NIEUWJAAR. ir St T ER BLIJDE UITVAART VAN 1928. 1 Januari als Nieuwjaarsdag. Frissche kracht en frissche plannen Staan gereed voor 't nieuwe jaar, De balans is afgesloten, 't Nieuwe grootboek ligt weer klaar, 't Nieuwe grootboek van bet leven, Dat naar nieuwe plichten vraagt, En op elke nieuwe bladzij 't Teeken van ons streven draagt! Met een zeker zelfvertrouwen Zien we weer de toekomst in, Ook al lijkt ze soms wat donker, En onzeker in 't begin! Ingespannen zijn de blikken Op het nieuwe doel gericht, En de hoop rijst in de harten, Met het nieuw jaar komt het licht! Veel zal weer de aandacht eischen, Wat de levenskracht besnoeit-, Veel zal langzaam gaan ontkiemen, Wat nog nimmer heeft gegroeid, Veel zal vóór den bloeitijd sterven, Toen de hoop het hoogste rees, En de oogst reeds naar de ruimten Van de voorraadschuren wees! Vreugde staat van ver te wenken Naast het onbekende leed, Het succes en de mislukking Staan dicht naast elkaar gereed Oin den feilen kamp te wagen, Dien 't geheele jaar vaak geeft, Die 't geluk van heel Uw leven Soms tot kosth'ren inzet heeft! En wanneer 't succes gaat wank'len Aan den steilen afgrondrand, Drukt men U voor de beslissing Zelf de wapens in de hand! Welken strijd ge ook moet strijden Met 't maatschappelijk rapier, Onbezoedeld zij Uw zinspreuk, Open zij Uw trouw vizier! Houdt Uw doelwit kalm voor oogen, Dapper door Uw plichtsbesef, En schenkt al Uw tegenstanders Nü een ridderlijk: „P. F.ll" December 1028. KROES. (Nadruk verboden.) Wanneer we op onze kalenders bij den datum 1 Januari de toevoeging lozen: Nieuwjaarsdag, zal dit menigeen een overbodige aanduiding toeschijnen, leder weet toch. dat Nieuwjaar niet met Paschen of Kerstmis begint en glimlacht om de elk jaar weer hardnekkig herhaalde herinnering, die immers, zoo pieont men, vanzelf spreekt Twee eeuwen geleden was die toevoeging echter lang niet overbodig, want toen kende men, tenminste D&icieel, den laten Januari nog pas kort als Nieuw jaarsdag Hleel de middeleeuwen door, vanaf den tijd, toen het. Christendom ingang begon te vinden, begon het kerkelijk nieuwjaar bij sommigen inderdaad met Kerstmis, bij anderen met Paschen, en het burgerlijk jaar werd gerekend, gelijktijdig met het kerkelijk xe beginnen. Eerst in 1575, dus in het begin van don 40-jarigen oorlog, in bet jaar van de stichting der Leidsche H'oogeschool, werd de lste Januari hier te lande weer officieel als begin van het burgerlijk jaar aangewezen. Als kerkelijke feestdag werd die dag echter voor alsnog niet erkond. In Calvinistische kringen had inen to veel eon onoverkomelijke weerzin tegen alles wat maar eenigszins mot het heidendom in verband kon worden gebracht. Eerst in do 17de eeuw werd daarmee in Holland een begin gemaakt. In Rotter dam Werd op den lOen December 1621 van de predik stoelen in de Protestantsche Kerken afgelezen: „dat men op Nieuwjaarsdag met goone opene winckels eenigo neeringe soude doen en dat men dien dag sou- de vieren." liet duurdo evenwel nog tot pa 1750 oer de Nieuwjaarsdag b.v. to Amsterdam en in do pro vincie Zeeland Protestantsch kerkelijk werd gevierd. Rijmkroniek door Frans Sohneldera. Oude jaar, dat weer voorbij ls En ons leed en vreugde gaf. Ik kom afscheid van Jo nemen Aan je pas gedolven graf. Even nog een hart'Hjk woordjs En wat zand erop gedaan, Eventjes nog hulde brengen Voor wij jou begraven gaan. 