geneest-en v&itfiacü de
Door ijs en sneeuw naar lente en zon.
Vergrootingen en Reproducties
Arpad Moldovan,
Reclames.
NIERKWALEN MAKEN U SPOEDIG OUD!
Kinderportretten
Familiegroepen
Bruid- en Bruiloftsfoto's
Fotografische Ateliers
nog in Bulgarije een zekeren invloed op de regeering
Onder elkander zijn ze het evenwel ook niet eens,
wat tot gevolg heeft, dat ze onderling nu en dan tot
gevechten en moorden komen.
Toen tienduizenden Serviërs in de 14e eeuw voor
de Turken naar het noorden vluchtten, daalden van
de Albaneesche bergen de Albaneezen (.(Arnauten)
af om de verlaten velden in bezit te nemen en zoo
kwam in de bevolking eon nieuw element.
Do Turken brachton om den MohammedaanRchon
invloed to voraterken, o,a, Arabieren naar Macedonië,
Voor do Turken gold nooit do eenheid van nationali
teit, doch slechts de eonheid van geloof. Christonkna-
pen ontvoerden zo en gaven «e oon Mohamodaansche'
opvoeding en deze knapen werden later de fanatiek
ste Muzelmannen, die door de Turken volkomen als
Turken werden beschouwd en behandeld. Spaan-
sche Joden vonden een toevlucht in Macedonië, waar
ee nu nog, na eeuwen, hun eigen taal hebben be
waard, zooals ook een deel van de Mohammedaan ge
worden vroegere christenen. Daartegenover staat dan
weder een groep christenen, wier omgangstaal het
Turkach is. Zijn dit verturikschte christenen of zijn
het bekeerde Turken? Het is een vraag, waarover men
het oneens is.
Echter, behalve de genoemde bevolkingsgroepen, zijn
er in Macedonië nog vele andere. De Zigeuners, die
hier wonen, zijn in deze streken niet de eenige no
maden. Er zijn b.v. nog de Joeroeken, nomadiseerende
Turksohe herders, die eenmaal met hun kudden uit
't Oosten zijn gekomen en van wie bijna alle aard
rijkskundige namen in het gebergte afkomstig zijn.
Ook vele uitdrukkingen in het melkbedrijf zijn bij de
Balkanvolken van Turkschen oorsprong. Een voor
beeld daarvan is „jogoert", dat uit Bulgarije tot ons
kwam en in het Turksch „jaghoert" heet.
Een ander volk van zwerfherders zijn de Aromoe-
nen, afstammelingen van Romeinsche soldaten en ko
lonisten. Verder leven in Macedonië nog Meglenieten,
Armeniërs, Tsjerkessen en nog enkele groepen van ge
mengde afkomst, zooals de Tsintrari, die van Grie
ken on Roemenen stammen en ©en groot deel van
handel en Industrie in handen hebben.
Bekijkt men dezen lappendeken van bevolking nog
iets nader, dan vindt men nog meer verschillen. De
Zigeuners b.v. zijn al dadelijk te verdeelen in Ortho-
dox-Christeliiken en Mohammedanen. De Arnauten
(Albaneezen) zijn te onderscheiden in twee groote
groepen, de „Gegen", die in Noord-Albanië wonen of
vandaar stammen en de „Tosken", de Zuid-Albanee-
zen. Deze twee groepen hebben niet alleen een ver
schillende taal, maar ze onderscheiden zich ook naar
hun uiterlijk (de Gegen zijn kortschedelig, de Tosken
langschedelig), waaraan men ze zeer gemakkelijk
herkent. Deze twee groepen zijn elkander vijandig.
Om de verwarring nog grooter te maken, zijn tegen
de algemeon geldende regelen in, de Noord-Albaneezen
zwart van haar en oogen, terwijl do Zuid-Albaneezen
in meerderheid blonde haren en grijze oogen hebben.
Bij beide groepen vindt men zoowel Mohamedanen
als Grieksch-orthodoxen en Roomsch-Katholieken.
