Alpntti üiims- ri IJzeren Grendelen. Uitgevers: N.V. v.h. TRAPMAN Co., Schagen. Eerste Blad. VOOR DEN KANTONRECHTER TE ALKMAAR. Wenscht gij Uw goederen niet meer te nummeren Dinsdag 28 Mei 1929. SCHAGER 72ste Jaargang No. 8464 U R A Dl T. Dit blad verschijnt viermaal per week: Dinsdag, Woensdag, Donder dag en Zaterdag. Bij inzending tot 's morgens 8 uur, worden Adver- tentiën nog zooveel mogelijk in het eerstuitlcomcnd nummer geplaatst. POSTnEKr.NÏNC, No. 23330. INT. TEI.r.r. No. 20. Prijs per 3 maanden f 1.65. Losse nummers 6 cent. ADVERTEN- TlëN van 1 tot 5 regels f 1.10, iedere regel meer 20 cent (bewijsno. inbegrepen). Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. DIT NUMMER BESTAAT UIT TWEE BLADEN. Zitting van Vrijdag 24 Mei 1929. KIEVITSEIERENZOEKERSDRAMA MET NOOD- LOTTIGEN AFLOOP. De drie heeren gebroeders Herm., Gijs en Willem A. te Oudorp, die op 7 April zonder vergunning op het kerkeland der N.H gemeente zouden hebben gewandeld, verschenen heden op volle sterkte weder ten tooneele, ten einde hun zaak, geschorst door hun unanieme ont- kenntenis, ten einde den verbalisant Drost te hooren, verder te hooren behandelen. Ook papa A., de vracht rijder, met de snelvoetige ket, was als voogd over zijn minderjarige 2 zoons weder present. Gehoord werd de heer Drost, rijksveldwachter te Koedijk, die echter van zijn proces-verbaal geen duimbreed afweek, verklaarde dat hij de verdachten, die zich bezig hielden met het opsporen van kievietseieren, persoonlijk op het ver boden terrein had waargenomen en deze verklaring nog eens extra onderstreepte met de mededeeling, dat de rechthebbende op het land zijn assistentie tot wering der ongewenschte bezoekers had ingeroepen. De heer kantonrechter verbaasde er zich dan ook over, dat die jongelui, nu het feit zóó onomstootelijk vast stond, nog zooveel drukte hedden gemaakt om de zaak aan te doen houden en veroordeelt jongeheer A. Senior tot f 8 boete of 8 dagen hechtenis, idem jongeh. A. Medior tot f 8 boete of 1 week tuchtschool, terwijl jongeh. A. junior op grond van zijn jeugdigen leeftijd aan zijn ouders zou worden teruggeven, zonder toepassing van straf, een voorrecht waar de jeugd wel eens wat meer dankbaar voor mag zijn. DE STORM IN HET GLAS WATER GESTILD. In deze, door overschoon zomerweder begunstigde zitting, werd volgens belofte ook voortgezet tfe zwaar lijvige zaak contra den ouden binnenschipper Pieter D., die op 7 Mei zijn koppige praam had vastgeketend aan een gemeentelijken straatlantaarn en wegens deze misbruikhig van dit kunstzinnig lichtapparaat van den heer Roorda, politie-agent te Alkmaar, de gebuikelijke oproeping had ontvangen. De brave gezagvoerder die zich de vorige week nog al opgewonden had betoond, bleek heden heel rustig gestemd en volgens verklaring van den agent, dewelke niets onhebbelijks of nadeeligs van' den verdachte kon vermelden, zou het voorgevallene gebleven zijn bij een waarschuwing, ware het niet, dat ook toen de schipepr door zijn minder tactisch optre den, een proces-verbaal had uitgelokt.De ambtenaar zag de zaak dan ook minder donker in en eischte f 2 boete of 2 dagen, waarop de schipper gemoedelijk met de hand op zijn broekzak repliceerde: ik most maar meteen betalen, dan ben ik er maar of! Onder spontane hilariteit der aanwezigen, beduidde de kantonrechter den haastig gebakerden schipper, nog even zijn gemak te houden en verminderde toen in zijn vonnis de straf tot één gulden boete, die dan ook a con tant werd-afgetikt ALTIJD MAAR WEER DE VEELBESPROKEN EN VEELGPLAAGDE MAGNETISEUR. Alweder diende heden een strafzaak tegen den heer FEUILLETON Naar het Engelsch van ETHEL M. DELL. 60. Hij bleef .niet staan en keek evenmin om. „Maar toch heb je het gezegd," antwoordde hij op een toon, die