SchagerCourant Raad Anna Pauiowna. IJzeren Grendelen. Tweede Blad. Arrondissements Rechtbank te Alkmaar. SjurvsafaJ™™} Donderdag 28 Februari 1929 72ste Jaargang. No. 8417. MEERVOUDIGE STRAFKAMER. Zitting van Dlnwlag 20 Februari 1020. IC EN uelabtinq snbrtzaak van HET JAAR 0. Hoi komt on» voor, dut oan belaallngovorlrodlng dia door da schuld dor Justlllaola autoriteiten niet blnnon 1 het. Junr na hot plegen van het fslt kun worden berolkt, I uls vorjnurd vervullen moest worden verklaard. Het is tooh belachelijk, dut Iemand die geen grooler misdaad heeft begaan dan het verkoopen van 'n paar kistjes slguren, waarvan aan de gulzige belastingadministratie geen cljnoponnlnkeke werd voldaan, nog Jaron later over deze futiliteit wordt lastig gevallen, al is het dRn ook van algemeens bekendheid, dat men van den fis- cua dc meest hondsche behandeling kan verwachten. I Zoo stond dan vandaag tereoht do gewezen reiziger thans kelner, Theodorus do K. uit Utreoht, omdat hij ln 1927 te Behagen eenlge kistjes Stlnkadorus Colorado Claro Maduro Asthmutlco aan 'n paar boertjes had verkocht, welke sigaren bicken niet voorzien te zijn van de beruchte banderolles. De goede stakker waa mal genoeg geweest in deze Siberische temperatuur heel uit Utrecht te komen, om die oude koe nog eens uit sloot to zien halen en niet mlndor dan 100 gulden booto of 100 dagen hechtenis tegen zich to hooren elschen. Hij beweerde door werkeloosheid en ziekte financieel geheel uitgeput te zijn en dit monsterachtige bedrag niet te kunnen betalen. Het zal ons nu benieuwen of de rechtbank btj de uitspraak wat barmhartiger ls. KOMAAN KINDEREN, WIE VERBETERT HET BOD VAN 100 GULDEN? I De caféhouder Marlnus O. te Hoorn was de tweede gelukkige, die de eer genoot heden te vallen in de keu rig gemanicureerdo vingeren van den Edelgestr. heer Rijksadvocaat uit Groot-Mokura. Tegen hem waren de verschrikkelijkste bezwaren ge rezen, omdat hij ln Juli of Juni 1927 of '28, er 13 nie mand bij machte den Rijksadvocaat op 'n afstand van meer dan 1JA meter te verstaan, ln zijn café aanwezig had 'n onbeduidend partijtje emookertjes in een kistje, waarvan de banderol-zegel was verbroken, terwijl de sigaren dat belastingmerk misten. Dat ls verboden op 6traffe des doods, door middel van ophanging. Zoo'n kistje, dat alleen Is gezegeld mag men wol aanwezig hebben, doch dan mag er ook niet een sigaar nan ont breken. Dank zy die ongezegelde sigaren werd de café houder zelf de sigaar en luidde tegen hem ook don ulloszlns billijken cisch, waarvoor dient zoo'n man an ders dan hem met de citroenpers te bewerken, 100 gul den boete of 100 dagen de Uk in. DAT HAD MOEDER NOU NIET MOETEN DOEN. Niet alleen de caféhouder O., doch ook diens echt- genoote, Anna Maria de G., had de Hooge Oomes der belasting-administratie tegen zich in het harnas gejaagd, door gedurende de ln de voorgaande zaak gereleveerde ïcéxie met de banderolloose sigaretjes, den heer Smit, commies der belastingen, te belemmeren zijn ambtelijken plicht te vervullen. Zij rukte namelijk de kistjes met sigaren, die hij in beslag wilde nemen, uit zijn handen, bracht ze in veiligheid in een zijkamer en was niet te bewegen aan de sommatie van den heer Smit tot uit levering te voldoen. Dat was gevaarlijk en kwam ook niet te pas. De ambtenaren, die daarvoor zijn aangewe zen, hebben de taak te vervullen die hen is opgelegd, op straffe van