iliutii Nitifs- Alitrititii- L Een geniale avonturier uit de 18e eeuw. VL0ERKLEEDEN GORDIJNEN M. KLERCQ, IJzeren Grendelen. Zaterdag 13 April 1929. 72ste Jaargang No. 8441 Uitgevers: N.V. v.h. TRAPMAN «5 Co., Schagcn. Eerste Blad. BEDDENFABRIEK Spoorstraat 32-34. HELDER Tel. 206. ZUIVEPE /.V», KERNZEEP NS1 Voor alle lÉS fijne stoffen, V •wol en flanel. FABPIKANTE VAN. ROODBAND.Z EEPPOEDEP SCBAC Dit blad verschijnt viermaal per week: Dinsdag, Woensdag, Donder dag en Zaterdag. Bij inzending tot 's morgens 8 uur, worden Adver- tentiën nog zooveel mogelijk in het eerstuitkomend nummer geplaatst. POSTnEKHNlNO No. 23330. INT. TKI.r.F. No. 20. Prijs per 3 maanden f 1.65. Losse nummers 6 cent. ADVERTEN- TlëN van 1 tot 5 regels f 1.10, iedere regel mehr 20 cent (bewijsno. inbegrepen). Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. DIT NUMMER BESTAAT UIT ZES BLADEN. genie van Law gelegenheid zich eindelijk te ontplooien. Het deed dit met een geweldig succes. Op den twee den Mei 1718 kreeg Law het recht een bank, La Banque générale, op te richten, met een kapitaal van 6 millioen livres. Dit was verdeeld in 1200 aandeelen van 5000 li- vres, die in' vier ge.deelten betaalbaar waren, één vierde gedeelte in geld en drie vierden in staatsblljetten. Het I succes van de bank begon op den dag waarop ze ge opend werd, en. tegelijkertijd ging ihet staatscrediet ge il 1 1 i i 1 vnnv/lflölrlo ®liver Goldsmith, die te Leiden arriveerde met de ont- weldig omhoog. Want weliswaar was Law's bank een j'.'iUl f tCr ÜOOa veroordeelde uCflOL Stellende rijkdom van twaalf gulden en zestig cent op particuliere instelling, maar door de bepaling, dat drie zak en die verder geen andere bezittingen had dan een vierden van de aandeelen in staatsbiljetten gestort EFV VAN ENGELANDS GROOTSTE GBNIEEN OP "f en een verschooning. moesten worden, kregen deze een waarde, die ze van FINANTTEEL GEBIED. Law ontving geld van huis en besteedde zijn tijd in voren met bezeten hadden. Zy waren gemakkelijk Holland met het bestudeeren van het bank- en handels- verzendbaar van de hoofdstad naar het land, waardoor landbouw en nijverheid ten zeerste bevorderd werden. De rentestandaard,die zoo hoog was geweest, dat geld op nemen bijna ondoenlijk was, daalde snel tot 6 pet. en daarna zelfs tot 4, en toen den lOden April 1717 het be sluit werd afgekondigd, dat belasting beambten ver plicht waren, de biljetten, uitgegeven door Law's bank als wettig betaalmiddel te accepteeren, en deze op ver langen in te wisselen voor gereed geld, kreeg men zulk een vertrouwen in de instelling, dat het bedrag aan deze biljetten spoedig 60 millioen livres bedroeg Zoowel voor Law als voor Frankrijk begonnen de zakeq er rooskleurig uit te zien. Doch toén begon de later zoo beruchte Missisippi zaak, een plan voor de kolonisatie van Louisiana. Law kwam aan het hoofd hiervan té staan. Een kapitaal van 100 millioen; livres, systeem, dat hier bestond. Hij gaf zijn oogen goed den Na z\jn vlucht uit de gevangenis In Holland een goed kost en jeg(je jn deze jaren van ballingschap de grond- onderkomen gevonden. slagen voor zijn latere kennis van het bankwezen. Onderwijl probeerde hij zijn kennis reeds thans vrucht baar te maken, door in verschillende steden van Euro pa op systematische wijze te „gokken". Maar toen dit hem toch niet genoeg opleverde, waagde hij het naar zijn geboorteland terug te keeren, waar hij de staatsfl- nantiën in