SchagerCourant
In het land van Ster en Halve Maan.
ERW
Tweede Blad.
Te veel leerlingen per klasse.
Gemengd Nieuws.
Ma
stei
Uit Siberië gevlucht
Een lichtfeest in Frankfort a. d. Main.
De ontvangst in Pergamos.
ier
Het Pachtvraagstuk.
Een vreemdsoortige aanklacht
Een jonge vliegster.
Sneeuw.
Voor een moord in Frankrijk.
Ernstig brandgevaar voor Liverpool.
Schandelijke misdaad bij Mee gepleegd.
Donderdag 15 December 1927.
70ste Jaargang. No. 8170.
)ec.
.TEN,
heer
EEN ADRES VAN VOLKSONDERWIJS.
Volksondewijs heeft een adres gezonden aan de
regeering en volksvertegenwoordiging, inzake liet
aantal leerlingen per klasse bij' het 1. en het u. 1. o.
waarin het hoofdbestuur opmerkt: dut het met
groote bezorgdheid in steeds toenemende mate ziet
de buitengewoon groots moeilijkheden van het on-
deirwijis op de lagere, -zoowel bizondere als openbare
polen, in verhand met het groote aantall leerlin
gen per klasse en het op honderden en honderden
laatsen ten plattelande groot aantal leerlingen
ider 'leiding van één leerkracht; dat de doorwer
king van het huidige artikel 28 van de lageronder-
wijswet met het stelsel van 48 leerlingen voor het
lager en 30 voor het uitgebreid, lager onderwijs per
door het rijk betaalde leerkracht, sedert Juli 1924
dch het eerst voor kleine scholen, maar niet
weinig ook voor grootere op onrustbarende
wijze doet gevoelen in het ontstaan van voor het
geven van vruchtdragend onderwijs ondeugdeflijke
rplanll toestanden; dat het te voorzien is, dat met de aan
staande invoering van de zevenjarige leerplicht de
daardoor te wachten vermeerdering van het aantal
leerlingen biji het bestaanden 48—30 stelsel in veel
gevallen niet gepaard zal gaan met een vermeerde
ring van het aantal werkkrachten, waardoor de
bestaande moeilijkheden voor het onderwijs in ver
band met de grootte der klassen nog steeds staan
vermeerderd te worden; dat dit 4830 stelsel in een
jff verbijsterend groot aantal scholen, ook in verhand
B mü 2 wet de grootte der lokalen, leidt tot het op de zon-
^1 derlingste wijze bijeenvoegen van allerlei leerjaren
en gedeelten daarvan onder de leiding van één leer
kracht, voor welke laatste het lesgeven en heel
ïijn arbeid noodzakelijk wordt het- vervullen van
een functie, die met een ook maar ©enigszins ideële
ipvatting van zijn taak weinig gemeen kan hebben
en zijn beroepsliefde in bedenkelijke mate wel moet
doen verminderen; dat bijl het in dezen ontbreken
van oificieele gegevens en cijfers het jongste re-
ceeringsverslag over den toestand van het lager on-
pp denvijs is dat over 1923—1924 noch de regeering,
t.u., oi noc:h de volksvertegenwoordiging onkundig, kan.
gelen
50 tiJL) Pmktrmvt rzJJ* vroofe*, 4* wx Jrj
niet alleen waardeloos zou zijn, maar de exploitant nog
geld toe moest hebben. Dit wil dus zeggen, dat bij
een belooning van den landbouwarbeid van 45 a 50
ets. per uur bij de tegenwoordige productieprijzen alle
kleiboeren in Groningen, die een geheel vrij bedrijf
hebben, hun in den grond gestoken vermogen kwijt
zouden zijn. Dat dit bij hen met een vrij aanzienlijke
hypotheekschuld reeds bij een veel geringere loonstij
ging het geval zou zijn, spreekt vanzelf en wat de re
geling zou brengen voor den zoo talrijken kleinen
i eigengeerfden boerenstand op do zandgronden in Oos
ten en Zuiden is eveneens duidelijk
In 't kort gezegd, wil schr. betoogen, dat de geheele
regeling zal neerkomen op onteigening zonder schade
vergoeding, waarvan niet slechts groote grondbezit
ters, maar ook tal van kleine, vooral de eigengeërfde
boeren, de dupe zullen worden en wel in sterkere mate,
I waar zij op slecihteren grond hun bedrijf uitoefenen en
I minder kapitaalkrachtig zijn.