haar het gevoel gaf alsof hij haar een stortbad ijskoud water in het gezicht gegooid had; en het volgende oogen blik hoorde zij zijn vluggen stap op het tuinpad en be sefte zij, dat hij weg was. Het was nutteloos om te trachten hem te volgen. Haar knieën knikten onder haar. Bovendien wist zij, dat zij naar Jeanie terug moest. Met bleeke lippen en trillend over al haar leden liep zij naar de trap. Hij had haar geheel verkeerd begrepen; zij had slechts uiting gegeven aan de gedachte, die in duizenden op heeft moeten komen, toen zij voor het eerst van de wereldtragedie hoorden; maar hij had een persoonlijke bedoeling in haar woorden gelegd. Hy had haar opzet telijk wreed, onedelmoedig, bitter gevonden. Dat hij haar op die wijze verkeerd had kunnen begrijpen deed haar hart opnieuw bloeden. O, het was beter, dat zij afzonderlijk leefden! Hoe was het mogelijk, dat er ooit weer vertrouwen, intimiteit tusschen hen zou kunnen zijn? Tranen sprongen haar in de oogen... Een stem riep van boven en zij schrok. Zij bedwong zich vlug en liep de trap op. De verpleegster kwam haar tegemoet. „De kleine is niet zoo goed. Ik dacht, dat zij sliep, maar ik ben bang, dat zij bewusteloos is!" „O, zuster, en ik heb haar alleen gelaten!" Er klonk zulk een haryerscheurende wanhoop ln Avery's stem, dat de verpleegster diep ontroerd werd. „Liefste, je zoudt er njets aan hebben kunnen doen. Het is de .zwakheid vóór het einde en wij kunnen niets doen, om het af te wenden. Hoe is het met haar moe der? Kan zij komen?" Avery schudde wanhopig het hoofd „De eerste week niet." „Ah!" zeide de verpleegster; en dat was alles. Maar Avery wist op dat oogenblik, dat er nog slechts weinige weken verloopen zouden vóór de kleine Jeanie Lorimer door de Open Poorten zou gaan. Zij wilde dien nacht niet naar bed. Zij wist, dat zij toch niet zou kunnen slapen. v. d. P. magnetiseur te Amsterdam, wegens overtreding van art 436 Wetb. v. Strafr.: Het onbevoegd uitoefenen der geneeskunde. Ook in dit geval was het weer te Limmen, waar de heer v d. P. zeer populair schijnt te zijn, dat proces-verbaal tegen hem werd opgemaakt. Gezegde heer v. d. P. had namelijk gedurende het najaar van '28 tot Januari '29 in behandeling genomen mej. Catharina V.. huisvrouw van den electricien J. G. H. welke dame lijdende was aan, naar zij vermeende rheumatische pijnen in haar rechterarm, voorts aan keel- en oorpijn. Zij was voor deze aandoeningen, zonder eenige baat te ondervinden door verschillende wettig gebrevetteerde artsen en specialisten en ten einde raad had de heer H. zieïi gewend tot den magnetiseur, die hem als een voortreffelijke geneeskracht was gerecom mandeerd. De heer v. d. P. was dan ook verschenen en had op de bekende wijze, het maken van strijkende bewegingen en het wegwerpen 'van iets onstoffelijks de lijderes gecureerd. De seance had 2 maal per week plaats en de heer v. d. P. ontving telkens f 2, soms ook f 2.50 honorarium. De vrouw verklaarde, er veel baat bij te hebben gevonden en kon nu haar arm weer nor maal gebruiken. De verdachte was evenmin als de vorige maal bij de behandeling van deze zaak verschenen. De ambtenaar meende in zijn requisitoir kort te kun nen zijn, omdat verdachte, in overleg met zijn raadsman en verdediger, in verzet tegen de uitgesproken vonnissen is gekomen en deze zaken nog eens zullen worden behandeld. Alleen wilde de ambtenaar naar voren brengen, dat hoewel hij gevallen als dit niet als de ernstigste (be schouwt, er nog andere zaken zijn aangebracht, waaruit blijkt, dat niet elk ziektegeval voor zijn behandeling is geschikt, zoodat zelfs één patiënt door het gemis aan doeltreffende middelen is overleden. Spreker was dan ook van oordeel, dat de praktijk van verdachte met krachte moet worden geweerd