K WIE B DE MUIDER T0LKWESTIE. GRATIS. Binnenlandsch Nieuws. Het drama te Zundert End door een trein gegrepen. Gashouder te Apeldoorn ontploft Ongeval bij de militaire oefeningen. Gemengd Nieuws. Bloedig familiedrama te Weenen. „Onrechtmatig dwangmiddel." Fabrieksbrand te Helmond. Schietpartij in den nacht ZICH MET 1N0ANQ VAN 1 OCTOBER 1928 OPGEEFT ALS LEZER VAN DE SCHAGER COURANT, ONTVANGT DE NOG VERSCHIJ NENDE NUMMERS VAN SEPT. De statuten worden dan vervolgens goedgekeurd en het Bondshestuur gemachtigd de koninklijke goed keuring aan te vragen en zoo noodig redactioneels wijzigingen aan te 'brengen. De afdeölingen zullen 'hare statuten aan den ixrads- •ecretaris inzenden en deze zal voor doorzending zor gen om de koninklijke goedkeuring er op te ver werven. Aan <ïen heer Mr. Niemöl'ler brengt de voorzitter hartelijk dank voor zijn medewerking en belangstel ling. Goedgevonden wordt dat een rekening-courant-over- eenkomst tot f 25000 wordt aangegaan met de Boeren leenbank te Oudkarspel en een geldleening wordt aangegaan, eveneens van 125000.— bij de Boerenleen bank te Noordscharwoude. Da afgtaartfio van brmkpesa. Thans moet de eindbeslissing plaats hebben om trent de sorteering van breekpeen. Met 1254. tegen 196 stemmen wordt besloten dat de sorteering zal plaats hebben naar de eiachen van het U. C. B. Tegen stemden de afdeeling Langen dijk van den L.T.B. en de afdeeling Waarland en Omstreken Het bet groot» stuk werk zal zijn voltooid, met eenig feestbetoon de opening zal plaats hebben en dat er ook in de groote bladen melding van dit groote stuk werk zal worden gemaakt. Dat het den bond tot grooteren bloei moge brengen! Spr. hoopt tenslotte, dat hij dan ook bij die feestelijke opening tegen woordig zal miogen zijn. Algemeen gelach. De heer Deutekom. Koophandel, zegt. dat het hem genoegen zal doen, voortaan weer als goed vriend aanwezig te zullen zijn. Na woorden van dank te hebben gesproken, sluit de Voorzitter de vergadering. EEN KASTELEIN DOOR MARECHAUSSEE DOODGESCHOTEN. en trad D. de woning binnen, doch stje Jongeren fepoer vond bij niet Stilten gekomen, zagen zij den anderen broer van D., die eveneens aldaar woont, aankomen en hoorden zij tegelijkertijd een schot, waarna C. D. be gon te gillen. L. D. riep daarop tegen Van den Hout: Als je niet weggaat, schiet Ik je ook kapot Van den Hout koos toen het hazenpad en ging de politie waar schuwen. Na dit verhaal begaf de politie zich naar de woning van de moeder van D. Zij trof daar C. D., die te bed lag en twee schotwonden ia zijn linkerbeen had, ter wijl in het vertrek kruitdamp hing. Hij verklaarde, dat hij door zijn broer L. D. opzettelijk in zijn been was geschoten, Onmiddellijk begaven de agenten zich naar de woning van L. D. en verzochten hem de deur te openen, waaraan na lang wachten werd voldaan. Of schoon er medegedeeld werd, dat het politie was, deed hij de deur open, terwijl hij een geopend mes in zijn rechterhand had. De agenten arresteerden daarop L. D. en stelden hem ter beschikking van den burgemeester te Veldhoven, daar het feit in die gemeente gepleegd ia Het geweer, waarmede het schot werd afgevuurd, ia in beslag genomen. OP EEN ONBEWAAXTEN OVERWEG 317 EERBEEK. De staat aansprakelijk? Opnieuw komt in bespreking het weegstelsel en dat dit voor een algemeene vergadering een dankbaar onderwerp is, bleek wel uit de diseussiën die volg den. Door den heer Ootjers wordt medegedeeld, dat overleg is gepleegd met „Koophandel'hoewel het met dit overleg niet te vlug is geloopen. Het idée- Waimenhuizen ds 'hier practisch niet uitvoerbaar, de situatie is hier anders. Daarom meent spr. dat den leden vrij gelaten moet worden of zij al dan