Wat aangaat de huidige zoogenaamde „echte Ma-
cedoniërs", die de meerderheid der bevolking vormen,
kan men met zekerheid zeggen, dat ze Slaven zijn. Ze
spreken ©on Slavisch dialect, dat zeer dicht staat bij
het Servisch, maar, zeggen de. Bulgaren, noch dich
ter bij het Bulgaarsch. Het is jnogelijk, maar Sorvisch
en Bulgaarsch staan reeds zoo dicht bij elkander, dat
een Serviër en Bulgaar tamelijk wel, ieder in hun
eigen taal, mot elkander kunnen spreken. Eón ding is
evenwel volkomen zeker, n.1., dat in de tien jaar, dat
dit gebied tot Joegoslavië behoort, hier een buiten
gewoon groote, nuttig© arbeid is verricht. Wegen en
spoorwegen zijn en worden aangelegd, autobus-dien
sten zijn ingesteld, scholon zijn gebouwd, het aantal
analphabeten is aanzienlijk verminderd, de algemeene
gezondheidstoestand is verbeterd en de openbare vei
ligheid zoodanig toegenomen, dat ze, zelfs in hot wild
ste gebergte, niet veel minder is dan in ons land.
J. K. BREDERODE.
Het komt in den middelbaren leeftijd en daarna
maar al te vaak voor, dat mion last krijgt van rug
pijn, duizeligheid, zenuwpijnen en urinekwalen. Dit
ia gewoonlijk eon gevolg van overspanning der nie
ren het zijn waarschuwingen van de nieren, dat
zij sinds lang hulp behoeven. Want gedurende uw
heele leven, dag en nacht, werken de nieren om de
vergiften uit uw bloed te filtreeren. Als zij hierin
falen, kunnen ernstige en diepgaande kwalen zich
ontwikkelen.
Urinezuur-zouten hoopen zich dan in het bloed
op en vormen de kristallen, die zenuwpijnen en
rhèumatlek veroorzaken; of wel wordt een onvol
doende hoeveelheid water aan het bloed onttrokken,
waardoor zich waterzuchtige zwelligen kunnen vor
men. Ook kunnen ontstaan blaasstoornissen, nier
steen, niergruis, blaasontsteking, ischias, spit, ver
magering, zenuwachtigheid en gebrek aan energie.
Vermijd de ontwikkeling dezer verschijnselen. Wek
de nieren op en versterk ze met Foster's Rugpijn
Nieren Pillen. Dit specifieke niermiddel yverkt
rechtstreeks op de oorzaak van uw kwaal, reinigt en
versterkt de nieren, lenigt de urinekanalen en re
gelt de werking der blaas.
Zoowel mannen als vrouwen kunnen baat vinden
bij het gebruik van Foster's Rugpijn Nieren Pillen.
Verkrijgbaar (in glasverpakking met geel etiket
let hier voflral op) bij apotheken en drogisten a
f 1.75 per flacon.
feilbare intuitie, dat hij In het vervolg binnen de gren
zen der vriendschap blijven zou, tenzij zij hem toestond
die te overschrijden. En die wetenschap gaf haar den
moed om bij het afscheid te zeggen: „U ibeht heel,
heel goed voor mij. Ik zou u graag willen bedanken,
als ik dat kon."
Hij drukte haar hand met de hartelijkheid van een
oud vriend. „Neen, bedank mij niet," zeido hij, glim
lachend, op een manier, die haar hart eenigszins pijn
deed. ,Jk zal aljjtd tot uw dienst zijn. Maar ik zou lie
ver hebben, dat u dat als een van zelfsprekende zaak
beschouwde. Dan voel ik me meer op mijn gemak."
HOOFDSTUK XXVIL
SCHADUW.
De voorbereidselen voor de reis beletten Avery
veel te denken aan wat er op den stormachtigen mid
dag, toen zij een schuilplaats in het huis van don dok
ter gevonden had, gebeurd was.
Of zij de praatjes omtrent Fiers geloofde of niet, vroeg
zlJL zichzelf nauwelijks af. Zij had zich voorgenomen om
hem uit haar gedachten te zetten. Na den laatstcn
brief, dien hij haar nu drlo maanden ge,leden dadelijk
na zijn vertrek geschreven had, had zij niets meer van
hem gehoord. Zij dacht, dat hij haar antwoord opgeno
men had, zooals zij gewild had, dat hij het opnemen
zou, en dat hij niets meer ie zeggen had.