ontslag of ambtelijke correctie, hen mag men dus niet bemoeilijken. Maar de vrouw was begrij pelijk zenuwachtig en opgewonden. Een dergelijk ingrij pen irriteert de menschen en wij hopen, dat de H.H. Rechters, die in gelukkiger omstandigheden verkeeren en van belasting-ambtenaren niets hebben te vreezen, de hand over het hart zullen strijken en deze huismoe der niet zullen veroordeelen tot de f 100 boete of 100 dagen, door Rijksadvocaat en Officier gevorderd, doch haar met de uiterste clementie zullen behandelen. 'N ARME BROODSCHROBBER AAN BRANDHOUT GEHAKT. De laatste belastingzondaar van dezen dag van gram schap, was de sigarenfabrikant (als je nog eens fabri- fotflf! mfj, m* snw MMwr> WLIWHL» f. Joviale Limburger, wlen het noodlot naar Alkmaar heeft geblazen om s!ch daar als sigarenmaker en detail ln de kunst van hongerlijden te bekwamen. De 14e Juni ven het Jaar 1928 wiu» voor hem al een zeer mleorabeler dag O), zijn rijwiel kwam hij aange- peddeld op hot Zeglls, vroolljk. welgemoed en op hoop van zegen, dat do ambtenaren de 34 kletjee met 100 ongobanderolleerde, he ho, wat weer 'n woord, om je asem bij to verliezen,sigaren niet In de gaten wouden krijgen, Helaas, dat stond geschreven ln het boek des levens, dat het niet zoo zijn zou. Twee aotleva ambtenaren stonden gereed hom to bespringen, weg alle lltuelën en de 15 kistjes sigaren, benevens de hoop op 'n kleine, maar zoete winst. De ramp die hem op dezen 14 Juni had getroffen, kon do arme Leonardus Hubertua thans eerst ln vollen omvang overzien, want de rljksadvooaat vorderde tegen hem 2 X 300 on 1 X 80 guldon booto, plus verbeurdver klaring der 11 honderd ln beslag genomen sigaren, terwijl do Offlolor .verlangde, dat hij bij niet voldoening dezor geringe boete tot 250 dagen rutsslobben, snort- likken en bruine boonen-kauwen zou worden veroor- doald, Wnn hot wonder, dat do sigarenmaker van schrik bij- kunt dood bleef on nlloon mst hot laatste restant kracht dia hrm nog overbleef, kon stamelen, dat hij nooit bij machte zou zijn, zoo'n kapitaal «an boete ts besjollsme? De luoht klnardn merkelijk op, toen don Rijksadvo caat nu eau hartelijk afscheid, niet van de sigaren- maker, maar van de rechtbank de boenen nam en weer naar zijn standplaats terugkeerde. Van dien kant althans konden er heden geen slacht offers meer vallen. LEELIJK IN DE BUNSINGKLEM GERAAKT. De 27-Jarlge Willem Fred. H. Is ln one arrondissement on rechtzaal lang geen onbekende, hoewel er nJet bijge voegd kan worden, dat zijn reputatie bijzonder schitte rend ls. In Enkhulzen, waar hij oorspronkelijk thuis hoort, herinnert men zich hem wel, omdat hij met een paar door hem verleide Jongens betrokken; was ln een diefstal bij een alleenwonend oud man. Op Texel, waar hij 'n blauwen Maandag werkzaam was aan de Zulderzee- indijklng, deed hij twee Jaren geleden eveneens van zich spreken. Hij gapte toon vier kippen bij den boer, waar hij had gewerkt en ontvreemde een kralen beurs met 7llveren knip uit de winkellade van een bejaarde win kelierster ln snoepgoed en safflaantjes, die hij zoo nu en dan met zijn klandlsle vereerde. De gestolen kippen verkocht hij voor f 2 per stuk aan mej. de wed. D. en maakte dit goede mensch wijs, dat hij dit pluimgedierte had ontvan'gen van zijn patroon Mandjes inplaats van loon, aangezien Mandjes zoo krap bij kas was, dat hij geen uitbetaling kon doen in contanten. Het beursje, dat