ilisniü Nitits-
AiKlttDIit- Lillllllllli
De Schoone Duivelin
Voor eeri carrtera9
Radioprogramma
Dinsdag 23 Juli 1929.
72ste Jaargang No. 8497
■■PB
Uitgevers: N.V. v.h. TRAPMAN Co., Schagen.
Eerste Blad.
VOOR DEN KANTONRECHTER
TE ALKMAAR.
Fa. W. D. Niestadt Zn.
Dit blad verschijnt viermaal per week: Dinsdag, Woensdag, Donder
dag en Zaterdag. Bij inzending tot 's morgens 8 uur, worden Adver-
tenticn nog zooveel mogelijk in het eerstuitkomend nummer geplaatst.
POSTREKENING No. 23330. INT. TELEF. No. 20.
Prijs per 3 maanden f 1.65. Losse nummers 6 cent. ADVETUEN-
TIüN van 1 tot 5 regels f 1.10, iedere regel meer 20 cent (bewijsno.
inbegrepen). Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
DIT NUMMER BESTAAT UIT TWEE BLADEN.
t Zitting van. Vrijdag 19 Juli 1929.
POUTIE-AGENT CONTRA BURGEMEESTER.
GING HIJ NAAR DEN WINKEL OF NAAR DE
KERK.
De heer Jan Dalenberg, agent van politie te Alkmaar,
zag zich op Donderdag 13 Juli, v.m. 11.35 verplicht pro
ces-verbaal op te maken tegen een automobilist, die,
nadat hij had bemerkt, dat hij wegens vernieuwing van
den weg, niet kon doorrijden langs de Groote Kerk
naar richting Bergen, zijn auto deed keeren en toen
links achter den agent, die het verkeer regelde, hoek
Langestraat en Choorstraat in te rijden. Het was den
agent opgevallen, dat die zelfde auto-bestuurder eeni-
gen tijd te voren, eveneens aan de linkerzijde van den
weg was voorbijgereden, ten einde de Langestraat in te
gaan. Hij had zich toen bepaald met vermanend de
hand te bewegen, doch toen diezelfde automobilist zich
opnieuw aan een verkeersovertreding schuldig maakte,
meende hij dien hardnekkigen verkeerszondaar te
moeten verbaliseeren.
Bedoelde automobilist bleek te zijn de 47-jarige C.
D. K., burgemeester van Oosthuizen en hij was het,
nu hij heden terecht stond, in geenen deele eens met
het relaas van den verbalisant.
Volgens de verklaring van den burgemeester, was
hij, bemerkende den afgesloten rijweg, teruggegaan, om
langs de Choorstraat zijn doel. Bergen te kunnen be
reiken. Hij gaf toe, dat hij links had gereden, doch
beweerde, zulks verplicht te zijn geweest, aangezien
de agent terug was getreden in de richting van de
Groote kerk en hij dus, wanneer hij rechts was blijven
houden, dien agent zou hebben moeten overrijden. Het
optreden van den agent noemde verdachte onbehoorlijk,
zeer onbeschoft en brutaal, temeer -nog omdat hij vol
gens de hem bekende regels achter den agent om was
gereden.
De agent Dalenberg, gehoord als getuige, ontkende
onbehoorlijk te zijn opgetreden. Hij doet reeds 6 jaar
dienst in Alkmaar en nog nimmer is een klacht inge
komen over zijn onbeleefdheid. Hij is integendeel eenige
passen teruggegaan, niet in de richting van de kerk,
doch in de richting van den boekwinkel van den heer
Terburg, teneinde verdachte ruimschoots tot voorbij
rijden de gelegenheid te geven. Hij heeft toen met zijn
had het teeken gegeven, dat verdachte kon doorrijden.
Een winkeljuffrouw van den heer Haitema heeft hem
verklaard, dat zij dit alles zeer duidelijk heeft waarge
nomen. Voorts vestigt de verbalisant er de aandacht
op, dat nergens is voorgeschreven in de Motor- en
Rijwielwet, dat men achter een verkeersregelaar moet
passeeren.
De burgemeester zegt, dat hij geen teeken van den
agent heeft gezien. Hij ontkent dat er zoo'n teeken
is gegeven.