niet per krat Bullen aanvoeren. Maar wordt por krat aange voerd en het gewicht ie niet in orde, dan dient 10 boete te worden geheven1. Door den (keurmeester zou den willekeurige steekproeven kunnen worden ge nomen. Overigen» dient zooveel mogelijk per 100 K.G. gewogen te worden. Het plaatsen van de bascu les op den kant is niet mogelijk, wel om do bascules zoo overzichtelijk mogelijk te plaatsen. Spr. wijst er nog op dat de verpakking van onze productie toe neemt, wat een belang voor de tuinbouwers genoemd •kan worden. De heer P. de Jong, Waarland, wil de door den heer Ootjers genoemde regeling dan serieus doorge voerd zien en hoopt diat deze zaak dan eens voor goed van da baan is. Vanuit de vergadering worden bezwaren naar vo ren gebracht over de overwicht, die gegeven zou moeten worden om bij verpakking in kistjes verze kerd te zijn, het werkelijk gewicht te hebben. Van andere zijde wordt evenwel opgemerkt, dat dit niet zoo'n bezwaar behoeft te wezen. Als 100 Kilo over 4 kistjes verdeeld word't, zal wel rekening worden ge houden met de mogelijkheid dat het «ene kistje iets te zwaar kan zijn, het andere daarentegen iets te licht. Ben ander heeft weer bezwaar tegen hot be palen van de boete op 10 en in dit bezwaar wordt dan tegemoet gekomen doordat wordt besloten do boete dan 'hoogstens 10 te doen zijn. Het besluit is dan tenslotte dat, wie per krat wil aanvoeren, dit doet, en als bij een steekproef van den keurmeester blijkt, dat niet aan het gewicht wordt voldaan, een flinke boete tot ten hoogste 10 wordt geheven. De bascules zullen dwars worden gezet, opdat de gewichten te zien zullen zijin. De rondvraag. De heer Ootjers deelt mede, dat voortaan voor goed drinkwater voor de paarden zal worden ge zorgd, nu de chef heeft goedgevonden, dat hiervoor water wordt betrokken uit de pomp bij het station netje. De heer P. Kostelijk vraagt, of het do bedoeling is, wanneer de uitbreiding van het veilinggebouw ge reed is, met eenig feestbetoon de ingebruikneming te doen plaats hebben. De vergadering verleent daartoe aan het Bestuur vrij mandaat. Door een der afgevaardigden wiordt de wenscbe- lijkheid uitgesproken, dat hij het rangeeren de wa gons eerder op de laadplaats worden gebracht. De heer Ootjers zegt, dat dit een technische aange legenheid is, maar belooft er met den chef over te zullen spreken. Over roofridders. De heer Slot, Koophandel, herinnert aan het ar tikel in „De Tuinderij", waarin de kooplieden ge kwalificeerd Werden met den naam moderne roof ridders. Door het bestuur van den N.M.B. is goed- keuring gehecht aan het optreden van de Provin- j ciale Commissie. Wij, zegt spr., vallen daarover, want dit slaat dan ook op het gewraakte artikel. Roofridders zijn minderwaardige menschen en wij hebben ons daarom die kwalificatie aangetrokken. Beschouwt men ons werkelijk als roovers, dan zal het ons moeilijk zijn in den vervolge weer in deze vergadering te verschijnen en spr. zou dan ook een uitspraak van deze vergadering wenschen, bij monde van den voorzitter of door middel van een motie. Wel waren de bedoelde middelen in het belang van ons, maar als roovers willen wij niet worden be schouwd. De Voorzitter gelooft openhartig te mogen zeggen, dat het Bestuur van den N.M.B. en zijne leden niets liever dian in goede verstandhouding met Koophan del wenschen te leven en spr. toont met enkele voorbeelden aan, waaruit dit is gebleken. Het is beter deze zaak niet in finesses te bespreken, maar spr. wil wel meedelen, dat het Bestuur van den N.M.B. in zijn laatste vergadering heeft gezegd, dat de houding van de Provinciale Commissie correct is geweest, al hadden enkele leden het wel wcnsohe- lijk gevonden, dat