Alldtti Kluis-
Mratinit- a Laiilonwblafl.
Actie onder de Wieringer visschers.
HET KASTEEL
VAN GRANIET
Woensdag 8 Februari 1928.
71site Jaargang No. 8200.
Uitgevers: N.V. vli. TRAPMAN &Co., Schagen.
Eerste Blad.
anneer komt nu de schadevergoeding
ingevolge de Zuiderzeewet?
Feuilleton.
Staatsloteri'
ua],
itrai
SCHAGËR
COURANT.
|t blad verschijnt viermaal per week: Dinsdag, Woensdag, Donder
en Zaterdag. Bij inzending tot 's morgens 8 uur, worden Adver-
ntiën nog zooveel mogelijk in het eerstuitkomend nummer geplaatst.
POSTREKENING No. 23330. INT. TELEF. No. 20.
Prijs per 3 maanden 1.65. Losse nummers 6 cent. ADVERTEN-
TlëN van 1 tot 5 regels 11.10, iedere regel meer 20 cent (bewijsno.
inbegrepen). Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend
DU NUMMER BESTAAT UIT TWEE BLADEN.
TKïïi
echtj
dati
--'w^GEEN BEDELAAR MAAR EEN EERLIJKE STOERE
VISSCHER DIE ZIJN RECHT VRAAGT.
:inii
reci
gedi
ig
redltf
iVergadiering van de Vasschersvereenigiing D.Ei.T.V.
Wiöringen in Hofceil de Haan, ter bespreking van
j te voeren actie voor het verkrijgen van schade-
UB1 vergoeding ingevolge de Zuiderzeeoteunwet, op Za
terdagavond j.1. Aanwezig pl.m, 90 ledien.
Do Voorzitter, de heer J. Tijisen, opent de verga
dering met een woord van welkom, in het 'bijzonder
ot de sprekers van dezen avond, de (heeren iStaal-
oan en Helmicb, en) wijst erop, dat deze vergade-
ing is uitgeschreven op verzoek van het Centraal
/>mité. .Hij; hoopt, dat de visschers hunnte belangen
lezen avond zooveel mogelijik naar voren zullen bren
_wi want hij! gelooft, dat hier het meest wordt gele
den van alle visisdhersplaat&en.
Hierna komt aan bet woord de heer Helmich,
penningmeester van het Centraal 'Comité, die' volgens
n zeggen geen spreker is, maar een vissc'her. Hij:
elt dan de vraag: Wat heeft de Generale Commis-
gedaan? Dit is een sober beetje. Nog onlangs
op pjieeft hiji een ond'erhouidl gehad met Mr. Ritter. Onze
zegt Sipr., was gevestigd op 16 Dtecember, den
fttum van inwerkingtreding der wet, doch het
weer niets. Je krijgt een lijst in te vullen met
Dveel vragen, dat een vsscher ze niet kan beant-
?esf« woorden. Je 'heelie familie komt er biji tei pas en je
r dt bezittingen ook nog. Spr. igtelt de vraag,: Welke actie
>tas! moet worden begonnen. Het beste is, in alle Zulder-
ïkett^ zeevisschersplaatsen vergaderingen te beleggen en
daarna een groote vergadering in Dén Haag. Indien
mogelijk, daar zelfs d'emonstreeren. Voor deze actie
fs echter geld noodig, waarom bijl wil vooratellen
een bijdrage te geven van b.v. voor een schipper van
0.50 en voor een knecht van f 0.25.
Thans komt aan het woord de hoer J. H. Staall-
jman- Ia den trein, op zijn reis naar Wielingen,
de k&o* Staalman een boekje beizichtigdi van de
Zuiderzeewerken, waarin ook enkele luchtfoto's wa
ren opgenomen. Het maakte op spr. een geweldigen
indi'Uk. Toen hij! op Wielingen kwam enl den dijk
2i Mg, vond hij dat een groote verbetering. E!r wordt
jzet,
Rezegd: Er worden miljoenen in het water gegooid,
maar, zegt spr., je hebt er ook wat voor. Het is een
grootsch werk en 't is te begrijpen, dat de ingenieurs
er trots op zijn. Ook kan spr, begrijpen, dat die ka-
:ebn|merleden, biji de behandeling der voorstellen des
tijds, onder ideni indruk kwamen van diei woorden
van D'r. Lely. Ejn werd gevraagd, hoe met moest
met de menschen, die in de Zuiderzee hun brood
verdienen, waarop het antwoord luidde: Dat komt
in orde; aan dit mooie werk mag geen smetje kilfen
En nu? Er zit een groote vuile moddervlek op
e Regeering doet precies of ze van niets weet.
