EVEN LACHEN
Ware Woorden.
MT Lees dit vooral!
■5
hand van hun dochter, en ïoo werd het arme Zweed
sche boerenmeisje de vrouw van een pair van En.
geland, Lord Mannen, St. George, erfgenaarx van
Hatley in Carrick en eigenaar van FltïwtUlam Pa
lace in Londen. Zesendertig jaren leefden zij geluk
kig tezamen, en Lady St. George vergat niet haar
arme zusters thuis, maar liet hun twee millioon
kronen kronen na. Doch veel, veël meer kreeg haar
kleine nicht, die zij van jongsaf aan hadden opge
voed, omdat zij zelf kinderloos gebleven waren. Pe-
tronela heette de kleine nicht, en ook zij was zeer
schoon en zij trouwde een Engelsche officier, «..n-
lang3 is ook zij gestorven en bij haar dood liet ze
sloten en landgoederen en ongetelde mlllioenon na
en ook zij was maar een eenvoudige Zweedsehe
boerendochter geweest.
BOBBYKOP EN KARAKTER.
Overal vindt men jonge dames uit gegoede farni-
milies, die den wensch bezitten, hun rijkelijk vrijen
tijd op de een of andere wijze nuttig te gebruiken.
De theoretische kookkunst heeft geen geheimen
meer voor ze, hun vaardigheid in vreemde talen
wordt door verschillende diploma's van middelbare
en hoogere scholen aangetoond, kunstgeschiedenis
heeft zijn bekoring verloren, de dans als hoofdbe
zigheld schenkt geen voldoening meer. Men wil
iets prestoeren, zich nuttig maken, Allerlei onder
nemingen tot nut van het algemeen trekken uit de
ze wenschen voordeel en gebruiken deze krachten,
die dikwijls met de beste bedoelingen bezield zijn.
Ook in kinderziekenhuizen, waar het aan arbeids
krachten mankeert, worden vrijwillige medearbeid-
sters opgenomen en men moet zich over den ijver,
waarmee zij hun dikwijls zeer inspannenden ar
beid verrichten, waarlijk verbazen. Voor eentgen
tijd terug werd in een stadsziekenhuis in Zwitser
land een dergelijke jonge dame aan het strenge exa
men onderworpen, om met pijnlijke nauwgezetheid
te onderzoeken, of bij haar de noodige ernst van
het karakter wel aanwezig was. Zij doorstond de
proef schitterend en overeengekomen werd, dat ze
drie weken nadien in functie zou treden.
In de korte vacantie die haar nog van haar vaste
betrekking scheidde, was zij zelfs nog met haar
vrijen tijd verlegen en teneinde hierin, al was het
dan ook maar voor een klein oogenblik, verande
ring te brengen, liet zij zich een bobbykop knippen.
Dit zou haar noodlottig worden.
De drie weken waren voorbij. Vol verwachting
ging de jonge dame haar nieuwen werkkring tege
moet, waar zij hoopte haar hülp te kunnen verlee-
nen. De hoofdverpleegster kwam haar hartelijk te
gemoet, maar plotseling verstarde haar gezicht en
liet ze de reeds toegestoken hand weer zakken. An
dere ziekenzusters zoowel als assistentdoctoren
kwamen nieuwsgierig naderbij, en keken verlegen
glimlachend toe.
De nieuwaangekomene was volmaakt in de war
en stond radeloos voor den hoofddokter, die er snel
bijgeroepen was. Deze lag haar het netelige geval
uit. Neen, hij was niet voornemens, zulke nieuw
modische menschen in zijn huis op te nemen
neen, beslist niet, zij kon nu wel gaan.
De jonge dame wilde echter geen «afstand van
haar nieuwe beroep doen, de ouders protesteerden,
het werd in behandeling genomen Inderdaad, de
juffrouw was aangenomen en over de dracht van
het haar was niets gerept geworden. De vader
trachtte duidelijk te maken, dat de ernst van haar
karakter, die bij de proef was vastgesteld, toch niet
met de lange haren van zijn dochter tegelijk ver
dwenen was. Ofschoon dit den hoofddokter als be
slist waarschijnlijk, toescheen, moest hij toch, trots
zijn grooten tegenzin, zijn afwijzing terugnemen. De
eenige bobbykop begon zijn werk in het welzijn van
de lijdende menschheid.
