ONS HOEKJE. DITJES EN DATJES. geschiedenis van gevaar en heldenmoed. Het geheimzinnige huls. Uit logeeran. as al even over tienen, logeerde bij Marie, 1", zoi mooder tot de meisjes, iw naar bod hoor I óén, twóó, drie P rlief kan zoo lekker plagen: je niot ben boetjo bang oot nsnr don achterkamer, een héólo lange gang P e waren vroolijk lachend hot slaapvertrek gegaan, van schrik bleef het logeetje e trappen stokstijf staan )t eens bij P, zoi Cor heel zachtjes, hangt ginder in den hoek r Mario begon te schat' on e meid.in'n broer z'nbroek!" H. H. DK BRUIN—LéON Naar het Engelsch door L. ms zeer ziek, zoo zelfs, dat het den fakirs HJk was Najnfghar te verlaten. ZU bevon- 1 op niet meer dan veertien mijlen af an Delhi x Gulab Singh en Allok waren durende vrees van ontdekt te worden, ophoudelljk zag men Inlandsche soldaten dorp trekken, die bezig waren graan en ledsel voor het groote leger te Delhi blj- irengen. ikeren namiddag, Juist toen Jack weder Igen aanval der koorts had te doorstaan houdetyk Ijlde, trad een Jong man de ga- het huls binnen om den grootan Mohun hulde te brengen. HU had zich voor Gu- ten neergeworpen en smeekte diens zegen Jack opnieuw begon. Met luider stem spoijs, Allck! Vlucht, vlucht!» ige Inboorling sprong met een gebaar van schrik en verwarring op. agelschen, de Engelschen I" riep hU, beur 'ack en AUck verwonderd aanstarende, en lab Singh, die op dit oogenblik zUne ge- (tenwoordigheld van geest verloren had, n terug houden, vluchtte hU- Gulab en ilgden hem op den voet, en voordat de omheining kon bereiken, had Allck hem l De volgende seconde greep Gulab hem :eel en zelde hern dat hU zou gewurgd als hU een geluid durfde geven. Van een hU van zUn kleed scheurde, maakte hU en stopte die den gevangene ln den werd deze naar binnen geleld. De verkeerde blUkbaar ln den grootsten »ral toen hU in eene afzonderlijke kamer en daar aan handen en voeten geboeid ib verzekerde hem, dat hem een wissen [vachten stond. Indien hU ook maar het L geluld gafvervolgens gingen Gulab en binnen ora te beraadslagen, wat hun (omstandigheden te doen stond. •b vilde den gevangene onmiddellUk doo- a HJn Ujk gedurende den nacht begraven, Ut weigerde AUck met alle kracht. HU wll- a medeplichtige zUn aan een moord, zelfs bet den schUn, dat hun behoud afhing dood der gevangenen. Tevergeefs betoog- ab dat, nu hunne vermomming bekend onmogelUk met deze kleederen Berl kon U Indien de jonge Indiër werd losgelaten; al konden zU dit wel, zU zouden er toch Uz meer zUn. Alick bleef standvastig wei bij vond zUn eenlgen steun in de stem ztf- ®der; „mUn zoon, God ls met u", en hij hU die stem niet meer zou hooren, als tulk eene daad zUne toestemming gaf. «b geen recht", zeide hU tot Gulab, „om >ns te binden. GU hebt ons het leven ge- Maat ons daarom nu, trouwe vriend. Ik ©iet langer uw leven ln gevaar te bren- ,ay br ben zeker, ook Jack zou liever ster- i te dulden, dat deze moord geschiedt", ik dan mUn eigen leven te redden?" ant- Gulab geroerd. 1, sahlb, )vat beteekent mUn leven? Het A? yan Sahlb Jack moeten gered worden, j* kunnen leven, indien zU. wier zout ik beb, verloren moesten gaan?" BU deze voordon viel hU aan Alick's voeten en Jen grond met zUn hoofd aan. oog ontstond er een luid geraas ln den V foordal Gulab overeind was, werd hU tegen den grond geworpen en door twee paar krachtige handen vastgehouden. Allck had nog Juist tUd om op te staan, toen een ander op hem toeschoot. Een flinke vuistslag onder den kin deed dezen laatste een paar pas achteruitvliegen, maar twee anderen hadden AUck van achteren aangegrepen. Een tUdlang worstelde hU nog tegen zUne vUanden, maar toen de man, dien hU zoo vriendelUk