desolaten toestand vond. Dit was een schitterende gelegenheid voor Law om te laten zien, dat hij zijn tijd ln het buitenland niet ver beuzeld had. Twee werken verschenen van zijn hand, waarin hij aangaf, hoe Schotland uit den geldnood ge red kon worden, waarin het op het oogenbllk verkeerde. Beide werken trokken veel aandacht, maar daar het Schotsche Parlement weigerde in te gaan op de plan nen van den nieuwen econoom, kon Law's theorie niet aan de praktijk getoetst worden. Hierop besloot de verguisde financier zijn land maar weer te verlaten, en te zien, wat het buitenland voor I hem kon doen. Aangezien men hem als minister van i financiën nog nergens scheen te kunnen gebruiken, be- paalden Law's werkzaamheden zich de eerste jaren al leen nog tot een verwoed spelen aan de speelbanken van Brussel, Weenen, Genua en Romo, waar hij gewel dige sommen „verdiende" en uitgaf. Maar zijn eerzucht was daarmee niet voldaan. In het Jaar 1708 bevond Law zich in Parijs. De geld zaken van Frankrijk kwamen sterk overeen met die (Van onzen Engelschen briefschrijver), 6 April 1029. Den 21sten Maart van dit Jaar was het twee honderd Jaar geleden, dat in Venetië, ln tamelijk armoedige om standigheden, een van de grootste genieën op finanti- eei gebied stierf, die Engeland ooit bezeten heeft. Dit was John Law. Engeland zei ik, doch Ik had Groot-Prlttannlë be- hooren te zeggen. Law was een Schot, geboren te Edln- burgh in April 1671 en hier woonde deze zoon van een bankier en goudsmid tot zijn 20ste Jaar. Weinig ver moedden zijn ouders, en weinig zal hij zelf vermoed hebben, in die eerste twintig jaren van zijn leven, te midden van de zuinigste Schotsche landgenooten, dat zijn verwonderlijke gaven op finantleel gebied hem een maal een macht zouden doen verkrijgen, grooter dan die van een koning. Het kan niet gezegd worden, dat de jonge Law zich in die eerste twintig jaren van zijn leven onderscheidde op eenige buitengewone manier. Hij studeerde wiskun de, en toonde groote belangstelling in den handel en staathuishoudkunde, maar wie hem kende en over hem sprak, noemde hem nooit een veelbelovend geleerde, zelfs geen veelbelovend mensch, alleen maar de jonge Law, de „fat." in 500 verschillende patronen. nergens grooter keus, tegen de laagste prijzen. verdeeld ln aandeelen van 500 livres, waarvan weer drie. vierden in staatsblljetten voldaan moesten, worden, werd. snel geplaatst. 'Vijanden van Law, die hem. ten val trachten! te brengen, zagen hun plannen mislukken-, omdat de man, dien zij tegenover zich vonden, veel genialer was, dan een van zijn tegenstanders, en na verloop van een paar jaar had Law meer dan konin klijke macht. De hoogste aristocratie vernederde zich voor hem, en hij was de afgod van het volk. Toen hij ten slotte overging tot het Catholicisme, werd hij Als een fat ging John Law op zijn twintigste Jaar van Schotland. Zij waren alleen maar oneindig veel naar Londen, zooals duizenden van zijn landgenooten.slecb*er' en Law wist, hoe ze verbeterd konden worden Maar terwijl die zich daar meestal onderscheidden door Maar vln& blJ bot- 111 de eerste Plaats weigerde groote werkzaamheden, degelijkheid en andere goede Lodewyk lets te maken te hebben met een „Hugo- eigenschappen, deed Law zijn geboorteland slechts on- noot"' en dan viel Law nlet In den smaak van b°°fd eer aan door spelen, drinken en flirten. Het te voorziene van de Partische Politie, d'Argenson, zoodat hij, in