'k Sta hier ln mijn zwarte pakkle, Zooala 't bij een lijkbaar hoort En, met tranen ln mijn oogon. Spreek Ik hier het laatste woord. In mijn hand mijn hooge zlje. Sta Ik ln mijn blooten kop, Straks, als ik ben uitgesproken, het: Uit en zand erop. Als ik, wat jij deed, eens naga Oude jaar, ala af scheidsgroot. Wel dan moet lk eerlijk zeggen: Het begin was mooi en goed! Het begon in Januari Met een wereldwensch om vroê, Alle landen speelden jabroor, Maar gooneen deed er aan mee. Vrede, vrede moet er komen Voor den afgetobden mensch, Vredo voor de heele wereld,' Vrede was de Nieuwjaarawenach! 't Ia bij dezen wensch gebleven In het afgeloopen jaar, Want het ging haast alle dagen Even slecht en even raar! Aanstonds al een spoorwegramp je In ona Zandvoort aan de Zee, Waar een Machlnlatenleerllng Op 't station een aanvaj deê... Op den tweeden dag dea jaara reeds Kwam voor een Nieuwjaars p.f. n Machinist met zijn machina Op visite btj den chef. En wat. op de overwegen Dit jaar weder ls geschied, Al die dooden en gewonden Téllen? Neen, dat kunt u niet! Ook Se volgende »ea»t!e Was niet aardig en niet leuk, De Veendammer hypotheekbank Stierf plots aan een dubb'le breuk, 't Gold hier maar een paar milMoontjes En u vraagt mij, hoe 'dat kan? Liebe man, lk zal 't u zeggen: 's War eln llebo Llebermann! Maar ook Holland's Insullnde Kwam heel spoedig ln het nauw, Toen de lava doodend onheil Spuwde uit de Krakatau. En toen hieven met z'n allen Eonaklaps wij een juichtoon aan, Om hetgeen daar de bemanning Der „Athena" had gedaan. Januari... gascorruptie Ging nog ongestoord haar gang, En men sloeg 'n bankdlrector Wegens fraude in 't gevang. 'k Hoef u dat niet eens te zeggen Want u weet, 'k weet, dat u weet. Dat men daag'lijks hier als toespijs Fraude en corruptie eet! Maar ln verre, vreemde landen Hield men Holland's eer nog op, Daar kreeg Mister Mengelheuvel 'n Doctorshoedje op zijn... hoofd Hooggeachte Doctor Willem, Dat was mooi wat u daar deê, Voortaan heet U Doctor Willem, Doctor Willem nummer twee. Er kwam ook nog een klein stormpje In de landseconomie, Kwestie ln de bouwbedrijven En de kleedlngindustrie. Hè. lk moet er niet aan denken, Dat zoo Iets was doorgegaan Want dan haddon met z'n allen Wij nu ln ons hemd gestaan. Zeker, ook ln Februari Had het spoor het -eerste woord, Op zoo'n onbewaakt atuk spooratuk Werd er even een vermoord. Uit de cel ln Sohevenlngen Wou er ook weer een vandaan, 't Kon hem daar maar niet bekoren. En toen ia hij maar gegaan; O, dat la daar heel eenvoudig, Niemand pakt Je ln je kraag Als Je, eenmaal uitgebroken, Maar gaat wonen ln Den Haag. Toen deez' maand mamsel d'Orange Op haar paard door Holland ging, Kreeg zij gratis van de straatjeugd Nog een paard-herlnnerlng. Toen Mademolselle d'Orange Weer terug ln Frankrijk kwam Zei ze: In Pays d'Orange Kreeg ik dit, ln Rotterdam. Verder nog oen beetjo ruzie Tusschen stormwind en don trein En des morgens arriveerde Wie des avonds thuis moest zijn. Even maar een Ijzig windje, Sneeuw of Ijzol op de baan, En de electrlsche treinen Blijven Ijskoud, stokstijf staan. Deze maand gaf nog een Jaarbeurs Voor de welvaart van dit jaar Plus het hoopvol ondernemen Van den ouden Schuttevaer, Langzaam vorderde het Jaar toen En wij kregen zomertijd, 'k Hoorde toon, hoo Braat zijn koelen Gaf het volgende bescheid: Lieve koe, wij raken spoedig Onzen Julsten tijd weer kwijt En dan spreken olie menachen Van den xnoolen zomertijd; Maar als wij den tijd bepalen, Lieve koe? Heb lk het mis? Zeggen wij, koe, dan niet, dat het •n Half uur over melktijd Ia. Bij hetgeen ln Maart gebeurde, Was niet veel bijzonders bij, d'Indoneslsche studenten Kwamen voor do rechtbank vrij. Verder een paar overvallen, Een paar