naar alle waarschijnlijkheid de Cbineesche keizer Wu-Wang heeft laten aanleggen, omstreeks 1150 vóór Christus? dat met de opbrengst van eigen bodem in Engeland de bewoners slechts 100 dagen gevoed kunnen worden? Voor de andere 265 dagen van Aet jaar zijn zij aangewezen op invoer van het buitenland. ijüin tti urerca imuu u ui^u- <«- Er ie toch geen ongedierte op de kamers k dat hotel Nog niet, meneer 1

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1927 | | pagina 14