Schager Courant Raad van Helder. Tweede Blad. Gemengd Nieuws. Een scherpe rede van Paus Pius XI. Groote overstroomingen in Italië. De overstromingsramp in Californië. De ellende in Zuid-Wales. Een Amerikaanscli duel. Prettige toestanden in Chicago. Juweelendieven slaan hun slag. De roode terreur in China. De vlucht over den Oceaan. De gascorruptie. Binnenlandsch Nieuws. De ontvangsten op de Ned. Spoorwegen. Belastingaanslagen van eigengeërfde boeren. Schietoefeningen op de Westerschelde. Woensdag 28 Maart 1928. 71ste Jaargang. No. 8228. TEIGEN ITALIë'S HUIDIGE FASCISTISCH REGIME!, Het Italiaansche blad. de „0&9ervatore Ramono" publiceert een rede van den paus; waarin deze zonder namen te noemen, doch met vrij: duidelijke toespelingen op de jongste vergadering van het z.g. 'katholieke centrum te Rome. het betreurt, dat deze katholieken, die zich met 'zooveel nadruk „katho lieken" noemen, het niet moedig hebben geoordeeld tot den Heiligen Vader te komen, doch zich integen deel naar het Kapitood; hebben begeven. De paus oefende vervolgens critiek uit op den toon, waarop door de nationaal-katholieken op het Kapitooll de Romeinsche kwestie besproken is, terwijl hij ook eenige andere door hen op het Kapitool gehouden ledevoeringen in zake de verhouding tusschen keik en staat aan critiek onderwierp*. De paus verklaarde vervolgens, dat hij de goede jijden van het huidige régime in Italië herhaaldelijk heeft erkend, en dat aan zijn desbetreffende ver klaringen in alle landen ru-chtbaarheid is gegeven. Men heeft echter getracht aan detze verklaringen door ze uit haar verband te rukken, een andere draagwijdte te geven. De paus zei de voorts: Wij echter weten ook even als d'e bisschoppen, die uit tal van gebieden bij ons (mm toevlucht zoeken, hoeveel betreurenswaardige nisstanden er nog steeds bestaan. Wij weten ook, evenals zoovele christelijke ouders dat weten, hoe het gesteld is niet de christelijke opvoeding der jeugd, welke uitsluitend, ook wat de middelen be treft, tot de 'Competentie der kerk behoort. De' paus sprak zijn leedwezen er over uit. dat er een plan bestaat om de geheele opvoeding der jeugd in handen te stellen van den staat, en wel niet slechts de lichamelijke opvoeding, doch het geheele onderwijs., hetgeen in strijd ia met' de des betreffende verzekering, welke men den paua inder tijd heeft gegeven. Voorts mengt men zich in ge leiding der katholieke vereenigingen en congrega ties. welke onder het rechtstreeksche gezag der bis schoppen staan; deze inmenging baseert men nu eens op losse veronderstellingen, dan weer op voorwend sels De nationaal-katholieken, izoo zeide de paus, hebben op het Kapitool onjuiste conclusies uit ons stilzwijgen betrokken. ZJi.l hebben er zich geen re kenschap van gegeven, dat het soms beter is te zwijgen, niet omdat, men niets te zeggen heeft, doch om een toestand* niet te verergeren. De publicatie der allocutie in Italië ver boden. Uit Triëst wordt aan de „Voss. Ztg." gemeld', dat de publicatie der rede van den paus, waarin hij zich scherp tegen het fascisme keert, door Musaolini in geheel Italië is verboden. VENETÏë IN HOOFDZAAK GETEISTERD. Wolff seint uit Rome: De „Messagero" maakt melding van groote over- itroamingen in heel Venetië. Uit Vincenza wordt bericht, dat een heele reeks gemeenten der provincie door hoog water geteisterd worden, dat vooral in San Petro en San Sebastiano groote schade heeft aangericht. Daar zijn eenige hui- een ingestort. Uit Venetië wordt gemeld, dat in de omgeving van Mestre de kanalen buiten haar oevers getreden zijn en dat o.a. de villa van den minister van financiën, Volpi, tot de eerste verdieping onder water staat. De electrische spoorweg naar'Treviso heeft