Alieneti Nitiws- lin I KlKl ISCHGOEI nscbl, Sioomwasscherij „DE LELIE", GEZOND SLAPEN Radioprogramma DE WETHOUDERSKEUZE IN DE ZIJPE. DE ADELAAR Uitgevers: N.V. v.Ii. TRAPMAN Co., Scliagen. Eerste Blad. AUPING-MAT RASSEN Beeldenfabriek M. KLERCQ Brabantsche brieven. zeradtë dain Uw wasch naar de Zaterdag 6 Juli 1929. SCHACER 72ste Jaargang No. 8488 COURANT. - Dit blad verschijnt viermaal per week: Dinsdag, Woensdag, Donder dag en Zaterdag. Bij inzending tot 's morgens 8 uur, worden Adver- tentiën nog zooveel mogelijk in het eerstuitkomend nummer geplaatst. POSTREKENING No. 2W30. INT. TEÏ.EF. No. 20. Prijs per 3 maanden f 1.G5. Losse nummers G cent. ADVERTEN- TIüN van 1 tot 5 regels f 1.10, iedere regel meer 20 cent (bewijsno. inbegrepen). Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. DIT NUMMER BESTAAT UIT VIER BLADEN. kant ge op een 3-deeIig bedstel, vakkundig afgewerkt in eigen werkplaatsen. 3'dcelig Kapokmatras 133 X 120, schuine Peluw en 2 Kussens met prima Java-kapok gevuld f 37.50. 1-perscons 190 X 90 f 18. AUes eigen fabrikaat, in alle maten verkrijgbaar. Staaldraad-Matrassen in ijzeren raam, 1-pers. 17.75, 2-pers. f9.75. Bijvullen en opnieuw opmaken van Kapokmatrassen Salon- en Wconkamer Ameublementen. Spoorstraat 32-34 DEN HELDER Tel. 206 Nu door de toewijzing van den eenen zetel, dien de Vrijheidsbond bij de laatste gemeenteraadsverkiezing in de Zijpe had verkregen, aan de S.D.A.P., de verhou ding der verschillende partijen definitief is, is het wellicht interessant te bekijken wat er aanstonds staat te gebeuren. Wij zien nu de Vrijzinnig-Dem. met 5 zetels, de S.D.A.P. met 3 zetels en de R.-Kath. eveneens met 3 zetels in den nieuwen Raad van Groot-Zijpe. En het spreekt vanzelf - dat men nu algemeen zeer belang stellend is naar de wethouderskeuze. Er is in den Raad niet één enkele partij die de meerderheid heeft, dus wil men voor verrassingen ge vrijwaard zijn, dan.moeten twee partijen samen gaan, om tot een wethouderskeuze te komen. Er bestaan daarvoor maar drie mogelijkheden, n.1.: Vrijz.-Dem. samen met de S.D.A.P.; Vrijz.-Dem. samen met de R.-Kath. of de S.D.A.P. samen met de R.-Kath. Voor en aleer men een oordcel over eenige combi natie van partijen uitspreekt, moet men nagaan wat de uitslag van den stembusstrijd is geweest en wat de kiezers daarbij als hun oordeel hebben uitgespro ken. Alle goede democraten hebben daarnaar te luisteren en daarnaar hun daden te richten. En nu is het niet te loochenen, dat de overgroote meerderheid der linksche kiezers in de Zijpe een scherpe veroordecling heeft uitgesproken over het samengaan van den Vrijheidsbond met de Katholie ken in de laatste 2 jaar. De val van den Vrijheidsbond van 3 op 1 raads- zetel is wel het duidelijkste antwoord dat de kiezers hebben gegeven op de vraag of zij op een samengaan met de Katholieken gesteld zijn. De meerderheid der kiezers wil dat niet en met dat oordeel hebben zoowel Vrijz.-Dem. als S.D.A.P.ers, die hun groote stemmenaanwinst aan dat oordeel hebben te danken, rekening te houden, ja, zelfs, dat oordeel moet hun houding, bij de vvethouderskeuze o.i. geheel behcer- schen. En een ieder zal gevoelen dat noch de Vr.-Dem. raadsleden, noch de Soc.