RAAD OUDE NIEDORP.
HOE VORMT DE LANDARBEIDER 21
EEN EIGEN BEDRIJF.
der feitelijk nég «enigen argwaan te koesteren.
De wedono kreeg wel argwaan, stuurde zijn man
netjes op onderzoek uit, arresteerde Mardjo, den
„zoeker", die nu zelf gevonden werd, en of) de vraag
„wie zijn je kontjo's", al heel spoedig de verdere noo-
dige aanwijzingen gaf.
Behalve de hiervoor genoemde methode, had
Mardjo ook nog een ander systeem om zich te ver
rijken. Er was eén vrouw, met wie ze al eerder in
connectie waren gekomen, die handelde in kains en
die betrok van een handelaar in Solo. Mardjo ver
kreeg op zijn verzoek van de vrouw een aantal kains,
zou die verkoopen en verkocht ze zonder evenwel
het geld af te dragen.
De vrouw was wel eens bang dat ze haar geld niet
zou krijgen en wendde zich dan tot een „doekoen",
die haar weer wist mee te krijgen naar de heilige
plaats, waar de kaïnverkoopster van den geest de
verzekering kreeg, dat ze niet in het minst voor haar
geld behoefde te vreezen.
Met behulp van den geest heeft Mardjo, de zoeker,
zich ook een aardige Jonge vrouw weten te verove
ren.
Mardjo was al getrouwd, doch had bij zijn speur
tochten naar klanten eens kennis gemaakt met een
aardig jong vrouwtje. Mardjo kwam met huwelijks
plannen, welke nader overwogen zouden worden.
Het aardig vrouwtje kreeg bezoek van den doe
koen, ze ging naar de heilige plaats en kreeg daar te
hooren, dat een huwelijk met Mardjo haar alle geluk
zou schenken.
Het huwelijk kwam tot stand 1
Tot hior het relaas van de wericzaamheden van
een uitgeslapen trio, voor wie de zaak nog wel een
staartje zal hebben.
Reeds is gebleken van verschillende menschen, die
offers hadden gebracht aan de geesten, en zoo wer
den opgelicht: Abdul Rachman voor drie maal
f27.92, Bok Marto en Mardjo voor een bedrag van
bijna duizend gulden (daarbij inbegrepen de ver
duisterde kains), Soeradin voor f20, deloerah van
Pendrikan voor f 40, and«r«n voor bedragen van 1
f 100 «n f25.
Mardjo is al eens eerder wegen» verduistering ver
oordeeld tot acht maanden gevangenisstraf. Kar-
win, de geest, is jaren geleden een tijd kebon ge
weest op het hoofdbureau van politie.
Vergadering van den Raad op Dinsdag 17 Januari
1928, des miorgens 10 uur.
Aanwezig zijn de leden: J. Bakker Jz., Th. Tromp.
G. Liefhebber, D. Kriller, J. van Zoonen en J. Ligt-
hart.
Voorzitter: de Burgemeester.
Een nieuwjaarsrede.
De Voorzitter opent de vergadering en zegt ver
volgen» het volgende;-
In deze eerste vergadering van het jaar 1928 wil
ik vóór den aanvang der werkzaamheden, welke wij
in dat jaar zullen hebben te verrichten, U allen een
in geestelijk en stoffelijk opzicht goed jaar toewen-
sohen, waaraan ik den wensch paar, dat 1928 ook
voor de gemeentenaren een gelukkig jaar moge zijn.
Het afgeloopen jaar is opzichtens het bestuur
der gemeente een jaar geweest, hetwelk zdch. heeft
gekenmerkt door de behandeling van eenige vrij 'be
langrijke onderwerpen, welke ik gaarne even in
Uwe gedachten terugroep.
Als gevolg van de verkiezingen onderging de sa
menstelling van den Raad eene vrij groote veran
dering. Drie leden, de heeren Molenaar, Van der
Oord en Waihoer, keerden niet in den Raad terug.