moorden als cadeau Dan het sloopen van wat molens, Ruzie ln de radio. Maar April begon plelzlerlg Met het allerfijnst bericht: Do vernietiging der tollen Ia nu eindelijk ln 't zicht! Langzaam aan begon de actie, Holland trok er fier op los Onder de beproefde leiding Van den zesden Florls... Vos Eerst begon er toen een staking In het Drentsohe Venenland En toen die wan afgeloopen Vloog de heele boel ln brand. Weet u nog, dat er toen aanstonds Brandweormannenhulp kwam, Uit Den Haag en uit het Noorden En de spuit van Amsterdam? Weet u waarom men die hullep Zoo van verre komen" liet? Om het spreekwoord: Wie In 't veen zit Kijkt er op een turfje niet Mak lk even onderbreken Voor een droeve herinnering Aan een, dien wij noode misten! Maar ons toch verlaten ging? Afscheid aan den grooten Lorent», Man van wetenschap en daad, Man van veel gewrochten arbeid Voor het heil van heel den Staat En toen was het Dorus Rijkers, Die den dood ten offer viel... Beste ouwe Opa Dorus... Hij, een held in hart en ziel! En, terwijl op 't land de moorden Zijn aan d'orde van den dag, Moeten w'even hulde brengen Om hetgeen de Noordzee zag. Vijf en veertig menBchenlevent In den storm en dus ln nood, Vijf en veertig menschenlevens Strijdend met een zeek'ren dood... Maar toen kwamen Holland's dapp'ren Op het vlakke zeestrand aan, En die hebben ln de golven Met gevaar hun plicht gedaan. Toen begon d'Olympiade, Heel de wereld deed er mee, En de eerste, die ona klopte, Was alweer Uruguay. Enkel onze Oosterburen Deden toen wat wild en woest *t Leek warempel of de oorlog Weer opnieuw beginnen moest Maar zij deden toen gelukkig Aan dea strtjd niet Verder mee, En ona voetbalxnlnnend harte Klopte slechte7 voor... Oerekwee. Toén een moord ln Maartensdijk, En ln Hilversum een zroordje En ln Blauwcapel een lijk. Toen eon meisje doodgeschoten In het plaatsje Oudeschouw En op eon der overwegen Kreeg een auto nog een douw. Rotterdam, de stad van handel Vierde ook con jubllé Zij had steeds best begrepen Hot aloud: „Je malntiendrai"! Want dat was geen jubilé'tje Zooals er zoovelen zijn, Zoo maar eens, omdat je wilt gaan Jublleeren voor de gijn. Nee, dat was geen jubilé'tje Van Uw Mina of uw Sjaan, Nee, het was de feestherdenking Van zeshonderd jaar bestaan. Rotterdam, lk wensch Je voorspoed Sprak ik met ontroerde stem, Word voor mijn part even oud als Wijlen heer Metbusalem. Verder was er dat moet ook toch Eventjes nog in de krant Hlej in Rotterdam Tets anders, Iets bijzonders aan de hand. 't Was de grootsche expositie, Nederlandsche nijverheid, Nijver raakte je Je centen Daar in 't Lunapark kwijt Juni was een prettig maandje N.V. kreeg een nieuwe wet, En na veel vergeefsche moeite Werd ook Noblle gered. Kijk ik wie die heldendaden In de Noordpool heeft gedaan, Dan sle lk ook Sjof van Dongen, Onze Sjef, op 't lijstje staan. Tegenstrijdig aan het spreekwoord: Molk ls o zoo goed voor elk Word ar ook weer eena begonnen Met het mellekprljsgornelk. En al wil men ook beweren Niet voor Jan (soms wel voor Plet?) Ik zeg: 't is voor iedereen goed, Voor den melkboer enkel niet. Onze Waterataatsmlnlster Gaf toen ook Ineens een kik Want ln Juni kreeg hij plotsklaps 'n Prachtig, helder oogenblik. Want hij sprak toen tot de Kamer Hij had zeker goed gomaft Mijne Heeren, al die tollen Moeten worden afgeschaft. Toen la hij weer Ingedommeld Na wat tollonwatgopoch En was Florls niet gokomen, Lieve mensch, dan sliep hij nog. Juli bracht heel vnol ellende In ons vaderlandsch bestaan, Toen brak er een tijd van rampen, En van moord en