-Dem. raadsleden,"gezien de stembusuitspraak, er over mogen en kunnen denken om bij de wethouderskeuze met de Roomsch-Katholie- ken samen te werken. Doet men dat. wel, dan zal men denzelfden misgreep begaan als de Vrijheidsbond, die door de kiezers, maar ook door de heeron zelf steeds zoo scherp is veroor deeld en een dergelijke verloochening van eigen opvatting zoii zich over 2 jaar, als er weer een nieuwe Raad moet worden gekozen, sterk wreken. Naar ons oordeel bestaat er in de Zijpe dus nog maar één mogelijkheid: samengaan van Soc.-Dem. en Vrijz.-Dem. En dat. die éénc mogelijkheid er nog maar is, dat is te wijten aan de Vrijheidsbondsche candidaten. Die toch hebben om hun zoo geliefkoosde uitdrukking •maar eens over te nemen: de Zijpe aan de rooien overgeleverd. De houding door alle candidaten der Vrijheids bondsche lijst na den uitslag der stemming aangeno men, hun bedanken voor den zetel, is onverantwoor delijk. Hun kiezers, die naar de stembus zijn gegaan, om „liberaal'1 te stemmen, hebben niet anders gedaan (tegen hun beslisten wil en bedoeling in) dan „rood" stemmen. En de Vrijheidsbondsche candidaten hoe ook teleurgesteld in hun verwachtingen, hadden toch zooveel gevoel van plicht en verantwoordelijkheid moeten toonen, dat een van allen toch den zetel die hun door de kiezers was toevertrouwd, had bezet, had bezet ook uit respect voor eigen partij en eigen beginsel. En om nu maar alleen om dat hot aantal behaalde stemmen zóó uit de hand viel, een verkregen zetel aan den „aartsvijand" over te leveren, gaat alle perken van politiek fatsoen te buiten. Want niet alleen gaat op deze wijze een raadszetel voor den Vrijheidsbond verloren en wordt het begin sel verkracht, maar wordt de mogelijkheid om uit Vrijz.-Dem. en Vrijheidsbond samen 2 wethouders te creëercn, onmogelijk gemaakt en drijft de Vrijheids bond met opzet het in de richting dat de Zijpe op een „rooie" wethouder is aangewezen. En waarom? Denken de heeren nu soms in de a.s. twee jaar op het vinkentouw te zitten, in de stille hoop -dat uit de combinatie Vrijz.-Dem—Soc.-Dem. niet veel goeds geboren kan worden, om dan zelf bij de eerste verkiezing daaruit zijde te spinnen?? Dat mag misschien nu slimmetjes bedacht zijn, royaal is het niet, maar tevens blijven de Vrijheids- bonders de verantwoording dragen van de situatie die- uit hun weigering om een zetel te bezetten, wordt ge boren. Van die vlek op hun wapenschild zullen zij zich nooit kunnen schoon wasschen. Wij schreven dat de eenige mogelijkheid is om de wethouders te kiezen uit de S.D.A.P. en Vrijz.-Dem. Maar, zal men vragen, kunnen er dan geen 2 Vrijz.- Dem. worden gekozen? Waar de Vrijz.-Dem. niet de meerderheid hebben, kan dat alleen gebeuren met de hulp van een andere partij, hetzij door haar stem aan de Vrijz.-Dem. te geven, hetzij door zich van stemmen te onthouden. Maar de Vrijz.-Dem. mogen nooit het in dezen op een lukkertje aansturen, dat is zeer gevaarlijk, om dat men niet de bedoeling van de andere partijen kent, maar het is ook niet royaal en politiek-fatsoen- lijk. De eenig aangewezen weg der Vrijz.-Dem. is, om als sterkste partij *en samenspreking te zoeken met de Soc.-Democraten, om op die wijze te komen tot een voor beide partijen aannemelijke oplossing. En ambieeren de Soc.