In hun plaats zetelen hier thans de heeren Bakker,
Kriller en Van Zoonen. De partijverhouding onder
ging eene wijziging, doordat naast de vier R.K. le
den en de beide Vrijz. leden, het sociaal-democrati
sche lid, de heer Van Zoonen zitting nam. Ik hoop
gaarne, dat nu ook deze strooming zich ziet verte,
genwoordigd, dit de samenwerking tusscben de be
volkingsgroepen ten goede komen zal. In het col
lege van Burgemeester en Wethouders nam de heer
Liefhebber als wethouder do plaats in van den heer
J. Wit, die zich om redenen van politieken aard niet
meer herkiesbaar stelde.
De economische toestand in de gemeente was in
1927 op velerlei gebied niet bepaald in allen deele
rooskleurig.
De koolbouw leverde in het seizoen 1926/27 onbe
vredigende resultaten op,- als gevolg van verschil
lende oorzaken, o.m. de minder goede weersgesteld
heid en de afzetmoeilijkheden. Gelukkig was het
einde van 1927 het begin van eene opleving en wor
den onze verwachtingen niet beschaamd, dan zal
ook voor den koolbouw in het nieuwe seizoen een
tijd van hoogconjunctuur aanbreken. Van harte hoop
ik, dat dit zoo zal mogen zijn. Toch zou het mij leed
doen, indien dit zou medebrengen een verminderde
belangstelling voor nieuwe perspectieven opzichtens
den tuinbouw, waarbij ik denk aan de z.g. glascul
tuur. Het komt mij voor, dat de toestand zeer juist
is geteekend in de memorie van antwoord betref
fende de Provinciale begrooting van 1927, waarin
we lezen, dat, wil men voorkomen, dat de Noord-
hollandsche tuinbouw blijft verkeeren in een toe
stand van noodlijdendheid, het naar de meening
van deskundigen noodzakelijk zijn zal, dat de tuin
ders zich meer en meer op de teelt onder glas gaan
toeleggen.
Een goede stap in de gewenschte richting is m.i.
de door de Provinciale Staten in 1927 genomen be
sluiten inzake de oprichting van demonstratiebe-
drijven voo ''ascultuur. Dit neemt niet weg, dat
voor alles noouig is. dat de tuinders zelf do hand
aan den ploeg slaan.
Het melkveehoudersbedrijf was zooals in de
Ntieuwjaarsrede van den Voorzitter der Kamer van
Koophandel en Fabrieken te Alkmaar werd opge
merkt, in het eerste halfjaar van 1927 minder gun
stig; het tweede halfjaar maakte weer veel goed,
zoodat de uitkomst over het geheele jaar genomen,
nog tamelijk bevredigend kan heeten. Veel valt er
ten opzichte van dit bedrijf voor 1928 nog niet te
zeggen. Ik wil U gaarne verzekeren, dat mijn
wensch ook uitgaat naar een gunstig jaar opzich
tens het melkveehoudersbedrijf.
De betere toestand in het vetweiderebedrijf moge
bestendigd blijven. Ik stel er prijs op, aangaande
den bevolkingstoestand dezer gemeente, het volgen
de onder Uwe aandacht te brengen.
Het aantal inwoners, dat op 1 Januari 1926 be
droeg 1273, steeg gedurende bet jaar 1927 tot 1290.
In aanmerking nemende het geboortecijfer en an
dere op de bevolkingstoename van invloed zijnde
factoren, is de bevolkingsvermeerdering in 1927 ge
ring ie achten. Het vertrekcijfer blijft nog altijd
hoog, een gevolg van de omstandigheid, dat jongge
huwden zich elders moeten vestigen om in het tuin-
dersbedrijf een bestaan te vinden. Intusschen is er
eenige hoop op eene verandering ten goede, door
dat in 1927 door de betrokken polders een stap is
gedaan naar een betere vervoersmogelijkheid der
tuinbouwproducten.
Aangaande de volksgezondheid kan verklaard
worden, dat deze geen reden tot ongerustheid geeft,
al is de wensch niet overbodig, dat de volkshygiëne
worde bevorderd.
Besmettelijke ziekten kwamen, zoo goed als niet
voor; slecht» één geval van roodvonk werd waarge
nomen.
