Uitlui Nitrn- ilrattmii-1 Lainillil GOUDEN KETENEN Donderdag 20 October 1927. 70sfe Jaargang No. 8138. Eerste Blad. Arrondissements Rechtbank te Alkmaar. Feuilleton. Gevatte Koude Reclames^ SGHAGER COURANT. Dit blad verschijnt viermaal per week: Dinsdag, Woensdag, Donder dag en Zaterdag. Bij inzending tot 's morgens 8 uur, worden Adver- tentiën nog zooveel mogelijk in het eersiuitkomend nummer geplaatst. Uitgevers: N.V. v.h. TRAPMAN <5 Co., Schagen. I per "T,4ei\ "f* nummara a eont adverten- m% TIüN van 1 tot 5 resolfl r 1.10, iodero rogal moor 20 cont (bowljsno, I inbogropon). Groote lettors «orden naar plaatsrulmto berekend. POSTREKENING No. 23330. INT. TELEF. No. 20. DIT NUMKER BESTAAT ÜIT TWEE BLADEN. NIEUWE ZAKEN. VERDUISTERING VAN VRACHTGOEDEREN. De 41-jarige schipper J&cob: B. en de 31-jarige schippersknecht Klaas S., beiden wonende te Ouden dijk, staan terecht ter zake verduistering van mais en gerst ten nadeele van de coöperatieve vereeniging te Berkhout, welke goederen zij'1 -ten behoeve van deze coöperatie moesten vervoeren. Deze feiten zijn ge pleegd in het najaar 1926 en voorjaar 1027. Het ver duisterde mais en gerst hebben zij ten eigen bate f4 per zak verkocht um den viascher Hartog te DsRifp. In deze zaak fungeert mr. Judel als raadsman en verdediger. Verdachten erkennen hetgeen hen is ten laste gelegd. Van elke partij die zij naar Berkhout moesten vervoeren, hebben zij een gedeelte achterge houden. Als motief voor deze delicten geven de ver dachten op: geldzorgen. De officier releveert, dat wij hier te doen hebben met een geheel complex diefstallen en verduistering in dit en in het arrondissement Amsterdam. Spr. acht het een zeer ernstig f eit en vordert tegen ieder der verdachten 3 maanden gev, Mr. Judel bespreekt het absoluut gemis aan con trole, die dergelijke misdrijven in de hand werken. Pleiter citeert v. Alptheni: Aan een boom zoo yoI ge laden, mist men 5—6 pruimpjes niet. Voorts noemt pleiter verdachten als vallend onder de rubriek slachtoffers van de met zoet gefluit lok kende helers een opkoopers. Verd. hébben 'n gunstig verleden en staan good bekend. Tenslotte dringt plei ter met klem aan op een voorwaardelijke inplaata van een definitieve straf door den heer Officier ge vraagd, wat betreft eersten- verdachte' en vrijspraak voor verdachte Sp., omdat deze niet verantwoordelijk was. Ré- en dupliek blijft, natuurlijk niet uit, doch de respectieve meeningen van Officier en pleiter worden door deze discussie niet gewijzigd. EEN VOORDEELTREKKER. De 47-jarige visscher Willem H. te De Rijp, die van vorige verdachten heeft gekocht de verduisterde mais en gerst van de Coöperatieve gebruiksvereeniging te Berkhout, staat thans terecht als verdacht van heling. 1 Mr. v. Gigh uit Amsterdam staat dezen verdachte j als raadsman en verdediger. Uit het verhoor van schipper B., verdacht in de vo rige zaak, blijkt voorts dat verdachte f 4 betaalde per rak Verdachte begreep niet dat er een luchtje aan dien overhandel zat, docsh hij dacht wel eens dat het wat erg werd. De predikant der Doopsgezinde gemeente te De Rijp legt eenige verklaringen af omtrent de zedelijke vaarde van verdachte. Hij is meer dam dan gemeen. Ook in deze zaak is de Officier overtuigd van de schuld van verdachte en acht het bewijs geleverd. De heler is gevaarlijker dan de dief en daarom vordert het O. M. 4 maanden gevangenisstraf. Mr. van Gigh oefent criti'ek uit op de -litteraire samenstelling van de dagvaarding. Pleiter wijst er voorts op dat deze verdachte in elk geval niet is een beroepsheler. Pleiter stelt ook nog in het licht, dat het van dezen handel niet is uitgegaan van werdach- door E. PHILIPS OPPENHEIM, Schrijver van: „Rijk en geen Geld, Millionair tegen wil en dank", e.a. Geautoriseerde vertaling d. DICKY WAFELBAKKER. 