ilisniü Nitits- AiKlttDIit- Lillllllllli De Schoone Duivelin Voor eeri carrtera9 Radioprogramma Dinsdag 23 Juli 1929. 72ste Jaargang No. 8497 ■■PB Uitgevers: N.V. v.h. TRAPMAN Co., Schagen. Eerste Blad. VOOR DEN KANTONRECHTER TE ALKMAAR. Fa. W. D. Niestadt Zn. Dit blad verschijnt viermaal per week: Dinsdag, Woensdag, Donder dag en Zaterdag. Bij inzending tot 's morgens 8 uur, worden Adver- tenticn nog zooveel mogelijk in het eerstuitkomend nummer geplaatst. POSTREKENING No. 23330. INT. TELEF. No. 20. Prijs per 3 maanden f 1.65. Losse nummers 6 cent. ADVETUEN- TIüN van 1 tot 5 regels f 1.10, iedere regel meer 20 cent (bewijsno. inbegrepen). Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. DIT NUMMER BESTAAT UIT TWEE BLADEN. t Zitting van. Vrijdag 19 Juli 1929. POUTIE-AGENT CONTRA BURGEMEESTER. GING HIJ NAAR DEN WINKEL OF NAAR DE KERK. De heer Jan Dalenberg, agent van politie te Alkmaar, zag zich op Donderdag 13 Juli, v.m. 11.35 verplicht pro ces-verbaal op te maken tegen een automobilist, die, nadat hij had bemerkt, dat hij wegens vernieuwing van den weg, niet kon doorrijden langs de Groote Kerk naar richting Bergen, zijn auto deed keeren en toen links achter den agent, die het verkeer regelde, hoek Langestraat en Choorstraat in te rijden. Het was den agent opgevallen, dat die zelfde auto-bestuurder eeni- gen tijd te voren, eveneens aan de linkerzijde van den weg was voorbijgereden, ten einde de Langestraat in te gaan. Hij had zich toen bepaald met vermanend de hand te bewegen, doch toen diezelfde automobilist zich opnieuw aan een verkeersovertreding schuldig maakte, meende hij dien hardnekkigen verkeerszondaar te moeten verbaliseeren. Bedoelde automobilist bleek te zijn de 47-jarige C. D. K., burgemeester van Oosthuizen en hij was het, nu hij heden terecht stond, in geenen deele eens met het relaas van den verbalisant. Volgens de verklaring van den burgemeester, was hij, bemerkende den afgesloten rijweg, teruggegaan, om langs de Choorstraat zijn doel. Bergen te kunnen be reiken. Hij gaf toe, dat hij links had gereden, doch beweerde, zulks verplicht te zijn geweest, aangezien de agent terug was getreden in de richting van de Groote kerk en hij dus, wanneer hij rechts was blijven houden, dien agent zou hebben moeten overrijden. Het optreden van den agent noemde verdachte onbehoorlijk, zeer onbeschoft en brutaal, temeer -nog omdat hij vol gens de hem bekende regels achter den agent om was gereden. De agent Dalenberg, gehoord als getuige, ontkende onbehoorlijk te zijn opgetreden. Hij doet reeds 6 jaar dienst in Alkmaar en nog nimmer is een klacht inge komen over zijn onbeleefdheid. Hij is integendeel eenige passen teruggegaan, niet in de richting van de kerk, doch in de richting van den boekwinkel van den heer Terburg, teneinde verdachte ruimschoots tot voorbij rijden de gelegenheid te geven. Hij heeft toen met zijn had het teeken gegeven, dat verdachte kon doorrijden. Een winkeljuffrouw van den heer Haitema heeft hem verklaard, dat zij dit alles zeer duidelijk heeft waarge nomen. Voorts vestigt de verbalisant er de aandacht op, dat nergens is voorgeschreven in de Motor- en Rijwielwet, dat men achter een verkeersregelaar moet passeeren. De burgemeester zegt, dat hij geen teeken van den agent heeft gezien. Hij ontkent dat er zoo'n teeken is gegeven. Mevrouw Maria Stout, echtgenoote van Dr. Kuipers ■uit de Beemster, die zich in de Burgemeesterlijke auto bevond,- en nu als getuige a decharge wordt gehoord, deelt in aansluiting met de door verdachte afgelegde verklaring mede, dat