Het onderwijs aan de gemeenteschool staat op een
zoodanig peil, dat een woord vaa lof toekomt aaa
hei onderwijzend, personeel
Vereehillende het terrein der prakt!eche ge
meentepolitiek liggende aangelegenheden erlang
den eene behandeling, doch nog geen afhandeling.
Ik noem: het vraagstuk der financieel© verhouding
tusschen Rijk en gemeenten, waaromtrent in 1927
een rapport der staatscommissie verscheen, hetwelk
een punt van ernstige bespreking hij de gemeente
besturen uitmaakte. Voorts kwam nog niet in een
stadium van afdoening, de aangewende en herhaal
de pogingen tot oprichting van een vleeschverwer-
kingsrinrichting en centrale noodslachtplaats binnen
den kring Barsingerhorn van den Keuringsdienst
voor Vee en Vleesch, waaronder ook deze gemeente
ressorteert. Ik wil gaarne hopen, dat beide, om
spoedige oplossing vragende aangelegenheden, op
bevredigende w^ze worden afgohandeld.
Buiten beslissing van den Raad bleven nog de be
kende voorstellen der commissie-Van Aalst terzake
de kanalisatie van West-Friesland, waarvoor ook
van deze gemeente eene financieele bijdrage wordt
gevraagd. Hoe men ook over deze plannen moge
denken, het moet worden erkend, dat de tijd ook
het vraagstuk van het verkeer te water heeft opge
worpen, een vraagstuk, dat evenzeer om oplossing
vraagt, zij het ook dat de oplossing geschiedt op
andere wijze, dan is voorgesteld als het wegen-
vraagstuk.
Het jaar 1927 bracht het wegenplan van het Rijk
en het Provinciaal wegenplan, op welke laatste is
geprojecteerd de weg Alkmaar-Schagen., waarbij
ook onze gemeente is betrokken. Deze wegenplan
nen beloven verbetering te brengen in een niet
meer in het kader van den tijd passenden wegentoe.
stand. De uitvoering van bet plan der provincie
t.a.z. van den weg Alkmaar-Schagen, welke, naar
ik zeer hoop, spoedig kan geschieden, zal ook voor
deze gemeente een aanzienlijke verbetering betee-
kenen.
Als nen uitnemende daad van bestuur, als een blijk
ook van goede opvatting van de bestuurstaak, be--
schouw ik de door Uwe Vergadering genomen be
sluiten inzake do verhreeding en verbetering van
eenige wegen. Die verbeteringen eischen weliswaar
financieel© offers, waarvoor echter elke zich aan de
«ijclaomatandighedén aanpassende organisatie komt
te staan, maar het beteekent, naar het mij voorkomt
eene zoodanige verbetering, dat zulks een financieel
offer volkomen wettigt. Ik houd mij er ten volle
ran overtuigd, dat de Raad hiermede in de toekomst
niet het odium op zich zal Iaden, zich in financieel
opzicht te buiten te hebben gegaan. In tegendeel, ik
zou zeggen, zooals zoo dikwijls, zal ook te dezen op
zichte de waardeering met de jaren stijgen.
Wat voorts de handelingen van den Raad betreft,
ik stel er prijs op enkele te noemen roep ik
iu Uwe herinnering terug het besluit nopens de
vestiging van een publiek telefoonstation te Zijde
wind en het besluit tot uitbreiding der straatver
lichting. Ik memoreer deze, omdat de uitvoering
dier besluiten ging langs lijnen van bovenmatige
geleidelijkheid. Eerstgenoemd raadsbesluit zal in
1928 hopelijk worden uitgevoerd; de uitvoering van
laatstgenoemd besluit is opgeschort tot Juni of Juli
1928. Ten slotte noem ik het besluit tot bestemming
van der gemeente toebehoorend weiland tot cultuur
grond, waardoor is voldaan aan den wensch van
vele tuinbouwers, terwijl ik voorts niet onvermeld
wil laten het besluit tot bouw eener betonnen brug
in den Oude Niedorperweg, waardoor de scheiding
tussclien Nieuwe en Oude Niedorp voor een reeks
van jaren op deugdelijker wijze wordt overbrugd.