Ze zegt: De j.onge' mienschen Kullen wel' ander werk
zoeken en de ouden zullen sterven. Het plan der
i sckadel'oosstelling is vastgelegd in de Zuiderzee-
eteunwet. In deze wet schuilt een groote fout. Er
etaat telkens de Minister kan dit en dat. Dat moet
veranderd worden in: zal. Ook op het gebied van
I onderwijs moet de Regeering hielpen. Spr. noemt een
voorbeeld vani iemand, die zijn zoon landbouw
onderwijs wilde doen volgen, Hiji had gedacht, dat
hl) eiö vergoeding zou krijgen, wat biji andera Ver
diende en kostgeld, reisgeld, eruz. Eln wat kon hiji
^n.ipen? Reisgeld om er te komen en een keer per
kjsr naar huis te gaan en verder nog een pdlow-
j^oek, en dat, terwijl honderden ambtenaren rond
lopen en er voordeel van trekken. 'Het sloit van
gepi
inyn
jsdjk
dtö
sic:
itw
n lo
biet Invullen van al die lij&ten !s. d^t 3!©) er niets
beter van wordt. Je krijgt allemaal niets. Daarom,
zegt spr., moeten we een actie voeren en ons niet
langer voor den gek laten houden. Als ze in Den
Haag een briefje ontvangen, dan zeggien ze: Ze zijp.
daar niet tevreden, maar volgende week zijn ze hiet
wel weer vergeten. Met briefjes bereiken we niets,
we moeten desnoods met de hand op tafel slaan. Eln
we moeten een groote vergadering uitschrijven in
Den Haag, waar verteld moet worden, wat wijl eischen
Spr. komt dan tot de vraagt hoe de Wieringer vis
schers zich de schadevergoeding voorstellen. Dit wil
hij graag, weten, opdat aan de Regeering geizegd kan
worden, wat de visschers uit de verschillende plaat
sen willen. Zoo zal bijv. op Wieringen voor de oude
visschers verlangd worden, vergoeding voor schip
en netten, terwijl op' een andere plaats een fabriek
wordt verlangd, waarin betrokkenen goed hun 'brood
kunnen verdienen. Maar spr. hoopt, dat de wen-
schen naar voren zullen komen. Sipr. gaat vervolgens
de lijdensgeschiedenis na van het invullen van de
lijsten, die reeds in handten van verschillende auto
riteiten zijin geweest ien waarmee ten slotte nog weer
een ambtenaar bijl de visschers rondgaat. Het komt
erop neer, dat je met een kluitje in het riet wordt
gestuurd. Dan ia er nog de credietvereenigdng voor
Zluiderzeevisachera Maar spr. meent, dat de vla-
scbers geen crediet noodig hebben, maar vergoe
ding wegens geleden schade. Wamt men ontneemt
hem zijn vaarwater, waarvoor landi in de plaats
komt, hetwelk zijn voordeelen zal afwerpen voor
's Rijks kas.
Wat het recht tot schadevergoeding! der vissichers
betreft, wijst spr. erop., dat er eenig verschil is tua-
schen hen en b.v. de slachtoffers' van de innundatie
te Naarden. Ook daar is een schade-actie gevoerd en
met een gunstig resultaat. Maar hun spullen waren
vernield en daarvan is hier geen sprake. Echter is
er een zedelijk recht tot schadevergoeding voor de
visschers en dat moet zooveel mo .elijk naar voren
worden gebracht. Dte actie kan op velschillende ma
nieren worden gevoerd, maar, zegt spr., jullie moe
ten bij den Minister niet onbeschoft worden, want
daar schiet je niets mee op en je wordt buiten de
deur gezet. 'Sipr. moet ook nog> een verwijt tot de
vergadering richten. Dit is n.1. de eerate vergadering
die hier wordt gehouden en als jullie flinke kerels
waren dan had het al de 25e moeten zijn, Waar uit
geschreeuwd had moeten worden, dat het geen
smetje is, dat aan de wet 'kleeft, maar een groote
moddervlek.