-Dem. een wethouderszetel, en ons is gezegd dat dit zóó is, dan geeft hun zetel aantal hun daar ook volkomen het recht op. en is er ook niets op tegen om een behoorlijke basis te vin den, waarop samenwerking mogelijk is. En hoe open hartiger of men dan tegenover elkaar is, hoe vrucht- dragender die samenwerking zal zijn. Van weerszijden vertrouwen schenken en zich plaatsen op het standpunt: politiek te beoefenen die in een plattelandsgemeente als de Zijpe uitvoerbaar is, zal de eenige goede oplossing kunnen geven. Of de Soc.-Dem. dan, zoo vroeg men ons, zoo op een wethouderszetel gesteld behoeven te zijn? Dat is een andere vraag. De minderheid die de Soc.-Dem. als wethouder in het college van B. en W. steeds zou zijn, omdat de Burgemeester ook Vrijz.-Dem. is, zou zijn positie nipt gemakkelijk maken. En daar mee mogen de Soc.-Democraten wel rekening houden als men een der hunnen daarheen zendt en be denken, dat 3 Soc.-Dem. als loyale oppositie in den Rajïd voor de partij wellicht een vrijer en stérker politiek zouden kunnen voeren. Maar toch is het willen bezetten van een wethouderszetel en het aanvaarden van de regeer-verantwoordelijkheid sym pathiek en begrijpelijk. Wij willen dan ook hopen, dat Vrijz.-Dem. en Soc.- Dem. elkaar zullen vinden en dat zij zullen beden ken, dat niet eigen branie, maar anderer fouten hun de zetelwinst bij de laatste gemeenteraadsverkiezing heeft gebracht. Men vervalle niet zelf in dezelfde fout van de voorgangers, maar spiegele zich zacht daaraan. Zet eigen persoonlijke aanvechting ten opzichte van een lokkenden wethouderszetel maar op zij, en laat het waarachtig belang der gemeente Zijpe in alle opzichten den doorslag geven bij al wat ge doet. Vooral ook bij deze wethouderskeuze, die aller be langstelling heelt. MODERNE HEEREN- EN JONGEHEEEEN KLEEDING vindt men alleen in het Amsterdamsche Kleedingmagazijn a~i n at wtw KEIZERSTRAAT 32. DEN HELDER. Reiske worden vergoed. ULVENHOUT, 2 Juli 1929. Menier, Ik schrik me daar 'n apen- kulleke, nouw Ik d'n datum boven deuzen brief neer kalk. Sapperejabel, amico, wa vliegt da jaar weer rap over onzen kop. Me zijn, veur me-n-et goed beseffen, alweer fiks aan de tweede helft begonnen. De dagen zijn alweer aan 't korten en wemmen d'n vorigen winter nog in onzen kop zitten. Ik ken er tenminste genogt, die nouw en dan nog 'nen scheut deur d'ren achterkop krijgen zooas ze zeggen en die ze aan de leste griep wijten. „Zuinig op zijn, jong," zee ik lest teugen 'zo'nen griepscheutkopper. „Waarom?" vroeg le'. Ik zee: „g'oef me nie zoo af te snaauwen, zee ik, „maar over ennigten tijd is 't weer winter en dan kunde gij tenminste gin griep krijgen," zee ik. „En waarom nie!" „Omda ge'm dan al hèt," lachte- n-ilc, waarop ie zee „vrek maar" en da-d-eb ik, hoe har telijk ok gemeend, toch maar nie gedaan! Maar da tusschen twee hokskes. En om nie van m'n apperepoo af te geraken, wa vliegen de tijen toch weergaasch gaauw. 'k Kan me d'n dag nog herinneren da'k Trui d'r haand gong vragen bij d'r vader op dieën rengelachtigen Zon dagmiddag. Ja, amico, ge zul meschient denken: wiedes, zukke dagen vergitte nie makkelijk..., maar zóó bedoel ik 't toch nie. 