Ik hen aan het einde mijner beschouwingen geko
men, doch wil niet nalaten, allen die in 1927 als
ambtenaar of anderszins de belangen der gemeente
hebben behartigd, daarvoor namens het gemeente
bestuur dank te brengen. Ik houd mij er van over
tuigd Uw dank te vertolken, indien ik ook bij dezen
de Pers mijn erkentelijkheid betuig voor de goede
weergave van het in 1927 in den Raad verhandelde.
Met den wensch, dat het U allen gegeven zij. de
belangen der gemeente te bevorderen, open ik deze
eerste vergadering in 1928. (Applaus.)
De heer Bakker zegt, overtuigd te zijn, namens
den geheelen Raad te spreken, als hij den Voorzitter
wederkecrig een gelukzalig nieuwjaar toewenscht.
Spr. hoopt dat er ook in 1928 een vreedzame samen
werking zal bestaan, zooals spr. gedurende eon 4-
jarig tijdvak hier eerder heeft meegemaakt. Wel zal
er eens verschil van meening bestaan, waarbij men
zijn gedachte wel eens een beetje te kras te berde
zal brengen, maar de slotsom is toch, dat we tevre
den samenwerken, en we elkaar als vrije mannen
weer ontmoeten, die n'iet piekerden of aan een strui-
kelblokje zullen blijven hangen.
Het heeft spr. getroffen, dat de Voorzitter een lans
breekt voor de welvaart van land- en tuinbouw en
het blijkt dat onze land- en tuinbouw den Voorzitter
zeer ter harte gaat. Het heeft spr. ook getroffen dat
de Voorzitter streeft naar nieuwere ideeën, als glas-
cultuur. Onze plaats heeft behoefte aan vooruitgang,
welke vooruitgang tot nu toe op zich heeft laten
wachten en het verheugt ons dat we in U den man
hebben gevonden die wil trachten in dat opzicht ons
op een hooger peil te brengen, zooals blijkt
uit uw velerlei bemoeiingen. Spr. hoopt dat door de
stuwkracht en leiding van den Voorzitter het moge
gelukken af te sturen op dien vooruitgang en dat
van onze plaats gemaakt zal worden wat er van te
maken is.
De Voorzitter dankt den Raad, wiens woordvoer
der de heer Bakker blijkbaar is, voor deze vriende
lijke wenschen en hoopt dat wat de samenwerking
betreft, zij ook voor 1928 bestendigd mag blijven.
De notulen der vorige vergadering worden onver
anderd vastgesteld.
Ingekomen stukken.
Aan de orde is:
1. Ingekomen stukken en mededeelingen.
a. Kantschrijven van Gedeputeerde Staten d.d. 4
Januari j.1., no. 107, ten geleide van het goedgekeurd
raadsbesluit d.d. 17 December j.1., tot wijziging en
aanvulling der begrooting dienst 1927.
b. Afschrift van het proces-verbaal van opname
van boeken en kas van den gemeente-ontvanger, d.d.
29 December 1927.
c. Berichten van aanneming der benoeming als
lid der commissie tot wering van schoolverzuim van:
C. de Boer te t Veld; P. Agenant te Oude Niedorp;
Th. Tromp te Zijdewind; G. Liefhebber te Oude Nie
dorp en I. J. Schoevers te Oude Niedorp.
d. Uittreksel uit het register van besluiten van
Gedeputeerde Staten, d.d. 28 December 1927, waar
uit blijkt, dat de beslissing ten aanzien van de be-
grooting 1928 is verdaagd en mitsdien machtiging
wordt verleend overeenkomstig art. 211 der Ge
meentewet.
e. Bericht van aanneming der benoeming als lid
der commissie van plaatselijk toezicht op het lager
onderwijs, van C. Ursem te Oude Niedorp.
f. Schrijven van Gedeputeerde Staten, d.d. 21 De
cember j.ly no. 81, houdende mededeeling, dat inge
volge £rt. 121 der Gemeentewet, door dat 'College
machtiging is verleend tot gemeenschappelijke rege
ling van den keuringsdienst van vee en vleesch en
van de exploitatie van een verwerkingsinrichting en
een centrale noodslachtplaats.
g. Schrijven van Burgemeester en Wethouders
van Alkmaar, d.d. 9 Januari j.1., 2e afd., no. 352.1K,
ten geleide van de door den Raad dier gemeente
vastgestelde becrooting voor 1928 van den Waren-
keuringsdienst, vergezeld van de bijbehoorende me
morie van toelichting.