Mevrouw Maria Stout, echtgenoote van Dr. Kuipers
■uit de Beemster, die zich in de Burgemeesterlijke auto
bevond,- en nu als getuige a decharge wordt gehoord,
deelt in aansluiting met de door verdachte afgelegde
verklaring mede, dat de agent niet beleefd en onbe
schaafd optrad en niet naar den winkel van Terburg,
doch naar de kerk was teruggetreden, zoodat het den
bestuurder niet mogelijk was, den rechterkant te
FEUILLETON
DET. DUNN.
HOOFDSTUK XXVL
HET KIJKGAT.
Helstons cup, die hij hoopte door te voeren het
schrijven aan Carew en het interview dat erop volgde
was gedeeltelijk bluf geweesj;. Hij had den diamant na
tuurlijk niet. Maar hij wilde eerst zeker van zijn zaak
zijn vóór hij den misdaad beging, die zijn aanbod aan
Carew noodzakeiijk maakte.
Hij had met de gravin geheel afgedaan. Hij had nu
nog maar één verlangen, den steen aan Carew over
handigen, en zoodra hij de 10.000 pond had ontvangen
de vlucht te nemen naar Amerika. Rag; en Barnard
boden geen moeilijkheden. Als zijn plan succes had, zou
den beiden naar de andere wereld geholpen zijn. Aggy
was het eenige struikelblok, maar hij wist, dat ze den
heelen dag uit was om bloemen te verkcopen en hij
hoefde dus blaar een geschikten tijd uit te zoeken voor
zijn bezoek aan het hol in Sewardstraat.
„Ik heb meer dan genoeg van Leonie," mompelde hij.
„Ze maakt me bang. Waarachtig er is niets wat die
vrouw niet zou doen. Ik ben er zeker van dat ze me
om zeep zou helpen als ze ontdekte wat ik nou aan
het bedisselen ben. Als ik die tien duizend pond maar
eenmaal te pakken heb, kan ze naar den duivel loopen
daar is ze toch al hard mee bezig."
Tegen den middag klopte hij aan de deur van no. 21
Slewardstraat, drie korte, duidelijke tikken. De oude
Rag ontving hem.
„Ik dacht wel dat je zou komen," zei de valsche
munter op zijn gewone ruwe manier. „Ik mot je spre
ken."
Helston knikte en volgde den vreemd uitzienden man in
een kamer, die gemeubeld was in den stijl van den
vroegsten Victoriatijd harde, leelijke met paardehaar
opgestopte canapé en stoelen, een haardkleedje, bezaaid
met bonte helkleurige rozen, goedkoope, leelijke vazen
J3p den schoorsteenmantel en cliegrafieën aan de wanden.
Dit was dat de oude Rag noemde „fatsoenlijkheid"
houden. Eenig sein tot doorrijden is door den agent
niet gegeven.
Aangezien het wenschelijk bleek, dat over deze zaak
het volste licht wordt geworpen, werd zij aangehou
den voor onbepaalden tijd, teneinde alsnog als getuige
te hooren het door den agent Dalenberg genoemde
winkelmeisje van den heer Haitema, uit den Frieschen
winkel, eenig vertegenwoordiger van de beroemde voor
hart en zenuwen onschadelijke koffie „Hagg", als ge
tuige te hooren.
VEEL GESCHREI VINDT WEINIG WOL.
In den nacht van 6 op 7 April werd door de politie
eenige balen kunstmest, achter gelaten op de Bierkade,
ontdekt, welke vondeling door de goede zorgen van den
nachtveiligheidsdienst werden ondergebracht in een
stal, door de gemeente voor dergelijke filiantropische
doeleinden gebezigd.
Zij bleken later het eigendom te zijn van den heer
Hendrik H. E. H., die zijn materialistisch bestaan
dankt aan de kunst, in dit geval de „kunstmest". Ter
zake van het onbeheerd laten staan op den openbaren
weg van deze goederen, stond de heer H. heden
terecht en gaf een tamelijk ingewikkeld verhaal ten
beste, waaruit zou moeten blijken, dat hij aan deze
kunstmestgeschiedenis zoo onschuldig was als een
pas geboren kind.
Een schipper had die balen te veel geleden en ze daar
achter gelaten en de c hauffeur, aan wien was opge
dragen, de baaltjes weer in 't pakhuis terug te brengen,
had dit nagelaten, Voila Tout!
De kantonrechter bracht echter verdachte onder het
oog, dat volgens de zeer secuur geredigeerde politie
verordening der gem. Alkmaar, de eigenaar steeds de
verantwoox-delijke persoon is.