hij voorgaf gevonden te hebben, gaf hij cadeau aan Dieuwertje B., bij wier oudera hij des tijds als commensaal zijn Intrek had genomen. Voor deze twee feiten werd Willem destijds veroor deeld tot 1 jaar gevangenisstraf, doch hij nam de wijk naar het buitenland, toen de lucht hem hier te vochtig werd en wist zich aldus aan zijn straf te onttrekken. Doch onlangs waagde hij zicht over de Duitsche grens cn deze brutaliteit werd hem noodlottig. Men pikte hem secuur in om hom in de gelegenheid te stellen verschil lende straffen eens netjes af te werken, zooals een be hoorlijk etaatsburger past. Deze vereffening van zaken stond ons ventje niet aan en hij kwam nu in verzet tegen het hem door de rechtbank te Alkmaar opgelegde vonnis, welke verzet- zaak Dinsdag als laatste nummer van het programma werd behandeld. Onze vriend, die thans ln Den Bosch met groote zorg en toewijding wordt vastgehouden, verscheen behoorlijk bewaakt, voor de rechtbank, uitgedoscht in een gr oen- poepen sportbuis, welke uitmonstering den president aanleiding gaf of hij ln Dultschland soms het ambt van boschwachter had uitgeoefend. De president keek zóó verliefd naar dat mooie, buisje dat ik dacht: als het nog lang duurt, biedt hy er nog geld voor. Wat manheer Willem Fred er ik H. betreft, die bleef V? «Mlffftf, «Al r» verdiend en het .beurtje gevonden had, maar de Offi cier gaf blijken van groote twijfelzucht en requirterde bekrachtiging van het bij verstek gewezen vonnis, waar bij verdachte tot 1 Jaar gevangenisstraf werd veroor deeld. Waarmee de kous voor vandaag weer of ls. Bitter wreekt zich de zorgeloosheid, wel ke velen bij de eerste rheumatische pijnen aan den dag leggen. Zeker, de pijnen gaan in net begin van zelf weer over, om echter later des te he viger weer terug te komen. Hei be«ie is nog altijd direct inwrijven mei Bij apothekers en drogisten verkrijgbaar. Vergadering vnn den Raad op Woensdag 27 Februari 1929, dos namiddags 2 uur. Alle loden zijn aanwezig. Voorzitter do hoer O. J. Lovlnk, burgemeester, Se cretaris de hoer C. Keljzer. Nu oponlng van do vongaderlng dlo ovenaln de vorige wederom door enkoln belangstellenden werd bijgewoond, volgt lozing dor notulen, Zo worden onveranderd onder dankzegging mm den samensteller goedgekeurd. Medndeelingen. n. Voor het H.M, de Koningin-Moeder gezonden tele- •rrnm vnn galukwentoh ter gelegenheid vnn het 50-jarlg »t<wi t.-burgnr«ohap, In eane dankbetuiging ontvangen. b. Ingekomen ls het Jaaiwerslag der Commissie tot wering van schoolverzuim. Na voorlezing wordt het verslag voor kennisgeving aangenomen; aan de commlaale zal dank worden ge bracht. o. Bij Kon. Besluit d.d. 3 Januari 1929 no. 87 Ie de forensenaanslag opgelegd ann'B. de Wreede Jr„ to Hll- logom over hot belastingjaar 1927—1928 vernietigd. Goedkeuring is verkregen op hot besluit tot verhuring van land aa n de heeren Jongej&n en Wyd«nes Spaans. De aardappel-wTatziekte. Van het Bestuur van de Z.A.P. (Zaaizaadvereenlglng Anna Pauiowna) ls een adres Ingekomen, waarin ge wezen wordt op het gevaar dat de wr&tzlekte ten aanzien van de teelt van pootaardappelen oplevert, ook voor de bloembollencultuur en op het belang van goed gezond pootgoed of minder voor deze ziekte vatbare soorten. Gevraagd wordt een verbod te willen uitvaar digen van den verbouw van de meest vatbare variëtei ten. met name dan de Bravo, Kampioen, de Wet en Beentje. De