Al deze stukken worden voor kennisgeving aange
nomen.
Het democratisch gemeentebestuur van
Nieuwe Niedorp en zijn comité-vergade
ringen.
Door den Voorzitter wordt het volfende medege
deeld:
Neer eenleiding van het verhandelde ter vorige
vergadering omtrent de te bouwen betonnen brug bij
Terdiek, deel ik den Raad mede, dat van het ge
meentebestuur van Nieuwe Niedorp een schrijven is
ingekomen, waarin wordt bericht, dat die gemeente
1/6 der bouwkosten zal voldoen in den vorm van
jaarl. aflossing en rente van dat deel der bouw-
j kosten. Ik moge in dit verband even herinneren aan
een aan den mond van den heer Van Zoonen in de
vorige vergadering ontvallen uitdrukking, waardoor
naar me ter oore kwam, het gemeentebestuur van
Nieuwe Niedorp zich gekwetst voelde. Toen de heer
Van Zoonen sprak van een betreurenswaardige hou-
ding door Nieuwe Niedorp aangenomen, heb ik zelf
deze peccadille door spreker niet al te zeer aangere
kend, veronderstellende, dat hij niet de bedoeling had
onze buurvrouwe te grieven of te beleedigen. Waar
ik hoor, dat de uitdrukking het gemeentebestuur
onaangenaam aandeed, vernam ik toch gaarne van
den heer Van Zoonen de bevestiging van mijn ver
onderstelling.
De heer Van Zoonen vindt het bijzonder vreemd,
dat het gemeentebestuur van Nieuwe Niedorp of een
zijner leden zich niet tot spr. persoonlijk richt, doch
tot Voorzitter en dan nog niet schriftelijk. Spr. heeft
bovendien wel leden van het gemeentebestuur van
Nieuwe Niedorp gesproken en tot spr. is niets ge
zegd. Wel wil spr. verklaren, dat het niet zijn bedoe
ling is geweest te beleedigen, en als er door spr. een
beleedigende uitdrukking is gebezigd, is dat gebeurd
buiten weten van spr. Spr. geeft toe dat hij gezegd
heeft dat hij de uitspraak van het gemeentebestuur
niet democratisch vónd en daar blijft spr. bij. Spr.
heeft niet gemerkt, dat de betrekkelijke kwestie in
den Raad van Nieuwe Niedorp besproken is en spr.
acht dat toch niet meer dan billijk. De motieven van
Nieuwe Niedorp zijn nu moeilijk na te gaan. Spr.
kan dus die uitdrukking "niet intrekken.
De Voorzitter wijst er op, dat hij heeft medege
deeld» dat hem ter oore was gekomen dat het ge
meentebestuur van Nieuwe Niedorp zich gekwet9t
gevoelde. Of de zaak behandeld is in den Raad van
Nieuwe Niedorp, is ook spr. niet bekend, maar spr.
veronderstelt dat dit punt, dat toch van groot belang
is, dan wel besproken zal zijn in comitèvergadering
en niet alleen door B. en W. behandeld is. Spr.
neemt er overigens acte van, dat de heer Van Zoo
nen niets beleedigends heeft bedoeld, wat spr. ook
niet verondersteld had. Het doet hem genoegen
thans de bevestiging ervan van den heer Van Zoo
nen te hooren.
Een nienw reglement van orde.
2. Voordracht van B. en W. tot vaststelling van
een nieuw reglement van orde voor den gemeente-
I De Voorzitter geeft gelegenheid tot het houden van
algemeene beschouwingen.
De heer Bakker hoopt, dat de bepalingen, in dit
nieuwe reglement vastgelegd, niet al te streng zul
len worden toegepast. We zijn eenvoudige menschen
van het platteland, die wel eens tegen een artikel
zondigen. Men moet er voor gemaakt en geknipt we
zen om altijd juist in de orde to blijven, al is het
dan niet onze -gewoonte om buiten de orde te gaan.