23. De heer Sarsby en zijn nichtje liepen langzaam de straat door, welke naar het strand voerde. Sarsby die tot op zekere hoogte een gedeelte van de teleurstelling van zijn nicht voelde, vond- een soort compensatie in de gedachte, dat hij spoedig naar Rakney kon terug- keeren. „Ik vrees, Ruby, dat het een groote slag voor je is, en het komt mij voor, dat wij de reiskosten naar Lon den geheel hebben weggegooid. Er is niets aan te doen. Wij moeten trachten ons er in te schikken en dadel ijk teruggaan. Ik zie niet in, waaorm wü niet len trein van drie uur -zouden nemen. Ik kan dian norgenoohtend toch in elk geval mijn match mei ko- ~öel Forsitt spelen." »U kunt uw match gaan spelen, als U dat wenscht," antwoordde het meisje. ,Ik blijf evenwel in Londen." «Blijf jij in Londen," herhaalde de heer Sarsby. «Ik meen het," zei Ruby. „Ik verkies niet me te laten bestelen. Ik ben van plan hier te blijven en uit te vinden, waarom die Rowan met mijn oom twistte wat mijn oom bedoelde, toen hij me oveï een for ten schreef. Gaat U maar terug, als U dat wilt," voegde zjj er aan toe. „Geef me vijf pond om hier te olyen en wanneer ik de waarheid' heb uitgevonden, zal ik terugkomen." Mijnheer Sarsby stond' als aan den grond genageld 2» schrik en verbazing. Hij keek rijn nichtje met i vlo opengesperde oogen aan. Wat scheelde ze, dat ze dergelijk bedrag als vijf pond' zoo lichtzinnig kon «Bs zal niets van dat alles doem," antwoordde -hij t63^ r»en evenmin toestaan, dat jij hier alleen in achterblijft. Het is eenvoudig niet behoorlek moe^ J® 2®^ °°k begrijpen. Ik noem het iets getoords. Wij gaan naar het hotel, zullen omze re- ening betalen, lunchen in een AB.C.-restaurant e .t ne- men den trein van drie uur." v."A!s <h© vijf pond niet wilt geven, ook al zei Ruby kalm. „Adieu." wendde zich met ©en ruk óm en verdween in de te, doch van schipper B., die zulks ook aan de politie heeft erkend. Ten slotte concludeert pleiter vrijspraak uit bewijs- gebrek. De Officier verzuimt niet te repliceeren, waarop ook de verdediger natuurlijk het antwoord niet schul dig blijft NOGMAALS VERDUISTERING VAN VRACHT GOEDEREN. De binnenschippers H. de V. en Jacobi v. d. St, bei den te De Rijp, staan ter zake verduistering van een hoeveelheid grondnotenkoeken, -ten nadeele van de maatschappij De Eendracht te Zaandam en den fou- rageihandel-aar A. v. Duin te Akersloot. Verdachten hebben een gedeelte van die koeken, pl.m. 200 kilogram, achtergehouden en verkocht aan den getuige Joh. 'Beumer te De Rijp. Volgens ver klaring van verdachten zou getuige Beumer hen heb ben gevraagd of zij nog koekenstof te koop hadden V. d. St heeft 30 gulden ontvangen en er f 15 gege ven aan zijn medeverdachte.. De Officier refereert zich aan de vorige zaken en vordert tegen ieder der verdachten 3 maanden. Mr. Heil erna, advocaat van verdachten, pleit cle mentie en wijst op het aandeel dat getuige Beumer ir( deze zaak heeft gehad. Ook brengt pleiter ter sprake het totaal gemis aan controle en de noncha lance aan de zijde der ontvangers De grootste schul digen zijn hier de afzenders en de ontvangers Ver dachten willen alles doen om de schade te vergoe den. Voorts overlegt pleiter tal van gunstige getui genissen omtrent verdachten. Op grond van het door pleiter aangevoerde, vraagt hij een voorw. veroordeeling. Volgt ook hier eenig debat over voorw. veroordee ling enz., door het O. M. en de verdediging. HELING VAN DE DOOR VERDACHTEN UIT DE VORIGE ZAAK VERDUISTERDE GRONDNOTEN KOEKEN. De 47-jarige verdachte Joh. B. te De Rijp, staat als- n-u terecht ter zake voordeel trekken uit de door de verdachten -in de vorige zaak verduisterde