VAN DIT EN VAN DAT 9 EN VAN ALLES WAT Geestes-Sport en Hersen-Gymnastiek ÉVENTJES DENKEN. VOOR ONZE DAMMERS. ll M m VOOR ONZE SCHAKERS. OCEAAN-ACROBATEN. Vraagstuk No. 93. Vraagstuk No. 94. Vraagstuk No. 95. H H B H B §§f u 9 H 1 9 nu H af UB 9 a 9 11 "'M0 9 B 9 s üs Hf j§ 9 11 ei i Vraagstuk No. 96. De toorerkracht der tabak. Dit de oude doos. Vendetta. Bijvoegsel der Schager Courant van Zaterdag 24 Maart 1928. No. 8226 onder leiding van GEO VAN DAM. Een lastige optelling! Plaats de cijfers 12345678 en 9 zóó-onder elkaar, dat zij te samen geteld 100 tot uitkomst geven! Is Eén gelijk aan Twee? a=x dan is j» ax=xs. Als we nu aan beide zijden a" aftrekken, dan is ax—as=x'a* of wel a(x—a)=(x—a) (x-fa) of deelende door (xa) is a=x-fa en x=a, dua is 2a=a. Ergo is 1=?. Wie ziet kans de fout in deze som aan te toonen, er toch noodzakelijk in moet schuilen? OPLOSINGEN DER PUZZLES uit het voorlaatste nummer. No. 85. Lastige vragen. A) Een goed Hollandsch woord van drie letter grepen, dat van^links naar rechts zoowel als om gekeerd gelezen hetzelfde (blijft beteekenen, ia tavavaï. B.) Een woord, dat aan dezelfde condities Tok io et, maar nu vier lettergrepen telt, is bijlvoorbeeld: iegerregel of Nedertreden. C.) Een goed Hollandsch woord, waarin ivier let tere van het alphabet in de normale volgorde voorkomen ia alleen: Versturen. Hierin volgen de letters: R, S, T en U op de gewone wijze van ons A.B.C. op elkaar. No. 86. Een Toover-Vierkant. Hieraan voldoet bijvoorbeeld het onderstaande. Al dus zijn echter nog 'verschillende (variaties te vinden. 32 12 16 60 4 20 36 60 24 28 V 8 60 60 60 60 60 van R. P. A. Klooa, Ben Raag. Zwart: 8. 1 6 16 21 26 81 mm rm 'M Wit: 8. diagramstand ln cijfers behoort te lulden: TO 8 schijven op 8 13 14 19 23 25 28 en 83. Wit 8 "kijven op 26 80 31 34 37 42 48 en 49. Wit «peelt en •Int! OPLOSSING PROBLEEM No. 87. van H. J. A. van Gelder, Rotterdam. 100 diagramstandi hl cijfers was: Zvyart 6 achij- op 3 8 16 00 25 en 37. Wit 7 schijven op 19 24 en 39-41. Wit speelt 32—281, iwart 37X48; H31I, zw. moet nu den „meerslsg-regel" ln toe- Mig brengen tot rijn eigen verderf, wsnt M| er nu vier staan, n.I. ivan 48 naar 33, wit 18X1, 33X84 «n 8X36 wlntll van Joihn Browel Zwart: 5. d e Wit: 4. De diagramstand moet luiden: Wit Ka6, 'De8, Pe2 en Le4. Zwart Kc4, Pb®, Lb4 en tWee pionnen op c5 en g4. Wit ©peelt en forceert mat in drie zetten. OPLOSSING PROBLEEM No. 88. van J. Pospisil. De diagramstand was: Wit Kh7, Da3 Te4 Pc5 Pe8 en drie pionnen op f2, g2 en g4. Zwart Kd5, Dh4, La2, Lf6, Pf4 en vijf pionnen op bö, c6, d7, e7 en h6. Wit speelt als sleutelzet Pc5a41! Op Le5 volgt dan Pc7 enz. Op b4, Plb6 enz. Op Ld4, Dc5. Op Dg3, Dd6. Op Df2, Pf6. Op cö, Pc3. Op Lb®, f3. Op Ke4, de3. Op Pg2, Dd3. Een groot aantal economisch reine m afstellingen, zooals we dat in een rechtgeaard Boheemschi kunstgewrocht mogen verwachten, naast een rijke varianten vorming in de ontleding. Reden waarom dit vraagstuk een laten prijs verwierf in „Casky Spolak Sachavni", 1 Ik heb juist zoo'n gevoel, alsof ik iets vergeten heb. Maar wat! O, dat zullen we morgen wel in de kranten lezen 1 Een Amerikaansch ontdekkingsreiziger verhaalt een merkwaardige geschiedenis uit het zwarte we relddeel. Er was eens een man, wiens naam luidde Loesa- na Loemoembala, die wegtrok van zijn geboortedorp en vele jaren in verre landen rondzwierf, zoodat niemand meer precies wist, hoe langen tijd bijl al weg was geweest waren het vijf jaren of waren het er tien? Niemand kon het zich herinneren. Toen keerde hij op een goeden dag terug en begon van zijn reizen te vertellen. Midden ondier het spreken, terwijl hij juist over een dorp sprak, dat Toepende heette, haalde hij uit de plooien van zijn kleed een pijp te voorschijn, vulde die met kruiden en stak die aan. Toen riep het volk zeer verbaasd: „Wat is er met Loesana? Hij eet de kruiden en drinkt den rook!" „Er huist een tooverkracht ia dit kruid" zei hiju Maar de toeschouwers wilden van hem we ten hoe het smaakte en of het lekker was. Toen nam hij de pijp uit zijn mond en bood