plaats einde, wat toch geen einde zou blijken te zijn, kwam in van de Franscbe finanoiën recht te zetten, als verdacht April 1694, toen een liefdesgeschiedenis afliep met een ^nd^du over de grens werd gezet, duel, waarin Law, zyn tegenstander, een zekeren Wil- Een smadelijk einde? Het was nog slechts een begin, son, doodde, zelf gevangen genomen werd, en... ter dood Law was ondertusschen zeer Intiem geworden met den veroordeeld. hertog van Orleans, en toen die in 1715 regent werd, Hiermee had het leven kunnen eindigen van een man, keerde hij oogenblikkelijk naar Parijs terug. De omstan- over wien het nageslacht nooit meer gedacht of gespro- dlgheden waren thans voor den Schotschen financier ken zou hebben. Maar Law ontsnapte uit de gevangenis 200 gunstig als zij maar konden zijn. en wist naar Holland te komen, waar zijn leven in elk Immers, de toestand ln Frankrijk was wanhopig. De geyal veilig was, al was de toekomst dan waarschijn- staatsschuld bedroeg 8000 millioen livres, terwijl de lijk niet zeer rooskleurig. Gelukkig voor hem, dat hij er staatsinkomsten 148 millioen bedroegen en de uitgaven finantieel wat beter voor stond dan eenige jaren later precies evenveel. Onder zulke omstandigheden had het - ■- WASCHOLINEFABR. AMERSFOORT FEUILLETON Naar het Engelsch van ETHEL M. DELL. 36. „Neen natuurlijk niet. Niets liever dan dat, als het niet om Jeanie was. Ik vind het niet prettig haar naar huis te laten komen, juist nu haar zijn aan zee haar zoo veel goed begint te doen." zeide Mrs. Lorimer. „Zij kan daar niet altijd blijven. Bovendien moet haar zwakte erg overdreven zijn, anders zou er niet zoo spoe dig herstel ingetreden zijn. Zoo lijkt het mij in ieder geval toe. Zij moet dus thuis komen en de vacantie in gezonde vermaken met de andere kinderen doorbren gen; en wanneer de vacantie voorbij is, zal ik inderdaad weer ernstig mijn aandacht moeten wijden aan haar opvoeding, die sinds Kerstmis heelemaal verwaarloosd is. Mrs. Denys Is ongetwijfeld op haar manier een uit stekende vrouw, maar zij is, vrees ik, niet iemand, aan wie ik veilig de intellectueele ontwikkeling van een kind van Jeanie's leeftijd zou kunnen toevertrouwen. En welke, gewetensbezwaren drukken nu nog het ge- moed van mijn gade?" vroeg hij met schertsende tee- derheid. Mrs. Lorimer glimlachte niet ten antwoord. Haar moe gezichtje kreeg een nog bezorgder uitdrukking. ..Stephen, ik zou graag willen, dat je dokter Tudor raad pleegde voor je definitief besluit Jeanie nu al thuis te 'aten komen." „Liefste", zeide haar man op vastberaden toon, „wan neer ik eenmaal tot een bepaalden koers besloten heb, ik dien onveranderlijk door. Als ik niet overtuigd n?! dat.wat lk vaa plan ben te doen goed is, dan zou het niet doen. Laat ik er nu verder niets meer over fa ir a ïedenk' Adelaide, dat het mijn uitdrukkelijk D u,, me* dokter Tdor niet over de zaak vont!' V een zeer indringerig iemand en zou leder 5^endsel aangrijpen om meer vasten voet in dit huis Krijgen Maar nu het my eindelyk gelukt i£J hem er_ on nt rU4,g?n' is het bed°eling hem in het vervolg wordpn afstand houden. En hij mag niet geroepen behaivo 7 dat' al8 het blleft- beel *oed - ve ln een geval van hoogen nood. Dat is beslist bevel, Adelaide, en het zou mij hoogst onaangenaam stemmen, als je dat overtrad. En nu," zeide hij op staande, „moet ik mij naar de consistoriekamer haas ten, waar die goede Miss Whalley op mij wacht." Hij klopte zijn vrouw vriendelijk op haar schouder. 