Spreker hoopt van den Voorzitter een beetje soepele
toepassing, opdat we onze voeten niet al te spoedig
tegen een steen stooten.
De Voorzitter zegt, dat de heer Bakker zich niet
ongerust behoeft te maken, maar een toezegging dat
het reglement soepel zal worden toegepast, kan spr.
niet doen, omdat dit in strijd zou zijn met artikel 4
van het reglement.
I Bij de artikelsgewijze behandeling van de voor
dracht vindt de heer Van Zoonen het te draconisch
dat de leden over één onderwerp niet meer dan twee
maal het woord mogen voeren. Spr. wijst er op, dat
door de 'bespreking éen nieuw gezichtspunt aan de
orde kan komen en het dan gewenscht kan zijn, dat
een persoon meer dan 4weemaal het woord voert.
De Voorzitter wijst er op, dat de Raad in zulke
gevallen te beslissen hooft of dien spreker opnieuw
het woord wordt verleend. Alleen als zoo'n per
soon de gang van orde belemmert, is hot gewenscht
dat een bopaling als deze kan worden toegepast.
Do derde alinea van artikel 20 geeft aan, dat een
amendement op eon voorstel de steun van een der
andere leden behoeft, wil het een onderwerp van
beraadslaging kunnen uitmaken. De heer Van Zoo
nen kan zich niet met deze beperking vereenigen cn
wijst er op, dat het amendement van zeer groot be-
lang kan zijn.
De Voorzitter is van oordeel, dat het amendement
I in dat geval wel door één der leden zal worden ge-
I steun d.
i Met alleen de heer Van Zoonen tegen wordt deze
alinea goedgekeurd.
De Voorzitter brengt de artikelsgewijze behan
deling de geheele verordening in stemming.
De heer Van Zoonen zegt bedenking te hebben te
gen enkele punten, maar er zijn zeer veel punten
in de voordracht, waarmee spr. zich kan vereenigen
en spr. is niet van plan het kind met het waschwater
over boord to gooien.
Met algemeene stemmen wordt de voordracht aan
genomen.
3. Voorstellen nopens verbouw van de Openbare
Lagere school te Oude Niedorp.
De Voorzitter zegt, dat het aanvankelijk in de be
doeling van B. en W. lag om met een afgerond
voorstel te komen, omtrent den verbouw van de O.
L. S. te Oude Niedorp. Er is echter een bespreking
geweest, waaraan ook hebben deelgenomen perso
nen buiten B. en W. om. Naar oanleidiing daarvan
stellen B. en W. voor dit punt in comitèvergadering
van den Raad te bespreken, opdat B. en W. kunnen
vernemen in welken geest de raad de verbouwing
wenscht.
Overeenkomstig dit: voorstel wordt besloten.
'4. Voorstel inzake de aanvrage van C. Blank te
Oude Niedorp om een voorschot ad f3600.— voor de
stichting van een plaatsje ingevolge de landarbei-
derswet.
In de vergadering van B. en W. heeft de heer
Blank verklaard, dat zijn hoofdberoep was spoor
wegarbeider en hij in zijn vrijen tijd het landbouw-
beroep uitoefende. De aanvrage voldoet dus niet aan
artikel 2 der Landarbeiderswet en B. en W. stellen
dan ook voor afwijzend op de aanvrage te be
schikken.
Overeenkomstig dit advies wordt besloten,
i 5. Benoeming van vier hooistekers voor 1928.
B. en W. bevelen aa.n: P. Agenant en C. Groen,
beiden te Oude Niedorp en D. de Groot en P. Wijn-
ker te Zijdewind.
Met .algemeene stemmen worden de heeren P.
Aeonsnt, C. Groen, D. de Groot en P. Wijnker, be
noemd.
6. Vaststelling eener verordening regelende den
werkkring (ier raadscommissie voor de schouw van
gemeentel andon.
Nadat de concept-verordening door den Voorzitter
is voorgelezen, wordt zij onveranderd vastgesteld.
Voor wegverbreeding.
I 7. Voorstel van B. en W. tot aankoop van eenige
strookjes grond ten behoeve van de verbreeding van
wegen.