Voorzitter wil, waar het adres nog niet door B. en tv. ls behandeld, het adres in hun handen stellen om pr&e-advies. Spr. ziet nog niet ln hoe door een gemeentelijk verbod het gevaar kan worden verminderd. De heer Lubbert deelt mede, dat de vereeniglng voor bloembollencultuur zich bereid heeft verklaard, alle medewerking te verleenen, omdat deze zaak voor de bloembollencultuur ook van ontzaggelijk belang is. De Voorzitter zegt, dat de Z.A.P. ook van de mede werking van het gemeentebestuur verzekerd kan zijn, maar de vraag is of dit met behulp van wettelijke be palingen kan. De heer Kuiken daoht, dat in tijden, van gevaar, het 1 rijk maatregelen nam. De heer Komen zegt dat het gaat om verbouw van onvatbare of minder vatbare soorten pootaardappelen. Spr. horinnert eraan dat deze zaak ln de afdeeling der Koll. Maatschappij van Landbouw ls ter sprake gebracht Het betreft hier een gevaar, waarbij het algemeen belang zeer betrokken is en tijdig maatregelen genomen dienen te worden. Om die redenen wordt er een verbodsbepa ling tegen den verbouw gevraagd. Er is een Centraal Comité voor de keuring te velde, dat de vatbare soor ten uitschiet voor de keuring. En nu heeft het een zaak van overweging uitgemaakt, om voor die soorten die van. de lijst van gekeurde soorten zijn uitgesloten, een bouwverbod uit te vaardigen. Het is noodig dat daartoe wettelijke maatregelen worden genomen. In hoeverre dat mogelijk is, is spr. nog niet heelemnal bekend en spr. zou het. op prijs stellen, als dit werd onderzocht. Als het gemeentelijk niet kan, dan dient er I een algemeen bouwverbod te komen, omdat bij het voor- I komen van de wratziekte ,de pootaardappelexport er ten zeerste door zou worden getroffen. De Voorzitter belooft bij het Ministerie van Landbouw te zullen informeeren. Wat een gemeentelijk verbod be- I treft, het zal heel moeilijk zijn te controleeren, een overtreding moeilijk te constateeren. De heer Stammes meent dat dit laatste wel zal gaan, men. ziet de aardappelen toch groeien, i De heer Rezelman meent ook dat dit heel best ls te doen. Er zijn bepaalde soorten die ln verband met de ziekte door het Centraal Comité van keuring worden uitgesloten de Z.A.P. wil de menschen aan goed poot goed helpen, tegen billijken prijs, spr. meent van 5 cent. De heer Van der Ham zegt, dat de afdeeling van den Landarbeidersbond ook een brief van de Z.A.P. over deze zaak heeft gekregen en daaruit blijkt ook, dat voor de menschen die aardappelen telen in een, eigen UW» gesteld. De prije wae nog niet bekend. Spr. gelooft dat ook van dien kant alle medewerking aal worden ve> leend. Spr. si et er eer. algemeen belang in, want als er een uitvoerverbod kwam, sou het algemeen er door worden geetroffen. De hoor Kuiken wijst er op, dat men veel leest over de wratzlekt, maar spr. kan de ziekte nog niet consta/- teeren, en dat is tooh geweneoht als men pootaardap pelen koopt. De Voorzlter meent dat als men pootgoed noodig heeft, men toch goede koopt, terwijl de heer Stam mes erop wijst dat bepaalde vatbare soorten worden aangegeven en dis hier niet zooveel worden verbouwd. De heer Rezelman wijst er op, dat er julet voor de bravo een goede vervanger Is n.1. de Bevelander. Juist voor de kleine tuintjes waar jaar op Jaar aardappelen worden verbouwd, bestaat het gevaar. De hner Komen raadt den menschen die pootgoed koopen aan, goed te overwegen, waar men