de agent niet beleefd en onbe schaafd optrad en niet naar den winkel van Terburg, doch naar de kerk was teruggetreden, zoodat het den bestuurder niet mogelijk was, den rechterkant te FEUILLETON DET. DUNN. HOOFDSTUK XXVL HET KIJKGAT. Helstons cup, die hij hoopte door te voeren het schrijven aan Carew en het interview dat erop volgde was gedeeltelijk bluf geweesj;. Hij had den diamant na tuurlijk niet. Maar hij wilde eerst zeker van zijn zaak zijn vóór hij den misdaad beging, die zijn aanbod aan Carew noodzakeiijk maakte. Hij had met de gravin geheel afgedaan. Hij had nu nog maar één verlangen, den steen aan Carew over handigen, en zoodra hij de 10.000 pond had ontvangen de vlucht te nemen naar Amerika. Rag; en Barnard boden geen moeilijkheden. Als zijn plan succes had, zou den beiden naar de andere wereld geholpen zijn. Aggy was het eenige struikelblok, maar hij wist, dat ze den heelen dag uit was om bloemen te verkcopen en hij hoefde dus blaar een geschikten tijd uit te zoeken voor zijn bezoek aan het hol in Sewardstraat. „Ik heb meer dan genoeg van Leonie," mompelde hij. „Ze maakt me bang. Waarachtig er is niets wat die vrouw niet zou doen. Ik ben er zeker van dat ze me om zeep zou helpen als ze ontdekte wat ik nou aan het bedisselen ben. Als ik die tien duizend pond maar eenmaal te pakken heb, kan ze naar den duivel loopen daar is ze toch al hard mee bezig." Tegen den middag klopte hij aan de deur van no. 21 Slewardstraat, drie korte, duidelijke tikken. De oude Rag ontving hem. „Ik dacht wel dat je zou komen," zei de valsche munter op zijn gewone ruwe manier. „Ik mot je spre ken." Helston knikte en volgde den vreemd uitzienden man in een kamer, die gemeubeld was in den stijl van den vroegsten Victoriatijd harde, leelijke met paardehaar opgestopte canapé en stoelen, een haardkleedje, bezaaid met bonte helkleurige rozen, goedkoope, leelijke vazen J3p den schoorsteenmantel en cliegrafieën aan de wanden. Dit was dat de oude Rag noemde „fatsoenlijkheid" houden. Eenig sein tot doorrijden is door den agent niet gegeven. Aangezien het wenschelijk bleek, dat over deze zaak het volste licht wordt geworpen, werd zij aangehou den voor onbepaalden tijd, teneinde alsnog als getuige te hooren het door den agent Dalenberg genoemde winkelmeisje van den heer Haitema, uit den Frieschen winkel, eenig vertegenwoordiger van de beroemde voor hart en zenuwen onschadelijke koffie „Hagg", als ge tuige te hooren. VEEL GESCHREI VINDT WEINIG WOL. In den nacht van 6 op 7 April werd door de politie eenige balen kunstmest, achter gelaten op de Bierkade, ontdekt, welke vondeling door de goede zorgen van den nachtveiligheidsdienst werden ondergebracht in een stal, door de gemeente voor dergelijke filiantropische doeleinden gebezigd. Zij bleken later het eigendom te zijn van den heer Hendrik H. E. H., die zijn materialistisch bestaan dankt aan de kunst, in dit geval de „kunstmest". Ter zake van het onbeheerd laten staan op den openbaren weg van deze goederen, stond de heer H. heden terecht en gaf een tamelijk ingewikkeld verhaal ten beste, waaruit zou moeten blijken, dat hij aan deze kunstmestgeschiedenis zoo onschuldig was als een pas geboren kind. Een schipper had die balen te veel geleden en ze daar achter gelaten en de c hauffeur, aan wien was opge dragen, de baaltjes weer in 't pakhuis terug te brengen, had dit nagelaten, Voila Tout! De kantonrechter bracht echter verdachte onder het oog, dat volgens de zeer secuur geredigeerde politie verordening der gem. Alkmaar, de eigenaar steeds de verantwoox-delijke