voor deze ingrijpende aangelegen heid een buitengewone vergadering was gehouden. Spr. meent, dab de heer Slot te ver gaat door een uitspraak te verlangen van deze vergadering, over wat in „de Tuinderij" is geschreven. Dat kan beter in de groote organisatie worden behandeld. Spr. dienkt niet dat een der leden een koopman zal be schouwen ale roover. Dat is te persoonlijk opgevat, het ging tegen een zakenkwestio. De heer Slot verheugt zich er over dat spr. en de zijnen dus niet als minderwaardigen beschouwd worden. De heer Wijnveld, burgemeester van Oudkarspel, dankt den voorzitter voor zijn welkomswoorden, heeft met groote belangstelling de afwikkeling van de agenda gevolgd, spreekt zijn genoegen uit over het tot stand komen van een compromis tusschen handelaar en producent en hoopt ook, dat ale straks Voor do burgerlijke kamer der Haagsche rechtbank zijn Donderdagmiddag de pleidooien gehouden in de zaak betreffende het drama te Zundert Zooals men zich herinneren zal, werd een kastelein te Zundert In den nacht van 10 op 11 Januari 1927 ln zijn café door eenlge marechaussees doodgeschoten. Naar aanleiding hiervan heeft zijn weduwe den Staat en de beide marechaussees in quaestie gedagvaard. Zij meent, dat de Staat zoowel als de marechaussees ieder voor het geheel verplicht zij** aan haar te vergoeden de schade, welke haar door het overlijden van haar echtge noot tengevolge van het optreden van deze marechaus sees is veroorzaakt. Op grond hiervan vroeg «U veroordeeling van gedaag den, met dien verstande, dat de een betalende, de an der zal zijn bevrijd, aan haar tegen kwijting te betalen een bedrag van t 60.000, zijnde f 20.000 voor haar en f 20.000 voor haar beide kinderen, of haar te betalen tot aan haar dood of een volgend huwelijk f 2000 per jaar en aan ieder der kinderen tot aan hun meerderja righeid f 500 per jaar. Voor de weduwe werd gepleit door mr. L. van Glgh en voor de gedaagden door mr. A. F. Telders. Mr. van Gigh herinnert er aan dat de kastelein werd doodgeschoten bij een huiszoeking. Van de zijde der I eiseheres wordt beweerd, dat de marechaussees schul- I dig zön geweest aan dezen dood, hetgeen echter door dezsn pertinent wordt ontkend. Naar pleiters meening is er voor het toekennen van een schadevergoeding aan eiseheres alle reden. In het kort ging pleiter nog eens de feiten na, zooals die vroeger reeds zijn vermeld Het feit van het doodschieten wordt wel door de ma rechaussees erkend, maar dat zij beweren, dat ze gehan deld hebben uit noodweer, omdat volgens hun verkla ringen de kastelein een mes in zijn hand zou hebben gehad. In deze verklaring staan de marechaussees ech ter geheel alleen. Want uit verklaringen van andere aanwezigen is naar pleiters meening wel komen vast te staan, dat de kastelein geen mee heeft gehad. Voorts beweren gedaagden, dat van de schietwapens gebruik moest worden gemaakt, omdat de kastelein zeer ongun stig bekend stond. Uit ia dit geding overgelegde verkla ringen van tal van personen blijkt echter, dat op den man geenszins het odium van ongunstigheid bekend staan, rustte. Pleiter merkt o.m. op, dat de marechaussees in dienst van den staat zijn en dat daarom de staat aansprakelijk ia voor de handelingen, welke zij gedurende de uitoefe ning van hun dienst plegen, zoolang zij dus binnen den formeelen kring van hun bevoegdheid blijven. En dat waren zij in het onderhavige geval. Spr. betoogde dat het beroep op noodweer door de rechtbank moet worden verworpen. Teneinde de zaak ten spoedigste af te doen, verzocht pleiter de rechtbank, hooger beroep uitdrukkelijk uit te stollen, totdat eindvonnis zal zijn gewezen. Mr. A. F. Telders deelde mede, dat hij de