ontvangen had, er weder bU kwam, lag AUck in een ommezien gebonden op den grond. Het troepje aanvallers bestond uit vUf mannen, wier aanvoerder een andere Sikh, dus een rasge noot van Gulab was. HU had een bes tuur sbetr ek- king bU een naburig vorst en was de faklra ko men bezoeken ln gezelschap van zUn vier zoons, van wie er zich drie onder de aanvallers bevon den en de vierde de jongste een half uur ge leden door AUck en Gulab was gevangen ge maakt. Een der aanvallers trad daarop binnen met den gevangene. „ZUt gU gewond, mUn zoon!r vroeg Goblnd Sahai, de Sikh, die het troepje aan voerde. „Neen, vader, wel wat stuf, want ik h6b een uur gabonden gelegen, en mUne kaken doen mU zeer van die prop". „GU zUt hier nog niet langer dan een half uur geweest", hernam de vader; maar de tUd duurt lang voor hem, die zich ln de macht bevindt van een ander". „En toch had lk den moed niet ver loren", zelde zoon, „want lk wist, dat aU dicht achter mU waart". „Vertel ons toch eens", viel een der anderen ln, „wat er gebeurd ls; wU weten nergens van. Goblna Salmi gaf zUn zoon een wenk om te spreken en deze begon aldus: .Nadat vader en ik ons huis verlaten hadden om dezen heUigen mannen, die nu blUken niets dan bedriegers te zUn, een bezoek te brengen, ver zocht hU mU vooruit te gaan en Mohun Lal zUne nadering te molden „vervloekt eUt frU, bedrie ger," kon hU niet nalaten ln het voorbijgaan tot Gulab te zeggen, „mUn keel doet mU nog pUn van den greep uwer vingers dit deed ik, broeders, en knielde voor Mohun Lal neer, weinig vermoe dende, hoezeer lk mU daardoor vernederde. Maar hiervoor", aldus rlchte hU zich weder tot Gulab, „zult gU met uw bloed betalen, en dlo Engolaoho zwUn— „Bedaar, Jongen; JU on uwe broeders voet, dat lk er niet van houd een ovorwonnen vU&nd hoonen", viel Goblnd Sahai hem ln do rodo. BU deze woorden begon Alick's moed te herlo ven, want zU verrieden, dat de vader van hun vroegeren gevangene een edel man was. De Jon geling ging verder, na een salaam voor zUn vader gemaakt te hebben: „Toen lk nu voor den fakir op den grond lag, begon de Jonge fakir, die de koorts had, plotseling eenlge woorden tot zUn makkers te roepen, die lk. door mUne studie in het Ooilege te Delhi, onmiddelUJk voor Engelsch herkende. Verbaasd keek lk op; allen, de fakirs zoo goed als lk, waren eon oogenblik verbUsterd van schrik, doch slechts één oogenblik! SohlelUk sprong ik op on trachtte te vluohton, maar een antilope kan hem," wUzondo op AUck, „niet ont snappen. Daarna knevelden bU mij en brachten mU ln de kamer, waar gij mU hobt gevonden". „En ik", zelde «Un vador, „hoorde uw broeder schreeuwen, „de Engelschen, de Engolschent" llot van schrik het mandje eetwaren vallen, dat Ik in de hand had, en snelde naar de stad, om hulp te halen. Daar ontmoette lk, zooals gU weet, u en uw schoonbroeder, an bracht u hierheen om uw broeder ta redden". Dit had Goblnd Sahai met groote omzichtigheid gedaan. HU zag AUck en Gulab naar buit* men om met elkander te raadplegen on was toon met zUne helpers tot aan den hoek van het huia, waar Gulab zich bevond, voortgeslopen. ZU waren nog slechts een paar meter van do gewaande fa- glrs af, hoorde AUck*s standvastige weigering om den moord toe te laten en Gulab's trouwbelofte, en snelden daarna op de belde mannen toe, met het reeds boven gemelde gevolg, dat zU overwin naar bleven. Na oen klein UchtJe opgestoken te hebben, begonnen de laats ten met elkander te bespreken, wat zU met hunne gevangenen zouden aanvangen. Daar dit gesprek werd gevoerd ln de Uran-taal, kon AUck er niets van verstaan, maar Gulab, die deze taal kende, slaagde er ln, hoewel zU zeer zacht spraken, nu en dan eenlge woorden op