Door zich blind te staren op het pachtvraagstuk
I heeft men aan 58 van den Ned. boerenstand blijk
baar niet gedacht. Daling der grondprijzen is immers
van ouds steeds het groote gevaar geweest voor ge^
erfden met hypotheekschuld. Is zulk een daling een ge
volg van den natuurlijken loop der dingen, clan kan
men er in zekeren zin in berusten, anders staat het.
indien zij zou voortvloeien uit een ingrijpen der re-
geering.
Schr. besluit eindelijk met den eigengeërfden boe-
ren de wenschelij'kheid in overweging te geven, van het
voeren eener actie, om te bewerken, dat het vraagstuk
meer in verband met hun belangen worde beschouwd
en daarmede geen oogenblik langer te wachten, nu
het pachtvraagstuk in de sfeer der practische politiek
is gekomen.
kost
arde vro
te Leve
bij den
erbuurt
—60 jaai
DE TOESTANDEN ZUN NOG HETZELFDE.
Een Russische socialist, die na een jarenlange ge
vangenschap uit Siberië is ontvlucht, heeft aan de
„Vorwërts" een en ander medegedeeld omtrent zijn
wederwaardigheden. Hij. vertelt:
Al'le politieke gevangenen komen eerst in de z.g.
binn-engovangenis dor Gpoe te Moskou, een voor
malig hotel, dat biji voorkeur aan de buitenlandsche
«i«dozentu# vwdt fcurt «r nog *1* itwtM
u;tzl«t *n dus ««n gunstig*n indruk maakt. Maar
van het eigenlijke regime, een streng isolement ®oo-
ala zelfs het tsarisme niet 'kende, bespeurt de bui
tenwereld niets. De gevangenen krijgen Reen bezoek,
zij mogen niet op de binnenplaats wandelen. 'De
opzichters zijn gewoonlijk1 Letten, die geen woord
spreken en als automaten hun werk doen.
■Gedurende het transport naar Siberië moeten de
gevangenen languit in de wagons liggen, zitten of
opstaan mogen zij: niet. Deze maatregel heeft ton
doel vluchtpogingen te verhinderen, welke nu en
dan zijin voorgekomen.
iD'e ballingen in Siberië bestaan udt de volgende
categorieën: la. leden van socialistische groepen, I
die ook in de ballingschap georganiseerd zijn; 2o.
opruiers tot staking: 3o. studenten, die voor zelf-1
bestuur hunner academie zijn opgekomen; 4o. gees
telijken (vooral in den tijd der confiscatie van ker-
kolijke goederen); 5o. witte-gardisten; 60. Nepman-
nen. speculanten, prostituées enz.
In de behandeling der gevangenen in Siberië is
de laatste jaren, in vergelijking met den tsarentijd,
volstrekt geen verbetering gekomen. Integendeel, de
toestanden zijn ernstiger. Wanneer blijkt, dat de ban
nolingen op een plaats beginnen te wennen, worden i
zij. vaak opnieuw naar- nog afgelegener plaatsen go-
dep-orteerd. Na afloop van den straftijd duurt het
soms nog eenige maanden voor do gevangenen wor- j
den vrijgelaten. Voor hun levensonderhoud ontvan-
gen zij' zóó weinig, dat zij' ternauwernood hot aller
noodzakelijkste kunnen aanschaffen. Na. zijn terug-
keer in zijn woonplaats staat de ontslagen politieke
gevangene nog onder een zoo scherp politietoezicht,
dat zijn „vrijheid," meer op een voortzetting van den
straftijd gelijkt.
STEDELIJK SCHOON EN RECLAME.