grondno tenkoeken. Zij hebben een zak of 89 van deze -koeken aan verdachte verkocht In deze zaak opponneert pnr. Kustera ais raadsman en verdediger. Verdachte ontkent de wetenschap omtrent de af komst van het verduisterde. Hij betaalde aan v. d. St, verdachte van de voorgaande zaak f6 per 100 pond. De officier beroept zich op de buitengerechtelijke erkentenis van verdachte ook al ia 't proces-verbaal van dit verhoor niet geteekend en vordert <4 maanden gevangenisstraf. Mr. Kusters verdeelt zijn uitvoerig pleidooi in drie deelem, waarbij hij in de eerste plaats de aandacht vestigt op het verschil in tijd. Men kan niet voor heling veroordeeld worden voor voorwerpen die men in Juni heeft gekocht, maar die eerst dn October daaraanvolgend zijn gestolen. Pleiter memoreert voorts dat er niet een tekort is geconstateerd van grondnotenkoeken, doch dat er zelfs een hoeveelheid te veel werd gevonden. Pleiter bestrijdt voorts de waarde van verdachtes erkentenis voor de politie, de .te laste -legging dat hij de brokken grondnotenkoek beneden de waarde zou hebben gekocht. Het was afval, waarop de schippers recht hebben om te mogen verkoopen. Pleiter ontkent ten stelligste, dat het initiatief van verdachte is uit gegaan. Ten slotte verzoekt pleiter vrijspraak, sub sidiair een reclasseeringsrapport De Officier requiireert nadeT een verder onderzoek, waarbij Pleiter zich aansluit VERDUISTERING VAN KUNSTMEST. Voor dit misdrijf staan terecht schipper Klaas O., menigte, terwijl ze liep in de richting van dien over kant van de straat Haar oom volgde haar, zoodra hij een veilige opening in het vehkeer zag, en vond haar toen ze op het punt stond een klein restaurant binnen te gaan. „Mijn beste Ruby," riep hij op scherpen toon uit, „ben je krankzinnig geworden? Hoe durf je het te wagen, zoo maar van mij weg te loopen." Ze haalde haar schouders op. „Ik was krankzinnig om dè laatste jaren dat afschuwelijke leven in Rakney mee te maken. Ik heb er meer dan genoeg van, oom. Ik ben hier en zal hier blijven. Als ik niet slaag in hetgeen ik ga ondernemen, dan zal ik zien wat werk te vinden." Mijnheer Sarsby was een en al verbazing. Het was een geheel onverwachte opstand. „Je wilt dus zeggen, dat je niet mee naar tante teruggaat?" „Als het eenigszins mogelijk is, hoop ik Rakney nooit meer in mijn leven te zien," antwoordde het jonge meisje. „Ik haat die plaats en het leven daar. Ik heb meer dan genoeg van dat alles." Toen vervolgde ze op hartstochtelijken toon. „Bc blijf liever een- paar we ken hier wonen en spring daarna in de Thames dan er langer mee door te gaan. Als U me die vijf pond niet wilt geven," vervolgde ze, „heb ik genoeg sie raden bij me, welke dat bedrag zullen opbrengen. Dat geld beteekent alleen, dat ik het een paar weken langer kan volhouden." „Maar waar wilde je gaan wonen?" riep hij uit. „Wat ben je van plan te dioen?" „Dat is mijn zaak," antwoordde Ruby eenvoudig. ,;Het eerst van alles echter zou ik naar mijnheer Deane gaan en hem om hulp vragen. Ieder mensch die een normaal verstand bezit zal het met mij eens zijn, dat mijn oom bestolen werd." „En je tante dan?" riep de heer Sarsby uit. „Mijn tante kan het uitstekend buiten mij stellen," verklaarde het jonge meisje. Haar oom voelde thans dat een toestand was ont staan, welken hij onmogelijk zou kunnen beheerschen. Het eenige, wat hij wist te doen was te trachten tijd te winnen. „Je zult in elk geval mee terug moeten gaan naar het hotel," zei hij, „om je bagage te halen. Onderweg daarheen kunnen wij alles nog eens bepra ten." „Zooals U wilt," antwoordde het meisje onverschil lig. „Wat mij betreft heb ik evenwél verder bitter wei nig te zeggen." Mijnheer Sarsby riep een bus aan, wélke hen kort