feiten zoo kort mogelijk zal behandelen, omdat deze feiten niet ge heel vast staan, en een behandeling daarvan in dit sta dium geen nut heeft. Doch als men de feiten aanneemt, zooals die dezerzijds zijn gesteld, dan moet men zeker tot de overtuiging komen, dat de marechaussees uit noodweer hebben gehandeld. Spr. legde over een schrij ven van den auditeur-militair in 's Hertogenbosch, volT gens hetwelk deze geen reden aanwezig achtte voor een- strafrechtelijke vervolging van de beide marechaussees, aangezien dezen uit noodweer zouden hebben gehandeld. Waar dus een vordering tegen de marechaussees niet kan opgaan, en er alleen een vordering tegen den Staat mogelijk zou kunnen zijn, moet echter een zoodanige vordering niet-ontvankelijk worden verklaard op grond van noodweer. Pleiter geloofde, dat de rechtbank noch een enquête, noch een verschijning van partijen noodig zal achten, maar dat zij zonder meer de vordering niet-ontvankelijk zal verklaren. Na repliek van mr. Van Gigh werd de conclusie van den Officier van Justitie, mr. Hermans, bepaald op 4 Oct. a.s. TWEE PERSONEN ZWAAR GEWOND. Oorzaak van de ontploffing onbekend. Donderdagmiddag, ongeveer half vijf, ontplofte de -in aanbouw zijnde gaehoudier in de nabijheid van de stichting Hoenderloo. Op den gashouder bevonden zich J. D. Weenink, adj. directeur van de gemeenfce- Uijko (gasfabriek te Apeldoorn en de werkman Schol. Bedden werden de lucht ingeslingerd. De eerste kwam weer op den gashouder terecht, terwijl Schol in prikkeldraad viel. Ernstig verwond werden de mannen opgenomen. De eerste hulp werd verleend door mevrouw Tenlhoff, echtgenoot» van den dlrec- teur en mevrouw v. d. Weg, heiden oud-verpleegsters en zuster Croese van het ziekenhuis der stichting. De gewonden werden per ziekenauto naar het zie kenhuis te Apeldoorn vervoerd. Naar men gisteravond vernam, is de heer Weenink reeds weer uit het zie kenhuis ontslagen. Aanvankelijk was hij buiten be wustzijn. Het bleek, dat hij «enige oppervlakkige ver wondingen had opgeloopen. Schol heeft zijn sleutel been en ruggewervel gebroken en heeft enkele arm- wonden. Omtrent de porzaak van de eiplosie tast men dn het duister. Als een gelukkige factor valt aan te merken, dat de jongens van- stichting, die daar aan het werk zijn, juist schaftuur hadden. Bij Eerbeek was een driejarig meisje met haar ouders bij familie op bezoek. Het kibcf ontsnapte aan het toezicht en ging spelende op den weg'. Het •bereikte den spoorweg en begaf zich op een onfee- waakten overweg, juist toen een trein naderde. Het kind werd gegrepen en eenige meters verder met ernstige verwondingen gevonden. De küeine is spo* di'sr overleden. EEN SERGEANT ERNSTIG GEWOND. Te Valkenburg heeft een vrij ernstig ongeval pla g-ebad, tijden» de oefeningen. De sergeant Van del Steen, uit Deume, raakte, toen hij op zijn rijwiel] met groote vaart, den Couhurg afreed, de macht ovetl het stuur kwijt. Hij viel „door do vitrines van de fir| ma Smeets» aan dé Muntstraat. Met een ernstige S hoofdwonde en een beenbreuk werd de sergeant op-; genomen en, nadat hij door het Roode Kruis verben-1_ den was, naar het hospitaal te Maastricht vervoerd. L VROUW DOODT HAAR MAN EN DAARNA ZICHZELF. In bijzijn van hun 16-jarigen zoon» In de villa-voorstad Hietzing heeft zich in den nacht I van Woensdag, op Donderdag een «bloedig familie- 1 drama afgespeeld1. Donderdagmorgen vroeg vond men den „Regierungsrat" dr. Artmann dood in een kamer van zijn woning liggen; met vijf steekwonden in de borst en «en schotwond' in den mond. In dé bad kamer lag het lijk van zijn vrouw, eveneens met een doodelijke schotwond. De zestienjarige zoon van het echtpaar, die eveneens in de woning aanwezig was, f had niet-ernstige snijwonden aan de rechterhand. Uit zijn verklaringen bleek, dat gedurende den nacht zijn ouders twist hadden gekregen. De vrouw had met De zaak ln kort geding voor den president der rechtbank. KRUIDENIERSPOLITIEK VAN DE REGEERING. DRAADNAGEL-FABRIEK IN DB ASOH GELEGD. 