De heer Ambtenaar wijdde eenige afkeurende woor
den aan de onsympathieke wijze, waarop door ver
dachte en diens vader in deze hoogst onbenullige zaak
was opgetreden en meende dat dit in de strafmaat naar
voren moest komen, reden waarom Z.Ed. f 10 boe^e
of 10 dagen vorderde.
De kantonrechter Sloot zich volkomen aan bij het
geen door den heer Ambtenaar te dien aanzien was
gereleveerd en veroordeelde verdachte tot f 6 boete of
6 dagen.
OP DIE WARME BROODJES ZAT GEEN WINST.
Op 20 Mei, tweeden Pinksterdag, durfde bakker
C. J. K. te Alkmaar het waagstuk ten uitvoer te bren
gen, om aan den kantoorbediende Joosten versch
brood om 8 uur in den morgen, dus wel twee uur voor
den officieelen en wettelijk geoorloofden tijd, te ver-
koopen. De bakker werd helaas gesnapt en moest nu
terecht staan. Maar hij had het te volhandig en zijn
vrouw gestuurd, echter zonder machtiging, zoodat
moeder niet kon worden toegelaten. Opgemerkt werd,
dat deze bakker het met de Arbeidswet niet nauw
neemt en reeds bij vierde herhaling terecht stond, zoo-
benoodigdheden of afwerken is onze
foto-handel door ervaring en vakkennis
UW AANGEWEZEN ADRES.
FOTOHANDEL
LAAGZIJDE 50 SCHAGEN.
en werd ook zonder twijfel als zoodanig beschouwd door
hen die hem alleen kenden als mijnheer Walker, den ge
wezen eigenaar van een eethuis.
„Zoo, hoe gaat het ouwe gannef?" zei Helston gemaakt
joviaal. „Hoe staan de zaken?"
,,'k Wou je alleen maar dit zeggen, ik verzet geen
poot als je niet afschuift"
„Je zult spieën krijgen, ouwe idioot. Ik heb het lood
in mijn^zak. Maar ik moet eerst eens poolshoogte nemen.
Ik moet Max nog eens zien."
„Waarom? je hebt 'm al es gezien, is dat niet genogt?"
„Nee, hij had toen een slaapmiddel binnen, ik wil we
ten hoe ie er uitziet als ie gewoon is."
„Ik heb het er niksop," zei Rag, niet op zijn gemak.
„Hij heeft oogen als een valk en ooren als een haas."
„Ba! denk je dat Ik de inbrekersstap niet ken? Heb
ik niet een paar krakies gezet (dieventaal voor „inbre
ken") in den ouwen tijd? As je me nou!" antwoordde
Helston onverschillig. „As je geen sloepres (sloffen) hebt
zal ik m'n schoenen wel uitdoen."
Rag merkte dat hij niet ervan af te brengen was en
gaf mopperend toe. Ze gingen naar de keuken.
„De geheime plannen van muizen en menschen mis
lukken vaak" en Helston, niet denkend aan deze moge
lijkheid vergat er zich van te overtuigen of Aggy in
huis \vas. Ze was thuis. Ze had zich niet heel wel gevoeld
dien dag en had vrij genomen. Het meisje naderde en
ze hoorde hem binnenkomen. Onmiddellijk was ze op
haar hoede. Ze was er van overtuigd, dat dit bezoek niets
goeds voorspelde voor Max Barnard.
Hoe zacht de mannen ook liepen konden ze toch niet
geluidloozer loopen dan Aggy, die terstond nadat de
mannen de kamer hadden verlaten de trap afliep en
hen volgde.
Een heel gewone, onschuldig uitziende koperen
kachel stond in een hoek van de keuken. Een ding zooals
men in honderde ouderwetsche huizen van Loncnn kan
vinden. Alleen was deze een beetje grooter dan ge
woonlijk, dat was het eenige dat opmerkelijk was.
Toen Rag de koperen kachel wegtrok en een steile
schacht bijna twee voet breed met een ijzeren ladder
vrij kwam, was het duidelijk, dat er een groot verschil
bestond tusschen deze kachel en de anderen.
Het was natuulrijik de toegang van het huis naar de
ondergrondsche appartementen waar Rag zijn valsch
geld had gemaakt en waar Barnard verstopt was. De
ventllatieschacht van die vreemde kamer leidde naar
den sohoorsteen van de kachel.