daarop op eenige meters afstand van een klein, par ticulier hoW in Montague Street bracht. Het was een van die inrichtingen, welke vanaf een klein pension gegroeid was tot een hotel en alle uiterlijke teekenen oud 51 jaar en zijn 20-jarige knecht Gerrit V., hel den te De Rijp, die dn den winter 1925—1926 hebben verduisterd 10 zakken 'kunstmest, die zij aan boord van hun. motorboot hadden ten vervoer van den heer 'Haytema te Alkmaar. Verdachten hehben die kunst mest verkocht aan den getuige D. de Reus. Ook in deze zaak opponeert imr. Hellema, Singel 303, Amsterdam. De Reus zegt 10 balen kunstmest van schipper O en 2 van. verdachte Gerrit V. te hebben gekochtNiet waar, Gerrit, zegt hij amicaal tot tweeden verdachte. Deze verklaart de baaltjes ten verkoop te hébben gepresenteerd! aan De Reus. Schipper O zegt dat hij de baaltjes te veel had ge laden in Alkmaar. Er waren 25 zakken te veel, waar van hij er 15 heeft verantwoord. De Officier eischt ook in deze zaak tegen ieder der verdachten 3 maanden gevangenisstraf. Mr. Hellema pleit als hierboven is gerelateerd en verzoekt een voorw. straf. Wat betreft verdachte V., merkt -pleiter op, dat het feit verjaard is. De Officier wijzigt in zijn repliek zijn requisitoir tegen Gerrit V. en vordert tegen hem 1% maand gev. HELING VAN MAIS. De 39-jarige schipper KI. V. en zijn 35-jarige knecht Jouke de W., beiden te De Rijp, hebben in den win ter 19251926 een partij mais, die zij ter vervoer aan boord hadden, met bestemming aan Simon Nat, heb ben verduisterd en verkocht aan den getuige W. Har tog te De Rijp, dezelfde die ook gerst en mais kocht van de schippers B. en S., die 's morgens terecht ston den. Hartog heeft f 4 voor dé zak betaald, doch Hartog zelf beweert f 5 te hebben betaald. Eisch ook dn deze zaak tegen ieder 8 maanden ge vangenisstraf. Pleiter mr. Hellema concludeert als in vorige zaken. Ook deze verdachten betalen van hun weekloon de schade af. VERDUISTERING VAN VRACHTGOEDEREN. De 35-jarige schipper Cornelis Z., eveneens In dienst van de expeditie Visser -te De Rijp, heeft 'zich wederrechtelijk 'n hoeveelheid veevoeder, dn casu lijn- -koefcenstof toegeëigend en verkocht aan denzelfden Willem Hartog, uit de vorige zaken. Ook heeft Har tog nog een aantal ongebroken lijnkoeken gekocht Deze koeken behoorden -aan de lading die geleverd moest worden aan Nat, Met en Meijer. Eisch 3 maanden. Verdediger mr. Hellema refereert zich aan vorige pleidooien. VERDUISTERING VAN TWEE ZAKKEN WITTE BOONEN. Ook staat terecht de 33-jarige schipper J.dv.d St, te De Rijp, die 2 zak witte boonen in Maart 1927 zich heeft toegeëigend en deze heeft verkocht aan W. Har tog voor f 4 per zak. De witte boon en maakten deel uit van een partij door deni heer W. Holzmuller te Alkmaar afgeleverd, en verzonden per expeditie Visser te De Rijp en welke 45 balen bestemd waren voor Halfweg. Eisch 2 maanden gev. Mr. Hellema pleit een voorw. straf, wijst op de strafveihouding met betrekking tot den heler, tegen en Rheumatische Pijnen verdrijft men spoedig door de genezende Mijnhardt's Sanapirin-tabletten (Wettig beschermd tegen vervalschlng). Bij Apoth. en Drog. Buisje 75, 40 en 2£S ct. vertoonde van de meer voorspoedige concurreerende ge legenheden. Er was een hall, benevens een ontvangka mer en voor den ingang stonden twiee reuzen met lan ge beenen in een licht blauwe uniform gestoken, die elke taal, behalve hun eigen spraken. De menschen, die dit hotel bezochten, waren of Amerikanen of in woners van afgelegen provinciesteden, zooals de heer Sarsby en zijn nichtje. „Ik zal niets bepraten, voordat ik iets te eten heb gehad," gaf het jonge meisje te kennen. „Wij behoe ven niet uit te gaan want de lunch kost hier maar achttien