'k Wil er meer mee zeggen: 't lijk me zoo kort gelejen, terwijl ik nouw toch meer dan dartig jaren SCHAGEN. Tegenw. eigenaar W. v. LEUVEN. mee Trui d'r haand (en de rest) zit opgescheept! Toen ik dan ok veur 'n jaar of tien gelejen grotvader gemokt wier deur één van m'n 'zeuns, toen hè'k weuzelijk m'n eigen 's goed bekeken in d'n spiegel, m'n haren 's deur- mekaar gegooid, op m'n haanden gaan staan, op d'n Bles gesprongen en zonder zadel rondgedraafd, alle maal om er m'n eigen zekerheid van te geven of ik nouw toch echt 'nen opa was... Nouw jong. laat ik oew nouw maar eerlijk zeggen: aa 't er 'n heksamen aan verbonden was gewiest om oew eigen opa te meugen noemen, dan was ik gezakt as 'n pèèrdevracht-baksteenenWant toen ik mee Bles laangst de boschkaanten draafde in 'nen galop dat de stof opvloog tot de boómenkruinen toe, toen ik 'nen sloot „nam" mee 'm van 'n paar metera bridte en over 'n heg sprong, in vollen galop, van zekers 'nen meter hogte, toen ik op da mement Mieke van Keesje zag, die mee groote glaanzende oogen naar m'n ruiterkunst sting te kijken (keb indertijd Mieke veur Trui in d'n steek ge laten, onder ons gezeed!) en toen Mie die ongetrouwd is gebleven in d'r haanden klapte, nouw amico, toen ha'k de hapseluute zekerheid da 'k veur grootvader was gesjeesd. Lot oew da genogt zijn! Na al die griemassen ha'k 't zoo wèrm gekregen, da-d-et zweet mee stralen van m'nen rug liep en toen hè'k d'n Bies in de wei gestuurd, eb m'n eigen uitgekleed en mee'nen plons de Mark ingedoken en 'n ketierke ge zwommen in God's vrije natuur, laangst de botterblom men en deur de waterlelies, terwijl ik de veugeltjes bo ven m'nen kop deur de locht zag scheeren, de kik- vorschen in 't sappig gruun laangst de waterkaanten sprongen. En toen 'k daar zoo te drijven lag, d'n Bles heurde hinneken wa verderop, 'nen zwaluw vlak boven m'nen kop schopt, toen hè'k daar 't hogste lied uitge- kweeld, 't water laten schuimen deur te trappen mee m'n voeten of ik 'n stoombotje was, ondergedompeld en geduikeld as 'nen bruinvisch en toen 'k weer aan den kaant kwam en meè m'nen rug in 't malsche, zachte gras lag en 't onderstuk in 't water hiew, toen docht ik zoo: wa krijgen m'n kleinkinders 'nen aarigèn grotvader Ziedaar, amico, hoe 'k heksamen eb gemokt veur d'n graad van opa. Maar om dan (veur de aarigheid zoo maar) nog 's effekus trug te komen op toen 'k om Trui d'r haand gong, da was 'nen géven bak, amico. Ge snapt: Trui en ik hadden samen al lang de kachel aangemokt. Me waren 't er gloeiend over eens: gij en gin ander! Tot over m'n ooren .amico; tot m'nen nek! Truit dieto. Me scharrelden al 'n jaar zekers, maar gin horke op m'nen kop da verder docht as mee Trui waandelen en wat daar allemaal zoo bijbehoort. Maar Trui da kreeg 'k later in de gaten docht sieul verder. Ja, amico, zoo zijn de wefkes. Ge denkt da-ge huilie nimt, maar ze nemen jouw. Ik verstopte m'n eigen nog achter 'nen boom as m'n schoonvader in spee aan kwam stappen, maar m'n schoonmoeder had al laang mee Trui uitgemokt hoe ze mijn moes dressee- ren as ik eenmaal in 't slagnetje zat. Maar goed dan, 't was kermis, en 'k ging Trui „v r ag e n". „Zoozoo," zee d'n ouwen Peeren, „en hoe oud zijde gij, mennelce?" „Nege..." „Twintig!" viel Trui in m'n rede. „Hedde-d-al gediend bij de suldaten?" „Kèb eh..." perbeerde-n-ik te zeggen, maar Trui