I Door den Voorzitter wordt toegelicht, dat het hier
betreft de verbreeding van den Oude Niedorperweg,
waar men thans bezig is en wol de volgende percee-
I len: van C. Over Kz. 7 perceelen, respectievelijk
groot 121, 157.5, 157.5, 6, 13, 88 en 77 M2., van Wed.
Bos 116 M2., van A. Wonder Pz. 70 M2., van Pluister
108 M2., van het Kerkbestuur der Ned. Herv. Ge
meente 25.5 M2. en van het Armbestuur der R.K.
Parochie Sint Martinu» te 't Veld, 28 M2., alles to
gen 50 cent per Mï.
I De heer Vw Zoonen heeft de uitpaliag feilen
tuseohen Oude Niedorp en Verlaat.
De Voorzitter merkt op, dat het thans alle^i
treft de veibreeding, waarmee men thans betU
en waartoe indertijd door den Raad is besloten.
De voordracht van B. en W. wordt met i]
meone stemmen aangenomen.
Da noodslaehtl||
8. Voorstel terzake te verrichten noodali
tingen.
Na het overlijden van den noodslachter Ka
hebben B. en W. een bespreking gehouden met
noodslachter Van Zoonen van Nieuwe Niedorp
dezen bereid gevonden de noodslachtingen
't Veld en Zijdewind te doen, in afwachting van
totstandkoming van de centrale noodslachtplaab
Schagen.
De heer Ligthart vraagt waar dan de noodslai
plaats komt.
De Voorzitter deelt mede, dat nu reeds heel
noodslachtangen te Nieuwe Niedorp werden i
richt en ze nu allen naar Nieuwe Niedorp tul
moeten.
De heer Kriller vraagt, hoe het gaat met de m
slachtingen te Oude Niedorp.
De Voorzitter zegt, dat ook deze al vrijwel
Van Zoonen gingen.
Het voorstel van B. en W. wordt goedgevoede
9. Rondvraag.
De heer Van Zoonen heeft uit de toespraak,
de Voorzitter bij den aanvang der vergadering hj
begrepen, dat de uitbreiding der electrlsche sti
veruichting pas in Juni a.8. tot stand zou kon
j Moet de gemeente dan ook over de maanden
Juli, Augustus en September betalen?
De Voorzitter deelt mede, dat vanaf de plaali
der lantaarns de gemeente rente en aflossing,
den vorm van 9 verschuldigd is. Doordat dë
wikkeling van deze zaak zoolang duurde hebbei
en W. het P.E.N. geschreven, dat ze nu liever u
dat de lantaarn» in Juni-Juli werden aangebri
want andera had de gemeente over het geheel»
moeten betalen. Als de lantaarns niet branden,
men er behalve de 9 geen meeidere kosten
j de gemeente.
De heer BaJtker vertigt de aandacht van B, ep
op een straatlantaarn bij spr.'s perceel, die niet i
dig is en op een hinderlijken kuil in den Redd
weg.
i De Voorzitter zegt een onderzoek toe en zoo
gelijk zal de hindernis worden weggeruimd.
De heer Tromp deelt mede, dat reeds öpdrach
gegeven den kuil op te halen.
Niets meer aan de orde zijnde, volgt sluiting
vergadering.
ALLEEN VOOR ENERGIEKE WERKERS.
D© laatste jaren is zoowel 'bij ons als in het 'buil
land het landarbeidersvraagstuk, dw.z. hoe In
land een krachtige, aan den bodem gehechte en
biele landarbeidersbevolking ware to verkrlj
herhaaldelijk ter sprake gekomen uit hoofde
het groot algemeen belang, dat daarbij is betrok)
Het kon ook voor onze Regeering niet onverst
lig zijn, hoe de toestand is van een zóó bntede
der bevolgin, die een zóó belangrijken invloed b
op de voortbrenging van den nationalen bodem,
daarenboven hangt het bestaan van een kracht!
landbouwersstand ten nauwste samen met de
wazigheid van eene welvarende landa-rbeiderrjiJi
king. Zoo is het belang van deze ook dot van
boerenstand en van den geheelen landbouw.