penny. Dat kunt U wel -bekostigen, vooral nu U binnenkort voor altijd van me af zult zijn." Haar oom fronste het voorhoofd. „Wij zullen hier lunchen als je dat liever wilt," zei hij. „Ik ben mij er echter niet van bewust, dat ik geaarzeld heb eenige onkosten te maken." Het jonge meisje lachte op eenigszins Spottende wij ze, naar het den heer Sarsby voorkwam. Hij overhan digde zijn zeer veel gedragen hoed aan een jongen in uniform met koperen knoopen, trok zijn ouderwefcsehe das recht voor een spiegel, welken zij passeerden en ging het meisje voor naar de eetzaal. De uitgestrekt heid van het vertrek, het aantal kelners, het onbe schrijflijk gevoel van in een groote stad te zijn, het welk op hem gedrukt had vanaf het oogenblik, dat de trein het eindstation binnenroldei, deed nogmaals zijn invloed op hem gelden. Hij was er zeker van-, dat zijn nicht niets begreep van hetgeen ze thans beweerde. Hij dronk een flesch bier bij zijn lunch en kreeg spoe dig den moed het gesprek te heropenen. „Hert was een uitstekend idee van je, mijn. beste' Ruby, om -hier te willen lunchen," zei hij. „Voor dat geld is het zeer zeker een bijzonder goedö maaltijd." Ze mompelde iets, wat evengoed niets kon beteeke- nen. Als hij niet zoo beslist geweten had, dat zjj nim mer aan weelde gewoon was geweest, zou hij veron dersteld hebben, dat ze daarmede een zekere minach ting wilde uiten over de wijze, waarop zjj onthaald was geworden. „En laten wij nu eens ernstig praten," vervolgde hij. De zinspeling, dat er iets niet ernstigs geweest zou zijn in de manier, waarop de heer Sardby den weg wilde aangeven, werkte op haar gevoel voor humor. Haar lippen openden zich en voor een kort oogenblik klaarde haar ontevreden gezichtje een weinig op. „Goed," zei ze, „laten wij ernstig zijn. Begint TJ maar en vertelt U me, wat U te zeggen heeft." „Wat ik je wil mededeelen, komt in het kort hierop neer," verklaarde hij. „Je begrijpt blijkbaar het on mogelijke niet, dat een meisje van jouw leeftijd nauwelijks twintig jaarmet jouwhij kuchte Puistjes, een ruwe huid en uitsla» zijn onooglijk. Bevrijd u ervan door aanwending van Fosteris Zalt Deze geeft spoedig haat. Foster'a Zalf wordt ook aanbevolen tegen eczeem, psoriasis en alle jeukende hui da&ndoeningen, Foster's Zalf is aloam verkrijgbaar s I £.76 J5eB doos, f 1.— ipe® tube. wien slechts 4 maanden werd gevorderd. Ook de Officier acht achteraf 4 maanden tegen Hhr tog te weinig, doch kan nu dit requisitoir niet meer wijzigen, VERDUISTERING VAN LIJNKOEKEN. De schippers Willem D. en Jac. M. te Dè ÏUjp heb ben iri bet voorjaar van 1928 «en aantal lijnkoeken verkocht aan Joh. Beumer, verdachte in een der vo rige zaken, Bedoelde lijnkoeken waren bestemd voor den beer G. -Met te Beemster, firma Meijer en Met Het verduisterde bedroeg 300 pond lijnkoeken, ver pakt in 3 rakken, die tegen 16 per xak aan Beumer werden verkocht Eisch tegen ieder 3 maanden gev. Mr. Hellema maakt Juridische bedenkingen tegen de tenlaste gelegde vereeniging, die hij later moet laten vervallen. Overigens concludeert hij ook hier een voorw. stral De onvoldoende controle gaf ook bier aanleiding. PASPOORTVERVALSCHING. De niet verschenen verdachte Jan te Den HridflE heeft in Juli 1927 een paspoort vormlodht Eisch f 60 boete of 60 dagen. HOOGER BEROEPZAAK De fotograaf C de E, te Alkmaar, dia door den Kantonrechter werd veroordeeld «ter rake veihoden uitoefening van zijn bedrijf op het zeestrand te Ber gen aan Zee. Hij is van dit vonnis in (hooger beroep gekomen. Zijn verweer is, dat bedoeld strand niet resorteert onder de gemeente Bergen. Dit strand ba* hoort aan het Rijk. Mr. Eecen door opposant uitga- noodigd rijn belangen té behartigen, U niet verscho nen. De