en vorderde in dit geval f 200 boete subs. 100 dagen hechtenis. De kantonrechter wees allereerst schriftelijk vonnis in de zaak v. d. P., 14 dagen geleden behandeld, waarin v. d. P. had gepractiseerd over mej. Metselaar, geb. Houtenbosch, te Limmen, die souffleerde aan zenuw hoofdpijn, in deftige kringen „migraine" genoemd. De magistraat was hier van meening, dat ieder geval op zich zelf moest worden behandeld en waar nu uit de verklaring van de getuige was gebleken, dat de onder gane behandeling, waarbij geen geneesmiddelen waren verstrekt, een goed resultaat had verwekt, zoo meende de kantonrechter dat zulks in de mate der straf moest worden aan het licht gesteld en werd verdachte veroor deeld tot slechts f 25 boete subs. 12 dagen (geëischt was f 300 boete of 300 dagen). En voorts onmiddellijk recht doende, veroordeelde de kantonrechter den ver dachte in de heden \ehandelde zaak op dezelfde gron den als in het hiervoren vermelde vonnis, gereleveerd, tot slechts f 10 boete subsidiair 10 dagen gevangenisstraf Schele hoofdpijn is vaak te wijten aan slechte spijsvertering. Foster's Maagpillen verdrijven spoedig uw kwaal, werken uiterst aacht en verschaffen u een gezonden eetlust, qieuwe energie en een opgeruimd humeur. Maagpillen^ f 0.65 per flacon. Fo ster's Alom verkrijgbaar Zij zag Piers eerst laat in den avond. De verpleegster ging hem vertellen hoe het met Jeanie was. Hij kwam, bleek en akelig kalm boven, en stond verscheidene mi nuten te kijken naar de slanke, vlug ademende wezentje, dat, dicht bij het open raam, tusschen de kussens lag. Avery kon in die minuten niet naar zijn gezicht kij ken zij durfde niet aar toen hij zich ten slotte om keerde, zeide hij. „Blijf jij hier?" „Ja," fluisterde zij. Hij deed geen poging om haar van dat plan af te brengen. Het eenige wat hij zeide was: „Kan ik in je kamer wachten? Daar ben ik te beroepen." „Natuurlijk." „Eri zal je me roepen, als er verandering komt?" „Natuurlijk." Hij knikte en ging. En dan begon de lange, lange nachtwake. Het regende en het was heel donker. Het diepe geruisch van de zee rees plechtig op en vulde de stille kamer. De vloed kwam op. Langzaam sleepte de nacht zich voort. De regen klet terde een poosje en hield dan op. Het zeebriesje blies zacht, zilt en zuiver binnen. Het deed de bruine haar tjes op Jeanie's voorhoofd trillen. De verpleegster zat naast een overkapte lamp te wa ken, Avery dicht bij het bed niet te bidden, nauwelijks te denken, slechts te wachten op het opengaan der Poor ten. En in dat uur verlangde zij er o, hoe hartstoch telijk! naar, dat, wanneer zij opengingen, zij ook naar binnen mocht gaan. In het donkerste uur van den nacht begon het getij te keeren. Zij keek bijna instinctief naar een verande ring, doch er kwam er? geen. Jeanie bewcog zich niet, behalve wanneer de verpleegster zich over haar heen boog en haar voedsel gaf, en iederen keer nam zij minder. De nacht begon te verstrijken. Een grijs licht voor het raam. Het briesje werd frisscher. En heel plotseling hield het ademhalen, waarnaar Avery den geheelen nacht geluisterd had, een paar se conden op en maakte plaats voor een diepen zucht als van iemand, die uit een zwaren slaap wakker wordt. Zij stond vlug op en de verpleegster keek op; Jeanie's oogen, donker, bovenaardsch, onbevreesd, stonden wijd open. Zij keek Avery een oogenblik als verbaasd aan. Dan zacht fluisterend: „Heeft Piers afscheid genomen?" „Neen, lieveling. Maar hij wacht. Ik zal hem roepen." „Vlug!" fluisterde de verpleegster, toen zij langs haar kwam. Vlug, stil, ging Avery naar haar kamer. Maar hij scheen gevoeld te hebben, dat zij kwam, want hij stond reeds op den drempel. 9 Stuurt dan Uw wasch naar de NOORD-HOLL. van S. KROM, Telet. 