hot koopt. Om dat to doen ln engen; omtrek ls boter dan uit den vreemde. Hot verdient daarom aanbeveling dat de Zaal- zundvsreenlglng voor kleine bouwers goed pootgoed be schikbaar stelt. Spr. wijst er den heer Kuiken op, dat de heer Raap een preparatie heeft 'van zieke knollen en hot Is Jammer, dat de heer Kuiken de vergadorlng niet hoeft bijgewoond, want dan had hij alles kunnon hoortn en zlvn van deze ziekte De Voorzitter belooft, dat B. en W. een onderhoud zullen aanvragen bij het Ministerie. Da zorg voor da uitgetrokken werkloozen en da hulp dlo ln 't algemeen wordt ver leend. Een blanco credlot. In bi-handellng komt een adres van de afdeelingen Anna Pauiowna vnn don modernen en den Chlrstelljker. Landarbeidersbond. houdondp verzoek om geldelijken steuni uit do gemeentekas te verleenen nan uitgetrokken werkoloozen, in verband met het ontbreken van werk gelegenheid door den langdurlgen vorst. Na gehouden overleg met de betrokken besturen wordt voorgesteld om aan gehuwden en kostwinners een ult- k9erlng te verleenen, vanaf het tijdstip waarop de leden uitgetrokken zijn, tot het tijdstip waarop de werkge legenheid weder zal aanvangen, tot het bedrag der ult- keetlng uit de werkeloozenkas, verhoogd met hot be drag van den toeslag, toegekend bij raadsbesluit van 23 Januari j.1. De Voorzlter zegt dat B. en W. dus voorlooplg voor dezen ernstigen tijd een blanco credlet vragen. Het ls niet te zeggen wat de uitkeering zal kosten. Het is thans zóó, dat aan gehuwden en kostwinners een uit keering van f 8.40 plu3 f 3.60 toeslag ls f 12 plus oen toeslag van 50 cent per kind wordt gegeven. Nu do winter zoo lang aanhoudt, en er straiks meerdere uitge trokken zullen zijn wordt voorgesteld deze uitkee ring te blijven doen. Tot nu toe heeft de gemeente to taal uitgekeerd f 1793.50. Als alle leden van de aange sloten bonden zijn uitgetrokken, zal de uitkeering voor die georganlseerden f 835 per week bedragen. Ook de niet-aangeslotenen worden geholpen en heele groote ge zinnen ontvangen een extra uitkeering, wat apart be slist kan worden. De heer Kuiken erkent dat het heel wat koet, maar toch is spr. er erg voor, dat zoo goed mogelijk wordt geholpen, nu de winter zoo lang duurt. Spr. vraagt vooral te willen letten op de stille arme menschen, zon der onderscheid of het georganlseerden of ongeorgani seerden zijn. Spr. maakte zich door een berichtje ln do courant eerst een beetje ongorust over de hulpverleo- ning, maar toon hij het bericht van don heer Baken las, viel het hem hard mee. De Voorzitter zegt ook al gehoord te hebben dat het gewenscht was dat de gemeente f 2000 beschikbaar stelde, maar uit de zoo even genoemde cijfers blijkt wel, dat dit weinig beteekent. B. en W. vragen daarom niet anders dan een blanco crediet. Wat de stille ar men betreft, ja, dat is moeilijk na te gaan en als men ze weet, spr. houdt zich voor mededeeling aanbevolen. De heer Kuiken zegt dat de winkeliers en bakkers dat 't beste weten en spr. heeft een bakker gevraagd, te willen zeggen wie geen brood had, (maar die bakker kon er geen één opnoemen. De Voorzitter wijst, er op, dat er ook in ander op zicht wordt geholpen, o.a. door de ijsclub, die reeds met meer dan f 400 heeft geholpen, en waarvoor spr. hartelijk dank zegt. Ook van anderen kant wordt ge holpen en dat ls goed ook, want het is een arme tijd. De heer Kuiken herhaalt dat het veèl zal kosten, maar