Den avond vóór den 'lag van haar vortrek met Jeanlo
Ring zij een brief op de bus doen. Haar Australische
vriend had haar geschreven, dat hij haar zou komen
opzoeken, en zij was verplicht hem af to schrijven.
Zij haastte zich ln den etorm naar huis terug, toen zij
hoefgetrappel achter zich hoorde, en dadelijk wist zij
tevens, dat hot Noodlot, streng en meedoogonloos, haar
op de hielen zat
Hoe zij dat wist zou zij zelf niet hebben kunnen zog
gen, maar hot wildo kloppon van haar hart maakte
bovendien iedere redeneering onmogelijk. Haar adem
kwam en ging als die van een opgejaagd dier. Door het
'kaükken van haar klne.ën kon zfj niet hard loepen.
Kaap instinct drong tuux «n ts vluchten, maar
Alweer geblokkeerd! De trein verliet 's nachts reeds
met 2 uur vertraging Sofia. Toen detrein het sombere
station van Bulgarije's hoofdstad ,'blrmenstoomde^ maakte
hij een onheilspellenden Indruk. De locomotief vertoonde
een borst van ijs en sneeuw, alle wagens met sneeuw
bedekt, de ruiten stijf bevroren], zagen er zoo luguber
mogelijk uit. Toeni Ik mijn compartiment bereikt had,
en wilde gaan slapen, het was inmiddels weer ruim
twee uur geworden, wachtte mij nog een onaangename
verrasslag. Een der coupons door de Wagons Lita ln
Den Haag afgegeven waa niet in orde, ik moest bijbe
talen. Ik was niet ln een stemming om te zeuren, dus
gaf 1 Pond Sterling aan den conducteur van mijn
slaapwagen om de zaak in orde te maken en ging
slapen. Den volgenden ochtend kreeg lik eenregu voor
het betaalde en (het .overschot terug. We kwamen door
den zg. Grieikschen corridor, eenstreek, die nu nog
„niemands land" is. Zelden kreeg lik van een land
streek zoo'n miserabelen! indruk. De deftigste woningen
waren,., oude goederenwagens.
Men bemerkt hier rijdende ook veel van de vele
oorlogen, die den Balkan geteisterd hebben. Overal ziet
men restanten van spoorwegbruggen! en spoorweg-
dijken, overal ziet miert, de grootste armoede. Maar toch
is het onmogelijk nu in deze barre winterdagen een
goed oordeel over land en volk te vormen, want een
dik sneeuwkleed bedekt de aarde, die naar verluidt
zomers rijke oogsten geeft, indien tenminste niet zooals
in het afgeloopen Jaar gebeurd is door te langdurige
droogte de oogst mislukt. Eigenlijk lijkt nu elk gedeelte
van het landschap op het andere, behalve wanneer
men opeens door een gebergte of over een hoog-plateau
gaat kronkelen.
Even voor het midden van zulk een hoog-plateau ligt
het station Kabaga. De trein stond stil. Het duurde
een kwartier, een half uur, een uur, anderhalf uur,
ik ging .eens informeeren bij mijn conducteur. Het ant
woord luidde allerminst bemoedigend. We konden niet
verder. Zoo was ik alweer 'geblokkeerd, opnieuw een
soort gevangene. Men voelt zich gevangene omdat alle
inlichtingen ontbreken. Men weet evenmin iets van wat
er verder orp de aarde geschiedt als do gevangene in
zijn cel. i
Mijn wagon-conduoteur, een gemoedelijke Oostenrij
ker, poogde steeds weer aan het station inlichtingen
te krijgen, snaar vergeefs. Eindelijk hoorde ik nieuws
door een) nieuwen vriend van mij, den Turkschen
douane-ambtenaar. Hbo wij vrienden geworden waren?