523. DE DIMMER SCHOODHEIBEL ZAD NU EENS TER DEGE WORDEN UITGEZOCHT. De 53-jarige huisvader en tuinder Jacob K. te Limmen had volgens dagvaarding zijn leerplichtwettige spruit in de 5e klas Jacob vanaf 11 Febr. tot 19 Maart niet behoorlijk ter school gezonden en daar hij in het ver leden reeds eenige malen te dier zake met dit watertje voor den dokter kwam, werd hem tevens recidive of herhaling ten laste gelegd. De heer Jb. K. erkende net feit, doch beweerde steeds zijn jongen trouw naar de school te hebben gezonden, doch dat de knaap geregeld elke morgen door het hoofd der school Bosma was terug gezonden. Het schijnt dat hier een kwestie is, waarop het schoolhoofd die weige ring grondt De kantonrechter, die ook dit klokje al heeft hooren luiden, zeide grimmig tot verdachte: U zal recht ge schieden, dat verzeker ik U. Ik ben er óók nog. De zaak werd daarop aangehouden tot a.s. Vrijdag en zullen alsdan als getuigen worden gehoord het des betreffende schoolhoofd, benevens den inspecteu van het lager onderwijs, de heer E Rahder. AANRIJDING TUSSCHEN DE DIACONIE EN DE GEMEENTE ALKMAAR. De enorme gevaarsverhooging van het stedelijk ver keer is de oorzaak, dat de Diaconie en de dienst der ge meentewerken te Alkmaar, die tot dusver in ideale vrede naast elkander voortbestonden, misschien onher stelbaar zijn gebrouilleerd en de mogelijkheid, dat de Directeur der gemeente-reiniging in de verre toekomst eenmaal zou kunnen ambieeren, naar het voorrecht tot de pensionaris van eerstgemelde altruïstische instel- linf te behooren, vrijwel kan worden uitgeschakeld Het gebeurde dan, dat op 14 Maart j.1. omtrent half 12 voormiddags de elegante 4-wielige motorwagen door de gemeente gebezigd tot expeditie, der geconserveerde faecaliën, gechauffeurd door den gem.-werkman Dirk M., welk bakbeestje 6 meter lang is, vanuit de Lange» straat de Houtil wilde indraaien, door een voor den schoenwinkel van de firma Nette staande luxe auto werd belemmerd, de bocht bij de beruchte hoek van Worm behoorlijk reonts te nemen, met gevolg, dat de 48-jarige heer G. Hoek, huismeester der Diaconie voor tijds meer hartelijk en amicaal „vader" genoemd, die op zijn rijwiel rechts van de straat de Houttil uitped- delde, door de achterzijde van de gemeentelijke Boldoot- wagen werd aangereden. Alles reed kalm en bezadigd, zoodat het ongeval zich bepaalde tot een schade van heelemaal 3 guldens aan het voorwiel van des heeren Hoek's fiets. De zaak scheen oppervlakkig beschouwd, zoo simpel mogelijk. De gemeente betaalde f 3 schadevergoeding aan den heer Hoek en dit de sop van de kool niet waard zijnde zaakje was voorgoed de wereld uit. He laas, es war so schön gewesen, aber es hat nicht sollen sein! Over de schuldvraag werd vurig gedebatteerd. De heer Hoek achtte zich volkomen schuldeloos en wilde zich met 3 pop tevreden stellen. Echter gemeentewerken, bevreesd voor een dreigend faillissement, wees elke be middeling af, bewerende dat de schuld geheel moest Zijn oogen keken even vragend in de hare en dan gingen zij samen naar Jeanie's kamer terug. Geen woord werd tusschen hen gesproken. Er waren geen- woorden noodig. Jeanie's gezicht was naar de deur gekeerd. 'Haar oogen keken langs Avery heen en glimlachten een wel kom tegen Piers. Hij knielde naast haar neer. „Lieve Sir Galahad!" zeide zij. Hij schudde zijn hoofd. „Neen, Jeanie, neen!" Zij hijgde. Hij liet zijn arm onder het kussen glijden, om haar te steunen. Zij keerde haar gezicht naar het zijne. „O, Piers," hijgde zij. „ik zou zoo graag willen dat jij gelukkig was." „Ik ben gelukkig, lieveling." Maar Jeanie's gezichtsvermogen was op dat oogen blik scherper dan het ooit geweest was. „Je bent niet gelukkig, Piers," zeide zij. „En Avery is ook niet ge lukkig." Piers keerde zich even om. „Kom