te vangen, en zoodoende het gesprokene ln hoofd zaak te begrUpen. De zoons drongen er op aan de gevangenen on middellUk over te leveren aan den Koning van Delhi, die de herstelling van het Mogol-rUk had geproclameerd; maar daartegen verzette zich Goblnd Sahai. HU had ln verschülende oorlogen tegen de Engelschen gevochten, was ln een der gevechten krUgsgevangen gemaakt en gedurende zUne gevangenschap zeer welwülend door een der officieren behandeld. Bovendien was hU getroffen door Alick's afkeuring van den moord, hoewel diens leven ln gevaar verkeerde, zoolang zUn zoon op vrUe voeten was. Hier hield hU even op, en Gulab Singh maakte van de gelegenheid gebruik zich ln het gesprek te mengen. „Luister naar mU, ofschoon lk uw gevangene ben. Ik bezweer het u, bU de nagedachtenis van Ranjit Singhji den Leeuw van PendsJab, wiens naam ook u dierbaar is, landgenooten. Werd een Sikh ooit ontrouw aan zUn zout? Ik ben een Sa- war. Jarenlang was lk in dienst van een sahlb, die mU goed behandelde. ZUn zoon droeg lk op mUn r\ig, toen hU nog klein was. Daar ligt die zoon". (Hier wees hij naar Jack, die AUck om water smeekte), „misschien is hU reeds stervende. De moord te Delhi begon eenlge dagen geleden; mUn meester kon ik niet redden en ik zou daar in ook geslaagd zUn, ware de eerste niet ziek ge worden. Ik zou hen veüig naar hunne Engelsche vrienden gebracht hebben. Ziet! lk ben een Sikh, ik ben uw broeder. Doodt mU, maar moge Bhag- wan, de God, dien ook gU aanbidt, u treffen, In dien gU een haar krenkt van het hoofd van hem, die zelfs nu weigerde uw zoon om te brengen". TerwUl Gulab zoo sprak, had Goblnd's schoon zoon, die tot dusverre weinig deel aan het gesprek had genomen, hem scherp zitten aanldjken; en toen de spreker ophield, nam hU het Ucht en hield het voor Gulab's aangezicht, dat hU met gespannen aandacht bekeek. Gulab lette niet op hem, want zUne oogen waren strak op Goblnd Sahai gericht, die nog niet besloten scheen, wat hU zou doen. Welk nummer heeft uw regiment?" vroeg de schoonzoon aarzelend. Net ls het 81ste", ant woordde Gulab, zonder zUne oogen van Goblnd's aangezicht af te wenden. „Vader", zeide de vra ger, zich tot Goblnd Sahai keerende, ,4e fakir ls Gulab Singh, mUn broeder 1" In de uiterste verrassing sprongen de aanvallers op en Gulab had wederkeerlg den broeder her kent, naar wlen hU gevlucht was. De voormaUge gevangene was de eerste, die een mes greep en de koorden, waarmede Gulab en AUck gebonden wa ren, door te srüjden. De laatste ging naar Jack om dien gerust te stellen en water te geven, ter- wUÏ Gulab met zUn broeder haastig eenlge op merkingen wisselde. Nu was de vraag niet meer, of de vluchtelingen aan de sepoys zouden over geleverd worden maar hoe sU het best gered kon den worden. (Wordt vervolgd) (Vrij naar bat EogelaohX EERSTE HOOFDSTUK. Vervolg. Haar toon was ooraaak dat Billy rioh om wendde en hij zag In hare hand een hand schoen. dien ze gevonden had. Hij wae klein, en vervaardigd van het zachtsto en mooiste grijze bont, dat men zich denken kan en met purper fluweel omboord. In plaats van do gobruikolljke knoopen was een gouden kettinkje en haakje aan de pols be vestigd, eon robijn schlttorde In de gesp. Hot was ln ledor geval oon opmerkelijke variatie in het artlkol handechoonon en Billy floot vor- wonderd, terwijl Madge hom alt Holono's hand overnam. „Goede homelt Dat la van Iemand, dlo aar dig rijk ia," morkte hij op. „Nog nooit ln mijn lovon hob Ik zoo'n h&ndsohoen gozlon." „Ik ook niet, eon paar van dat soort kost mlssohlon wol zee pond," zoi Holono. „Vorboold Jo zoo'n kottlnkjo to hobbon mot zoo'n robljnl Zou Iemand uit bot buts bom vorloron heb bent" vervolgde 10, op