Van nu af aan staat echter op het aanmeldings
formulier: „Aanmeldingen van sollicitanten met
zoogenaamden bobbykop worden terzijde gelegd!
DE EERSTE HOOGE HOED.
In de „Times" komt, aangehaald uit ,The Hatter's
Gazette", een amusante beschrijvinig van den in
druk dien de verschijning van den eersten hoogen
hoed in de straten van Londen op de bevolking van
Engeland's hoofdstad maakte.
Het was op 16 Januari 1797, dat een winkelier in
heeren-nouv^auté's, genaamd John Hetherington,
wonende aan het. Strand, voor den lord-mayor
werd gebracht op de beschuldiging dat hij de orde
verstoord en eon oploop veroorzaakt had en 500
pond zekerheid moest geven. Het kwam vast te
staan, dat de heer Hetherington, iemand van goede
familie, zich op de opembare straat had vertoond,
dragende op zijn hoofd wat hij een zijden hoed
noemde (welke vertoond werd), een hoog gevaarte
met een glimmenden glans, waardoor vreesachtige
menschen konden worden verschrikt. En inderdaad
verklaarden politiebeambten, dat verschillende
Vrouwen bij dit ongewone schouwspel in zwijm wa
ren gevallen, dat kinderen schreeuwden, honden
blaften en oen zoontje van den touwslager Thomas,
die een boodschap had gedaan in een kruideniers
winkel, door de verzamelde menigte omver werd
geloopen, waardoor hij zijn rechterarm brak. Daar
om werd de beklaagde door de wacht opgepakt en
voor den lord-mayor geleid. Ter verontschuldiging
van zijn misdrijf voerde de beklaagde aan, dat hij
koen wet van het koninkrijk had overtreden, maar
alleen gebruik maakte van zijn recht om een hoofd
deksel te dragen van zijn'eigen vinding, een recht
dat geen Engelschman kon worden ontzegd.
DE STAD ROME t IS MINSTENS 3100 JAREN OUD.
De oudheidkundige ontdekkingen van professor
Dall' Osso op en in de omgeving van den Mario
heuvel, hebben uitgemaakt, dat Rome voor 3100 ja
ren gesticht moet zijn. Hij heeft daar bij opgravin
gen van alles gevonden, wat er op wijst dat de toen
tertijdsche Pelasgiërs zich met de krijgslustige en
ontwikkelde stammen der Abongeni vereenigd heb
ben, om op de heuvels Alba, Palatijn en Mario een
plaats te stichten. v
De beweringen van Dall' Osso zijn volkomen in
strijd met die van den ouden geschiedschrijver Var-
ro, die uitgerekend en op zijn manier bewezen heeft
dat .Rome gesticht zou zijn door de legendarische
figuren van het tweelingpaar Romulus en Remus
in 754 voor Christus. Dall' Osso zoekt het stichtings
jaar tusschen 1200 en 1100 voor Christus. Als zijn be
weringen waarheid worden., dan boffen de Romei
nen gruwelijk. Want het ii een van de plezierigste
feestdagen ln Rome, als de stiohting der stad her
dacht wordt, tenminste het feest van verleden week,
toen men den ruim 2600en stichtingsdag vierde,
heeft zich gekenmerkt door een kermisstemining
van Je welste. Wordt nu officieel uitgemaakt, dat
men feitelijk den 3100en had moeten vieren, dan
krijgen de Romeinen zoo'n 500 dagen in te halen:
dat beduidt dus ruim oanderhalf jaar feest aan
één stuk!
Als Ieder* n wist, hoeveel goeds na zijn dood van
hem verteld wordt, zouden er nog heel wat meer
ijdele menschen zijn; 't is dus maar goed, dat de
lof zoolang wordt opgezouten.
Vaders en moeders oefenen op de welvaart der
maatschappij een veel grooteren invloed uit dan
staatslieden en wetgevers.
Het karakter alleen is 's menschen waarachtig
en onvervreemdbaar eigendom.
Als wij willen,, kunnen wij smart en lijden en
wonden omzetten in geneesmiddelen, die ons sterk
en groot zullen maken,
Eigendunk is een schoon» vlinder, uit wiens eie-
ren vergiftige rupsen voortkomen.