Dat de toestand der landarbeiders bij ons vee!
wenschen overlaat, blijkt wel uit het rapport
Staatscommissie van den landbouw, wier enqi
zich heeft uitgestrekt over omstreeks 400.000 1»
arbeiders.
Aan den arbeid van deze Staatscommissie da
haar ontstaan de Landarbeiders wet van 20
1918. Deze wet beoogt het verkrijgen door landar
ders van land met woning in eigendom of van
land-in pacht.
Het is te betreuren, dat er den laatsten tijd
weinig aandacht aan deze belangrijke wet
geschonken.
I De uitvoering laat veel te wenschen over, waar
de schuld niet uitsluitend ligt bij de overheid',
1 ook lij. de landarbeiders zelf.
1 De moeilijkheden, die de- uitvoering der wet
lemmeren, zijn meestal van financieelen aard. I
kunnen echter overwonnen worden. Dat bewijst
het feit, dat in verschillende gemeenten, zooali
Heiloo b.v., *de in aanmerking komende landai
ders aan een „plaatsje" of aari „los land'" wol
geholpen. Waarom zou aldaar hulp wol mogi
zijn, en niet in naburige gemeenten vain onge
gelijke grootte en samenstelling? In vele gemeei
treft men plaatsjes" aan, die volgens de bepaliil
der wet in eigendom kunnen worden verkre
doch de noodige medewerking, ter bereiking
het doel, dat de wet beoogt, ontbreekt veelal. In
eerste plaats behooren de gemeentebesturen en
rechtspersoonlijkheid hebbende vereenigingen
stichtingen, ingesteld tot het verkrijgen van om
rend goed voor landarbeiders, die medewerk! nt
'veerleenen. Doch het initiatief kan ook uitgaac
de arbeiders zelf. Het doel van den wetgever is,
arbeider in de gelegenheid te stellen zich op bili
wijze een vast gebrudkrecht van den grond te
schaffen of, ten aanzien van de talrijke arbeid
die alleen een huis hebben, de gelegenheid xe
ven om land op gunstige voorwaarden te pact
i Daardoor krijgen zij de kans hunne economii
positie te verbeteren. Wordt de arbeider kapil
krachtiger, dan wordt hem de gelegenheid gebo
door uitbreiding van zijn bedrijf, vérder te ko
en zich geleidelijk op te werken. Hij zal zijn ar
in loondienst zien afnemen en allengs zal hij n
arbeidskracht aan eigen bedrijf kunnen bestedel
Uit een en ander blijkt dus wel, dat alleen e
gieke werkers profijt van de wet kunnen hebbel
Het voordeel voor de arbeiders is, dat zij
land goedkoop kunnen krijgen; de pachtprijs
nimmer meer dan f 50.bedragen. Bovendien
het voordeel, dat de arbeiders geen gevaar loo
j den akker, dien ze eenmaal met veel zorg go«
1 orde hebben gebracht, een volgend jaar weer
moeten missen. J
I Onder landarbeiders worden verstaan zij, die
landarbeid in loondienst ook taakwerk
hoofdberoep maken. Landarbeid is alle werk
land-, tuin-, hoschbouw en veenderij. Zoons
kleine boeren vallen er alleen onder, als ze
i landarbeid in loondienst hun hoofdberoep ms)
Er zijp van regeeringswege reeds stemmen ol
gaan, in een wetsherziening ook anderen op te
men.
1 Wij hebben reeds gezegd, dat het initiatief ook
de arbeiders zelf kan uitgaan. Als de overheid
zit. ligt het op den weg van den landarbeider
zijn belangen voor te staan. Iedere landarbeid
die aan de eischen voldoet, kan immers, indien
een plaatsje kan aanwijzen, dat hijf in eira]
begeert, om het door hom benoodigde bedrag te
krijgen* een schriftelijke aanvraag tot het best'
van de vereeniging of de stichting, of, waar i
ontbreken, tot burgemeester en wethouders ricll
Wenscht hlji los land in pacht te verkrijgen, dan
hij eveneens een scbrifelijke aanvraag doen.
I Hot verkrijgen van «en plaatsje in eigendom. I
land met de woning zoodanig vereenlgd. dat dJ