hot oudo, grijze go- bouw, dat aontor do boomen stond, wijzende. Jk geloof niet, dat er monsohen wonon. Al lee ls zoo stil en loeg", morkto Donnle, dlo vol belangstelling toegekeken had, op. „Do poor ten ujn open, ziet ge wolf zo rijn roestig ookl" sol Kool, en de op- moot oven noodzakelijk gewtod worden mfjn tuintje thuia Meer het moot Iemand hobbon toebehoordl Mlssohlon b het toch ten slotte Dog bewoond. Ik zou wol oone wfllon kij ken. Hot Met vorbasond gohelmxtnnlg." Btlty kook rond. Maar or was nlomand rion, dien zij om opholdertng kondon vragen. Rn wat bot btili botroft goon rookwcT stoog uit don edhooratooo omhoog en or waron goon gordijnen voor do mmon, aio zo kondon rion. Odk WM er won onkel gelald, dat do •tilto verbrak. HM docht na over hotgoen Ho- leno had gezegd toen deze opntoow hot woord vtad, dat we moeten gaan kfjkon", ad se snoL „Mooder zal 1 goed vindon. Ik ben or zeker van. en deze handeohoon ls to kostbaar om to venlozen. Mlssohlon heeft Iemand uit het huls ham vorloron. Vo kunnen ta leder geval vragen Hare opmerking haalde Btfly over en hij knikte. Voorwnnrts goando, deod hfj do poort wijd open on zo stapton do laan ta. Na oonigo aarzeling volgden do anderen, Holono met den hanasohocn. Samen liepen ze naar het gohelmrinnlgo huls, dat ze to de verte door de kale takkon zogen sohemoron, en ze vroogon ziohzelven al, wat ze aohter de boo men zouden zien on wat voor poraoon In suflc oen vreemd huls zou wonon. TWEEDB HOOFDSTUK. Btlty houdt stierengevecht Zo spraken niet, want do stilte, dlo rondom hen heerschte, maakte Indruk op hen. Overal zagen zo splnnewebbon en verwaarloozlng, en de regen die van de takken en twijgen drup pelde, deed plassen in hot pad ontstaan, waar in het gras als miniatuur zeewier ronddreef „Geweldig stil ls "t hlorl" zei Noel op oon8. „Net zoo'n stilte als voor oen storm of oen onwoor prectee alsof er lots gebeuren zal". Hot was vreemd, dat Noel dit zoL Want op dit oogenblik gebeurde er workelljk Iets. Iets wat zoker niet goed was. Aan de overzijdo van het grasveld, links van hen, bevond zich een boomgaard achter eon laag, stoenen muurtje. Te midden der appel- on pereboomen echter was oen open weide, die oogonschijnlijk loeg was. Maar nu moest er toch Iemand wezon, want nauwelijks had Noel gesproken of se werden opgeschrikt door een lulden gü, die klaarblijkelijk van het grasveld kwam. „Help, help!" klonk het Het zou onwaar wezen, als fk zei, dot ze niet bevreesd waren, want de gil was zoo plotseling en doordringend, dat ze eg van schrikten. Billy voelde ifln hart softe soeflor dan ge woonlijk kloppen. Daar gebeurt Iets!" riep hfj ntt Toen de kreet opnieuw weerklonk, wendde hij zich tot Noel. Jk zeg, dat daar leb gebeurt?, berhaaldo hij, „er ls iemand gewond of zoo tets. Kom laten we er spoedig heongaan!" Dit zeggende verliet hij "t pad, wel ta zijn schik met 't vooruitzicht op een avontuur en hij sprong door het hooge graz van het veld, naar don boomgaard. Noel was niet mlnrfer vurig dan zijn broeder en met een luid, aanmoedigend geroep volgde hij hem. Dit was te veel voor Helene en Madge en Dennis bij de hand nemende, volgden zij de broers met grooten spoed. Xoeo Billy bij dep tütuu 14 doAiotm deze laag genoeg was om er over heen te springon en zijne hand er bovenop leggende zwaaide hij er over heen en kwam in een bed van netels en modder terecht. Hij voelde ste ken In zijn handen en sprong op, toen Noel volgde. Toen snelden ze naar den boomgaard en be reikten een heg. die wel uit prikdoorn bestond, maar hier en daar nog al open was. Billy kroop er doorheen, terwijl hij zijn gericht met zijn arm beschermde. He', was niet gem&kko- lijk, maar met wat