„Verd... je hebt het toch gehaaid ingepikt hier..."
begon Helston, toen Rag hem met een nijdig gefluister
in de rede vieL
dat 1 dag principale hechtenis werd gerequireerd. De
kantonrechter voelde er echter niet veel voor, een braaf
en arbeidslievend burger naar de strafplaats van
dronkaards en landloopers te zenden en wijzigde de
straf in f 12 boete of 6 dagen.
VADER KCN ZOONTJE BETER THUIS GEBRUI
KEN.
De 5G-jarige tuinder J. W. B., wonende aan den Om
val, gem. Alkmaar, die zijn leerplichtig zoontje Willem
beter in zyn tuinders- en snijbloemenbedrijf kon bezi
gen, had nagelaten dit jongmensch op verschillende
tijdstippen ter school te zenden. Natuurlijk bleef dit
verzuim niet zonder gevolgen en werd de tuinder, die
zich meer voor praktische dan theoretische aardrijks
kunde interesseerde, veroordeeld tot f 3 boete of 3 dg.
HET BEDRIJF MOEST WORDEN STOPGEZET.
De reizende fotograaf C. de H. uit Alkmaar, die op
19 Mei te Castricum op Bakkum nabij den Zeeweg zijn
kunst beoefende, zag zich eensklaps-leeiijk gehandicapt,
'toen een auto, bij het inhalen van een aangespannen
voertuig, een der pooten van de statief kamera, langs
den weg opgesteld, raak reed met het droevig gevolg,
dat het opneem toestel cmsmakte en geraakte in een
toestand, om zelf te worden opgenomen ter verwijzing
naar de vuilnisbak. De verwekker van deze ramp, de
heer C. A. H. H. de T., 'n 49-jarige eerzame wijnkooper
uit Doesburg, stond heden terecht en beweerde van
het geheele ongeval niets te hebben bemerkt. Vermoe
delijk had een der pooten van de statief op den rij
weg gestaan.want verdachte was gewoon recht door
gereden en had den verhoogden wegrand niet eens
geraakt.
De gedupeerde fotograaf sprak die veronderstelling
met kracht tegen en werd daarin gesteund door een
17-jarige landbouwersbediende, die het geval met inten
se belangstelling had gadegeslagen.
Voorts reclameerde de fotograaf een bedrag van f 70
ter vergoeding van het totaal vernielde toestel.
De kantonrechter was echter nog niet overtuigd van
de schuld des wijnhandelaars en heeft de zaak aange
houden, teneinde nog een ooggetuige, zekeren heer Z.
te hooren.
STAKINGSWEEëN.
Een viertal ingezetenen van Zaandam, arbeiders en
visschers, de heeren A. D.. H. D. J. en C. H., stonden
terecht wegens visschen mte den aalzegen, in den nacht
van 17 op 18 Juli te Uitgeest in den Stlerop, welk
vischwater is verpacht aan de firma Dil en waarin
zij niet gerechtigd waren te visschen. De verdachten,
ovei'igens zeer welopgevoede mannen uit het volk, er
kenden de overtreding. Zij waren slachtoffers van de
staking en konden maar noode rondkomen met de uit-
lteering. zoodat moeder de vrouw wel eens om wat
meer vroeg. Zij ontkenden evenwel bekend te zijn als
vischstroopers, zooals door de marechaussee was ge
rapporteerd. Het verbaasde hen wel, dat die mare-
chaussé's, overigens door hen geroemd als zeer humane
politiemannen, hen dusdanig hadden gequalificeerd.
Verdachten werden veroordeeld ieder tot f 6 boete
of 6 dagen en de aalzegen verbeurd verklaard.
DAT KWAM VAN DE LIEFDE.
De arbeider Pieter K. uit Heerhugowaard, had op 8
Juli zijn geliefde naar Alkmaar vervoerd en haar daar
in het avondlijk uur in de autobus gedeponeerd, welk
voertuig haar naar het stp.tion zou brengen. Piet was
echter nog in het bezit van de tasch der jonge dame
en fietste nu achter de auto aan, om haar straks dat
voorwerp te overhandigen en natuurlijk opnieuw harte
lijk afscheid te nemen. In die alteratie vergat hij zijn
electr. fietslamp op te draaien en het gevolg was het
bekende bonnetje. De kantonrechter is echter ook jong
„Hou toch je bek, gammor (dieventaal voor „ezel")
zei hij. „Ik heb je toch gezegd, dat Max ooren heeft als
een haas? Je zult de heele zaak verknyzen (bederven)
als je blijft loeien als een dolle stier. Ik zal met Max
gaan smoezen en onderwijl kan jij naar em kijken."