dan moet er aan den anderen kant maar worden bezuinigd. De heer Rezelman gelooft wel dat het reeds zal ge beuren, maar spr. dringt er op aan, dat de ongeorga niseerde werkeloozen dezelfde hulp krijgen als do ge organlseerden. De Voorzitter zegt, dat als het noodig blijkt, ook die worden geholpen, maar spr. wijst er op dat het toch voor die ongeorganiseerden een goede les is, dat zij zich ln den zomer tegen werkeloosheid dienen te verze keren. Spr. noemt den ongeorganiseerde, die volgens cou rantenbericht f 4 zou hebben ontvangen, maar de heer Baken heeft uitgerekend dat deze 20 ontving, ^een FEUILLETON Naar het Engelsch van ETHEL Mr DELL 12. De jager, die op het tooneel kwam, vond Avery bleek, maar toch nog steeds het luik met haar lichaams gewicht stevig op zijn plaats houdend. Hij riep de hon den met heesche vloeken en vooral zweepgeknal tot de orde en terwijl hij dat deed, kwamen de andere le den der partij, die verbaasd zwegen, toen zij bij de hut kwamen. En dan richtte de jagermeester zich met ironische hoffelijkheid tot Avery: „En nu, miss, wilt u misschien wel zoo goed zijn ter zijde te gaan en de honden hun werk laten doen." Maar Avery antwoordde met oogen, die fonkelden ln haar bleek gezicht: ,,',U zult dat arme dier niet als een rat ln een val dooden. Het verdiend een beter lot. U hebt de kans gehad het in hot vrije veld te dooden, maar dnt 1b u niet gelukt. Het ls geen sport om het in het donker to dooden." „Wo zullen het er gauw genoeg uit hebben," relde de jager grimmig. Zij schudde haar hoofd. Haar handen balden zich ln de aan flarden gescheurde handschoenen en trilden. Do jagermeester vloekte togen een dor honden, om zijn gemoed lucht te goven, en keek naar de steeds groobar wordende menigte ruiters. Een hunner, kolonel Roso van Wardenhurst nam met groote hoffelljkhoid rijn hoed af. „Madam," zelde hij, „wij stollen uw moed op prijs, maar sta mU toe u er op te wijzen, dat deze vos nu het w.ttlg eigendom der Jaöht ls en u niet het minste recht he>t ons daarvan to berooven." Zijn dochter Ina, een slank meisje van twin tig Jaar, stiet hem aan. „Hij zal ona eigendom blijven of wij hem dooden of niet. Laat hem leven om weer to vluchten!" „Wat?" riep oen stem ln de aohtepbocde. „Een vrouw tusschonbolde laten komen? Lieve hemel nog toe, Bar* chard! Ben je krankzinnig geworden?" Barchard, de Jagermeester, keek rond, toen een ou'de man op een sterken schimmel zidh een weg naar voren, baande. Zijn grijze oogen straalden woest naar Avery Isof hij haar wilde vermoorden. De trappelende hoe ven kwamen op een yard ofatandv van haar. Maar als hij dacht haar daardoor haar post te doen verlaten, ver giste hij zich zeer. Zij verwachtte ieder oogenblik door het zenuwachtige dier vertrapt te zullen worden, maar zij week geen centimeter. „Ter zijde!" donderde Slr Beverley. „Vervloekt! Op zijde!" Maar Avery verroerde zioh ndet. Zij keek hem aan, hijgend, maar onbevreesd. Het schuim van het dier be vuilde haar, de modder van de stampende hoeven sloeg haar ln haar gezicht, maar nog bleef zij staan, om het weerlooze dier achter zich te verdedigen. Zij vroeg zich later dikwijls af wat Slr Beverley ge daan zou hebben, als hij zijn gang had kunnen gaan. Zij was doodsbang, maar zij zou voor niets geweken zijn dan voor brute kracht. Doch op dat oogenblik kwam er plotseling een wen ding. Een andere stem liet zich ln woest protest