Toch kan spr. zich die laksheid wel indenken,
want ook in de arbeiderswereld is het zoo. Als
Christen is het voor hem een heele toer geweest,
om niet revolutionnair te worden, als hij' zag, dat op
passende werklui, die door hun hazen werdten ge
prezen, hot kind van de rekening werden. Maar toen
er eenmaal gevochten werd, had: hij er spijt varu
niet eerder te zijn begonnen. Spr. noemt voorbeelden
uit de arbeiderswereld en wijst ook op het slechte
bestaan van de onderwijzers vroeger. Men meende,
dat zijl zwart zagen van het Heeren, maar het was van
den honger. Laatstgenoemden zijn goed vooruit ge
gaan. Dat misgunt hiji hen niet, want een onderwijlzer
heeft een mooie taak en wie zijn plicht doet, ver
richt gezegend werk voor de Mlaatsichappij. Maar zijl
hiebben gezegd: Al moeten wijl er wekelijks f 2.voor
offeren, wh zullen het winnen. Doen ook de visschers
dat, dan zullen ook zijl kunnen zeggen: Wijl hebben
moeten strijden, maar wei hebben het gewonnen.
E'r is een tijd) geweest, gaat spr. voort, dat men
geloofde, idat van de droogmaking niet veel zou ko
men. Zulken zijn er nu zelfs nog. Maar die tijd zal
er eerder zijn dan wordt vermoed. Als je wat wilt
bereiken, dan zal je spoed moeten maken en eens-
DOOR ETHEL M. DELL
Beweikt door Jhr. R. H. G. NAHUYS.
dwaalden recht daarheen. Er scheen een
gnetisme in het spel te zijn, die haar blikken naar
Vftrrrf11) rlcktte. En toen slaakte zij een uitroep van
f» dit™ ,ng' en viel naast de geldkist bijna op den zan-
m Vi°er' De 8leutel stak het slot!
alles een droom!? Werd de sleutel nooit ver
ton v, zich slechts verbeeld, dat Burke hem aan
«w hoede toevertrouwde? Zij sloot eenlgen tijd de
wirn waI" ket duizelde haar in de hersens. De vree-
Uke, onverdraaglijke hitte scheen te zijn veranderd
11rvd' *n 6Gn martelwerktulg, dat voor haar oogen
,.,i a het rond gedraaid werd en haar bij iedere wen-
pa ks ,d InGenkrimpen. De pijn was onduldbaar; iede-
2iw,i6W n*® die ma&kte was haar een foltering. Zij
1 WA-vvuf66^' het hoofd bijna op de ijzeren geldkist, en
0# k}v 8^om gelaten haar bevrijding af.
gW 2i, ,U8 verliep een geruimen tijd, en later verbeeldde
efll* j). .v? dat zij geslapen moest hebben, want zoo lang
de pijn duurde, had zij zich niet durven be-
IrU® en was zic^ van haar omgeving nauwelijks
iel)4,1 2in^U P?ch 8lndelijk verminderden de pijnen; zij vond
oflfi I t rechtop zittende, de oogen wijd opengesperd en
'gjfj! tii i e haar gedachten te verzamelen,
irïi Inf I weken haar eenigen tijd, en zij durfde geen
jii uit Pogingen in het werk te stellen, ze te dwingen
•vflii rndVrees dle onduldbare pijnen met hen zouden te-
nlid -00011 langzaam aan uiterat langzaam
lat ^aar denkvermogen. Zij bemerkte dat zij
■vri fpi i k^k6n naar dien sleutel die haar zooveel zorg be-
uï hadi tot zy eindelijk, door iets wat haar als
nieuwe gewaarwording voorkwam, gedrovon, den
sleutel tusschen haar bevende vingers nam en hem in
het slot omdraaide.