150 arbeiders zonder werk. Woensdagnacht omstreeks 7 uur is te Helmond brand ontstaan in de pakkerij der draadnagelfabriek van de firma van Thiel. Het vuur vond gretig voedsel in de voorraden verpakkingsmateriaal. Van de pakkerij breid de het vuur zich over een groot gedeelte van de fabriek uit De brandweer die spoedig ter plaatse was, tastte den brand direct energiek aan en kon zoodoende voor komen, dat het vuur zich mededeelde aan do naast de fabriek van Van Thiel gelegen textiel-fabrieken der firma Raaymakers. Om 12 uur was zij den brand mees ter en kon het grootste gedeelte der brandweer inruk- ken. Er bestond van de zijde van het publiek enorme belangstelling voor den brand. De schade welke zeer groot ia, is thans nog niet te schatten. De geheele fa briek, waar ongeveer 150 arbeiders werk vinden, ligt voorloopig stil. Een klein deel van het personeel zal over eenige dagen het werk kunnen hervatten. De firma van Thiel la tegen bedrijfsschade verzekerd beno vens op beurspolia tegen brandschade. De machines hebben veel van haar waarde verloren. Gedurende den brand stonden op een nabij gelegen dak eenige kijk- lustigen. Plotseling stortte een 20-jarige Jongeman van een hoogte van zes meter naar beneden. HU werd bewusteloos opgonomen en naar zijn woning overge bracht. Piraat levensgevaar bestaat er niet DOOB ZIJN BROER IN HET BEEN GESCHOTEN. In den nacht van Woensdag op Donderdag ongeveer i uur werd de politie te Eindhoven telefonisch medege deeld, dat er in de nabijheid van de steenbakkerij De Meljorij iemand met een revolvor had geschoten. On middellijk begaf een hoofdagent zich ter plaatse met eenige agenten. Daar troffen zij op den Meerveldhoven- schen weg onder do gemeente Eindhoven ©en persoon aan, genaamd J. A. O. v. d. Hout wonende te Tilburg, die verklaarde, dat hij in dien nacht te Eindhoven was gekomen vergezeld van zekeren O. D. met de bedoeling i om een minderjarigen broer van D., die bij zijn vader te Tilburg was weggeloopen en thans bij zijn moeder verblijft, te gaan halen. De moeder woont te Zeelst bij Eindhoven, Toen bedden aan de -woning ven D.'e wtn gekomen, werd na herhaald geklop «yrfTti In kort geding heeft Donderdag voor den president der rechtbank ,mr. Coninok Westenberg, de «behandeling plaats gevonden van de vordering door den heer Floris Vos te Naarden Ingesteld tegen den heer E. J. Bredlus, q. q. dijkgraaf van den zeedijk beoosten Muiden. Eischer vraagt van den president dat deze in voorziening bij voorbaat tot een onrechtmatige daad van gedaagde zal, verklaren, dat deze door het doen afsluiten van den tol boom, op de brug over de Vecht te Muiden hem belem merd heeft ln het berijden van den openbaren weg, er. gedaagde zal verplichten deze belemmering achterwege te laten door het openlaten van den tolboom. Verder vraagt eischer een schadevergoeding ten bedrage van f 10. Pleidooi van Mr. Zadoks. Voor eischer trad in dit kort geding op mr. Zadoks. Deze herinnerde er aan, dat de heer Floris Vos voor twee jaar aan het waterschapsbestuur kennis had ge geven dat hij geen tol zoude betalen en dat hij sindsdien ongehinderd de tol zonder betaling met zijn auto gepas seerd is, totdat dit hem eenige weken geleden door een gesloten tolboom verhinderd is. Het geldt hier de zuiver luridische vraag niet of het waterschapsbestuur de tol rechtmatig heft, maar of het gerechtigd