Men schrijft uit Frankfort a. d. M. aan de N.R'.Ct.:
De burgemeester van Frankfort, dr. Landmann,
heeft in de weinige jaren, die hij nu aan het hoofd
der gemeente staat, een kring van betrekkelijk jon
ge. vooruitstrevende, kunstzinnige menschon om
zich heen verzameld. Frankfort, door zijn ligging
daartoe trouwens ook bestemd, is daardoor in de
laatste jaren, moer nog dan vroeger, het middel
punt geworden van een zeer groot en belangrijk
deel van Duitschland. De muziektentoonst©Uing al
hier. die in den zomer van dit jaar een zoo groot
DING
en
noch mag zijn van den werkelijken toestand; dat
toch door het verzamelen van gegevens op dit ge
bied van de zijde van onderwijisvereenigingen het
laatste nog door de statistiek-commissie van de zijn
de van den Roomsch-katholieken Onderwijzersbond
ten duidelijkste met cijffers is aangetoond, hoe
ontstellend de toestand in dezen is; dat de Lager-
ondenvijswet 1920 in de toepassing van haar begin
sel van financieele gelijkstelling van openbaar en
bizonder onderwijs het ontstaan van een buitenge
woon groot aantal kleine schooltjes in de hand heeft
eewerkt en dit nog steeds doet, in verband waar
mee regeering en volksvertegenwoordiging' de voor
waarden hebben te scheppen, waardoor de moeilijk
heden bij, het onderwijs, niet het minst juist In kleine
scholen, zooveel mogelijk kunnen worden ondervan-
Ken; dat in de overgangsbepalingen van de Wet van
30 Juni 1924 is neergelegd, dat op 1 Januari 1930
het 48—30 stelsel zal worden vervangen door de
cijfers van die van de technische herziening van 16
Februari 1923; dat in verband met bovenstaande
beschouwingen een terugkeer tot betere verhoudin
gen op dit terrein niet tot dien datum mag worden
uitgesteld en het leerlingen-aantal per leerkracht
noodzakelijk moet worden teruggebracht tot die van
de bepalingen van de oorspronkelijke lager onder
wijswet 1920.
Daarom dringt het in het belang van de volksont
wikkeling in haar geheelen omvang, waarvan goed
lager onderwijs toch de basis heeft te wezen, èn in
dat van ,6011 noodzakelijke beroepsliefde van de on
derwijzers en onderwijzeressen het hoofdbestuur
van Volksonderwijs de vereeniging van thans
ruiim 41.000 leden, waarvan meer dan 39.500 ouders
van op de lagere school gaande kinderen er bij
regeering en volksvertegenwoordiging ten ernstigste
oo aan. art. 28 van de Langerond erwijawet 1920 zoo
te wijzigen, dat voldaan worde aan wet en redelijke
verhouding tusschen het aantal leerlingen en dat
der door het rijk te betalen leerkrachten, heeft te
vragen, in den zin der daarin voorkomende oorspron
kelijke cijfers.
OP EEN DWAALSPOOR.
De landbouwpolitiek op een dwaalspoor. Dat Ia de
titel van een artikel in het Alg. Ned. Landbouwblad
van den heer J. Smit (den oud referendaris van Land
bouw te Voorburg) en waarin hij er op wijst, hoe er
sedert tientallen van jaren geen jaar voorbij is gegaan,
zonder dat bij de behandeling der begrooting het pacht
vraagstuk ter sprake werd gebracht en dat de minis
ters zich er behendig aan wisten te onttrekken, hun
handen in dat wespennest te steken.
Thans echter schijnt dit anders te zullen worden en
het pachtvraagstuk komt naar de heer Van der
[Sluis in de Kamer opmerkte in de sfeer der prac
tische politiek. In tegenstelling met den heer v. d. S.
acht de heer Smit het nog niet zoo zeker, dat dit ge
lukkig is. Naar zijn meening zal een poging tot oplos
sing van het pachtvraagstuk of op niets of op ontred
dering uitloopen der agrarische verhoudingen. Hij heeft
baarbij bepaaldelijk op het oog het meer en meer op
üea voorgrond tredende streven, om door middel van
«en herziening der pachtwetgeving de belooning van
«en landbouwarbeid te doen stijgen ten koste der grond
prijzen.