kleerscheuren en zetram men kwam hij aan den anderen kant ta t open veld. Nu kon hij rondzien en wist dadelijk, wat er aan de hand waa De weide was niet verlaten, want er ws-s een troep zwart vee, allemaal stieren, met lange horens en die er nog al woest uitzagen. Ze graasden echter vrij rustig, maar een hun ner holde woedend langs een boom heen en weer en ln doodsangst liep een vrouw In cirkels er om heen, uit vrees, dat het dier haar kwaad zou doen. Billy stond wanhopig stil. „0", riep hij hijgend, toen Noel zich bij hem voegde. „Wat moeten we doen! Ze kon niet wegiloopen en de andere dieren zullen dadelijk ook hier zijn". Noel echudde het hoofd. Maar Billy zag deze hopelooze beweging niot want roede wae ta rijn helder brein 'n plan gerijpt Goon acht slaande op de waarschuwingen van Helene en Madge liep hij schreeuwend en fkudrtemd ta de richting van den stier. Borat nam bot beest geen notitie van hom, bot had het to druk mot rijn slachtoffer. Maar oenetolaipe word het het levon achter rioh ge waar on, terwijl hot rijn leolljlkon kop bewoog, looide hot direigond don Jongen, die op hom af kwam. BMily stond stil In de moontag, dat de «ttor naar hom boe zou riorm-on, maar bot dier «tolde zich voor 't oogenblik tevreden mot den boom to beschouwen, on mot rijn staart zw-sal- end wondde hij rioh opnlouw tot de vrouw, die weer begon to schreien. „Wk Je dan niot komenf zei BIliy.-op do tanden knarsend. Jtan zal lk Je ar toe Hij bukte, rukte eon eteon uit den grond en wiorp hom naar den etlor. Hot was een flink werjrimtg on fa Bffly'e handen kon het onheil ge noeg aanrichten, want hij was een dor boste crickette» op school. En 1 was nru Blily's be doeling goed to treffen. Jjood weg uto »- hij op mij afkomt", riep hij tot do bevende gomngono, die om den ■boomstam heenkeek. Toon ltot hij mot oon torman worp hord on roobt don steen vtlogon, dlo juist don nek trof van hot boost, dat vooruit sprong terwijl het angstig don kop sobudde. Maar rijn wees duurdo niet lang, want het had den steen naar rioh toe zlon vliegen, on zohoon te begrijpen dat Billy do ooraaak was van de pijn, die hot even vooldo. Mot oen gebral van woede Mop de stier rond terwijl hij met zijne booven aardkluiten opwierp en rijn kap gereed tot den aanval bukte, want rijn aanvaller was dicht hij. Billy zag de «torende oogen, en de sohorpe witte hoornen reobt op hem afkomen. Toen riep hij: Jcop voor Je levenp draalde zich om wierp het hoofd achterover on liep zoo hord al» hij nog nooit getoopon had, omdat hij wist, dat de dood hom op d» htoien zat Hy boorde den sauivenden adem van hot dior vlak bij zich en de haag scheen zoo ver van hom af. Het was of de aarde trilde onder de hoe ven van hot boost en Billy had een gevoel als of de hoornen van den stier hem reeds aan raakten Hij wist niet, dat de meisjes hem iets toeschreeuwden en dat Noel mot steenen ta de hand kwam sanloopen om hot ondier af te we- ron. Hij zag aileen, dat de haag dichter bij kwam en boorde een woest gebrul aohter zich. Bn toen struikelde hij fa hot gras en viel voorover terwijl hij hamdon en knieSn bezeerde. Met bet zware gestamp dor hoeven fa zijne ooren, waande hij zich verloren en wachtte, iedere spier gespannen, op het einde. Maar de vai redde hem, want do stier liep hom voorbij ta rijn grooten haast niet tijdig genoeg stil- stande, bleef op een kleinen afstand van de heg stilstaan en vluchtte toen eeniga meters weg, omdat hij door een steenenregen, die Noel op' hem deed neerkomen fa de war werd gebracht De laatste snelde op Billy toe en hielp hem op de been, want de stier gaf hen een oogenblik verpooring. Even scheen hij te aarzelen. Toen boog hij opnieuw den kop en