persoon is. De heer Ambtenaar wijdde eenige afkeurende woor den aan de onsympathieke wijze, waarop door ver dachte en diens vader in deze hoogst onbenullige zaak was opgetreden en meende dat dit in de strafmaat naar voren moest komen, reden waarom Z.Ed. f 10 boe^e of 10 dagen vorderde. De kantonrechter Sloot zich volkomen aan bij het geen door den heer Ambtenaar te dien aanzien was gereleveerd en veroordeelde verdachte tot f 6 boete of 6 dagen. OP DIE WARME BROODJES ZAT GEEN WINST. Op 20 Mei, tweeden Pinksterdag, durfde bakker C. J. K. te Alkmaar het waagstuk ten uitvoer te bren gen, om aan den kantoorbediende Joosten versch brood om 8 uur in den morgen, dus wel twee uur voor den officieelen en wettelijk geoorloofden tijd, te ver- koopen. De bakker werd helaas gesnapt en moest nu terecht staan. Maar hij had het te volhandig en zijn vrouw gestuurd, echter zonder machtiging, zoodat moeder niet kon worden toegelaten. Opgemerkt werd, dat deze bakker het met de Arbeidswet niet nauw neemt en reeds bij vierde herhaling terecht stond, zoo- benoodigdheden of afwerken is onze foto-handel door ervaring en vakkennis UW AANGEWEZEN ADRES. FOTOHANDEL LAAGZIJDE 50 SCHAGEN. en werd ook zonder twijfel als zoodanig beschouwd door hen die hem alleen kenden als mijnheer Walker, den ge wezen eigenaar van een eethuis. „Zoo, hoe gaat het ouwe gannef?" zei Helston gemaakt joviaal. „Hoe staan de zaken?" ,,'k Wou je alleen maar dit zeggen, ik verzet geen poot als je niet afschuift" „Je zult spieën krijgen, ouwe idioot. Ik heb het lood in mijn^zak. Maar ik moet eerst eens poolshoogte nemen. Ik moet Max nog eens zien." „Waarom? je hebt 'm al es gezien, is dat niet genogt?" „Nee, hij had toen een slaapmiddel binnen, ik wil we ten hoe ie er uitziet als ie gewoon is." „Ik heb het er niksop," zei Rag, niet op zijn gemak. „Hij heeft oogen als een valk en ooren als een haas." „Ba! denk je dat Ik de inbrekersstap niet ken? Heb ik niet een paar krakies gezet (dieventaal voor „inbre ken") in den ouwen tijd? As je me nou!" antwoordde Helston onverschillig. „As je geen sloepres (sloffen) hebt zal ik m'n schoenen wel uitdoen." Rag merkte dat hij niet ervan af te brengen was en gaf mopperend toe. Ze gingen naar de keuken. „De geheime plannen van muizen en menschen mis lukken vaak" en Helston, niet denkend aan deze moge lijkheid vergat er zich van te overtuigen of Aggy in huis \vas. Ze was thuis. Ze had zich niet heel wel gevoeld dien dag en had vrij genomen. Het meisje naderde en ze hoorde hem binnenkomen. Onmiddellijk was ze op haar hoede. Ze was er van overtuigd, dat dit bezoek niets goeds voorspelde voor Max Barnard. Hoe zacht de mannen ook liepen konden ze toch niet geluidloozer loopen dan Aggy, die terstond nadat de mannen de kamer hadden verlaten de trap afliep en hen volgde. Een heel gewone, onschuldig uitziende koperen kachel stond in een hoek van de keuken. Een ding zooals men in honderde ouderwetsche huizen van Loncnn kan vinden. Alleen was deze een beetje grooter dan ge woonlijk, dat was het eenige dat opmerkelijk was. Toen Rag de koperen kachel wegtrok en een steile schacht bijna twee voet breed met een ijzeren ladder vrij kwam, was het duidelijk, dat er een groot verschil bestond tusschen deze kachel en de anderen. Het was natuulrijik de toegang van het huis naar de ondergrondsche appartementen waar Rag zijn valsch geld had gemaakt en waar Barnard verstopt was. De ventllatieschacht van die vreemde kamer leidde naar den sohoorsteen van de kachel. „Verd... je hebt het toch gehaaid ingepikt hier..." begon