doodslag aan. Eerst een mijnramp In het Zuiden, En nog wel een ramp ln 't groot, 'n Tiental van die zwarte zwoegers Vond daar ln eon mijn den dood. Bij die open overwegen Raakten nog wat auto's zoek, 'n Doodlijk ongeluk geschiedde Er in 't kamp bij Oldebroek. Einde Juli, toen de spelen Grootendeels waren gedaan, Brak het plechtig oogenbllkjt Van de plechtig' op'nlng aan. Onze Harry stond ln 't midden Zoo, dat iedereen hem zag. En hij legde toen zijn eed af Met een stip van Holland's vlag. Toen begon opnieuw de wedstrijd, Deze won en die kreeg klop, En een fladderend stuk dundook Klom dan naar de hoogste top. Kijk, zoo'n oor vond heel do wereld Toen heroïsch, eervol, kloek, En nu liggen al die vlaggen Te vervuilen ln een hoek Uit de Schevenlngsche bajes Raakten er weer een paar los, Wat direct gevolgd werd door een Overval in 't Haagsche Bosch. AJ» lk zoo zou willen doorgaan, Zou het dit zijn, wat u hoort: Onbewaakte overwegen, Moord en doodslag, doodslag moord, 'k Doe dan nog maar een paar grepen Uit wat verder ls geschied, En 'k onthoud dan ook mijn hulde Aan twee groote zwemsters nlst, 't Zijn twee watervlugge dames,. Rietje Braun en Zus Baron, In het nautisch Stadion. En de mooie maand Augustus Zette al heel prachtig ln Met den zeventigsten Jaardag Onzer Moeder-Koningin,. Maar ze kreeg een mooi cadeautje, Zoo iets van een ton of zes, Voor haar gouden jubileum Als groot-Nederland's burgeres. Limburg kreeg toen ook haar portie Van het jaarlljksch wel en wee, Want het plotselinge stormweer Nam een serie hulzen mee. Bovendien viel er ln Heerlen Ja, dat was een droeve stond Onverwacht een vliegmachine Tusschen menachen op den grond. Verder wil 'k nog even melden, Met een hart vol pret en lol, 't Onverwachte overlijden Van dien dooien MuldertoL Botsingen op overwegen Waren er nog menig keer, Maar dat wordt nou knap vervelend, Dus dat meld ik maar niet meer. Langzaam liep het jaar ten einde En de dagen gingen heen, En men vond maar niet bij mij hoor Gauw nog even een Jan Steen. Trouwens ln de schilderijen Ging het dit jaar nogal fiks, Kijk maar even naar de opbrengst Van de keurcollectle Slx! Drie ton voor een schilderijtje, 'k Vraag U: Snapt U daar iets van. Daar men die ln elke winkel Voor een kwartje krijgen kan. Als ze zoo'n ding gaan vervalechen, Want dat heb je bovendien, Kan geen enkle kunstenmaker Somtijds het verschil meer zien. Even moet ik onderbreken Om U 't feit te melden, dat Ik bij deze lintjesregen Wéér geen lintje héb gehad. Nummer 44a der pottvUege» Ging dé lucht ln zeer gezwind» Liet naar I&dtê sloh drijven Op de vleugels van de wind. Nummer twee, drie, vier, vijf volgden Zwaar belaet en zwaar bepakt, En een kreeg er met een hooiberg Eensklaps ongewenscht contact. Nummer drie verloor zijn vleugel BIJ het moeilijk dallngswerk En de dapp're vliegenier keek Treurend naar die „lamme vlerk". Maar al ging 't ook niet zoo hoopvol. Zooals 't wel had moeten gaan; Toch staat Holland ln de luchtvaart Beter, vliegt zij, bovenaan. Lleberman, die pracht Veendammer, Die 'm stiekum was gesmeerd, Werd in Helsingfors, in Finland, Eindelijk gearresteerd. En hoe vond U het berichtje Plots'llng ln de kranten, dat Er twee honderd miljoen gulden In 't regeerlngspotje zat. 