ze hun aan, opdat zij zelf zouden kunnen oordeelen. „Er huist een too verkracht in dit kruid", sprak hij nog eenmaal. Ken je viool spelen, Peter? Ik weet niet Ik heb het nog nooit geprobeerd. „Wanneer gij mét uw broeder in twist geraakt en uw hart vol nijd is, zoodat gij naar het mes grijpt om hem te dooden, doe» dan dit kruid in uw pijp en drink den rook. Dan zult ge zeggen: „Waarom zou ik mijn broeder dooden, die uit denzelfder schoot geboren is als ik? Ik zal 'hem alleen slaan". Drink dan nog eens den rook en nu zult ge zeg gen: Waarom> zou ik mijn broeder slaan? Ik wil mij er mede tevreden stellen met hem te kijven". En drink nu nog eenmaal den rook en uw hart rustig en zacht worden. En ge zult tot uwen broe der zeggen: „Kom, waarde broeder, ik wil een kip slachten en palmwijn koopen; kom, ge moet met mij eten en drinken. Het ls werkelijk een toover- kruid". Zoo sprak Loesana Loemoembala. Deze aai dige geschiedenis van de kalmeerende werking var de tabak wordt door de sage-vertellers verbreid die bij de Bakoeba, een volksstam in Midden-Afri- ka, ln hodg aanzien staan. Zij verklaart het ont staan van de gewoonte om de vredespijp te rooker Hincüffe is dus weggevlogen, En klaarblijk'lijk paar de maan, Z'n bedoeling was vermoed'lijk Naar Amerika te gaan! Hij nam voor dit lucht-karweitje Nogal wat benzine mee, Plus een onverschrokken dame, Die niet bang was voor de zee! Och, -het plan was niet onaardig, Maar je bent er niet zoo gauw, Vliegen is nog altijd vliegen, En een vrouw is maar een vrouwl Maar je kunt het toch gaan wagen, Want je slaat weer een record, En nietwaar desnoods je leven Heb je over voor de sportl Valt je plannetje in 't water, Dan valt je machine mee, En je duikt voor altijd onder In d' onmetelijke zeel Wat geruchten, telegrammen, Tot je weer vergeten bent, En men zonder 't te noteeren Al je namen niet meer kentl Hinchliffe heeft 't seizoen geopend, En er volgen nog wel meer, Niet tot nut der samenleving, Maar tot eigen dollar-eer; Om wanhopig uit te blinken Met een prima bank-tegoed, Én de wereld te misleiden Met vervalsohte heldenmoed! Al die dwaze acrobaten Moest men niet meer laten gaan, 't Vliegtuig is nog niet berekend Op zoo'n tocht langs d' oceaan; 't Is niet om 't verkeer te dienen, Dat is allemaal onwaar,... 'k (Houd het nog, in al z'n eenvoud, Op den ouden Schuttevaerll Maart 1928. (Nadruk verboden.) KROES. EEN BRUILOFT IN DEN BEEMSTER. Als het jonge paartje in (het gemeentehuis en in de kerk getrouwd was, trok de heele bruiloftsstoet en die was meestal zeer talrijk naar het huis van den bruidegom, waar de bruiloft gehouden werd. Zoodra al de gasten in de woning waren, ging de groote zilveren kom met brandewijn, suiker en rozij- ten van hand tot hand, en ieder nam om de beurt -en hap met den zilveren lepel, die er in stond. Erg 'les uitgevallen was men niet Eri afkeerig van een "linken hap was men evenmin. Be brandewijnskom ,verd flink aangesproken en het duurde gewoonlijk niet lang, of de vroolijkheid was gewekt en het ge- heele gezelschap begon te zingen. Melodieus zal het gezang wel niet geweest zijn, want ieder zong, wat hem het beste aanstond, en niemand stöorde zich, aan wat zijn buurman of zijn buurvrouw zong. Dan weer drinken, dan weer zingen, zoo ging het een tijdje door, maar als pen zich behoorlijk te goed edaan had aan den brandewijn met rozijnen en als de kelen moe waren van 't schreeuwen, dan werden de gasten aan tafel genoodigd. En de opgediende spij zen lieten zij zich goed smaken. Wij zouden dat schransen wat al te onbehoorlijk gevonden hebben waarschijnlijk, maar niet alzoo de Beemsterbocren van ruim een eeuw geleden. Men moest laten mer ken, dat men honger had en dat het goed smaakte. Wanneer men zat te kieskauwen, beteekende dat de tafel oneer aandoen. En dat wilde natuurlijk nie mand, dat behoorde niet zoo, dat sou onbeleefd zijn. Na den maaltijd ging men thee drinken, maar het heeschenken ging erg haastig in zijn werk, want de gasten verlangden naar zang en dans. Het was, als of er te weinig tijd voor overblijven zou, als men op