zijn dienst gestaakt. Ook uit Padua worden overstroomingen gemeld en bericht men, dat eenige stadswijken onder water staan. ER ZOUDEN REEDS 100 SLACHTOFFERS ZIJN. Uit Californië wordt gemeld, dat het water van de Sacramentarivier 30 voet gestegen is. Het in de ri vier gelegen Liberty-eiland dreigt door het water te worden verzwolgen. Reeds zijn 20 menschenlevens te betreuren. De aangerichte schade is enorm. De bewoners van het eiland waren te voren door bet Meteorologisch instituut gewaarschuwd, doch hechtten geen geloof aan dit 'bericht en wilden het eiland niet verlaten. Later wordt gemeld, dat de overstroomingsramp bij Sacramento in Californië volgens de jongste berich ten honderd slachtoffers heeft geëischi De materieele schade 'bedraagt vele millioenen. Vele dorpn en boer derijen staan onder water. Door den voortdurenden regen blijft het water stijgen. BIJZONDERE REGEERINGSMAATREGELEN. In het Engelsche Lagerhuis heeft Ramsay Mac- Donald de kwestie van de ellende in de mdjndistrio kn van Zuid-Wales ter sprake gebracht. Hij zeide, dat de regeering! nu eindelijk wel' een commissie van onderzoek had gestuurd, maar. als vrijlwel alles wat de regeering ondernomen had, veel te laat. De nood was tot het toppunt gestegen. Kinderen liepen ronder kleeren of schoeisel en zouden sterven als de Particuliere liefdadigheid zich niet over hen ont fermde. Eén der streken, waar in 1921 mog 12.000 "oannen werkten, was nu zoo goed als verlaten* in ®ea ander district werkte nog één mijn van de zeven. Neville Chamiberlain antwoordde, dat de toestand °ok zonder overdrijving ernstig genoeg was. De Moeilijkheid was, dat de regeering met een bevol«- Jin» te doen had, die nooit anders dan het mijn- Jödrtilf geleerd had en dus geeni ander vak kiende. w waren echter reeds 24 scholen opgericht, waar inannen in andere vakken werden onderwezen, Waa-ro.pi hun overplaatsing naar districten volgde Waar wel werk te vinden was. Ging, het daar een Paar maanden goed, dan kwamen ook de gezinnen "ca bij den. man en vader voegen. Dit was het eeni- RJ luiste middel om den toestand te verbeteren. Spa*, dat de bevolking van Zuid-Wales alles deed: de kinderen te helpen en als zijzelf niet meer joa, zou het Eogétecbe volk zijn landgenooten xe- JJ niet in den steek laten. Slecht» als dit wel het [J'al mocht zijn, kon de regeerimg in deze aangele- WAiid ingrijpen. Op het ooaenhük vu hij: nefl nog niet geneigd om staatsgelden ter leniging van den nood ter 'beschikking te stellen, om de princi pieels reden, dat alle noodlijdende districten dan bi} den schatkist zouden komen. MET EEN LUGUBER NASPEL. De politie te Boedapest houdt, zich bezig met het lugubere naspel van een zoogenaamd Amerikaansch duel, dat twintig jaar geleden een beursagent en een 1 eeraar met elkaar aangingen. Dengen e,, die het zwarte balletje trok. zou verplicht zijn, na twintig jaar een einde aan zijn leven te maken. Het lot wees daarvoor den beursagent aan. Gedurende vijftien jaar ontving deze op den dag, waarop het duel plaats had gehad, een genummerde aanmaning,, inhoudend, dat zijn leven weer een jaar korter was geworden*, en dat hij nog maar zooveel jaar te leven had. Vijf jaar geleden ontmoetten de twee elkaar. Dit maakte op den leeraar zoo'n indruk, dat hij de vlucht nam, en een paar dagen later maakte hij, een einde aan zijn leven. Met de brieven was het echter niet ge daan, EVen stipt als te voren ontving de beursagent ze geschreven door den overledene. Op den duur waren zijn zenuwen daar niet tegen bestand. Hii sprak een vriend over het geval, blijkbaar om zich lucht te verschaffen. Doch de angst werd hem ten slotte de haas: hij1 maakte een einde aan tzijn leven, door zich voor een trein te