'k Dacht toen aan de overwegen. Met een opgewekt gezicht, Want lk dacht, daar komen boomen, Al wat open ls, gaat dicht 'k Dacht aan die slechte wegen. Die er altijd nog maar zijn, Aan de hooge rijksbelasting. De accijns op brandewijn. Maar de kaatste is verminderd, Op dat punt ben ik gerust Is dat omdat de Minister Zelf zoo graag een neutje lust? Toen weer zijn ze gaan verzinnen, Aio een allernieuwst cadeau, a, Je Je faclo thuis ts sturen, Draadloos door de radio. Maar dat wordt me te gevaarlijk, Want als dat soo door blijft gaan, Zal je ega spoedig seggen: Jij komt uit de soos vandaan. Op een allerliefst berichtje Keek lk nog mijn oogen uit 't Gijzelen gaat voortaan anders. Ministerieel besluit! Eerstens krUg j'een mooie leunstoel En oen lekker veoren bed, 's Middags thee en 's morgens koffis Naar do letter van de wet. Overdag ontvang je gaBten, Een sigaar, een kopje thee, Bovendien nog led'ren middag Een exquis en fijn diner. Zooveel liefde voor de menschen Kijk, dat doet Je toch weer goed, 'k Hoef alleen nog maar te weten, Hoe of lk daar komen moet In Den Haag dacht de politie: 'k Schel er maar eens uit een keer Met dat zoeken naar die moord'naars. Want die vind ik toch niet meer. Maar omdat ook daar d'agenten Moeten waken voor hun eer. Legden zij, geheel per ong*luk Maar een schoorsteenveger neer. En zij arresteerde zestig Jongemannen tegelijk, Om een schot uit een onschuldig Kn&lplatool op den Moerdijk. Meld tenslotte van een storm wesr, Woedend over land en zee. Hij nam vele menschen levens En veel menschenarbeld mee. Want wéérkwam de stormwind woede*. Met meedoogenlooze kracht Wie zich pas nog veilig waande, Voelde plotseling zijn macht En veel menachen, die er voeren Verweg van de vell'ge ree, Hebben toen hun dood gevonden In de wijde schoot der zee. „Nieuwe Zorg" en de „Salento" Zijn aan onze kust vergaan, En do dapp're redders hadden Toch ook nu hun plicht gedaan. Want het kindje, dat met Moeder Tuurde naar de wijde zee; En dat vroeg of Vader wéérkwam, Kreeg een traan, een kus, en „Nee"! 'k Meld u van de postvliegtuigen, Die uit Indlë zijn gekeerd, En van de accijnsverlaging Op Schiedam gedistilleerd. Holland breng daarvoor Uw hulde Aan den opperheer de Geer Niemand uwer zal gaan zingen: „Nee, we lusten 'm niet meer"! En zoo gauw de prijs verlaagd ls Geef lk een reuzefulf. Ieder dertien ouwe klare Daarna erwtensoep met kluif. Jantje Nathals zal 'm raken, Maar z'n neus ls toch al rood, Gerrlt Kurk ligt dan heel spoedig lederen avond in de goot Hein de Lik zal dan gaan denken: Voortaan krijg Je snaps cadeau, Hij gaat permanent Iogeeren Op het stadspolitleb'reau We beginnen met een optocht Voorop wandelt Kobus Kruik, Met z'n rooie-bleten-gevel En z'n pracht jeneverbuik. Nog wel heel wat moordpartijen, Zijn er sindsdien nog geweest Maar geen nood, de Koninklijke Academie vierde feest Honderd jaar heeft zij gearbeid, Honderd Jaar heeft zij bestaan, Op een tiental extra moorden. Komt het dan toch niet opaan. Onze groote Kaëlemmers Toonden zich weer onbeducht Met hun laatste postverzending Op hun Insulinde-vlucht Telkens kleiner werd de afstand. Telkens nauwer werd de band, 't Is nu bijna te beschreeuwen Indië en Nederland. En terwijl de vliegmachine Door de wijde luchten gaat. Praten wij met Insullnde Zoomaar ijskoud zonder draad. Want op 't allerlaatste einde Van het afgeloopen jaar Waa het: HollandInsullnde, Zalig Kerstfeest en Nieuwjaar. Zoo is 't oude jaar verloopen, Met zijn wel en met zijn wee. Vraag eens leder voor u zeiven: Nou hoe was het viel het mee? Even achterom gekeken Dan vooruit den blik gewend Want een nieuw jaar ia gekomen, t Oude jaar is aan zijn end. Ook dit jaar weer moedig voorwaarts, Ook al is het soms een toer. Voorspoed èn geluk en zegen Wenscht U dit Jaar Troubadour.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1928 | | pagina 3