Hij draaide zoo gemakkelijk, dat zij zich verbaasde,
want zij herinnerde zich haar hersens begonnen ieder
oogenblik merkwaardig sneller en helderder te werken
zij herinnerde zich dat Burke nog slechts een paar
dagen geleden de opmerking gemaakt had, dat het slot
gesmeerd moest worden. Zij sloeg het deksel van de kist
op, en wierp met bange voorgevoelens een blik binnen
in.
Op den bodem van de kist lag een bundel papieren in
elastieken band, en naast deze, achteloos neergeworpen
een enveloppe! Geld was er in het geheel niet in.
Zij nam de enveloppe er uit, koortsachtig zoekende.
Zij bevatte een sigaret een van haar eigen die
half opgerookt was. Een paar seconden stond zij in de
grootste verbazing naar deze te kijken, toen sneed de
herinnering aan dien avond reeds zoo lang geleden
haar als een mes door de ziel dien avond waarop
hij de sigaret van tusschen haar lippen genomen had;
toen hij op het punt van te spreken geweest was, toen
zij in afwachting van zijn woorden gestaan had toen
Guy hen had gestoord, z
Verscheidene seconden later legde zij de enveloppe
weer in de kist en rees o^. Thans stond haar overtui
ging onwrikbaar vast; thans wist zij wiens hand het
slot gesmeerd had; thans stond haar de naakte waarheid
voor de oogen, wie de kist geopend en in dien toestand
achtergelaten had.
Zij beefde niet langer, doch voelde zich sterk zoo
sterk als een rots. Zij moest Guy opzoeken. Waar hij
zich ook bevond, zij moest hem vinden. Dat geld
de heilige schat, die haar was toevertrouwd, moest
teruggegeven worden voor zij weer tegenover Burke
zou komen te staan. Guy had een krankzinnige daad
bedreven. Voor zijn krankzinnigheid moest zij hem be
hoeden... Dezen strijd om de ziel van Guy zij had hem
zien aankomen. Zij beschouwde dezen als een gevecht
van man tegen man met Kieff. Doch zij zou winnen. Zij
was verplicht te winnen Dat zeide zij tot zlchzelve Geen
macht des kwaads kon ten allerlaatste de zege behalen,
en zij wist dat in het diepst van zijn ziel Guy de waar
heid daarvan moest erkennen. Hoe ongerijmd en licht
zinnig zijn woorden ook mochten klinken, in den grond
gezind moeten optreden, andera ia het te laat. Aan
deze wet heb je niets. De regeering heeft gemerkt,
da-t jn'liie slapen en nu krijg je in den vorm van
deze wet nog een slaapmiddel toe. Is het geen
schande, dat hier met miljoenen wordt gesmeten ien
voor de visschers geen cent wordt uitgegeven. Spr.
hoopt, dat hiji hier vanavond zal hooren: Zoo willea
we het hebben. Eir moet geëóscht wonden, dat een
behoorlijke uitkeering en pensioen wordt gegeven.
Dan kunnen de commissies en ambtenaren wel op
doeken. Het gebrek is, dat gemeend wordt, dat je om
oen fooi komt vragen. 'Maar je bent geen biedellaar,
miaar een eeril'ijke stoere visscher, die izijn recht
vraagt. 'Spr. noemt nog een voorbeeld van een 'bur
gemeester van een der Zuidenzeegemeenten, die
meende, als schadevergoeding een vergunning tot
het maken van muziek te kunnen geven, en eindigt
met den wienachi, dat de visschers hun wenschen
naar voren zullen brengen.
Nla herhaald' verzoek van den voorzitter aan het
verlangen van den spr. te voldoen, zegt de heer Jac.
Kaptein, dat hiji vroeger zijn schip zou hebben kun
nen verkoopen maar nu raakt hiji het niet kwijt.
En hiji is op een 'leeftijd, dat hij: er geen geld meer
mee kan verdienen. Met werk in land'- en tuinbouw
is hiji ook niet gebaat, waarom hij, voor zich per
soonlijk, steun in den vorm van een geldelijke uit
keering wenscht.