hooren Een ander paard werd vooruitgejaagd en Plers, bleek tot zijn lippen toe, leunde voorover In den zadel en greep met zijn linkerhand Slr Beverley's teugel, terwijl hij het dier terugtrok. Wat hij zelde kon Avery niet hooren; het werd fluis terend gesproken .Maar zij zag een vreeselijken blik alg oen boozen geest in Slr Beverley's oog komen. Zy zag zUn rechterhand omhoog gaan en hoorde zijn rijzweep met een geluld als een pistoolschot op Piors' schouders neerkomen. Het was een vreeseiyk schouwspel, dat zij nooit ver geten zou. De twee paurden begonnen to springen; dat, hetwelk Sir Beverley bereod, steigerde en werd ten «lotte weer neergetrokken door Piers, dis ala het ware aan den teugel'hing. waardoor hy zyn schouders aan del meedoogenlooze slagen blootstelde. Zy gingen tenslotte terug door de menigte, die ang stig ultoenwoek, om zo door to laton. Eon gevoel van groote zwakte maakte zich van Avery meester. Haar knieën knikten onder haar. Dan hoorde zy Ina's stem: „Barchard, breng de honden terug naar de kennels! Ik vind, dat we voor vandaag genoeg gehad hebben!" „Luister! Luister!" zei een man ln de menigte. En Ina lacht. Dank je Dlck. Ga mee, vader! Laat dien ouden vos met rust! Vindt u niet, dat wy Slr Be verley en Plers moesten schelden? Wat een oude drift kop is hy!" „Piers is niet veel boter," zelde degene, dien zij Dlck gendemd had, maar die el'geniyk Richard Guyos heette Het Jonge meisje lachte weer. Zy werd door eomml- gen de bedorven schoonheid van den omtrek genoemd. „O. Plers zit vol buskruit, dat weet Iedereen. Hy ont ploft by een aanraking. Maar wat zal hy uitgelachen worden. Doch dat neemt niet wog, dat Ik haar moed bewonder," zelde zy, terwyi zij als de laatsten wegre» den in da duisternis. „Hst zal ms benieuwen wie zy ls. Zeker een vriendin van Piers. Heb je gezien hoe woe dend hij was.?' „Het was een raak pak slaag," zeide Guyes. „Ik be grijp niet hoe hy het uithield!" „O,. Piers kan alles uithoudên! Hij ls zoo sterk als een os." Dé stemmen stierven ln de verte weg. De duisternis Werd dieper. Een gevoel van totale verlatenheid en groote moeheid maakte zich van Avery meester. De strijd was voorbij en zy was er tromphantelijk uit te voorschyn gekomen; maar dat scheen haar onverschil lig te laten. Zy kon slechts denken aan de vreeseiyke slagen, die neerregenden op de weerlooze schouders van den jongen, die als haar kampioen opgetreden was. En zy sloeg haar handen voor haar gezicht en weende. HOOFDSTUK XI. DE STER DER HOPE. i>an weerklonk het vlugge slaan van galoppeerende hoeven, het inhouden voor en het stil zyn van een sprong en eindelyk vlak by den plof van dienzelfde hoe ven, welke neerkwamen aan deze zyde der haag. De' ruiter liet zich van zyn paard giyden, streelde don nek van het dier en liep regelrecht naar de hüt. Avery hoor de hem niet komen. Zij huilde als een zwalkke vrouw, was met modder bespat en zag er jammerlik ulL Het gebeurde zóó zelden, dat zy zich niet beheersohon ko«n, dat het die enkele keeren ook een totaal verlies van zelfbedwang was. zy was boven haar kracht 'beproefd. Lichaam en geest waren geleidelik uitgeput. Maar toen sterke armen haar plotseling omvatten en zij zich dicht tegen een mannenborst aangedrukt voel de, kwam vlug en Instinctief de Impuls om weerstand te bieden, zy trok zich met een gil van hem terug. „Ik ben het maar," zeide Piers. „Dat is toch zoo erg