werpen. De onderzoekingen heeft de politie nog niet veel verder gebracht: zit vermoedt dat de afzender van de brieven der laatste vlfif jaren een gemeenschappelijk ke kennis van beide duellanten ia, wien de leeraar voor zijln dood met de verzending van de toen reeds vooruit geschreven brieven belastte. DE STAD, WAAR MEN ALLES MET BOMMEN TRACHT TE BEREIKEN. Naar Reuter uit Chicago meldt, zijn daar Maandag avond voor de woningen van politici twee bommen ontploft Er werd niemand bij gekwetst De eerste trof den voorgevel van het huis van senator Deneen, het welk ernstig beschadigd werd. Een kwartier later ont plofte een tweede bom in de portiek van de woning van rechter Swanson. Bij vier vroegere gelegenheden zijn er hommen ontploft bij woningen van ambtena ren, maar de beide jongste ontploffingen vormen de eerste aanvallen op den eigendom van personen, die openlijk gekant zijn tegen bet beheer van mayor Thompson. EEN BUIT TER WAARDE VAN RUIM 80.000 GUL DEN AAN JUWEELEN, RINGEN, ENZ. Juweelendieven hebben aan het eind der vorige week hun slag geslagen in het kantoor der firma T. en A. Hirschfield, diamantzetters, in Kirbystreet in de Londensche diamantwijk Hatton Garden en er voor een waarde van 7000 pond sterling aan juweel en, rin gen, horloges enz., gestolen. Een groote brandkast, die verondersteld werd vei lig te zijn voor iedere poging haar met geweld te ope nen, werd niettemin geopend nadat de inbrekers met een zuurstof-acetyleen steekvlam een gat hadden ge brand rond het slot. De laden der brandkast werden er uitgehaald en daarop werd de deur weer dichtge gooid. Daar het metaal nog gloeiend was, was de deur niet meer open te krijgen, zoodat toen de politie Maandagmorgen gewaarschuwd werd, haar pogingen om de kast te openen, eenige uren in beslag namen. Ongemerkt hadden de dieven twee rware zuurstofcy- linders het gebouw binnengebracht. Die cylinders en kisten, waarin zij gezeten hadden, waren door hen achtergelaten. Vermoed wordt, dat deze inbraak het werk is van een bende, die onlangs van overzee in Engeland is aangekomen. GRUWELIJKE BIJZONDERHEDEN. De militairen gaan voort op groote schaal menschen, die vermoed worden communisten te zijn, te execu- teeren. Tusschen 15 en 21 Maart zijn er aldus 56 ter dood gebracht. Een dergelijke staat van zaken heerscht te Tsjangsa. In het Zuiden der provincie Hoenan daarentegen duurt de terreur der rooden in onverminderde mate voort. Gruwelijke bijzonderheden worden gemeld. Zoo werd een inwoner van de stad Leiyang gedwongen met eigen hand zijn vader en zijn vrouw ter dood te brengen en vervolgens met het gepeupel over de ver minkte lichamen der ongelukkigen heen te dansen. OVERAL GROOTE BELANGSTELLING- Naar do New-Yorkscbe correspondent vtan de „T. U." meldt, heeft het bericht van het opstijgen, der puitsche vliegers voor een vlucht over den Oceaan in New-Yorki veel opzien gebaard en bestaat er voor de vlucht overal de grootste belangstelling. De bladen brengen uitvoerige berichten over het eerste gedeelte van den tocht, welke geïllustreerd zijn met de portretten van de vliegers, van wie ook uitvoeri ge levensbeschrijvingen worden gegeven. Op' het vliegterrein van Mitchell Field wordt alles voor de ontvangst van de vliegers in gereedheid ge bracht. Het geheele personeel staat bereid en tegen den tijd, dat de vliegers verwacht kunnen worden, zullen de schijnwerpers in werking worden gesteld, waarvan er één zijn licht over een afstand van 90 mijl uitzendt. Mochten de vliegers overdag aanko men, dan zal een aantal vliegtuigen het tegemoet gaan om een eere-escorte te vormen. D'e weerberichten uit Amerika luiden voor gister en vandaag echter niet zeer gunstig. Etr waaien krachtige winden in