zijn gemak een kopje thee gebruikte. Aan den dans, die daarop volgde, kon niemand zic'h net goed fatsoen onttrekken. Oud en Jong deed er tan mee. En er werd natuurlijk bij gezongen enu- gedronken. Brandewijn was weer de drank, die nu rondgediend werd in roode aarden potten. De gasten bleven onvermoeid, zoowel in het drin ken als in het dansen en zingen. Maar plotseling merkten zij, dat de bruid en de bruidegom verdwenen .varen. Dat hoorde er zoo bij. Op elke bruiloft was het hetzelfde spelletje: bruid en bruidegom verwijde ren zich' in alile stilte, om zich ergens biji de buren te verstoppen. Zonder het bruidspaar ging het niet, en dus moest men op zoek om het terug te vinden. Allen deden laaraan mee, moesten er aan meedoen: wat deden zij .nders op een bruiloft? Het geheele gezelschap ging dus op stap. Men maak- e er een soort optocht van. Voorop liepen eenige jonge boeren met een grooten takkenbos, waarin een lantal 'brandende kaarsjes bevestigd waren. Dat was le voorhoede. Dan volgde het zoogenaamde muziek- orps. een aantal jongens, de een -met een koehoorn, en ander met een ledig biervaatje voor zijn lijf, .vaarop hij met een paar Stevige knuppels trommel- Ie, en weer anderen met tangen en aschschoppen, ko peren ketels en stokken, enz. Zij maakten een helsch awaai. Dan volgden de overige gasten, waarvan er 'en geheel alleen achteraan liep. Die- droeg een aar- len pot vol brandewijn met suiker en fijngestampte beschuit. Een groote houten lepel stond er in. De optocht trok van huis tot huis, net zoo lanig, tot men het jonge paar gevonden had. Bij het huis, waar bruid en bruidegom zich verscholen hadden, werd le takkenbos voor de deur neergeworpen. Hand aan hand danste het geheele gezelschap er om heen. En om beurten werden allen met den houten, lepel uit den brandewijnspot bediend. Ondertuss'chen werden de weggekropen jongelui uit het huis gehaald. Zij dansten vroolijk met de anderen mee om den brandenden takkenbos, tot deze ver teerd was. Daarna keerde de optocht terug naar het bruiloftshuis, waar het feest werd voortgezet tot den volgenden morgen. In vroegere eeuwen werd er vooral op het platte land, van een bruiloft veel werk gemaakt. Een brui loft was een feest, dat niet zoo vaak voorkwam, en dat dus goed gevoerd moest worden. Spreekt men nog tegenwoordig niet van een ouderwetsche brui loft, als er bij een huwelijksvoltrekking gefuifd wordt tot diep in den nacht of tot den volgenden morgen? Een ouderwetsche Beemster-bruiloft, zooals we nu willen beschrijven, werd nog wel gehouden tot in het begin van de vorige eeuw. Ashton Wolfe was jarenlang beëedigd translateur bij- verschillende rechtbanken en ook assistent van den bekenden Bertillon. Daardoor was hij in staat tal van belangrijke misdrijven te loeres kennen en thans is bij den uitgever Cassell te Londen eén aan den bekenden Conan Doyle opgedragen boek versche nen, getiteld „Out-laws of modern Days". Onder „Out laws" zijn de lieden te verstaan, die buiten de wet staan, hetzij uit vrijen wil of daartoe door omstandig heden gedwongen. Onder de verschillende misdrijven door Ashton Wolfe beschreven, komen zeer vele voor, waarin de Vendetta een groote rol speelt. Zeer interessant is wat door den schrijver hierover wordt bericht. Daar hebben we voor allen den beken den bandiet Nonce Romanetti op Corsica. Hij was oorspronkelijk een fatsoenlijke slager, tot hij door een veehandelaar werd bedrogen en van vee diefstal werd beschuldigd. Daar Romanetti wist, hoe veel men met valsohe getuigen kon bereiken en de rechters niet zouden aarzelen, hem op grond van de valsche getuigenissen in de gevangenis te gooien, werd hij zijn eigen rechter. Hij doodde zijn vervol ger en werd als moordenaar en als een die nu de bloedwraak van de familie van den veehandelaar had te vreezen,, gedwongen een avontuurlijk leven te lei den. Steeds moest hij op zijn hoede zijn. '«Nachts bleef hij waken en overdag vergenoegde hij zich met eenige uren slaap. Vaak deed hij in drie dagen en drie

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1928 | | pagina 21