Er bestaan bij de voorstanders eener diep-ingrijpen
de pachtregeling volgens hem verschillende dwalin
gen. Een ervan bestaat daérin, dat men uitgaat van
een toestand, welke al zéér met de werkelijkheid in
rV- v' n-1, als zou de Ned" cultuurgrond hoofdzake
lijk in het bezit zijn van groote grondeigenaren en wor-
«en geëxploiteerd door pachters.
Hij beciifert dan, dat 58 van den grond geëxploi
teerd wordt door eigengeërfden, zoodat wel degelijk
onderzocht moet worden welke voor deze groote groep
de gevolgen zullen zijn van maatregelen, die ten doel
nebben loonen te doen stijgen ten koste der landerij-
pryzen.
Na dan te hebben betoogd, dat om dat doel te be
reiken, eerst een groot complex van maatregelen noo
dig zal zijn, betoogt schr. dat zoo het dalen der land-
Pryzen niet vanzelve geschiedt als gevolg van het da
len der pachten, dan zullen ook déarvoor weer spe
ciale maatregelen noodig moeten zijn. En om iets van
beteekenis voor de loonen te bereiken, zal de daling
biet gering moeten zijn! Hf heeft aan de hand van cij
fers 'van het Gron. landbouwboekhoudbureau over de
drie jaren berekend, dat bij een arbeidsloon
van 45 a 50 ets (dat is pl.m. 75 méér dan thans be-
taató w°rdt, en een cndersemingsloon van f 50 per
«-A, (dd, dus f 2600 voor een flinke kleiboerderij van
(Van onzen Reiscorrespondent.)
Waar was de Vali? We zijn, omdat we geen
Turksch verstaan, er nooit achter gekomen, waar
de Vali eigenlijk was, toen we aankwamen, maar
we bemerkten al spoedig, dat hij orders gegeven
had, om goed voor ons te zorgen Reeds dadelijk,
werden we door autoriteiten opgevangen, n.1. door
don Kalmakan (hoofd van hei district), den burge
meester en andere civiele en militaire autort.eit.cn.
Nadat we voorgesteld waren, wandelden we gezamen
lijk verder. Het wa9 druk in Pergamos. dat toch
reeds een garnizoensplaats zijnde, nu tengevolge
der .plaats hebbende manoeuvres, heel wat militai
ren herbergde, die de straten vulden.
We kwamen langs een groot gebouw, dat wij voor
een kazerne, met beneden een cantine, aanzagen
en aan den overkant was een ander hel verlicht ge
bouw, dat op een officiers-casino geleek en waar
blijkbaar een groot diner was. Wij vermoedden, dat
hier onze Vali Pacha weil aan zou zitten. Niet veel
verder kwamen wij; voor een mooi huis met een
groote, ruime ingang. De burgemeester verzocht ons
binnen te treden, dit was zijn woning.
Wij kwamen eerst in een overdekte binnenplaats,
die verderop in een open hof uitliep. Men verzocht
ons rechts de trap op te gaan en wees ons een
keurig gemeubelde groote kamer, gezellig gemaakt
door vazen met bloemen aan. Wij1' traden binnen.
Wat nu? zei Pichogiru!
Do Vali zou voor onze slaapgelegenheid zorgen,
was dit nu ons slaapvertrek? Onmogelijk, er was
j maar één betrekelijk smal bed en ik maakte dade-
i lijk de opmerking, dat het van mijn kant unfair
zou wezen van de partij te zijn, daar mi»n corspu-
j lentie geen plaats voor anderen zóu overlaten.
I Wij wisten niet beter te doen dan uit die kamer
te gaan en tegen Azis Bey te zeggen, dat eerst onze
dame en daarna wijl graag, even de handen wilden
wassefhen en dat we zeker later wel zouden hooren,
waar onze slaapkamers waren. We gingen weer
I naar beneden, er werden stoelen gebracht en zoo
j zaten we al heel gauw in een met tegels geplaveide
kille vestibule te wachten op de dingen die komen
zouden. Intusschen ging de kolonel aan een fontein
in die zelfde vestibule of voorhal gezicht en handen
wasschen. We kregen het vrijl koud en zelfs een
kopje koffie kon ons niet meer in halma brengen.