Helston, toen Rag hem met een nijdig gefluister in de rede vieL dat 1 dag principale hechtenis werd gerequireerd. De kantonrechter voelde er echter niet veel voor, een braaf en arbeidslievend burger naar de strafplaats van dronkaards en landloopers te zenden en wijzigde de straf in f 12 boete of 6 dagen. VADER KCN ZOONTJE BETER THUIS GEBRUI KEN. De 5G-jarige tuinder J. W. B., wonende aan den Om val, gem. Alkmaar, die zijn leerplichtig zoontje Willem beter in zyn tuinders- en snijbloemenbedrijf kon bezi gen, had nagelaten dit jongmensch op verschillende tijdstippen ter school te zenden. Natuurlijk bleef dit verzuim niet zonder gevolgen en werd de tuinder, die zich meer voor praktische dan theoretische aardrijks kunde interesseerde, veroordeeld tot f 3 boete of 3 dg. HET BEDRIJF MOEST WORDEN STOPGEZET. De reizende fotograaf C. de H. uit Alkmaar, die op 19 Mei te Castricum op Bakkum nabij den Zeeweg zijn kunst beoefende, zag zich eensklaps-leeiijk gehandicapt, 'toen een auto, bij het inhalen van een aangespannen voertuig, een der pooten van de statief kamera, langs den weg opgesteld, raak reed met het droevig gevolg, dat het opneem toestel cmsmakte en geraakte in een toestand, om zelf te worden opgenomen ter verwijzing naar de vuilnisbak. De verwekker van deze ramp, de heer C. A. H. H. de T., 'n 49-jarige eerzame wijnkooper uit Doesburg, stond heden terecht en beweerde van het geheele ongeval niets te hebben bemerkt. Vermoe delijk had een der pooten van de statief op den rij weg gestaan.want verdachte was gewoon recht door gereden en had den verhoogden wegrand niet eens geraakt. De gedupeerde fotograaf sprak die veronderstelling met kracht tegen en werd daarin gesteund door een 17-jarige landbouwersbediende, die het geval met inten se belangstelling had gadegeslagen. Voorts reclameerde de fotograaf een bedrag van f 70 ter vergoeding van het totaal vernielde toestel. De kantonrechter was echter nog niet overtuigd van de schuld des wijnhandelaars en heeft de zaak aange houden, teneinde nog een ooggetuige, zekeren heer Z. te hooren. STAKINGSWEEëN. Een viertal ingezetenen van Zaandam, arbeiders en visschers, de heeren A. D.. H. D. J. en C. H., stonden terecht wegens visschen mte den aalzegen, in den nacht van 17 op 18 Juli te Uitgeest in den Stlerop, welk vischwater is verpacht aan de firma Dil en waarin zij niet gerechtigd waren te visschen. De verdachten, ovei'igens zeer welopgevoede mannen uit het volk, er kenden de overtreding. Zij waren slachtoffers van de staking en konden maar noode rondkomen met de uit- lteering. zoodat moeder de vrouw wel eens om wat meer vroeg. Zij ontkenden evenwel bekend te zijn als vischstroopers, zooals door de marechaussee was ge rapporteerd. Het verbaasde hen wel, dat die mare- chaussé's, overigens door hen geroemd als zeer humane politiemannen, hen dusdanig hadden gequalificeerd. Verdachten werden veroordeeld ieder tot f 6 boete of 6 dagen en de aalzegen verbeurd verklaard. DAT KWAM VAN DE LIEFDE. De arbeider Pieter K. uit Heerhugowaard, had op 8 Juli zijn geliefde naar Alkmaar vervoerd en haar daar in het avondlijk uur in de autobus gedeponeerd, welk voertuig haar naar het stp.tion zou brengen. Piet was echter nog in het bezit van de tasch der jonge dame en fietste nu achter de auto aan, om haar straks dat voorwerp te overhandigen en natuurlijk opnieuw harte lijk afscheid te nemen. In die alteratie vergat hij zijn electr. fietslamp op te draaien en het gevolg was het bekende bonnetje. De kantonrechter is echter ook jong „Hou toch je bek, gammor (dieventaal voor „ezel") zei hij. „Ik heb je toch gezegd, dat Max ooren heeft als een haas? Je zult de heele zaak verknyzen (bederven) als je blijft loeien als een dolle stier. Ik zal met Max gaan smoezen en onderwijl kan jij naar em kijken." Alec knikte. Dat idee beviel hem. Hij wou niet alleen den man zien, maar wilde hem ook hooren spreken. Rag ging met opzet wat lawaaiig om elk mogelijk ander geluid te overstemmen, de trap af en ze stonden toen in het nauwe gangetje met het kijkgat in den muur. Helston lette vooral op de manier waarop Rag het slot van de deur, die in Bornards kamertje uitkwam be handelde. Hij zag dat er een kunstje op was om het slot te doen open springen en bekend als hij was met alle geheimen van een slotenmaker, begreep hij den truc direct. Terwijl Helston met zijn oog voor het kijkgat stond, ging Rag het houten vertrekje binnen. Helston kon den vluchteling bijna niet zien, zooveel tabaksrook hing er in de kamer. Max Barnard lag op zijn bed zijn pijp te genieten. „Hoe staat het leven, gabber?" (kameraad) zei Rag „Als het je niet bevalt zal ik het wel dicht stoppen." „Dat is je geraaie," zei Max kortaf. „Weet je hoe ik me hier bezig heb gebouwen? „Weet ik het?" zei Rag met een vreemd gevoel van onbehagen. „Ik heb Aggy een proppeschieter voor me laten koopen en een pond erwten en ik hem me uren en uren ge oefend. met dat verd... gat als doel. Ik verbeeldde me dat er zooo'n vervloekte oppasser met z'n oog voor stond en elke keer als er een erwt doorging verbeeldde ik me dat ik de bunzing hoorde huilen Ik ben zoo gehaaid erin geworden, dat ik van de twaalf keer niet één keer mis." Hij had een seconde gewacht vóór hij dit zei en twee of drie erwten in zijn mond gestopt. Hij zat in een half zittende, half liggende houding op zijn bed. Zijn blik had zich geen oogenblik afgewend van de plek op den wand. waarheen hij staarde toen Rag binnenkwam. Die plek was het kijkgat. „Kijk," zei hij plotseling, „tien tegen één op het kijk gat." Vóór Rag wist wat hij doen zou, had Barnard een erwtenblazer onder zijn kussen uitgehaald en aan zijn niond gebracht De erwten vlogen erdoor. Een gesmoorde kreet van pijn volgde. „Hm," zei Barnard koeltjes. ,.Ik dacht wel dat er de een of andere schurk voor'dat gat stond te loeren. Wie was het Rag?" „Je kan niet best liegen, Rag," zei de veroordeelde geweest en gaf blijk van zijn mededoogen, door slechts f 1.50 boete of 2 dagen op te leggen. IN DE OPPOSITIE MET 7 GULDEN WINST. Is het gewoonlijk niet aan te bevelen, om in verzet te komen tegen politie of justitie, de expediteur J. J. K uit Alkmaar, die bij verstek was veroordeeld wegens overtreding met 31 kilometers van de mas. snelheid te Oterleelt, had heden de aangename voldoening een winst van f 7 te kunnen boeken, daar de opgelegde boete, f 21, werd teruggebracht tot f 14 of 14 dagen. ALLE EER VAN DE HAND GEWEZEN. De 41-jarige tuinman Jan G. te Uitgeest, verscheen als verdachte, omdat hij in'den laten avond van 11 Juni aldaar zou hebben rondgereden met een handkar, niet behoorlijk verlicht en zonder reflector. Verdachte be weerde echter, dat hij met dit alles niets had te maken. Bedoelde kar was.het eigendom van zekeren heer D. Slecht en werd bestuurd door Jan Veems. Hij had niet anders gedaan dan wat meeduwen. Deze zaak werd alsnu aangehouden, teneinde veldwachter Bornebroek, de verbalisant te hooren als getuige. DE GEMEENTE CASTRICUM IN 'T GELIJK GE STELD. De kantonrechter, heden uitspraak doende in de zaak tegen den uitvoerder J. M. Althuizen te Deurne, betreffende de verspreiding van luchtbedervende rook en damp en hinderlijke stand, teweeggebracht door de asphalt-Beton-mengmachine, geplaatst op het Stations plein te Castricum, heeft het desbetreffende artikel der verordening verbindbaar verklaard en den verdachte mitsdien veroordeeld tot 2 gld. boete van f 10 subsi diair 2 X 10 dagen hechtenis. Wij veronderstellen echter, dat Hooger beroep niet zal uitblijven. Voor Dinsdag 23 Juli. 10.00 HILVERSUM (1875) Tijdsein en morgenwijding. 