Door al die dwaze vertraging kwamen wij Juist aan het
Turksohe grensstation, toen wij gereed waren met de-
jeuneeren. In een mijner valezenl bevond zich een pakje,
mij toegezonden door de moeder van een Nederlandsohe
dame, dlo ln het Naburige Oosten) woont. Ik had dat
pakje ingepakt, zooals 'ik het ontvangen had. Was hot
nu gebleven, waar ilik het aanvankelijk had gepakt,
dan was er niets overstuur geweest, maar oven voor
de lunch had ik het valles overhoop moeten halen.
Het pakje lag bovenop, toenl de ambtenaar blnnem-
kwam. Wat is dat? Ik kan het U heusch niet zeggen,
het is mij door een oude dame voor haar dochter, die
daar en daar woont, gestuurd. Laat ik het even open
maken. Stelt U zich mijn ontzetting voor toen er een
dichtgesoldeerde blikken trommel te voorschijn kwam.
Ik moest tijd winnen enl stelde dus voor, dat hij eerst de
andere passagiers zou afdoen en dan terugkomen. Ge
lukkig ging hij (hierop in. Inmiddels had ik udt hot
briefje, dat op de trommel lag, gelezen, dat er...
Ceremoniemeester (tot pianist)Eerst
moet je wat lichte stukken spelen en onder
het diner iets droevigs. Bijvoorbeeld alleen
met de zwarte toetsen.
(Der Hummel.)
krakelingen inzaten. lieve lezeressen, waarde le
zers, 4k ben gelukkig een zeer wellevend man en heb
dus niet gedaan wat elgenlijkzeer menschellj'lc geweest
zou zijn en wat i'k ndet nader behoef toe te lichten.
Juist riep dk, met het trommeltje ln mjn hand, uit:
hoe kan men in vredesnaam iemand die zeven douane
kantoren moet passeeren een dichtgesoldeeid pak moe
geven en nog wel met waardelooze krakelingen! toen
mijn douaan teruggekeerde. Meneer, zed ik, hier zitten
krakeling in, een soort biscuttje, die stuurt een brave,
oude dame aan haar dochter voor haar kleinkindertjes,
wat moet ik er ln vredesnaam mee doen? Heeft U kin-
doren; wilt U ze meenemen? Meneer, ik ben. ambte
naar, dat kan ik niet doen, U moet er inkomende
rechten voor betalen. Dan zullen ;we maar om een ibl/lk-
openmaker bellen, zei ik, het is toch noodig, dat U ziet
waarvoor ik betalen moet, nu U er op staat dat dnko-
des orihells, maar wat gaf dat? Die sneeuwploeg maak-
zou U dan in mijn plaats doenTIk zag onmiddellijk mijn
kans en antwoordde: meneer, ik zou den ongelukikigen
reiziger niet doen lijden tengevolge van de wel goed
gemeende, doch onverstandige zeniding .van een oude
dame aan haar 'kleinkinderen. Spontaan luidde de be
slissingIn orde. Ik bood 'hem de hand, die (hij gaarne
accepteerde, omdat..., zij leeg was.
Indien daarin geld voor hem had gezeiten, ware alles
mis geweest. Zoo is het nieuiwe Turkije. jWat een ver
schil met Bulgarije. Toen ik daar aan de grens was
gekomen had de ambtenaar mij gevraagd of ik soms
loten wilde nemen tenl behoeve van den bouw 'van een
kerk in het grensstation. Natuurlijk gaf ik (onmiddellijk
de noodige lewa's (Bulgaarsche munt) ,mrta,y Mc hwd de
grootste verachting voor zulke manieren.
Buitendien, laten we aannemen, dat alles wat ik gaf
aan loten) gaat, ik schonk hem natuurlijk de loten, dan
nog vind' ik het een verachtelijke manier op die wijze
in een na den oorlog verkregen gebied, een kerk ge
bouwd te krijgen
Enfin: zoo zijn onze manieren, manieren, zoo zijn
onze manieren!