Na geruimen tijd werdon we weer verzocht naar
hoven te gaan. Daar was in het portaal een tafel
voor zeven personen gedekt. Wijl drieën, Azis Bey, de
kolonel, diens reisgenoot en de burgemeester zaten
aan. Wie was die reisgenoot.? We hadden den Vali
wel hooren vertellen., dat er ook iemand naar Per
gamos ging om filmopnamen te doen, maar hadden
geen flauw idéé wie dat was. Welnu, de reisgenoot
van den kolonel was de filmman. Hij sprak geen
enkel woord eener vreemde taal, dus droeg niet tot
de conversatie bij. Het maal. dat uitstekend toe
bereid was. werd rustig verorberd. We dronken
donziko (raki) en isoms dronken we elkaar toe. Het
maal was afgel-oopen. we bleven onder het genot
van een kopje Turksche koffie nog wat zitten en
gaven toen den wensch te kennen naar bed te gaan.
Waar dat bed zou' zijn en hoe dat bed zou zijn,
was nog steeds een groot dat wij' met ons drieën
niet vermochten op te lossen.
Toen we 'beneden kwamen was daar een gewel
dige gewapende macht tegenwoordig, n.1. een zestal
gendarmen onder commando van een sergeant en
nog wat stedelijke politiedienaren. Die waren klaar
blijkelijk gerequireerd om onze bagage, die aan
vankelijk hier afgeladen was, te dragen. Mijn oude
Burbery trenchcoat had de eer door een stedelijk
dienaar van den heiligen Hermandad te worden ge
dragen. De stoet zette zich in beweging, het ging in
de richting van het gebouw, dat. wijl voor oen ka
zerne hielden. Men ging een ruime poort met mili
taire bewaking door en 200 naar een groot plein,
sloeg links af een trap op, die uitkwam midden op
een gang. Daar stonden een paar soldaten op wacht.
De cortége sloeg links om. ging een paar treden op,
liep den gang ten einde tot aan de laatste deur
rechts, die open gemaakt werd.
Een ruime kamer met twee bedden, verder niets.
Slaapkamer voor meneer en mevrouw. Ik nam af
scheid' en de cortège ging rechtsomkeert. Naast mij
liepen Azis Bey, de burgemeester, en de kolonel van
de gendarmerie, voor en achter mij liepen een tien
tal gendarmen en politieagenten. Toen ik de enkele
treden weer af ging, zag ik in het verdere gedeelte
van den gang wel een dozijn schildwachten. Ik
dacht, wat zullen mijine vrienden, die mij aldus
zien verdwijnen, denken? Dat ik met groot, eerbe
toon naar mijn kamer of onder heel sterk poli tic-
en militair cel ei de naar den prison gebracht wordt?
Al sooedig werd een deur open gedaan en zag ik
een heel eenvoudige kamer, waarin een bed. Er
werd afscheid genomen en ik was alleen. Even later
lag ik te bed en sliep, luisterende naar het eentonig,
geluid van het heen en weer loopen der schildwach
ten, 9poedig in.
Plotseling werd ik wakker. De wacht werd afge:
lost. Gelukkig had ik nog slaap genoeg en lag niét
lang wakker.
Toen ik den volgenden morgen in mijin pyama
en kimono op den gang kwam, werd ik door de
schildwachten gesalueerd, alsof ik in het tenu van
veldmaarschalk gekleed was.
Inmiddels bemerkte ik, dat de Vali al present was
en hoorde hem eerst op straat afscheid nemen van
den Oostenrijksdhen igezant en diens vrouw en
toen tegen mijn vriend roepen, dat hij boven kwam.