Westelijke richting, gepaard gaande met regenbuien, terwijl de temperatuur daalt Indien de vliegers^ zooals het plan is. Woens dagmorgen de vlucht over den Oceaan aanvaarden, zullen ziji op volle zee een stormgebied moeten pas- seeren, en indien het hun gelukt daar door heen te komien, hebben zij: van New-Foundland: tot New- Yorki nog op regen en sneeuwstormen te rekenen. Met nadruk wordt er in de 'berichten melding van gemaakt, dat de weersomstandigheden aan de West kust waarschijnlijk gunstig zullen zijn, wat den Duitschen vliegers natuurlijk aanleiding zou kunnen geven om te starten. Dit is natuurlijk, als een waar schuwing bedoeld. „Overwinnen of sterven". „Overwinnen of sterven" moet, volgens de „Daily Chronicle", die met Köhl een onderhoud heeft ge had, de leuze van dezen piloot zijn, hoewel) hij uiteraard als man van groote ervaring overtuigd is te zullen slagen. Aan boord van de „Biremen" ech ter is geen enkele voorzorgsmaatregel voor het ge val van een gedwongen daling genomen. Er bevindt zich geen rubberboot aan boord, zedlf® niet één enkele zwemgordel. Noodrantsoenen worden niet meegeno men, een draadlooze zender is er niet. Zooals gemeld, is Köhl door de Lufthansa ontsla gen. Toen hem dit ©enig© oogenblikken voor het ver trék van dé „Bremen" wd médégédétld, antwoord de hij rustig: „dat beteekent niet*. Als wij Amerika bereiken, geloof ik, dat ik het wei buiten de Luft hansa zal kunnen stellen en als wijt mochten ver drinken wel, ik betwijfel, of dit ontslag dan nog wel het ergste zou zijn, dat mij in mijn leven is overkomen „Ik geloof niet in toeval," aldus vervolgde Köhl. „Ik geloof trouwens in heel veel dingen niet. Maar wel geloof iki in mijn vliegtuig. Ik geloof, dat het het ©enigste toestel is dat de vlucht van Oost naar West tzal kunnen volbrengen. In elk geval, we hebben maar één leven te verliezen en het is steeds mijn, wensch geweest, in den stuurstoel te sterven. Von Hünefeld, die de onderneming financiert, ia een intiem vriend van den ex-kroonprins, dien hij in zijn ballingschap naar het eiland Wieringen be geleidde. Het behoeft dan ook wel geen betoog, dat Von Hünefeld monarchist in hart en nieren is. Dit is trouwens ook met zijn beide vliegkameraden het geval. Want na het vertrek uit Berlijn heeft de „Bremen" niet rechtstreeks naar Ierland koers ge zet, doh eerst werd, zooals gezegd, over Doorn ge vlogen. De bedoeling was, boven het kasteel van den ex-keizer te cirkelen, waar Von Hünefeld' een bouquet bloemen zou laten vallen. Het bouquet was aan een klein leeren doosje bevestigd, waarin zich een brief voor den ex-keizer bevond, Von Hünefeld, die bij den start van het vliegtuig zijn onafscheidelijke monocle droeg en rustig een zware sigaar rookte, is de eigenaar van het toestel. Voor de Oceaanvlucht moet hit' het geheele restant van zijn fortuin (hij is namelijk zooals zoovele an deren een slachtoffer van de inflatie) hebben opge offerd. Dit was «venwel nosf verreweg onvoldoende, zood-at hij' van zijn vrienden nog 200 000 mark (moest leenen voor het sluiten der verzekeringen voor zijn beide metgezellen, Hijzelf is vrijgezel en heeft zijn leven niet verzekerd. Zijn naaste bloedverwanten zijn zijn moeder en broer, die beiden te Berlijn wo nen. Vergadering van 27 Maart 1928. Kat reohtgevoel niet bevredigd. De Voorzitter deelde mede, dat een drietal leden, nl. Mevr. Dekker-Klik en de heeren De Boer en Grunwald bericht van verhindering hadden gezon den en stelde daarop, nadat een aantal ingekomen stukken voor kennisgeving waren aangenomen, aan de orde de interpellatie Schoeffelenberger over de corruptie. De Voorzitter las eerst twee brieven voor, een van den raadsman van den vroegeren gasdi- recteur, waarbij