De heer M. Kooiji vindt, dat er spoed moet worden
gemaakt. Aan de wet is 9 jaar gewerkt en toen
kwam er nog niets voor don dag. Het beste is, ge
zamenlijk naar Den Haag.
Die heer L, de Jong: En dan met de vuist op tafel1.
De heer M. Kooiji: Wie mogen niet revolutionnair
worden li
De heer Staalman: Wat de héér Kaptein gezegd
heeft, is voldoende om er een conclusie uit te trek
ken. Hiji weet, wat bijl wil. Laten ook de anderen
meit hun wenschen voor den dag komen. Wat wil
ieder voor zich zelf, of b.v. voor zijn kinderen?
Do heer Tj'. Wigbout wil een actie voeren voor
schadevergoeding van schuit en netten.
De heer N. Rotgans: En wat' moeten wil dan, die
geen schuit en netten hebben. Wiji moeten er geld
bij hebben.
De heer Alb. Duijhker: Of een ander bedrijf, waar
in we ons brood kunnen verdienen-
De heer <L. de Jong spreekt van een persoonlijke
bevoordeeling van hen, dl© bijl de Zuiderzeewerken
hun brood verdienen, terwijl]) 'het den visschers wordt
ontnomen.
De heer Bakker zegt, dat velen met een mate
riaal van een waarde van een f 400 hun brood ver
dienen; wat hebben zijl aan een uitkeering van de
waarde daarvan.
De heer Jm. Lont wil voor hen, die in de kracht
vani hun leven zijn,, schadevergoeding voor schip
en netten, dan zijn die verder wel in staat hun brood
te verdienen. Voor de ouderen wenscht hij' daarbij
een pensioen-
De heer L. Wigbout meent, dat uit de besprekin
gen blijkt, dat in de eerste plaats gewenscht wordt,
vergoeding' voor schip met toebebooren. Het ia bil
lijk', dat hetgeen waardeloos wordt gemaakt, wordt
vergoed'. Hiji zegt. dat hier reeds een dertig schuiten
stilliggen. De WIR' 108 al ruim 2 jaap. Laten de
ouderen nu hun meening ook eens izeggen.
De heer J. Tijsen (voorz.) wil eeni geldelijke Ver
goeding in eens van b.v. f 400 voor visschers bene
den 20 jaar, f 600 van 20—30' jaar, f 800 van 30—40
jaar en van f 1000 boven de 40 jaar.
De heer S. de Haan roept: f 20 pensioen, voor die
boven de 50 Jaar zijn.
De heer D. Oden meent ,dat ook in aanmerking
kan komen credietverleening voor het beginnen van
een bedrijf, b.v. eendenhouderiji, tegen geen of ma
tige rente.
Die reer S'. P. de Vries Is het met den heer Oidlen
eens. Credietverleening voor schepen heeft niet veel
waarde, want de zee komt droog te liggen. Schip
en want wordten waardloos. Jonge visschers hebben
echter aan een toelage niets, maar zijl hebben hun
'handen om don kost te verdienen, en daartoe worden
zij in staat gesteld op de manier, zooals de heer
verwachtte hij niet dat zij zou weifelen. Hij mocht zelf
de slaaf zijn van het kwade, doch hij wist, dat zij zijn
slavernij nooit zou deelen. Hij wist het en ondanks zich
zelf, had hij haar altijd geëerd. En dit was het wapen
waarvan zij gebruik dacht te maken om hem te be
vrijden; dit en de oudere teedere vriendschap tusschen
hen, die hechter was dan éérste liefde. Zij geloofde,
dat haar invloed op hem grooter was dan die van Kieff.
Anders had zij haar krachten niet met die van den vij
and durven meten. Anders zou zij gewacht hebben om
de hulp in te roepen van Kelly, die altijd voor iedereen
gereed stond.
De gedachte aan Burke zette zij vastberaden van zich
af. Indien zü er Iets aan kon doen, zou Burke nooit
vernemen hoe diep Guy gezonken was. Indien zij Guy
slechts daarvan redden kon, zou ztj hem kunnen red
den van alles, dacht zij. Wanneer de oogen hem eenmaal
zouden zijn geopend, wanneer zij het overwicht van Kieff
«enmaal zou hebben vernietigd, zou de slag gewonnen
zijn. Doch zij moest terstond handelen en met vastgbera.-
denheid. Er was geen oogenblik te verliezen. Indien Guy
thans niet kon worden gestuit, in het allereerste begin
zou er voor hem geen redding van den afgrond meer
bestaan, En alleen. Er bleef haar geen keuze over.