Alle „maatschappelijk werk-" wordt onmaatschap
pelijk, zoodra men er de plichten jegens zijn gezin
door verzuimt, want het gezin is de grondslag der
maatschappij.
Wie een mensch wil verbeteren, die moet begin
nen met hem lief te hebben.
WETENSWAARDIGHEDEN,
Is het U bekend::
dat de Italiaanschs vlieger Passaleva een nieuw
hoogterecordv op zijn naam br%cht, door een hoogt»
te bereiken van 6523 meter?
dat het vorige record van
een Franschman stond?
M. op naam van
dat er in Baltimore een monument bestaat ter
eere van Adam?
dat China een berg aluin bezit van 350 meter
hoog?
dat men !n de Amazone-vallei reuzenspL,
beeft ontdekt, die kleine vogels ln valkuiltjes vi
gen en verelinden?
dat rozenhout heelemaal niet van een rozenstrul
komt, maar van verschillende Braziliaansche boo
men?
dat de naam te danken is aan het feit, dat l
hout een rozengeur heeft, als het pas gezaagd
dat er 8 landen ter wereld zijn, die geen spoonn
gen hebben?
dat dat zijn: Albanië, In Europa, Afghanistan
Asir, Bhutan, Nepal, Oman en Yemen in Azië,
Liberia op de Westkust van Afrika.
dat Venetië gebouwd is op 117 eilandjes?
dat er 150 kanalen in de stad zijn en 380 bruggen
Wij verwijzen naar een onder dit op.
schrift voorkomende mededeeling aan
het hoofd van hef TWEEDE BLAD.
Erken je den speler van de
tegenpartij m de maagstreek ge
trapt te hebben bji de worsteling
Voor het doel?
ja! Maar er zijn verzach
tende omstandigheden. Ik hield
hem voor den scheidsrechter I
Waarom huil je, Piet?
Vader heeft me een pak
slaag gegeven I
Ik dacht, da-t je vader ziek
was.
Dat is hii ook...*.* maar zijn
handen zijn gezond!
Onze collega, dokter Wijs,
schijnt bang te worden spoedig
te zullen sterven.
Geen wonderHij heeft ook
zooveel vijanden aan de andere
zijde van het graf!
Ik heb je den iaatsten tijd
niet veel gezien?
Dat komt omdat ik hard aan
't studeeren ben.
Wat, ben je van plan een
eerlijk man te gaan worden?
O, nee. Ik ben de laatste in
brekers werktuigen van de po-
litie-tentoonstelling aan 't bestu-
deeren f
Heb je al eens meer in het
publiek gespeeld?
Nee!
Hoe kom je dan aan dat
blauwe oog?
Hij: Men zegt, dat een
kameel èen week kan werken
zonder te drinken.
Z§: - H Zou wat! Mijn man
kan een week drinken zonder te
werken?
De man met het vrijbiljet: -
Ze konden toch wel een beetje
beter op t|d beginnen!
Waarom wasch je je
zoo zorgvuldig? Dadelijk
toch weer ie sokken aan!
Maar, Harrie, je moest je
schamen om direct na de begra
fenis van je schoonmoeder te
loopen fluiten 1
Maak je nou met dik, zeg 1
Bc fluk een fcreurmarsch 1
Mevrouw - (tot pas in dienst
genomen negerin-kok)Houd
ie ve,el vtin kinderen?
Negerin: Tawel, mevrouw,
maar alleen van zacht-gekookte
Mag ik een program heb
ben?
Maar het is bijna af geloo
pen I
Dat doet er niet toe. Ik heb
er alleen een noodig om m'n
vrouw te toonen dat ik niet den
'geheelen avond in de kroeg heb
gezeten.
MamaWaar zou onze jon
gen toch dat verstand van heb
ben
Papa: Van jou!
MamaDus nu erken je
dus, dat ik gelijk heb?
PapaZeker*...,, fle heb het
mijne nogl
Zeg, hou je een beetje stil
Anders kunnen zé me pp dit
boot niet hooren roepen!
Heb jij je hals verrekt?
Ja, ik ben in Italië geweest!
En hoe is dat gekomen
Ik schilderde den scheven
toren van Pisa!
Geeft zij veel melk?
O! neef
En hoe komt dat?
't Ia een bok!
Waarom beb je de betrek
king van meid-alleen aangeno
men
Ja, ik had nergens verstand
van!