Hierboven reeds vertelde ik, dat mijn vriend, de Turk-
scho douaan mij de reden van ons oponthoud verteld
had. Men had een goederentrein moeten sturen langs
heit vrijgekomen traject en die waa ontspoord. Nu daar
zaten we mooi. De sneeuwploeg, een reusachtig ge
vaarte, geduwd door drie locomotieven, was reeds lang
geleden langs ons gekomen, onderweg naar de plaats
des onheils maar wat gaf dat? Die sneeuwploeg maak
te den indruk van een groote motor. Naar lik hoorde,
zijn het roteerende (bladen, die in de sneeuwhopen bin
nendringen. Later zag ik dan ook do uitwerking. We
zaten inmiddels le el ijk geblokkeerd. We doodden den tijd
met elkaar bezoeken te brengen in do compartimenten
en to praten, dan met lezen, eten en. slapen.
's Nachts werd lik Wakker door een ellendig gehuil,
het waren wolven die op den reuk, dien de afval uit
den eetwagen verspreidde, afkwamen.
Men| went aan alles, ook aan dat ellendige gehuil en
dus sliep Ik spoedig weer in.
Het begon bedenkelijk te worden, wat het eten betreft.
Het brood, dat uit het maastbijgelegen dorp gehaald
werd, was slechts een heel klein beetje beter dan ons
ooriogsbrood, zaliger nagedachtenis, en bekwam den
«veesten reizigers heel slecht. Verder Was dejeuner en
diner natuurlijk van een nog grootere eenjtonigheld dan
andere in eetwagens, dus men had behoefte het met een
glas wijn door te spoelen. Helaas de wijn, het bier, het
goede mineraalwater was op en men begon zich meer
en meer een gevangene te gevoelen en nog wel een
slecht behandelde gevangene.
Soms begon de trein te rijden. Steeds weer was
het loos alarm, het was om water of kollen te lalden.
Gelukkig waren we daarvan niet verstoken en waren de
wagenys allemaal lekker verwarmd.
Doch ten slotte begon er meer on meer, laten wo
noemen „deining" te komen, wij reizigers spraken hot
vermoeden uit, dat we verlost zouden worden' uit onze
gevangenschap en jawel we begonnen ,te rijden, en we
bleven rijden. Nog een kleine 100 K.M. enl we zouden
in Stamboel aankomen. Na een poos stonden We ech
ter weer. De trein uit Stamboel moest passeeren. Toen
die voorhij was, bleven we nog staan. Ook de trein uit
Stamboel ging niet verder. Er deden de meest» dwaze
geruchten de ronde, beide treinen zouden moeten wach
ten, totdat er een speciale trein uit Stamboel voorbij
zou zijn. Ik werd woedend en hitste mijn medepassagiers
op, om gezamenlijk te protesteeren. Ik was in een
stemming 'geraakt om dien speclalen trein, als ik daar
nu weer, 80 K.M. van mijn plaats van bestemming,
op zou moeten wachten, te doen derallleeren, al zat de
Groot-Mogol er zelf in. Enfin, we gingen weer rijden
en we redenl door. We kwamen door gedeelten, waar
we door een tunnel van sneeuw en ijs gingen, een tun
nel geboord door den grooten ijsploeg, waarvan men ver
telde, dat zij; uit Anatolië was gehaald, teneinde de
Orlënt-express, die elf dagen Ingesneeuwd was, te ver
lossen. De meesten Uwer zullen! de phofco's daarvan wel
In geïllustreerde bladen gezien hebben.
Soms reden we door sneeuwwanden, drie maal zoo
hooig als onze wagon. Men kan zich werkelijk geen
Mensch, praat niet met me. Mijn
dochter heeft verkeeringr met den slagers
jongen die bij den Burgemeester het vleesch
brengt
(Smith's Weckiy.)
enz,,
de kracht daartoe ontbrak haar. Zijl ging dichter langs
den muur loopen, in de hoop, dat de ruiter haar in de
donkerte voorbijrijden zou zonder haar te zien.
Dichter en dichter bij klonken de hoeven. Zij kon de
hijgende ademhaling van het paard en het kraken van
het leer hooren. En dan merkte zij plotseling, dat zij
niet verder kon. Zij ging tegen den muur leunen.