Ik ging mij intusschen. zooals ik altijd, indien ik
geen bad kan krijgen, doe, lekker met koud water
1 afpoedclen. waa net klaar met afdrogen, toen aan
de deur geklopt werd en ik de stem van mijn vriend
hoorde, die riep doe even open. Ik deed open. Hoor
eens hier, zei 'hij. ik heb den Vali bij' mij, die wil
je opzoeken.
Het volgende oogenblik had ik mïjtn vriend buiten
de deur en de grendel er voor.
Ik hoorde mijn vriend den Vali vertellen, dat ik
ongekleed was. waarop die in lachen uitbarstte en
riep. toch moet hij open doen. ik wil hem goeden
morgen wenschen. Meteen begon hi.i' de deur te
bombardeeren. Ik schoot als een haas mijn kimono
aan. en deed open. De Vali, mijn vriend en eenige
autoriteiten kwamen binnen, om miji hartelijk goe
den morgen te wenschen en te vragen, hoe de tocht
van den vorigen dag mijl bekomen was. Aldus ont
ving ik, slechts gekleed in een kimono, om ongeveer
acht vuur 's morgens, de Vali van het Viillayet Simyr-
na. Kiazim. Pacha. en zijin staf. Ik liet de heeren
uit, de schildwachten brachten de honneurs, en zoo
wel de anderen als ik daverden van den lach.
Ik kleedde miji zoo spoedig mogelijk aan en ver
nam, dat de Vali tevoren reeds bloemen aan me
vrouw gebracht had.
IWij werden' nu, met klein gevolg, naar het huis
van den burgemeester geëscorteerd. Het bleek, dat
de Vali daar in de mooie kamer, welke wij gezien
hadden, gelogeerd had en ons nu in de hal voor
het ontbijt wachtte. 'Enkele officieren en Azi® Bey
waren eveenens genoodigd en spoedig deden we ons
te goed. In vorige artikelen heb ik verteld over onze
vergeefsche pogingen om hard gekookte eieren voor
het ontbijt te krijgen. Welnu, dit was den Vali ter
oore gekomen en deze vertelde nu. dat hij. order
gegeven had, om ons extra hard gekookte eieren
op t.o dienen. De eieren kwamen, maar.waren
niet hard. Zelfs de macht van een Vali Pacha bleek
niet 'groot genoeg om ons harde eieren aan het ont
bijt te bezorgen. We deden natuurlijk alsof we ze
steenhard vonden, maar toen we later onder ons
waren, zei ik: wellicht kan de Gazi (president der re
publiek) het tot hard' gekookt6 eieren brengen, maar
ik begin zelfs daaraan te twijfelen,
We bleven wat napraten, want de Vali wilde
mijn oordeel over sommige zaken weten. Daarna
werd afgesproken, dat wij de ruines van Pergamos
zouden gaan bezichtigen, terwijl de Vali en Azis
Bey hun zaken afdeden. D'aarna zouden we precies
om twaalf uur gezamenlijk eten, opéjat wij' uiterlijk
om half twee zouden kunnen vertrekken, om in
elk geval voor donker bet slechte gedeelte van den
weg. achter den rug te hebben,
We wandelden nu de straat op. aangegaapt door
een nieuwsgierige menigte, die klaarblijkelijk veel
belang stelde in de ongeloovige vrienden van hun
Vali Pacha. Even later na/men wij afscheid. Dé Vali.
vergezeld door Azis Bey en enkele officieren, werd
hier en daar door heel eenvoudige lieden, die hem
iets te vragen hadden, opgewacht en het pleit toch
zeker èn voor het nieuwe regiem èn voor dezen
autoriteit, dat hij zonder omslag of drukte, ieder
een te woord stond.