hier, Avery!" zeide hij. De oude bevelende klank was in zijn stem. maar met een verschil. Hij stak zijn vrije hand naar haar uit en trok haar naast zich; en toen zij ook neerknielde, sloeg hij zijn arm om haar ïieen en drukte haar tegen zich aan. Jeanie's oogen waren op hen beiden gericht ster vende oogen, die straalden met een mystieken glans. Zij zag den vastberaden blik op Pier's gezicht., terwijl hij zijn vrouw tegen zijn hart gedrukt hield. Zij zagen de aarzeling, waarmede zij toegaf. „Jullie zijn nu niet gelukkig," fluisterde zy'. „Maar jullie zult gelukkig worden Daarna scheen zij voor een tijdje van hen weg te glijden, het contact met hen als het ware te verliezen, maar toch nog niet buiten hun bereik te zijn. Een paar maal scheen zij te trachten te bidden, maar zij konden haar woorden niet opvangen. Hot dageraadslicht werd sterker voor het raam. Het geluid der golven was een gefluister geworden. Van waar zij geknield lag kon Avery den verren horizont zien. Piers' arm was nog om haar heen. Zij had een gevoel alsof zij samen geknield lagen voor een onzicht baar Alt.' ir, wachtend op een zegen. Jeanie's ademhaling werd minder gehaast. Zij scheen reeds aan gene zijde va n het aardsche lijden. Toch ke ken ook haar oogen naar dien verren horizont alsof zij op een teeken wachtten. De groote Verandering was nabij. Ver weg links groeide een wondere helderheid aan. De hemel scheen terug te wijken, werd van grijs waas achtig blauw. Een wolkengordijn, dat deze geheelen nacht door de sterren verborgen had, loste zich zacht op in gouden draden en over de zee schoot met een worden geweten aan den heer Hoek. Deze deed daarop aangifte en werd door den heer Wijnberg, de verkeers- dictator, procesverbaal opgemaakt tegen den chauffeur van de Alkmaarsche Houbigant et Coty-auto. Gevolg was thans, verschijning van dezen chauffeur als ver dachte, bijgestaan door den Directeur der Reinigings dienst als raadsman, voor den Kantonrechter. De heer Hoek als benadeelde partij, betoogde dat het hier niet ging om de knikkers, doch om het recht van 't spel. Hij meende als fietsrijdend weggebruiker, die zich stipt hield aan de regels van 't verkeer, verzekerd te moeten zijn, niet te worden gehinderd door een automobiel van de gemeente, die hetzij genoodzaakt of niet, in strijd met die regels de linkerkant van den weg had bereden, op dien grond wees de heer Hoek elke schuld beslist af. De heer D. M., de verdachte gemeente-chauffeur, be riep zich op overmacht en beweerde dat de heer Hoek te snel had gereden en eer had moeten stoppen. Voorts werd met ijver het meeste odium gestapeld op het neu trale hoofd van den heer Wijnberg, die maar roekeloos proces-verbaal had opgemaakt, zonder den verdachte te hooren. De ambtenaar, aan het woord komende, haastte zich verkeersagent Wijnberg te rehabiliteeren. Deze had, daar vaststond, dat de chauffeur van de gemeente, om welke reden dan ook, bedoelde bocht links had genomen, wat op alle manieren bij art 6 der Motor en Rijwielwet, voor zoover het niet geldt het inhalen van andere voertuigen, is verboden. Volgens zijn ambts plicht tegen dezen overtreder proces-verbaal opgemaakt. De ambtenaar achtte het te laste gelegd wettig en over tuigend bewezen en vorderde f 8 boete of 8 dagen. Na eenige repliek van den heer C. Grootegoed, be paalde de kantonrechter de uitspraak op 7 Juni. Om zich een helder en juist oordeel te kunnen vormen, zal de kantonrechter de geheele aanrijding, zooveel moge lijk met origineel materiaal, in scène zetten. De hinderlijke luxe auto (eigenlijk een fordje) zal bij Netten worden opgesteld. De odeurwagen zal met den kantonrechter als eerepassagier, weer rijden en de bocht nemen, de heer Hoek zal peddelen en zijn nieuw voor wiel opnieuw laten