Zij zag, dat het paard ingehouden werd, en wist, dat
zij ontdekt was. Met groote Inspanning hief zij een glim
lachend gezicht op on veinsde verbazing.
„JIJ. Hoo gaat het?"
„Je wist dat ik het was," ze 1de Piers kortaf.
Hij liet zich met de lenigheid, die al zijn bewegin
gen kenmerkte, uit den zadel glijden en kwam naar
haar toe.
„Waarom liep Je voor me weg?" vroeg hij. „Wou je
mo nogeeren?"
Hij moest het boven van haar hand gevoeld hebben,
want oogenblikkellijk veranderde zijn optreden. Zijn vin
gers sloten zich warm om do hare. Hij begon plotseling
te lachen.
„Antwoord maar niet op die vragen. Had Je niet ver
wacht mij to zien? Wo zijn God zij dank, gisteren thuis
gekomen! Ik had or moor dan genoeg van."
„Hob Jo plozler gehad?" wlat Avory or met moeite
uit to brongon,
.Hij lachto woor «enigszins grimmig. „Ik was niet uit
voor plozlor. Ik heb mo min of meor geamuseerd. Maar
dat Is hotzolfdo nlot, wol? Be zou mo verdronken heb
ben, als dk nog langer uitgebleven was,"
„Zeg toch nlot zulke dwaasheid!" zoldo Avery.
Zij zoido hot oonlgnzlns scherp. Haar zenuwachtigheid
was voorbij, maar zij was nu boos op zichzelf en op hem
v JIJ luisterde mot een grijns naar haar verma
ning. „Heb Jo al over mijn engagement gehoord?" vroeg
hU zondor oonigon ovorgang.
Avory kook hom door do toonomonde duisternis strak
aan. ZIJ had oon govool alsof hij haar op. do oen of an
dere manier trachtte to verschalken.
„Bon Jo verloofd?" vroeg zij hem op don man af.
HU maakte een onverachWIg gebaar. „Iedereen «egt
bet."
Zij maakte haar hand los en vroeg het voor de twee
de ynaal. Heel rechtop stond zij tegen den kerkhofmuur,
vastbesloten er geen spelletje van te laten maken.
Piers richtte zich oök in zijn volle lengte op.„Uit zijn
trotsohe houding maakte zij op, dat hij zich beleedigd
moest voelen, maar dat hoorde zij niet in zijn stem,
toen hij antwoordde.
„Neen."
„Waarom zegt iedereen het dan?"
Hij haalde zijn schouders op. „Omdat iedereen min of
meer een kletskous is, denk ik. Toch hebben dergelijke
praatjes hun nut. Mijn grootvader bijvoorbeeld is vaat
overtuigd, dat Ik naar huis gekomen ben, om te trou
wen. Ik heb hem niet uit den droom geholpen."
„Heb je hem laten gelooven - wat niet waar was?"
vroeg Avery langzaam.
Hij keek haar recht in de oogen. „Ja. Het kwam goed
in mijn kraam te pas. Ik wilde naar huis. Hij dacht,
dat het was, omdat de Roses ook naar Engeland terug
gegaan waren. Ik liet hem in die gedachte Zonder hen
was het doodelijk vervelend."
Avory begon kalm den heuvel op te loopen. Hij stak
zijn arm door Pompey's teugel en liep naast haar.
Na enkele oogenblikken vroeg zij op eenigszins ge
dwongen toon: „En hoe heb je je geamuseerd?"
„Ik 7" antwoordde hij onverschillig. „Voornamelijk
hch dik een beetje gespeeld en geflirt met Int Rose
om voor ons beiden den tijd te dooden."
Er klonk iets hoonends achter de onverschilligheid
van zijn toon. Avery versnelde onbewust haar pas.
„O, hot Ia all rlght," zeide Piers. „Er ls geen schade
aangericht."
„Dat weet je... niet," zelde Avery zonder hem aan te
kijken.
„Dat weet lk wel. Zij zal met Dlck Guyes trouwen.
Ik heb haar dat den avond vóór zij weggingen gezegd
on zij heeft.hot niet tegengesproken. Hij is een veel he
tero kerel dan lk, weet Je. En bovendien is hij tot óver
zijn ooren verliefd op haar."