Het was ons in Smyma ook reeds opgevallen, hoe
gemakkelijk toegankelijk alle autoriteiten waren en
hoe de Vali daarin het voorbeeld gaf. Iki heb den
Vali zijn kamer in de Konak te Shiyma zien ver
laten. opgewacht door wel dertig personen, waar
mede hij dan de trappen afdaalde, hen een voor een
aanhoorende en beantwoordende. Wat zal ik nog
dikwijls lachen om het geval, dat ik een der hoog
ste Turksche autoriteiten in mijn kimono ontvan
gen heb. Later in Smyrna hebben de Vali en ik er
geduchte pret gehad en riep hij uit. terwijl hij miji
on de schouders klopte: mon cher ami, k la guerre
comirne k la guerre. Natuurlijk, er waren immers ma
noeuvros! Tk weet inmiddels nog niet, waar de Vali
ons onderdak gebracht iheeft. Wij vermoeden in de
kazerne. Niet waar: k la guerre. comme a la gu
erre! Maar hartelijk was de ontvangst der Turksche
autoriteiten in Pergamos, Daar gaat niets vanaf-
vu?cos* getmKwti fe. dl* dwesp Jun»** jtowd* orgfe-
nlsatie cok verdiende, was alleen mogelijk doordat
een kring van monschen, zooals hierboven reeds
aangeduid, aanwezig was.
Uit deze sfeer is onlangs weer een nieuw plan
ontstaan, dat op den eerston December-Zondag ten
uitvoer is gebracht, n.1. de schoonheid van de stad
Frankfort te domonstreeren door hot boJichten van
de vele prachtige gebouwen, waarop de stad met
recht zoo trotsch is. Op dien Zondagnamiddag om 5
uur werd een groot aantal zoeklichten ingeschakeld,
waardoor aan de oevers van den Main eenige oude
kerken en paleizen uit de Middeleeuwen uit het
donker als lichtende herinneringen udt vroegere til
den oprezon. In de stad zelf had men eveneens oude
kerken, het opera-gebouw, den dierentuin en mooie
oude huizen uitgekozen en belicht. Tevens was met
de winkeliers overeengekomen, dat deze hun win
kel nog op buitengewone wijze zouden verlichten, en
zóó ontstond het 'lichtfeest, dat, met de noodige re
clame aangekondigd, een zeer groot publiek ook
uit de omgeving heeft aangetrokken. Vele extra-
treinen waren noodig om allo belangstellenden naar
Frankfort te brengen. Deputaties van verscheidene
P'iiit.sche steden en ook van buitenlandsche stedon'
waren aanwezig onx dit nieuwtje dat zonder twijfel
een groot succes voor Frankfort is geworden, te be-
stndeeren Do kosten zijn, daar de gemeente zelf
over betrekkelijk goedkoone electrische kracht be
schikt. niet groot, terwijl het groote publiek niet
alleen de ischoonheid, van de stad weer eens dui
delijk voor oogen hëeft gehad, maar ook voor da
stad een zeer goedkoopo en goede reclame werd ge
maakt. Mon verwacht in Duitschland. dat het voor
beeld van Franfort ook andere steden- tot navolging
zal prikkelen.
TEGEN HAAR VERLOOFDE.
Een secretaresse te Liverpool heeft een actie tot
schadevergoeding ingesteld tegen haar verloofde. Hjj
had haar met zijn auto naar huis gebracht, waarbij ze
een ongeluk hadden gekregen. Het meisje was door de
voorruit geslingerd en op de grond geworpen. Ze had
daarbjj schrammen op haar gezicht gekregen, die mis
schien blijvend zouden zijn.
De rechter veroordeelde den verloofde om zjjn toe
komstige vrouw 100 pond schadevergoeding te beta
len. Dit was n.1. het merkwaardige van het geval, dat
het tweetal nog steeds verloofd was. Het meisje ver
klaarde de zaak als volgt: „ik heb hem aangeklaagd,
omdat ik hem wilde dwingen om de kosten te beta
len, die het genezen van mijn gezicht zal meebrengen.
PAS 18 JAAR.
De aero-club te Bristol telt onder zijn leden een meis
je van 13 a 14 jaar. Zij is nog (zeer tot haar veront
waardiging) op school en dus kan ze alleen maar vlie
gen in de vacantie en op vrije middagen, die zij dan
ook geheel op het vliegveld doorbrengt. Hoewel ze of
ficieel nog geen permissie kan krijgen om te vlie
gen, heeft ze toch al een groot aantal vluchten en
landingen achter den rug. Er gaat wel steeds iemand
mee de lucht in, maar het toestel is dubbel bestuur
baar en dan kan dus niemand meer controleeren, wie
er stuurt. Een beeld van de toekomst? Wanneer school
meisjes op hun vrije Zaterdagmiddag niet meer naar
het tennisveld, dodh naar het vliegveld gaan?