kwam snel als wervelsjod qg de Jongens af, lotB andOI'K Ala jo 'ii kicifottxioosóo uitschuift en zóó o güBteld op tafol plaatst, zal iedereon op vraagzie Jo kans dit gevalletje mot één vult slag ln elkaar te drukken wel bevestiger antwoorden. Maar ln van do 10 gevallen g beurt hot, dat do beide godoelton onboechadlj van den tafel vliogon. Probeer maar 1 E H. do B<~1 hen ditmaal to overrompelen, „Vlug, Bill, do heg!" riep Noel zijn broer toll Het was hoog tijd. Zij vlogen letterlijk, b j reikten do haag en kropen er doorhoen ln del boomgaard, terwijl do twijgen en takki kraakten, en de stier achter hen aan holler I den kop er tegen duwde, terwijl zijn slachjl offer hem ontsnapte. Billy wist, dat hij ijl voilig wae. Hij wierp zich heftig beven(11 op den grond naast Noel, en Holono, Madg I Dennis en do vrouw, die, zijn raad volgend gevlucht en door hem gered was, weendq tranen van vreugde over hen beiden. En enke minuten was hij zich van niets anders bewu ]j dan van oon gevoel van heerlijke rust en t j| vredenheid. DERDE HOOFDSTUK. Toon ze zich gohoel hersteld hadden on stier wanhopig de vervolging had opgogeve'II richtte Billy, zich uit Heieno's omhelzing loj makende, op en stak do hand uit naar No(^ die met een beetje treurig gezicht zijn schramden arm zat te bekijken, want hag j| doornen zijn scherp. „Ik zag, dat je me er prachtig uit gered hehjl oude jongen", bemerkte hij. „Het was krani hoor. Ik zag je nog net met die steenen komc aanhollen, weet je" „Ik ben blij, dat Ik het deed, zei No lachend. „Het dier zag er ongelooflijk woerj uit. Ik geloof stellig, dat hij je in een vliejj machine veranderd had, als hij je te pakke had gekregen. Denk je ook niet!" ,Zijn oogen gloeiden letterlijk", viel Heler met angstige stem in. Ook Madge uitte hare gelukwenschen, zij verklaarde hoe vreeselijk het geweest zijn als Billy na vortrapt te zijn in de lu geworpen wae on Billy gaf toe. dat dit nu j' geen bijzonder prettige gewaarwording z zijn geweest. „Maar ik had weinig tijd om daarover te denken", vervolgde hij. „Ik liep als of 't oij een wedloop ging, totdat ik over een aardklu j| struikelde." „Het was heel goed van u, Jongeheer", de vrouw naast Dennis, die nog steeds vrees naar het in de verte grazende vee staa: j| de, neerknielend. De „Familie" keek op. Billy had haar tot dusverre nog niet opgei merkt Maar nu zag hij haar vol belangstellin aan, omdat hij graag wilde weten wat voc soort wezen hij eigenlijk gered had. Ze wajl blijkbaar eene dienstbode van middelbar I leeftijd, ze had grijs haar en was zindelijk eif netjes gekleed. Maar haar gezicht was zacï I en vriendelijk toen ze glimlachte. Hare ooge|| waren nog nat van tranen, jpvant ze was m niet over den doorgestanen angst heen, en beefde toen ie hare hand op Billy's schoudbj legde. „Ik zou gedood zijn, als u niet gekomo waart", zei ze met een Schotsche tongval spn.| kend. zou stellig gegrepen zijn". QYofdi twtfotoü Em foppsrljtjo. Zien JuIBo dewo figuurtjes uft lucifers i meugesleld f Je kunt er een grapje mee ulthelec. Je neemt voor het eerste voorbeeld 0 luctf- en legt ze ln den aangegeven vorm op taf Je vriendje of vriendinnetje, zal vragen stelt het voor t" en dan neg Je „dit moet e kip verbeelden, het beeet riet er wel wal vl- kant uit, maar door het verleggen van tw lucifertje*, riet het rondl Wedden, dat I kan f" En dan probeeren rij van allerlei r niertjes, maar het lukt niet, want de kip bl' vierkant „Ziezoo P segt Je dan, „geven jullie hot o; dan zal lk het probeeren 1" en dan leg je ta vlug de stokje volgens afbeelding No. L „Ziet bet beest rond. of niet I O, aoo V

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1928 | | pagina 19