riep weer: „Vader schiet nouw asteblieft 'n bietje-n-op, waant de kermis is al open!" ,,'k Kreeg gewoonweg gin kaans om wa te zeggen. „En wit oew vader d'r al wa van, da gij aan 't vrijen gaat?" Toen kreeg ik toch 'n bietje de juu in. amico. Ik docht zoo: hij wil me zo'n bietje veur Piet-Snot zetten in 't bijzijn van m'n meske en toen zee ik: „hoor es ier van Peeren, hedde gij in jouwen tijd oew vader ok alles aan z'n neus gehangen?" Toen krabde-n-ie 's op z'n kop en zee: „eerlijk gezeed: neeë!" „Legt dan teu gen mijn ok niet te zeeveren," zee *jk, „as ge nouw maar ja zegt, is alles kits!" „Dan za'k eerst moeder nog 't roepen," lachte-n-ie, „want die mot ok maar 's zeggen, wa ze'r van denkt." Nouw, amico, toen docht ik bij me-n-eigen: Dré wa bende begonnen en as ik 'n gat had gezien om ongemerkt weg te komen, ha'k 'm stiekum maar zekers gesmeerd. (En onder ons gezeed, jaren later he'k nog dikkels gedocht: ha'k da gat maar kunnen vinden destijds...). Maar 't viel erg mee. Moeder wist overal van, da zak 'k aan d'r bakkes, en ze moest niks emmen van lang bakeren. Net as Trui. Maar lillek, lillek, toen Trui op de kermis vroeg: ,wa zulle me veur moeders mee brengen?" toen viel 't uit m'nen mond: „nen scheer kwast en 'n scheermes." 't Was bekaanst al af, veur me van onzen eersten offesjeelen uitgaank thuiskwaampen! Maar eerlijk is eerlijk: een goei wijf, amico. Ze had dan wel 'nen gèèven knevel en 'n aankomend baardje, maar ze had ok 'n goei haart onder d'nen borstrok zit ten; da-d-ad-ze! „Zoo Dré", viel ze binnen, „ga-de gij kermis houwen mee ons Trui, jonk?" „As ge 't goed vind, gère," zee ik. „Ollee, netuurlijk i3 da goed, wa zegde gij vader?" „Gift de flesch maar," zee van Peeren, en zoo was ik verrajen en verkocht veur ik 't goed en wel wiest! Maar affijn, daar nie over murmereeren, k'ad et broerder kunnen treffen. Maar in ieder geval, ge wit dan ok hoe ik aan den haak geslagen ben, want 't is mee kermis begonnen en 't is kermis gebleven. En de vroolijke keuken: hier-kunde-doenof-ge-thuis-bent, die rendeert kollesaal. Affijn, deurrijen! Nie kwaadspreken, wa gij? En da doe me aan iets denken, amico. Ze willen hier mee alle duvelsche geweld 'n Bra- baantsohe orkest oprichten, 'n Soort van 'n Herremenie zooas 't Amsterdamsch Orkest van Wullem Bengelmerg En as 't kan nog 'n horke beter! Da's netuurlijk 'n schoon idee! Ik, veur mijn, ik ben d'r vlakveur. D'r kan gin me- ziek genogt gemokt worren en hoe schonder hoe lie ver. De kraanten staan vol mee artiekeltjes over die Her remenie die er dan komen mot en iedereen die 'n pen- neke kan vasthouwen schrijft er lappen in de kraant over vol mee cijferkes en berekeningen. Al kennen ze soms gin noot zoo groot as 'n koei, ze zeggen: we mótten, we zullen 'n Herriemenie waar ge van omsallemaandert? Artiesten zijn er mee de vleet. Meziekaanten genogt ier en goeie-n ok! En nie oileen meziekaanten, amico, wemmen ier van alles. Beldhou- wers, ververs, boekenpotlooiers, meziekaanten, van al les! En witte waar die jongens allemaal zitten? In 't Buitenlaand of in Hollaand. En witte waarom? Omda wij onze Brabaantsche artiesten laten verrek ken. Da's gin schoon woord, amico, da weet ik bliks katers goed, maar 't is te veul waar om 'n bietje uit ts biinken