deze meldt, dat de heer Rijkes ont kent corruptie te hebben gepleegd en een van den Oficier van Justitie, waarin deze mededeeling doet, dat tegen den heer Rijkes geen strafvervolging zal worden ingesteld, zijnde het recht daartoe verjaard. De heer Schoeffelenberger was met dit antwoord niet te vreden en merkte op, dat de Officier van Justitie gegevens heeft van slechts drie firma's, ter wijl er wel 27 aan de corruptie hebben meegedaan. Van der Stel heeft aan spr. geschreven dat de heer Rijkes zich op groote schaal aan corruptie heeft schuldig gemaakt. De heer Van Loo wees er op, dat uit den brief van den O.v.J. blijkt, dat de vroegere directeur niet on schuldig is geweest aan corruptie, De heer Bier steker vroeg den heer Schoeffelenberger met feiten te komen, hetgeen de heer Boogaard ook vond, die er nog bijvoegde dat men nu nog niets wist. De heer Schoeffelenberger achtte zich niet capabel met fei ten te kunnen komen. Dat zal Van der Stel moeten doen. De heer Borkert vond, dat de heele interpel latie geen helderheid heeft gebracht en dat het rechtsgevoel der gemeentenaren niet bevredigd is. Spr. vond, dat mr. Tideman, de raadsman van den heer Rijkes, Van de^Stel voor de Rechtbank moest dagen, Wethouder Verstegen beriep zich op den brief van den O.v.J., en verklaarde, dat als de zaak niet verjaard was, een proces kon worden uitge lokt om door getuigenbewijs klaarheid te kunnen brengen. Thans kunnen wij niets doem; ook het door den heer Schoeffelenberger gewenschte boe- kenbewijs is niet mogelijk, daar v. d. Stel zelf ver klaard heeft (in een vergadering te Zaltibommel) dat de retourcommissies zoo geschiedden, dat daar geen bewijs van te leveren is, nl. door het ter hand stel len van gelden door vertegenwoordigers, of ten kan tore van de corruptieve firma, doch nooit door postwissels, etc. Do heer Van Loo kon zich niet met den gang van zaken vereenigen en stelde voor, ook al is de zaak verjaard, een raadscommissie te benoemen om de zaak nog eens terdege te onderzoeken, om de praat jes in de gemeente ongedaan te maken. De Voorzit ter en de heer De Zwart verzetten zich hiertegen, waarbij de laatste nog opmerkte, of het niet ge- wenscht zou zijn alsnog advies in te winnen om een eventueele civiele vordering te kunnen instellen. De heer Biersteker kreeg den indruk, dat B. en W. iets verzwegen wat men wel wist en vroeg den Voorzitter of deze bereid was in comité nadere me- dedeelingen te doen. De Voorzitter verklaarde zich hiertoe bereid en de Raad ging in comité. Na verloop van drie kwartier werd de vergadering heropend, en deelde de heer Van Loo mee, dat hij in het openbaar belang zijn voorstel introk. Niemand verzocht meer het woord over deze zaak en een for- sche hamerslag was het signaal, dat dit agendapunt was afgehandeld. Onder gemopper verliet het groot ste deel der tribunebezoekers de raadszaal. Enkele punten werden daarop z.h.s. aangenomen, 0.a. het voorstel tot subsidie aan den autobusdienst Julianadorp-Helder, Een punt van uitgebreide discussie was vervolgens het autobusvraagstuk in de stad en voor het ver keer met Huisduinen- Een raadscommissie had een uitvoerig rapport op gesteld, welk rapport de goedkeuring van het Col lege van B. en W. had verkregen, en dat thans ter goedkeuring aan den Raad werd voorgelegd. De heer Biersteker was ertegen, dat van gemeen tewege plaatsbiljetten zouden worden verstrekt en vond dit een zaak van den pachter. Als eenigste mogelijkheid- om tot een goede regeling te geraken, meende spr., dat men er een monopolistisch bedrijf van moest maken en niet een gemeentelijk. De heer De Zwart achtte deze door de commissie ontworpen regeling, wel aceptabelr, spr. meende evenwel, dat men een bepaald