1 „We moeten eens zien wat we doen kunnen om een beetje kleur op deze bleeke wangen te brengen," zeide hij. „Een veertien dagen in de Riviera van Cornwallis misschien. Of anders een uitstapje naar het land van Shakespeare. Maar we zullen wel zien, we zullen wel zien. Ik zal Mrs. Denys vanavond schrijven, om haar met mijn besluit in kennis te stellen." Hij liet Mrs. Lorimer alleen met haar nuttelooze be droefdheid. Dien ochtend nog had zij pas een brief van Avery gekregen, waarin deze meldde, dat Jeanie voor uit bleef gaan en er bij haar op aandrong een klein tijdje haar plaats te komen innemen. Het was een ver andering, waarnaar haar vermoeide ziel snakte, m aar dat had zij niet aan (haar man durven zeggen. En nu zou er ook een einde moeten komen aan Jeanie's ge lukkigen tijd. Er viel niet te twijfelen. Rodding deugde niet voor het kind. Zij was thuis nooit gezond. De pastorie was Ingesloten door boomen, een vochtige, ongezonde plek. Zij was als een wegkwijnende plant in die atmospheer. Zij kon er niet gedijen. Droge warmte had zij noodig. Avery's brief was zoo vol hoop geweest, Zij zinspeelde op dr. Tudor's vergelijking met bet bouwen van een strandmuur. „We versterken hem dagelijks," schreef zij. „Over een paar weken zal hij bestand zijn tegen lederen gewonen vloed." Nog een paar weken! Mrs. Lorimer zuchtte. Stephen wist het niet, besefte het niet; en zij bezat de macht niet om hem te overtuigen. Avery kon het evenmin. Hij duldde Avery slechts, omdat zij diensten bewees. Zij wist precies welk soort brief hij schrijven zou en Avery zou zich ondanks al haar kalme kracht dienen te onderwerpen. O, het was wreed wreed! HOOFDSTUK XXXIII. DE LAATSTE SCHULD. Er viel niet te tornen aan Mr. Lorimer'e besluit. Avery besefte dat van den beginne af nog zelfs vóór Mrs. Lorimer's opgewonden brief over die quaestie het haar berichtte. Het .bevel was uitgevaardigd en onder werping was het eenige, wat .erop zat. Jeanie hoorde het nieuws zonder morren. „Het kan mij heusch niet schelen," zeide zij. „Het is hier mooi; maar thuis is het ook mooi, als jij er bent. En Piera is er ook." Ja, Piers was er ook een andere ovèrweging, die Avery zioh niet op haar gemak deed voelen. Geen woord j had zij meer gehoord van ham, maar zijn zwijgen stelde haar niet gerust. Zij had half een jongensachtigen brief met excuses verwacht, in ieder geval een bericht, dat hij weer op Rodding Abbey was. Maar zij had niets ge-1 hoord. Zij wist evenmin of hij teruggegaan was. Evenmin had zij iets gehoord van haar vriend Crow- ther. Met een bitter gevoel van teleurstelling schreef zij hem de verandering in baar plannen. Zij kon hem niet op 6e pastorie vragen, zoodat zij hem misschien heele-1 maal niet ontmoeten zou. Zij schreef ook inderhaast een brief aan Lennox Tu- i dor, maar in de drie dagen, dat zij nog aan de kust waren, kreeg zij geen antwoord. Later hoorde zij, dat Tudor in die dagen uit was geweest en haar brief pas gevonden had op den dag van haar thuiskomst, j De andere kinderen werden in de week vóór Paschen i 'thuis verwacht en Mr. Lorimer wilde, dat Avery in de Pastorie zou zijn, om alles te .voren in gereedheid te brengen. Dus gingen zij in het begin van die week naar j I huis terug. Het scheen dat de lente eindelijk gekomen was. De hagen botten uit in toet teerste groen en de getoeele we- reld leek jong. „De sleutelbloemen zullen in de bosschen