„Probeer je je te cxcuseeren?"
„Waarvoor?" lachte hij. „Omdat lk niet met Ina Rose
trouw? Ik heb er nooit aan gedaoht met haar te teo«-
- Dat schilderij is erg: duur.
Maar hebt u er dan green idee van, wat
een ham waard U?
in allerfijnste, moderne uitvoering.
SPECIALITEIT IN
naar elk portret, ook naar oude foto's.
Nieuwe Niedorp-Noordscharwoude.
denkbeeld vormen) van deze sneouwbarrlères, die adcih
over een afstand van 80 K.M. elk oogonbilk weer
vertoonden.
Eindelijk kwamen wij tmeer ln do bewoonde wereld,
wij naderden den Bosphorus en zagen overal lichten
van steden! en dorpen.
Wie naderden Stamboel! Het was bijna 10 uur Zater
dagavond geworden.
De Minarets van de moskeeën zag men reeds in ne
verte, want ter eere van de Bairam (Mohammedaansch
feest na afloop van de Vasten) waren de transen dezer
elegant© torenis door kransen van «leotrl»cö--a laaajdes
verlicht.
Vergeten was de ellende van de reis, vooral toen) ein
delijk de trein stil stond en lk dadelijk op het perron g
mijn ouden vriend herkende, die mij Zondags ito voren
reeds had mogen verwachten en wien) ik nu, ruim 4
dagen later pos, Ae hand kon drukken.
Het was echter nog steeds, ook hier in Oonstantirio-
pel, sneeuw en ijs, van lente nog geen «prriko.
KWordt vervolgd).
„Omdat je met haar gespeeld hebt", Avery's stem
klonk hard, maar hij deed alsof hij het niet boorde.
„Een spelletje is een spelletje," zeide hij luchtig.
Avery bleef plotseling staan en keek hem recht in de
oogen. „Een dergelijk spel," zeido zij en haar stem
trilde van verontwaardiging, „is monsterachtig
verachtelijk een spelletje, dat alleen ploerten spelen.
Piers bleef staan. „Lieve hemel!" zeide hij zacht,
Avery ging voort Wanneer haar verontwaardiging
eenmaal opgewekt was, kon zij zich niet bedwingen.
„Mannen sommige mannen vinden het amusant
het leven door te gaan met het breken van vrouwen
harten, alleen om het sportieve ervan. Zij beschouwen
het als een tijdverdrijf zooals een vossenjacht of kaart
spelen of tennis. En als het spelletje afgeloopen ls,
lachen zij onder elkaar en zeggen, dat vrouwen toch
zulke dwazen sijn. En misschien xijn velen harer dat
ook. Maar ls hot eervol; is het mannelijk te proflteeren
van haar zwakheid? JJs fiPPlt «IM W
ftat muwfe' taftheïriii Ik éat Jij tewalHSte fftttne»8
lyii wflSi"
„mem J. d#tf" vtw# M). «Hu vemeff»
ky keerde eleft om, sm nfeHheld l» Hemwh «Bul B
nlles wet IK te
ity etste ÏÜH «!t, teg»
«Me» (te «m let* segtsen?"
wet veKHiifc w9Ht sedw», ditt e# het fit*»
wlween lis»! HU Mee? etwuh
„ft «v op, j, d(it (te Heeft ÏM fteee «eet»
aenig wiiiac roetsj., waarmee !H geflirt fteft, seH
mliwle Aanleiding gegeven het» nrn te gelutiven, (let jti
liet eeneiig meende, Dit In de wseeheld ep inlJB
wnoi'd ven eer,"
„Ift vraag mn af ef stj fteteelfde eenden eed"
gen,"
HIJ heelde «Ijn eehmidere np, „Kiemend heeft mU ef
nolt ven heeehuldlgd een lady-killer te eljn, Min wel Je
tweede verwyi betreft, lts heb mUn grontveder niet op
een dwaalspoor gohreohti dat heeft hij ulehself gedknn,"
«Mt vmnndWk