Slechts wanneer zij alleen was, mocht zij zich vleien met
Je hoop hem te kunnen beïnvloeden.
Zij bukte en deed de geldkist weer op slot, den sleu
tel daarna afnemende. Nu zij met het ergste bekend
was, vertoonde zij geen spoor van zwakheid. Met vasten
tred en onbevreesd, als van ouds, verliet zij het vertrek.
De strijd lag vóór haar, doch twijfel kende zij niet,
Zij zou winnen zij moest winnen terwllle van de
oude liefde en door de kracht van de nieuw ontwaakte.
HOOFDSTUK X.
DE BRENGER VAN SLECHT NIEUWS
Het was reeds laat in den middag, toen Kelly op
Bleu Hlll Farm terugkeerde. Gedurende het grootste
gedeelte van den dag had hij met Burke over de lande
rijen van Merston gereden en hij was tamelijk ver
moeid. Hij verheugde zich op een gezelligen avond met
zijn gastvrouw, en hij hoopte dat de jonge Guy niet al
Oden dat wil. Vïeachera als Ni Rot^ana verdienen
hun brood (met peuren. Ook die ia met schadeloos
stelling van bet weinige materiaal niet gebaat» Voor
hen moet een andere regeling gelden.
De 'heer Keuris van Anna Paulowna zegt, dat het
geen de heer De Vries gezegd 'heeft, ook vrijwel zijn
voorstel is. Hiji zon er echter nog iets aan toe willen
voegen en wel dat b.v. beneden een bepaald inko
men geen rente van het te verstrekken crediet be
hoeft te worden betaald. Eien zeker onbelastbaar
bedrag van b.v. f 1200, dat nooidig, geacht kan worden
voor bet levensonderhoud van den vdsscher. Is bet
inkomen boven dat bedrag, dan is er geen bezwaar
tegen een matige rente te betalen.
De heer Van1 Kalsbeek ia een beetje bang. voor die
matige rente. Bij, reeft destijda ook geprobeerd voor
een intrest van 2)4 of 3 pet. ge'ld van de Regeering
te krijgen, maar het ging niet.
De heer Keuris zegt, dat die rente door die vis
schers zelf bepaald imoet worden. Eb dn ieder geval
moet dat voorstel' van geen rente beneden een be
paald inkomen onaangetast blijven.
De heer M. Kooij vertelt nog van zijn ondervin
dingen, opgedaan bij bezoeken bij Minister Van
Swaaij.
D'e heeren D. Takes en Si Zomerdijk hebben ver
goeding gevraagd voor het geven Van onderwijle
aan hun kinderen, maar dat is ook! al niets.
De heer Staalman zegt ten slotte, dat hiji bliji i«
de verschillende grieven' hder te hebben vernomen.
De meeste komien overeen met die, welke ook in
andere gemeenten worden naar voren gebracht. Er
moet volgens spr» een andere wet komen. Het stand
punt, als zijn de visschers bedelaars, moet verdwiji-
nen. Zij' komen op voor hun broodwinning, die 'hun
wordt ontnomen. Eb daarvoor moeten ziji een ander
bestaan met een behoorlijk inkomen, izooals het des
tijds was als visscher. Er moet niet gezegd worden:
Met hoe weinig kan ik van zoo iemand afkomen,
maar: Wat is billijk. Er moet een andere wet komen
volgens welke hulp kan worden verleend voor leder,
zooalis het hem het best past. Spr. gelooft niet, dat
dit direct bereikt zal zijn. (EEiji heeft zooeven een
verwijt gemaakt en hij doet er nog een. E'r is geld
noodig. Dlaarvoor hebben de onderwijzers ook ge
zorgd. Gebeurt dit hier niet, dan komt er niets van.
In Huizen is ook direct geld! bijeen.' gebracht. De
menschen langs de Zuiderzee moeten wakker wor
den geschud en naar Dten Haag'. Dan alleen is suio-
ces te verwachten.