in z'n vak, zo'nen Brabaander die word ier weg gepest. En geleufde me nie soms? Vraagt et aan die jongens zeivers! As g'as Ollaander ier binnenkomt om 'n mopke muziek te maken, om schilderijen te hekspeseeren, om 'n gebouw neer tezet ten, of weet ik veul, dan is 't allemaal even goed en schoon. Maar as 'nen Brabaantsche jongen wa lot zien van z'n moksel, waar ze in Ollaand gère veul centen veur geven, dan amico, dan krijgt zo'nen kérel nog gin stukske in de kraant! Dan zwijgen ze'm dood, de kaf fers! Kaffers, ja! Want ze moesen snappen dat de Bra baantsche kunst.enèèrs, Brabannt beroemd en bemind motten maken. Eri da kan nooit as zo'nen mensch in d'n vrimde z'n eigen schamen mot veur z'nen geboorte grond om dat er te veul kaffers zitten. En daarom, ier mee veul centen zo'n orkest oprich ten, aliebonneur. Maar dan de jongens riie wa beteeke- nen 'n kaanske geven en nie wegpesten! Amico, da moes is van m'n haart! Kom, ik-schei-d'r af. Veul groeten van Trui en as altij gin horke minder van oewen toet a voe DRé. Wij Breien de Allerfijnste Wollen Kousen zeer netjes voor U aan. JAAP SNOR. Voor nieuw werk zijn wij nummer één. Tel. 251. Depot voor Schagen: C. DE MOEL, Noord. Voor Zondag 7 Juli 1929. >.30 HUIZEN (336) K.R.O. Morgenwijding. HILVERSUM (1071) V.A.R.A. Mededeeling over postduiven, gramophoonplaten, esperanto, toe spraak, orgelrecital, enz. L50 HUIZEN (1852) N.C.R.V. Kerkdienst vanuit de Evang. Luth. Kerk te Weesp. Voorganger Ds. K. H. Wallien. HILVERSUM (1071) V.A.R.A. Mahler-concert. DAVENTRY (1563) Dankdienst voor het herstel van Z. M. den Koning van Engeland. HILVERSUM (1071) Lezing door J. J. Bruna over Suriname en zijn bewoners. BERLIJN (475) Concert. HUIZEN (336) K.R.O. Lunchconcert. HILVERSUM (1071) Lunchconcert. HAMBURG (392) Concert. PARIJS (R.1744) Symphonieconcert LANGENBERG (462) Middagconcert. HUIZEN (336) Spreekers. Bernard Reul én Jan Nieuwenhuis. MOTALA (1351) Militair concert. HILVERSUM (1071) A.V.R.O.-Boekenhalfuurtje. HILVERSUM (1071) Concert. HUIZEN (336) Uitzending van de plechtigheid te St. Willebrord ter eere van O.L. Vrouwe van Lour- des voor de zieken. BERLIJN (475) Concert. HAMBURG (392) Concert. HILVERSUM (1071) Middagconcert door het om- roep-orkest DAVENTRY (482) Kamermuziek. WEENEN (520) Concert. HAMBURG (392) Mandoline-concert. KALUNDBORG (1153) C oncert. KONINGSBERGEN (280) Concert LANGENBERG (462) Tuinconcert. PARIJS (R.1744) Gramophoonplaten. HILVERSUM (1071) V.A.R.A.-kleuteruurtje. DAVENTRY (482) Pianorecital. BRUSSEL (512) Dansmuziek. BOEDAPEST (545) Concert door Zigeunerkapel. WARSCHAU (1397) Concert. HUIZEN (336) N.C.R.V. Kerkdienst vanuit de Oosterkerk. Voorganger Ds. Kaajan. HAMEURG (392) Concert. MILAAN (504) Dansmuziek. MUNCHEN (538) Concert 6.30 HILVERSUM (1071) V.P.R.O. Wijdingsuur uit de studio. Spr.: Ds. A. de. Kat Angelino. 6.50 BRUSSEL (512) Gramopboonconcert. 6.50 PARIJS (R.1744) Gramophoonconcert. 7.20 MOTALA (1351) Populair programma. 7.30 HUIZEN (1852) K.R.O.-Uitzending. Spr. Prof. Dr. 10.45 11.20 12.— 12.20 12.30 12.30 12.50 1.05 1.20 1.30 1.40 2.— 2.30 2.45 2.50 3.20 3.30 3.50 3.50 4.20 4.20 4.50 4.50 4.50 5.— 5.05 5.20 5.20 5.20 5.50 5.50 6.20 6.20

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1929 | | pagina 1