Alec knikte. Dat idee beviel hem. Hij wou niet alleen
den man zien, maar wilde hem ook hooren spreken.
Rag ging met opzet wat lawaaiig om elk mogelijk ander
geluid te overstemmen, de trap af en ze stonden toen in
het nauwe gangetje met het kijkgat in den muur.
Helston lette vooral op de manier waarop Rag het
slot van de deur, die in Bornards kamertje uitkwam be
handelde. Hij zag dat er een kunstje op was om het
slot te doen open springen en bekend als hij was met
alle geheimen van een slotenmaker, begreep hij den
truc direct.
Terwijl Helston met zijn oog voor het kijkgat stond,
ging Rag het houten vertrekje binnen. Helston kon den
vluchteling bijna niet zien, zooveel tabaksrook hing er
in de kamer. Max Barnard lag op zijn bed zijn pijp te
genieten.
„Hoe staat het leven, gabber?" (kameraad) zei Rag
„Als het je niet bevalt zal ik het wel dicht stoppen."
„Dat is je geraaie," zei Max kortaf. „Weet je hoe ik
me hier bezig heb gebouwen?
„Weet ik het?" zei Rag met een vreemd gevoel van
onbehagen.
„Ik heb Aggy een proppeschieter voor me laten koopen
en een pond erwten en ik hem me uren en uren ge
oefend. met dat verd... gat als doel. Ik verbeeldde me
dat er zooo'n vervloekte oppasser met z'n oog voor stond
en elke keer als er een erwt doorging verbeeldde ik me
dat ik de bunzing hoorde huilen Ik ben zoo gehaaid erin
geworden, dat ik van de twaalf keer niet één keer mis."
Hij had een seconde gewacht vóór hij dit zei en twee
of drie erwten in zijn mond gestopt. Hij zat in een half
zittende, half liggende houding op zijn bed. Zijn blik had
zich geen oogenblik afgewend van de plek op den wand.
waarheen hij staarde toen Rag binnenkwam. Die plek
was het kijkgat.
„Kijk," zei hij plotseling, „tien tegen één op het kijk
gat."
Vóór Rag wist wat hij doen zou, had Barnard een
erwtenblazer onder zijn kussen uitgehaald en aan zijn
niond gebracht
De erwten vlogen erdoor. Een gesmoorde kreet van
pijn volgde.
„Hm," zei Barnard koeltjes. ,.Ik dacht wel dat er de
een of andere schurk voor'dat gat stond te loeren. Wie
was het Rag?"
„Je kan niet best liegen, Rag," zei de veroordeelde
geweest en gaf blijk van zijn mededoogen, door slechts
f 1.50 boete of 2 dagen op te leggen.
IN DE OPPOSITIE MET 7 GULDEN WINST.
Is het gewoonlijk niet aan te bevelen, om in verzet
te komen tegen politie of justitie, de expediteur J. J. K
uit Alkmaar, die bij verstek was veroordeeld wegens
overtreding met 31 kilometers van de mas. snelheid
te Oterleelt, had heden de aangename voldoening een
winst van f 7 te kunnen boeken, daar de opgelegde
boete, f 21, werd teruggebracht tot f 14 of 14 dagen.
ALLE EER VAN DE HAND GEWEZEN.
De 41-jarige tuinman Jan G. te Uitgeest, verscheen
als verdachte, omdat hij in'den laten avond van 11 Juni
aldaar zou hebben rondgereden met een handkar, niet
behoorlijk verlicht en zonder reflector. Verdachte be
weerde echter, dat hij met dit alles niets had te maken.
Bedoelde kar was.het eigendom van zekeren heer D.
Slecht en werd bestuurd door Jan Veems. Hij had niet
anders gedaan dan wat meeduwen. Deze zaak werd
alsnu aangehouden, teneinde veldwachter Bornebroek,
de verbalisant te hooren als getuige.
DE GEMEENTE CASTRICUM IN 'T GELIJK GE
STELD.
De kantonrechter, heden uitspraak doende in de
zaak tegen den uitvoerder J. M. Althuizen te Deurne,
betreffende de verspreiding van luchtbedervende rook
en damp en hinderlijke stand, teweeggebracht door de
asphalt-Beton-mengmachine, geplaatst op het Stations
plein te Castricum, heeft het desbetreffende artikel der
verordening verbindbaar verklaard en den verdachte
mitsdien veroordeeld tot 2 gld. boete van f 10 subsi
diair 2 X 10 dagen hechtenis.