Hierna wordt besloten een buitengewone contri
butie te heffen van f 2.50 per lid. Ook zal worden
deelgenomen aan een te 'houden vergadering in
Den Haag. 55 Leden geven zich hiervoor reedg op.
Die vergadering wordt door den voorzitter hierna
gesloten.
Trekking van Maandag 0 Februari.
6e Klasse 13e Lijst.
Nofl. 3891 10305 10811 16473 elk f 1000.
No. 17763 f 400.
Nos. 10494 13927 10138 elk f 200.
Nos. 4820 7376 9309 12037 12379 16005 17869 elk f 100.
Pijzen van f
70.
165
277
368
587
648
721
1025
1040
1146
1268
1270
1361
1409
1425
1447
1818
1831
2011
2061
2116
2144
2334
2446
2549
2553
2649
2710
2776
3087
3120
3175
3215
8264
3423
3477
3513
3577
3637
3649
3689
8774
3832
3864
3925
4033
4108
4169
4278
4843
4476
4528
4567
4580
4647
4655
4671
4678
4965
5069
5088
5204
5302
5342
5350
6393
5490
5615
5632
5762
5814
5832
5839
6855
5904
5929
6078
6201
6293
0298
6417
6446
6538
6556
6579
6602
6617
6674
6780
6788
6792
6863
6876
6997
7135
7290
7454
7471
7675
7781
7828
7851
7901
7951
7990
8187
8581
8721
8857
8878
8937
9056
9242
9263
9300
9462
9573
9691
9697
9717
10048
10280 10300 10305 10312 10380 10467 10472 10475
10531 10617 10738 10801 10910 10950 11063 11137
11263 11294 11369 11380 11407 11516 11559 11602
11666 11680 11686 11880 11955 12216 12236 12252
te druk op zijn praatstoel zou zitten, want het eenige
wat hij verlangde, was kalme rust.
De eerste koelte van den avond streek reeds over het
„veldt", toen hij in kalmen draf langs den weg voorbij
het kopje reed. Zoodra hij in het gezicht van de farm
gekomen wab, bekroop hem een gevoel van welbeha-
gen.
„Wel, wel, het ls toch een echt gezellig tehuis!" zeide
hij met een zucht. „Gelukkige vent die Burke!"
Hij ontdekte niemand, zoodat hij zijn paard op stal
zette en het afwreef en voederde alvorens zelf naar bin
nen te gaan. Hij trad het huls aan de achterzijde bin-
nen.
In de huiskamer brandde licht en daar heen richtte
hij zijn schreden, In de verbeelding het huiselijk schouw
spel te zullen aantreffen van Sylvia, bezig met het
breien van kousen voor haar man. of met den een of
anderen huisvrouwelijken arbeid.
Bij het binnentreden verkondigde hij zijn aanwezig
heid met de gebruikelijke luidruchtigheid.
„Ziezoo, daar ben ik weer, mevrouw Ranger! En Ik
breng goed nieuws voor u ook. Per slot van rekening
is het met Merston nog al goed afgeloopen, en uw man
hoopt morgen tegen den middag terug te zijn."
Hij bleef eensklaps steken. De kamer was niet ledig,
doch de gedaante die snel en elastisch oprees om het te
verwelkomen, was niet de gedaante die hij verwacht
had.
„Goeden avond, Kelly!" zeide Saul Kieff.
„Wel alle duivels!" riep Kelly uit.
Kieff lachte op een koude, afgetrokken manier. „Ik
kwam hier om mevrouw Ranger een bezoek te bren
gen, doch ik bemerkte dat zij afwezig ls."
„En waarom bracht je haar dat bezoek?" vroeg Kelly.
Hij mocht Kieff niet lijden, hoewel hij te vriendelijk
van aard was om jegens wie ook een uitgesproken an
tipathie te koesteren. Doch geen gebrek aan lust tot
intimiteit kon ooit zijn nieuwsgierigheid bemantelen, en
hij liet zich nooit een nieuwtje ontsnappen uit gebrek
aan navraag.
Wordt vervolgd.