ls tot afsluiting van den openbaren weg. Pleiter betoogt dat de afsluting wiet gegrond is op de wet en niet overeenkomstig de wet die den tolboom als executie-maatregel niet kent. De tegenpartij zal zich beroepen op het Koninklijk Besluit van 29 October 1833, houdende de regeling van tolboo- men op rijkswegen, waarin staat dat niemand door een tolboom zal mogen rijden zonder betaling; dat een leder die zulks wil de doorgang belet zal worden en dat iemand beboet zal worden met een som bedragende 50 maal het tolgeld. Dat is de wettelijke grondslag van den tolboom. Daan- na ds echter gekomen een K.B. van 5 Mei 1850, houdende bepalingen op de tollen, op veren, die geen groote wegen zijn, waarmede het «besluit van 1833 niet meer op wegen, aangelegd door de provincie, particulieren of water schappen. De strafwettelijke sanctie voor de tol van Mui den is komen te vervallen; volgens het Kon. Besluit van 1833 werd deze tol trouwens alleen geheven voor „voer tuigen door dieren getrokken en diligences." Van auto's is in het besluit geen sprake. Daarna geeft pleiter een historische en Juridisehe uiteenzetting van de tolheffing ln Nederland. Vervolgens zegt hij te voorzien, dat hij van zijn tegen partij het verwijt te hooren zal krijgen, dat wat eischer deed was een revolutionaire daad. Dit zal op hem weinig indruk maken. Tal van revolutionairen zijn thans groote heiligen. Nederland in zijn tegenwoordige staats rechtelijke gedaante ia het resultaat van een revolutie. Zoodra een wet of de toepassing daarvan in strijd ls met het algemeen rechtsgevoel pleegt ze revolutie. Deze kan geoorloofd zijn tegen een wetgeving welke zich niet aan het geméene rechtsbewustzijn heeft aangepast Trouwens één mensch maakt geen revolutie; de heer Vos wenscht het ook niet hij wonscht el echts een er kenning bij de wet van wat algemeen als recht wordt erkend; en om deze erkenning te bereiken beeft hij eerst alle regelmatige middelen berpoeft „De ClhlnfMYran Europa," De opheffing van de tol te Mtilden stuit alleen ai op de kruidenierspolitiek van de regeering, die op een paar centen voor een belangrijke zaak kijkt «en door niets te doen den tegenwoordige» onmogelijken toe stand in het leven heeft geroepen. In heel Europa vindt men dergelijke tolplagorijen alleen nog maar ln Nederland. Verder bestaat nog zooleta in China; hierin zal wel een van de oorzaken liggen voor onzen''bij naam: Chineezon van Europa. Tenslotte betoogde pl. dat het K. B. van 1833 geen rekening houdt met de enorm gewijzigde vorkeers- toestanden en dat men een zoo verouderd besluit alleen daarom al niet meer mag toepassen. Pleidooi van mr. Worst Daarna was het woord aan mr. J. Woret Deze her innerde eraan, dat reeds voor Pinksijeren het plan be stond om de tol te Muiden te „bestormen". Het bestuur van het Hoogheemraadschap heeft toen voorgesteld aan. het bestuur van de K.N.A.C., dat men aan een onpar tijdig rechtsgeleerde advies zoude vragen over de vraag of de tolheffing rechtmatig was. Bij dit advies zouden beide partijen zich neerleggen. Toen nu mr. Modderman had uitgemaakt, dat het recht van tol heffing den dijkgraaf en het Hoogheemraadschap van den zeedijk beoosten Muiden toekwam heeft eischer zich aan deze afspraak niet gehouden doch met eenige kwaadwilligen groote verkeersstoornissen veroorzaakt Door een uitmuntende verkeersregeling van den burge meester van Muiden en den marechaussee is thans alles in orde wat dit betreft Van een noodtoestand, die een onmiddellijke voorziening bij voorbaat eischt, ls dan ook geen sprake Pl. betoogt dan, dat in zake een schadevergoeding do president van de rechtbank geen definitieve beslissing kan geven, dan zoude hij den