Officier vordert bevestiging van het vonnis. MISHANDELING MET EEN FIETSSLEUTEL De 21-jarige Cornelis K, tuinbouwer te Noordschaf» woude, (heeft in den nacht van 24 op 25 Juli te Dirkfi- horn den 18-jarigen Dirk v. d. Bel, te St Maarten* zoodanig met een fietssleutel óp het hoofd heeft ge slagen, dat hij bloedend werd verwond. V. d. Bel werd aangevallen in de Dorpsstraat te Dirkshora. Hjj (kwam van de kermis en wilde zijn rijwiel halen. Verdachte en zijn vrienden bewaren dat V. ÉL Bel aanleiding gaf. Edseh f 30 boste of 30 dagen. Sluiting. (Meervoudige Strafkamer) L Zitting van Dinsdag 18 October. Uitspraken van 11 Ootober. A. de J., zwervend, ten uitvoerlegging voorw. strai Tij ka St, Alkmaar, hoogerberoepzaak, vrijgespro ken. J. G. A. L, gedetineerd* diefstal, 4 maanden geff. voorw. met 3 proefjaren. Popke B., gedetineerd, zedenmisdrijf, nnderfl te- structde. Jacob K. te Alkmaar, verduistering, 2 mnd. gev. Dirk Alkmaar, hooger beroepzaak, f5 boete 5 dagen. Jan K, Enkhuizen, poging tot zware mtwhfitnléHftBt f 40 boete of 40 dagen. Cornelis v. D., Noordscharwoude, redcaaak, 8 mnd. gev. even, „uiterlijke aantrekkelijkheden, hier alleen in Lon den wordt achtergelaten. Natuurlijk is het erg. moei lijk voor me precies te kunnen uitleggen wat ik ba- doel." „Dat behoeft U ook niet te doen," viel Ruby hem minachtend in de rede. Denkt U soms, dat ik een idioot ben? Ik weet heusch alles van die zoogenaamde gevaren af, waarover menschen met ingehouden adem spréken, en ik zou willen, dat U wist, dat ik volko men in staat ben voor mezelf te zorgen. Ik ben niet bang, dus ik zou niet weten, waarom iemand zich over mij beangst zou maken." Mijnheer Sarsby keek haar aan en vroeg zich af hoe het mogelijk was, dat zü temiddén van de landelijke omgeving van zijn eenzame woning die wijsheid had opgedaan, waarover zij thans zoo kleineerend sprak. Had .zij daar ook geleerd die gemakkelijke en zelfl>e- wustë houding aan te nemen, waarmede zij zich sinds hun aankomst in Londen had bewogen en welke hij vergeefs getracht had van haar over te nemen? Hij begreep op dat oogenblik, dat elk verder argumentee ren vruchteloos zou zijn. Niettemin ging hij voort met zijn geweten gerust te stellen. „Je moogt misschien heel wat weten," zei hQ, ,/of dit althans veronderstellen de meisjes van den to- genwoorddgen tijd spreken over de meest wonderlijke dingen maar Londen is geen veilige plaats vooir een jong meisje. Het kan me niet schelen, wat je ook zegt, doch dit is eenvoudig zoo, en vooral voor een meisje dat geen geld heeft óm van te kunnen leven." „Ik vermoeid, dat Rakney een veilige plaats i«," zéi ze, terwijl ze hem uitlachte. „Nu ik heb heb gedu rende vele jaren geprobeerd en heb er meer dan ge noeg van. U behoeft niet bang te zijn," ging e© voort, „dat ik naar Rankey terug zal komen als de „verloren dochter". Wanneer ik er niet in slaag Richard Sin- clair's fortuin te ontdekken, dan zal ik wel iets anders te doen vinden. Indien U mij de vijf pond welke ik U vraag, geeft, zullen die het natuurlijk gemakkelijker voor mij maken. Zoo niet, dan zal ik er zonder dat be drag ook wel komen." Hij voelde dat hij zwak optrad Zelfs zijn geweten zei hem, dat een grootere strengheid noodig was. En toch zag hij iets in het optreden van het meisje, dat hem er beslist op wees, dat elk protest hopeloos zou zijn. Ze scheen een soort verborgen kracht te bezitten, welke haar tante en hij niet kenden, en dit was iets wat hen van haar scheidde......Hierdoor geloofde hij ook niettegenstaande alles, dat zij zou volbrengen wat ze zich had voorgenomen te doen. „Wij moeten tenminste weten, waar je gaat wonen," merkte hij op.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1927 | | pagina 1