aantal bussen moest noemen, die bij groote drukte den dienst moesten kunnen onder houden, terwijl hij ook een betere omschrijving voor het te gebruiken materiaal aanbeval. De heer Schoeffelenberger verzette zich tegen het voorstel, daar de menschen met 1 of 2 bussen z.i. geen kans kregen. De heeren Eijlders en Van der Veer waren het niet eens met de voorgestelde controle, daar dit h. 1. onnoodige kosten met zich zou meebrengen. De heeren Boogaard en Smits zetten uitvoerig het standpunt der commissie uiteen en verdedigen bet rapport. Volgden nog uitvoerige replieken, waarbij ten slotte werd vastgesteld een bepaald aantal bussen, nl. in totaal 8 aan te wijzen als benoodigd voor den dienst. Een voorstel van den heer Eijlders om de controle te laten vervallen, werd met (>—11 stemmen ver worpen. Voor: de h.h. Schoeffelenberger, van Os. Eijlders, Biersteker, Woud' en v. d. Veer. Tenslotte moest nog benoemd worden een com missie om te onderzoeken neer bezuinigingen op de werktijden van het administratief personeel en op den post van druk- en bindwerk. Op voorstel van den heer Eijlders werd de finantieele commissie, bestaande uit de heeren De Boer, Biersteker, v. Dam en de Zwart., hiervoor aangewezen. De rondvraag leverde niets bijzonders op en de Raad ging, na sluiting der openbare vergadering weer in eomité-generaal. LAGERE TARIEVEN DRUKKER VERVOER. De directie der Ned. Spoorwegen heeft thans de definitieve ontvangsten medegedeeld over 1927. Hieruit blijkt, dat de totale ontvangsten over 1927 f 1.172.132.60 minder hebben bedragen dan over 1926. De verklaring hiervoor is te vinden in de op 1 Juli 1926 doorgevoerde tariefsverlaging voor het rei zigersver voer. waardoor over het eerste halfjaar 1927 een mindere ontvangst van f 2.086.029.47 valt te con stateer en. Uit de cijfers over het tweede halfjaar blijkt even wel, dat de tariefsverlaging een drukker reizigers- vervoer heeft tengevolge gehad, zoodat over dit tijd vak f 1.274.289.89 meer werd ontvangen, dan over het tweede halfjaar 1926, welke meerdere ontvangst in hoofdzaak in binaenverkeer i» gemaakt. De tariefsverlaging van het goederenvervoer heeft een achteruitgang in de ontvangsten van f 165.953.74 veroorzaakt. Een vergelijking, van' de maanden over. 1926 en 1927 die vallen onder de tariefsverlaging doen zien, dat ook van deze verlaging een toeneming van «vervoer een gevolg ia geweest, Eleni vergelijkend overzicht van de uitgaven ver strekt de spoorwegdirectie tot dusver, jammer ge noeg niet, schrijft „Het Volk". Dan zou wel blijken, dat de doorgevoerde 'bezuinigingsmaatregelen een dusdanige besparing hebben gegeven, dat het jaar 1927 geen nadeelig jaar voor de spoorwegen Ls ge weest. zoodat een bijdrage uit da staatskas wel achterwege zal kunnen blijven. VERZWARING DER BELASTINGDRUK. Op vragen van het lid van de Tweede Kamer, den heer Rutten, luidende: Is het der regeering bekenxi: dat de vermogensschattingen van grondeigenaren aanzienlijke verhoogingen aanwijzen, In meerdere gevallen van f 500 tot f 1000 per H.A.T dat als motief gelden de hooge prijzen, die bil Ter- koopingen van cultuurgrond zijn bedongen? dat deze zoogenaamde verkoopwaarde ven tilt gaat boven de cultuurwaarde, vooral ten gevolge van het streven tot solide geldbelegging, de vraag naar bouwterrein, ten gevolge van het zeer gerings aan bod en andere bijkomstige omstandigheden? dat vooral voor de kleinere, eigengeërfde landbou wers een «verzwaring van belastingdruk het gevolg ls, terwül eensdeels de malaise in den landbouw het omgekeerde zou wettigen, anderdeels voor hen bij verkoop de volle verkoopwaarde niet gelden kan, omdat zijl met den verkoop hunner gronden te gelijk zouden verliezen hun werkgelegenheid) en