TE BRUSSEL EN OMSTREKEN.
De correspondent der N.R.Ct. te Brussel meldt:
Te Brussel en omstreken heeft het Dinsdagavond fel
gesneeuwd; ook in andere deelen van België en vooral
in het hooge Veen en de Ardennen is veel sneeuw ge
vallen; in het heele land was het Dinsdag bijtend koud.
DE GEBRUIKELIJKE VRIJSPRAAK.
Een Parijsche naaister had dezen zomer haar man,
een chauffeur, met een revolverschot, gedood. Na het
drama had zij erkend, verkeerd te hebben -gehandeld
en haar daad diep te betreuren, welke daad zij de
zer dagen voor de Parijsche jury herhaalde. Nog geen
jaar getrouwd, had het echtpaar uit elkaar moeten
gaan om een eind te xnaken aan de clagelij'ksche
scènes. Op uitnoodiging der vrouw zelf was de
chauffeur in de echtelijke woning -gekomen om zijn
spullen weg te halen. Er ontstond opnieuw twist en
de vrouw had toen met den revolver van haar man,
welk wapen zij gehouden had, dezen doodgeschoten op
het oogenblik dat hij met zijn valies in de hand zou
heengaan.
Na een roerend pleidooi van haar advocaat (zoo
melden de Fransche bladen) heeft de jury haar vrij
gesproken.
8000 TON PETROLEUM OP HET WATER
UITGESTORT.
f
Liverpool is blootgesteld aan ernstig gevaar voor
brand, doordat een tankschip schipbreuk heeft ge
leden 00 een -bank in de Mersey tengevolge waar
van 8000 ton petroleum op het water zijn uitge
stort. De petroleum drijft naar de stad toe.
De politie is gemobiliseerd om aan de oevers
v.an de rivier er voor te waken, dat niemand bran
dende voorwerpen in het water zal gooien.
De Liverpoolsohe politie heeft het rooken in de
buurt v-an de rivier, die met de olie uit het ge
broken tankschip Seminole bedekt is, verboden en
er mogen ook geen stoomwerktuigen op de veer
ponten gebruikt worden, wegens het gevaar hetwelk
vonken uit de schoorsteenen zou-den opleveren. De
brandweer heeft duizenden meters slang uitgelegd
op kaden en bij- landingssteigers.
Men gelooft, dat het gevaar spoedig voorbij, zal zijn.
De laatste berichten melden, dat de olie die er
op het water voor de stad drijft, nog geen brand
heeft veroorzaakt.
Het troepen-schip California is (bij1 wijze van voor
zorg verhaald, om de -landing van de passagiers
en de 1200 soldaten uit Bombay gemakkelijker te
maken. E-r worden pogingen gedaan om een ge
deelte van de petroleum, waarmee het gehavende
tankschip Semimole geladen is. uit het schip te
krijgen.
I
EEN OUDE DIENSTBODE MET BIJLSLAGEN
OMGEBRACHT.
Te Cimiez biji Nice is een schandelijke misdaad
gepleegd. Een oude dame van zeventig jaar woonde
daar met een- oude dienstbode op een afgelegen
villa, die door een groot park is omgeven. Maan
dagochtend in de vroegte dron-g er een man haar
kamer binnen, die. onder bedreiging mot een pistool
en een bijl om geld vroeg. Hij bracht de oude vrouw
eenige slagen- toe oim haar tot spoed aan te zetten
en zeide haar. dat zij anders het lot zou deelen van
de dienstbode, die -hij reeds gedood had. Maar er was
bijna geen géld in huis. slechts driehonderd en vijf
tig franken, die de moordenaar meenam. Na zr'n
vertrek vond de oude vrouw haar trouw8 msid,
die reedis zestien jaar bij haar had gediend, door
bijlslagen afgemaakt, in het vocr-portaal liggen,