grondslag van het recht raken. Ook daarom is de vordering niet ontvankelijk Verder betoogt pl. dat een particulier niet kan op treden als hoeder van den openbaren weg; dat is aan de overheid toevertrouwd. Het recht van tolheffing staat vast en ontkent eischer niet Nu van tweeën een: of de tol wordt ge- beven op een brug, en dat is geen weg, en dan is de vordering niet toewijsbaar, of hij wordt geheven op den openbaren weg, die ligt over de brug, en dan is de tol heffing rechtmatig, dus ook de sluiting van den tol boom voor weigerachtigen om te behalen. De strafwettelijke sanctie moge zijn vervallen, maar de bevoegdheid tot het heffen van tol is daarmede niet vervallen. Pl. ontkent een subjectief recht om van den open baren weg gebruik 'te maken. Doet men het, dan doet men iets wat geoorloofd is, maar oefent geen recht uit. Mag men alleen gebruik van den weg maken tegen betaling dan mist men het recht om het zonder betaling te doen. De tolboom is te beschouwen als een zichtbaar teeken, dat niet ieder onvoorwaardelijk mag passeeren over dat stuk van den openbarenweg of dat de weg daar niet openbaar is. In beide gevallen kan men geen onvoorwaardelijke doorlating eischen. Pl. wijst er op, dat de president reeds meermalen in kort geding verklaard heeft dat hij vorderingen alleen toe kan wijzen als ook de gewone rechter waarschijn lijk de eischende partij in het gelijk zou stellen. Maar hier blijkt uit niets dat de zaak aan het oordeel van den gewonen rechter zal worden onderworpen. Het is ook niet waarschijnlijk. De aangekondigde vordering tot schadevergoeding voor den gewonen rechter heeft met de vordering niets te maken. Pl. besluit met de opmerking, dat het door het heels land een weldadigen indruk zal maken, als de rechter toont dat verkregen oude rechten tegen revolutionnaire daden in zijn bescherming veilig zijn. Ds prssldsnt zal Maandag te half sli uitspraak doen. DE TOL TE ZAANDIJK. Kritiek ln de gemeenteraad. In de Donderdagavond gehouden vergadering van den gemeenteraad van Zaandijk heeft de heer D. Witbaard (V. D.) enkele vragen aan B. en W. gesteld met betrek king tot de jongstleden Zondag bij den Zaandijker tol gehouden demonstraties. Interpellant drong erop aan, dat, wanneer weer een dusdanige demonstratie wordt gehouden, al het moge lijke zal worden gedaan om het autobusverkeer en goed willende betalers doorgang te vorleenea. Naar sprekers inzicht was do verkeersregeling Zondag zeer onvoldoende en ontbrak een kraohtige leiding. Beter ware het ge weest, indien de burgemeester zelf ter plaste* wars ge komen om het doorgaands verkeer te regelen. De heef Witbaard drong er bij B. en W. op aan, dat zij al het mogelijke zullen doen om te trachten <c«a geldelijke uit- keering uit het wegenfonds te verkrijgen, waardoor de gemeente den tol zou kunnen opheffen. De heer Bets (A. R.) vond de houding, welke het dage- Ujksch bestuur van de Vereertlging voor Vreemdelin genverkeer ten opzichte van de actie heeft aangenomen, zeer onbehoorlijk. Nog nimmer heeft deze vereeniglng zich tot het gemeentebestuur of den raad gewend, om te trachten den tol weg te krijgen. Spr. wilde oen woord van protest doen hooren tegen dit dagelijksoh bestuur voor de wijze, waarop het gemeend heeft tegen de tollen te moeten ageeren. V.V.V. had verdienstelijker werk ge daan, als zij de gemeente daadwerkelijk gesteund had ln baar pogingen om oen ultkoering uit het wegenfonds te krijgen. Do aanleg en het onderhoud van de wegen in de gemeente gaat ver boven de draagkracht van de ingezetenen uit De heer Dirkse (S. D.) onderschreef het betoog van den heer Sets.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1928 | | pagina 2