een deefli van hun bedrijfskapitaal? Is de regeering van oordeel, dat met deze om standigheden bijl de aanslagen der eigengeërfde land bouwers wel bijzonder rekening dient te wonden gehouden? heeft de minister van financiën geantwoord: 1. Het ie den ondergeteekendë niet bekend, dat de vermogensschattingen «van grondeigenaren aan zienlijke verhoogingen in verschillende gevallen van f500 tot flOOO per (H.A. aanwijzen. Hij acht het intu»schen mogelijk, dat in bepaalde gevallen de omstandigheid, dat bij verkoopingen van cultuur grond hooge prijzen zijn bedongen, als een motie? voor een hoogere schatting heeft' gegolden. Im mers moeten, inge«volge artikel 7, letter A, der wot op de vermogensbelasting en artikel 8. Ie. letter A, der wet van 18 Augustus 1016 (Staatsblad' no. 411) tot heffing van buitengewone belastingen, ter ge deeltelijke bestrijding der kosten van den oorlogs toestand Verdediglngsbelasting I), onroerende zak ken worden geschat naar de verkoopwaarde. Naar de leer van den Hoogen Raad der Neder landen moet onder „verkoopwaarde" worden ver staan: „de prijs, die voor het vast goed te bedingen valt biji tekoopstelling In het openbaar, derhalve waar ieder gegadigde tot mededinging in staat ls, terwijl de bestemming, welke deze aan de door heni te verwerven zaak zich voorstelt te geven, voor het door hem te besteden bedrag beslissend zal zijn, welke 'bestemming echter geenszins wordt beperkt door, of i® verbonden aan die, welke door de eige naars op het oogenblik van den verkoop aan de zaak is verbonden". Ondergeteekende moge ten deze ver wijzen naar arresten «van den Hoogen Raad van 29 Juni 1918, 27 November 1918 en 28 December (1920. (Beslissingen in Belastingzaken nos. 2018. 2103 en 2895). Naar de leer van den Hoogen R!aad is het derhalve voor de bepaling van de „verkoopwaarde" zonder belang, welke bestemming door den eigenaar op het oogenblik van den verkoop aan de zaak is verbonden. Voor cultuurgronden moet dan ook niet de cul tuurwaarde, doch de verkoopwaarde, in bovenver melden zioi opgevat, worden geschat. D'e meening, dat voor kleinere, eigengeërfde land bouwers niet de voilé verkoopwaarde zou1 omogen worden in aanmerking genomen, komt voor iia strijd te zijin met de hierboven vermelde leer van d'en Hoogen Raad omtrent het begrip „verkoopwaarde". 2. Vraag 2 wordt - op grond «van hetgeen ten aanzien van vraag 1 is opgemerkt ontkennend beantwoord. VERSPERRING VOOR DE SCHEEPVAART. Het Eerste Kamerlid, de heer Van Embden heeft den minister van Buitenl. Zaken de volgende vragen ge steld: Heeft de Minister kennis genomen van het voor nemen, op 2 April e.k. en eventueel ook op 3 April schietoefeningen te houden met geschut o.m. op de Westerschelde en op de reede van Vlissingen, waar door de scheepvaart aldaar op die dagen, althans ge durende een aantal uren, belet zal worden? Acht de Minister, afgezien van het algemeene be zwaar tegen het zich oefenen in oorlogvoering, de oe fening daar ter plaatse uit politiek en internationaal psychologisch" oogpunt aanbevelenswaardig? Acht de minister het teweegbrengen van deze versperring voor de scheepvaart en dit terzelfder plaatse voor de tweede maal binnen 5 maanden tijds vereenigbaar met de ten onzent veelvuldig gegeven verzekering, at Nederland aan de scheepvaart naar en, van Ant werpen niet het geringste in den weg legt of zal leg gen? Is de Minister over de voorgenomen militaire actie op de Westerschelde door zijn ambtgenoot van Oor log, a. i. van Marine, tijdig geraadpleegd? Zoo neen, zou de Minister dien ambtgenoot dan niet alsnog in overweging willen geven, bedoelde schietoefeningen af te lasten

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1928 | | pagina 5