10.35 LANGENBERG (462) Gramofoonplaten. 11.20 DAVENTRY (1563) Gramofoonplaten. 11.30 HUIZEN (298) K.R.O. Godsdienstig halfuurtje. 12.00 HILVERSUM (1875) Politieberichten, daarna lunchmuziek. 12.15 HUIZEN (298) Lunchmuziek. 12.20 DAVENTRY (1563) Orgelconcert. 12.20 KALUNDBORG (1153) Strijkmuziek. 12.30 LANGENBERG (462) Gramofoonplaten. 12.50 PARIJS (R. 1744) Concert. 1.15 HUIZEN (298) Gramofoonplaten. 1.20 DAVENTRY (1563) Populaire muziek. 1.25 LANGENBERG (462) Middagconcert. 2.00 HILVERSUM (1875) Wenken op het gebied van koken. 2.00 HUIZEN (298) Knpicursus en stofversieren. 2.20 HUIZEN (298) Vrouwenuurtje. 2.45 HILVERSUM (1875) Gramofoonplaten. minachtend. „Breng den spion eens hier en laat me 'm eens bekijken." „Er is niemand. Max, op m'n woord. Je verbeeld het je maar. Je hebt over allerlei dingen zitten piekeren tot je een beetje sjoeg (gek) geworden bent." „In orde! Als jij hem niet wilt halen zal ik het doen." Hij stond op. Rag was niet in staat iets te doen, misschien wel uit vrees. Hoe zou dat afloopen? Als Barnard ontdekte dat Alec Helston hem begluurde, zou het er leeiijk uitzien. Hij luisterde, bevend van het hoofd tot de voeten. Hij hoorde Barnards voetstappen buiten. Hij ver wachtte een gevecht, slagen, vloeken, gillen. Niets van dat alles. Het bleef doodstil. Na een paar minuten kwam Barnerd terug, bedaard en onverstoorbaar. „Het insect is weggekropen," zei hij schouderophalend, „jij doet beter er ook vandoor te gaan." Rag liet zich dit niet twee keer zeggen. Een excuus mompelend schoof hij weg .Barnard hoorde hem de grendels aan den buitenkant van de deur voorschuiven. „Smerige, vuile grijze rat," bromde Barnard. „Dat was dus de bedoeling, hè? een detective op me afstu ren om uit te maken wie ik was. Die vent zal het politio- werk eraan moeten geven. Een detectieve met één oog, het is al te grappig! Ha, ha! Ik heb nog nooit zoo goed gemikt. Die meid Aggy had gelijk. Ze zei, dat er iets broeide. Ik kan langs het kanaal uitknijpen. De tunnel is niet meer dan een halve mijl van het eene eind naar het andere. Ik kan wel een mijl zwemmen." Hij maakte aanstalten am zijn vrijwillige gevangenis te verlaten. Allereerst grendelde hij de deur die naar de geheime gang naar het huis erboven leidde. Die deur had grendels aan beide zijden. Hij had al eenigfen tijd geleden besloten deze schuil plaats te verlaten en dit besluit werd nu nog verhaast door het bezoek van Rag. Aggy het bloemenmeisje had een voorliefde voor hem opgevat. Zijn tusschenkomst -en bescherming tegen de ruwheid van haar vader had die genegenheid nog versterkt. Ze zou alles willen doen om den opgejaagden man te helpen. Naturlijk geloofde zij ook, dat Helston een detective was. Zij vertelde Barnard haar vermoedens. Alles was klaar en hij ging op zijn knieën liggen om het luiken open te maken, dat naar het kanaal voerde, toen hij een zacht, rhytmisch kloppen hoorde op de gegrendelde deur. Hij kende dit eigenaardige soort ge klophet was tusschen hem en Aggy afgesproken. Het meisje stond buiten. Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1929 | | pagina 1