niet?" Het was naïef uitgedrukt, zoo naïef, dat zy te midden van al haar ellende probeerde te lachen. „O, wat hebt u my doen schrikken!" was alles, wat zy zeggen kon. „Maar u wist tochnatuurlijk, dat ik terugkomen zou." >e gemelijke toon klonk in zyn stem. M verzamelde haar verstrooide krachten en maakte zie*, zacht uit zyn omarming los. „Het was heel harte- ïyk *an u, Mr. Evesham," zeide zy. „Maar wees zoo goed' te bedenken, dat lk Jeanie niet ben!" Hy maakte een impulsief-ongeduldige beweging. „Bc heb iv^oit beweerd, dat u dat was," bromde hy. „Maar u huilqe, niet waar? Waarom huilde u?" Zyn .oon klonk byna agressief. Hy scheen boos te zyn, maar of hy het was op haar of op zichzelf of op een derde, dat kon Avery niet uitmaken. Zij begreep, dat de situatie vastberadenheid verelsch- te en begon dienovereenkomstig te handelen. „Het was heel dwaas van me oan te huilen. Ik ben er nu heele maal weer boven op, denk er dus niet verder aan. Het was heel hartelijk daareven mijn party te kiezen te meer, daar u het niet eens met me hebt kunnen zyn, ik dank u zeer." Weer maakte ihy een ongeduldig gebaar. „Wees tooh niet zoo officieel. Daar kan ik niet tegen. Als een an der u gedreigd had, zou ik hem, geloof ik, doodgesla gen hebben." Hy sprak met gedwongen hartstocht, maar Avery was vastbesloten niet dramatisch te worden. Zy pro beerde op het veilige alledaagsche'te komen. „Hoe gelukkig, dat dat niet het geval was! Ik zou daar niet graag verantwoordelyk voor zyn. Ik heb nu al genoeg verantwoordelykheid. Ik hoop, dat u zoo gauw mogelyk vrede zult sluiten met uw grootvader." Piers lachte woest. „Hy heeft zijn zweep op my ka pot geslagen. Denkt u, dat ik daarvoor vrede met hem sluiten wil?" „O, Piers!" riep zy radeloos uit. Het was eruit vóór zy het tegenhouden kon - dat onwillekeurige gebruiken van zijn voornaam. Hy profiteerde niet onmiddellijk van haar vergissing, maar zy wist dat hy het gehoord had en het als het ware registreerde, om er later op terug te komen. „Neen," zelde hy na een korte stilte gemeiyk, „lk ge loof niet, dat ln dit geval het ongelijk aan myn kant ls. Hy heeft de voldoening gehad mU in tegenwoordig heid van allen af te ranselen." Er klonk wrok ln zyn stem, maar dan begon hy plotseling tot Avery's groote verbazing te lachen. „Het was in leder geval de moeite waard, dus zullen we geen chicanes maken over den prys. Hoeveel langer bent u nog van plan dat ongeluk kige dier op te sluiten? Vindt u nJet, dat het tyd voor nem wordt, om naar zyn wyfje te gaan?" Avery ging weg van het luik, waartegen zy zoo lang gestaan had. Ik kon he mniet laten dooden," zelde zij. „U kun het natuuriyk niet begrypen. Maar lk kon het eenvoudig niet" Waarom zou ik het niet begrypen? Dat heeft u mij al meer voor de voeten gegooid. Ik weet wel waarom." Zyn toon verbysterde haar. Zy kon niet zeggen of hy in ernst of uit de grap sprak, zy antwoordde niet en in de stilte, die volgde, nam 'hy het luik van den in gang weg en keek naar binnen. Avery's mandje met inkoopen stond vlak by hem. Hy raapte het op. „Ga mee! Hy ligt in dén hoek in elkaar en zyn oogen ky- ken, alsof hy denkt, dat alle duivels uit de hel hem op de hielen zaten. Hoe vreemd het u ook mag toe- schynen, ik kan zyn gevoelens en de uwe begrypen. Laten we gaan en hem in vrede laten ontsnappen!" Wordt vervoligd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1929 | | pagina 5