vermorzelen... in één Woord, het be looft een grootsche demonstratie te worden. EEN VEELGEPLAAGD HUISVADER. De nagenoeg 50-jarige heer Piet K., wiens garderobe nu juist niet den indruk wekte van financieele over daad .stelde zioh voor als gepensionneerde van de Ned. Spoorwegmaatschappij en was vergezeld van een mager bleek vrouwtje van twyfelachtigen leeftijd, beladen met een bruin reiskoffertje, welke niet gedagvaarde dame den kantonrechter de naïeve vrakg deed ontlokken, of hij deze vrouw voor de gezelligheid had meegebracht. Meer waarheidslievend dan hoffelijk ontkende de heer K., die de eenigszins late eer heeft, vader te zijn van een schoolbezoekend, dochtertje, de meerdere gezellig heid,doch beweerde dat zyn vrouw beter op de hoogte was van het feit, waarvoor hij terecht stond. Hij zou dan op 8 Maart zijn dochtertje niet naar de middag- school hebben gezonden. Verdachte deed daarop een heftig verhaal, dat ze hem al 3 maal te grazen hadden genomen en toen hij de school had bezocht, om daar over den meester te spreken, hadden die apen van jon gens hem uitgejouwd voor „opa", zonder dat de mees ter hen dit had verboden. Verdachte sprak dan ook in minder geciviliseerde termen zijn twijfel uit omtrent de paedagogische wanorde van dien opvoeder der jeugd. Deze had zijn kind ook nog geteisterd met een stem vork. Daarop kwam zijn vrouw aan het woord en gaf een tamelijk moeilijk te volgen definitie, waaruit we na lang deduceeren en combineeren konden distilleeren dat de meester verlof had gegeven voor een halvx dag diamanten schittering de eerste straal zonnelicht. Toen scheen Jeanie wakker te worden, als het ware op te rijzen uit de diepten van gepeins. Haar oogen wer den grooter; dan glimlachten zij plotseling. Zij trachtte zich op te richten, maar wist niet dat zij alleen door Piers' kracht opgelicht werd. Zij loosde een zucht, die bijna een kreet was, maar blijdschap en geen pijn drukte die uit Een paar ademlooze oogenblikken keek zij naar bui ten als in een extase van verrukking, als iemand, die van een bergtop een wijder uitzicht heeft dan aardsche oogen konden omvaten.' Dan wendde zij zich tot Piers: „Ik zag den Hemel geopend..." zeide zij en in haar zachte stem klopte een verrukking, die niet in woorden geuit zou kunnen wor den. Zij had meer willen zeggen, maar iets hield haar te gen. Zij maakte een gebaar alsof zij hem om den hals wilde vallen, maar zij zonk weg in zijn armen. Hij hield haar dicht tegen zich aan en terwijl hij haar vasthield, voelde hij de laatste, trillende ademhaling wegglijden uit het kleine, vermoeide lichaam... HOOFDSTUK V. DE VERLATEN WEG. „Dat is juist waarin je je vergist, beste Crowther. Je bent in sommige opzichten een bijzonder scherpzin nige kerel, maar van vrouwen heb- je even veel verstand als ik van theologie." „Geloof je dat?" vroeg Crowther een beetje melan choliek. Piers lachte. „Ja, nu heb ik je op je eksteroog ge trapt. Maar houd er den moed in, oude jongen! De pijn is dadelijk weer over." Crowther's gezicht ontspande zich wat, maar toch was hij nog niet tevreden... „Ik ben heelemaal niet te vreden over je .jongen! Ik geloof, dat je een prachtge- legenheid voorbij hebt laten gaan." „Dan geloof je verkeerd," zeide Piers. „Ik had met den besten wil van de wereld geen uur langer kunnen blijven. Ik was in een valsche positie. En zij arme meid! ook. We hebben de strijdbijl ter wille van het kind begraven, maar erg diep onder de aarde was zij niet. Ik heb mijn best gedaan en zij ook, geloof ik. Maar zelfs dien laatsten nacht kwamen we ertegen in verzet. Het diende nergens .voor langer „alsof" te spelen. Het spel was afgeloopen. Dus ben Ik wegge gaan." (Wordt vervolgd).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1929 | | pagina 1