Wij veronderstellen echter, dat Hooger beroep niet
zal uitblijven.
Voor Dinsdag 23 Juli.
10.00 HILVERSUM (1875) Tijdsein en morgenwijding.
10.35 LANGENBERG (462) Gramofoonplaten.
11.20 DAVENTRY (1563) Gramofoonplaten.
11.30 HUIZEN (298) K.R.O. Godsdienstig halfuurtje.
12.00 HILVERSUM (1875) Politieberichten, daarna
lunchmuziek.
12.15 HUIZEN (298) Lunchmuziek.
12.20 DAVENTRY (1563) Orgelconcert.
12.20 KALUNDBORG (1153) Strijkmuziek.
12.30 LANGENBERG (462) Gramofoonplaten.
12.50 PARIJS (R. 1744) Concert.
1.15 HUIZEN (298) Gramofoonplaten.
1.20 DAVENTRY (1563) Populaire muziek.
1.25 LANGENBERG (462) Middagconcert.
2.00 HILVERSUM (1875) Wenken op het gebied van
koken.
2.00 HUIZEN (298) Knpicursus en stofversieren.
2.20 HUIZEN (298) Vrouwenuurtje.
2.45 HILVERSUM (1875) Gramofoonplaten.
minachtend. „Breng den spion eens hier en laat me 'm
eens bekijken."
„Er is niemand. Max, op m'n woord. Je verbeeld het
je maar. Je hebt over allerlei dingen zitten piekeren tot
je een beetje sjoeg (gek) geworden bent."
„In orde! Als jij hem niet wilt halen zal ik het doen."
Hij stond op. Rag was niet in staat iets te doen,
misschien wel uit vrees. Hoe zou dat afloopen? Als
Barnard ontdekte dat Alec Helston hem begluurde,
zou het er leeiijk uitzien. Hij luisterde, bevend van het
hoofd tot de voeten.
Hij hoorde Barnards voetstappen buiten. Hij ver
wachtte een gevecht, slagen, vloeken, gillen. Niets van
dat alles. Het bleef doodstil.
Na een paar minuten kwam Barnerd terug, bedaard
en onverstoorbaar.
„Het insect is weggekropen," zei hij schouderophalend,
„jij doet beter er ook vandoor te gaan."
Rag liet zich dit niet twee keer zeggen. Een excuus
mompelend schoof hij weg .Barnard hoorde hem de
grendels aan den buitenkant van de deur voorschuiven.
„Smerige, vuile grijze rat," bromde Barnard. „Dat
was dus de bedoeling, hè? een detective op me afstu
ren om uit te maken wie ik was. Die vent zal het politio-
werk eraan moeten geven. Een detectieve met één oog,
het is al te grappig! Ha, ha! Ik heb nog nooit zoo goed
gemikt. Die meid Aggy had gelijk. Ze zei, dat er iets
broeide. Ik kan langs het kanaal uitknijpen. De tunnel
is niet meer dan een halve mijl van het eene eind naar
het andere. Ik kan wel een mijl zwemmen."
Hij maakte aanstalten am zijn vrijwillige gevangenis
te verlaten. Allereerst grendelde hij de deur die naar
de geheime gang naar het huis erboven leidde. Die deur
had grendels aan beide zijden.
Hij had al eenigfen tijd geleden besloten deze schuil
plaats te verlaten en dit besluit werd nu nog verhaast
door het bezoek van Rag. Aggy het bloemenmeisje had
een voorliefde voor hem opgevat. Zijn tusschenkomst -en
bescherming tegen de ruwheid van haar vader had die
genegenheid nog versterkt. Ze zou alles willen doen om
den opgejaagden man te helpen. Naturlijk geloofde zij
ook, dat Helston een detective was. Zij vertelde Barnard
haar vermoedens.
Alles was klaar en hij ging op zijn knieën liggen om
het luiken open te maken, dat naar het kanaal voerde,
toen hij een zacht, rhytmisch kloppen hoorde op de
gegrendelde deur. Hij kende dit eigenaardige soort ge
klophet was tusschen hem en Aggy afgesproken. Het
meisje stond buiten.
Wordt vervolgd.