bloeien," zeide Jeanie. „We zullen er tooopen gaan plukken." „Mogen jullie daar gaan waar je wilt?" vroeg Avery die aan het wild dacht. „O, neen. Maar we doen het altijd. Mr. Marshall jaagt ons soms weg, maar we komen altijd weer terug." Zij glimlachte bij de gedachte en Avery was blijde haar geestdrift te zien voor het ondeugende spelletje om op het verboden terrein van den Squire door te dringen Zij wist niet, dat dat amusement streng door den vica ris verboden was, en Jeanie dacht er niet aan het haar te zeggen. Geen van de kinderen trok zich iets van dat verbod aan. Er waren nu eenmaal regels, waaraan je je niet houden kon. De thuiskomst der anderen kinderen maakte, dat de dagen na hun terugkeer bijzonder druk waren. Jeanie was vroolijker dan Avery haar ooit gezien had. Zij scheen kinderlijker, was speelscher, alsof er eindelijk wat levenslust in haar aderen gekomen was. Haar moe der schreef de verandering aan Avery's invloed toe en was aandoenlijk ln haar dankbaarheid, hoewel Avery alle eer van zich wees en zeide, dat de zeelucht het won der gewrocht had. Toen Lennóx Tudor haar zag, keek hij Avery met een vreemden glimlach achter zijn brilleglazen aan. „U hebt den muur gebouwd," zeide hij. Zij hadden elkaar bij het hek van het kerkhof ont moet en Jeanie en Pat waren op den heuvel aan het hardloopen. „Maar ik had graag gewild, dat zy nog wat had kunnen blijven," zeide Avery. „Ja. Waarom ter wereld niet? Daar zit zeker de Eer waarde Stephen weer achter," zeide Tudor. „Ik wou, dat ik je brief eerder gekregen bad, ofschoon ik op het oogenblik heelemaal niet in de gunst sta en mijn tus- schenkomst waarschijnlijk in de verkeerde schaal te recht gekomen zou zijn. Houd het kind zoo lang moge- lijk in de buitenlucht Het is den eenigen weg. Zij is goed vooruitgegaan. Er is op het oogenblik geen reden 'waarom zij terug zou gaan." I Neen, er was geen reden, maar toch had Avery bange voorgevoelens. Zij wou, dat zij meer tijd gehad had Jvoor het bouwen van den muur. j Na den dienst op Goeden Vrijdag ging Avery met alle i[kinderen behalve Olive uit om sleutelbloemen te pluk ken. Het terrein van den Squire was afgesloten met prlk- I keidraad en daarover klommen zij in hun sleutelbloe- I menparadijs. Marshall was niet in de buurt en zij be- jgonnen aan hun ernstige taak om hun mandjes te vul- len voor de verslering der kerk. Zy waren er druk mede j bezig, toen zij gesnapt werden. Een geluid, als het I loeien van een wilden stier, drong tot hen door'een woest ongearticuleerd geluid, dat zich weldra in woor- I den oploste. j „Wat voor den duivel doen jullie kwajongens daar?" i De heele troep sprong by die heftigen uitval op. I Avery schrok. Ze kende die stem. Vlug keerde zy zich om in de richting vanwaar zy kwam en weer zag zy den grooten schimmel met de trappelende hoeven, die reeds eenmaal tegen haar op gedrongen was. j Hy stampvoette en sprong aan den anderen kant van j het riviertje, waarvan de oevers zóó steil waren, dat zy byna een afgrond vormden, en van zyn rug stortte de vreeselijke oude Squire de fiolen van zyn toorn uit. Ronald kwam dicht by Avery .staan, terwyi Jeanie zenuwachtig haar hand in de hare liet giyden. Julian echter keek hem uitdagend aan. „Het is all rlght Hy kan niet by ons komen," zeide hij hoorbaar. By welke woorden Gracie eenigszlns hysterisch lachte en Pat grynsde.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1929 | | pagina 1