m\ m
i
eestes-Sport en Heisen-G'
pnasti
lï
De Wereldreis van Dicky en Dirrekie Durf
VOOR ONZE SCHAKERS.
VOOR ONZE DAMMERS.
EVENTJES DENKEN.
GRABBELTON.
Vraagstuk No. 391.
Vraagstuk No. 392.
Vraagstuk No. 389.
Vraagstuk No. 390.
Een goedkoope koe.
IHHI \nH\
WETENSWAARDIGHEDEN.
iZL
de stadspoort een looden penning in ontvangst nemen.
Die groote toegeeflijkheid lokte scherpe critiek uit,
o.a. van Bredero in zijn „Spaansche Brabander".
Een tegenhanger van het Amsterdamsche geval vin
den we in een Arnhemsch plakkaat van den 20sten
Februari 1545. Daarbij werden de inheemsche bede
laars bedreigd met opensplijting van den neus, een
barbaarsche wreedheid, die nog niet eens voldoende
afschrikte, want de bedreiging werd ook meermalen
ten uitvoer gebracht.
Langzamerhand werd het in de steden beter, maar
het platteland ondervond soms nog veel overlast. Zoo
klaagden de bewoners van de Over-Betuwe in 1710
steen en been over „ondragelijke insolentiën" der
van Henrl Rinck.
Zwart 2.
a b c d e I g h
Wit 3.
De diagraimstand in cijfers behoort te luiden: Wit
Kei, Db7, en Pe7. Zwart Kd3 en Dd8. Wit speelt en
forceert op fraaie en leerzame wijze de winst,
OPLOSSINGSPROBLEEM No. 380.
van A. d' Orville (1842!).
De diagramstand was: Wit Kc6, Tb8, en 2 pionnen op
b3 en c2. Zwart Ka5, en twee pionnen op a6 en c7. Wit
speelt als slëutelzet Tb8-b6. Vervolgens ~c3 ën'"daarna
Kc5, waarna mat op den vierden zet onvermijdelijk is.
van P. Kleute Jr., Den Haag.
Zwart 8.
Wit :11
Dediagramstand in cijfers moet zijn: zwart 7 schij
ven op 7, 8, 12 ,19, 23, 25 en een dam op 15. Wit 11 schij
ven op 21, 28, 30-33, 35, 37 en 41-43. Wit speelt en wint
op een aardige manier.
landloopers. Zij verzochten daarom aanstelling van
vier „armenjagers".
Er werden er vier aangesteld ook, elk met een
grooten hond. Zij droegen roode kleeren met gele voe
ring, wat er op wijst, dat het meer te doen was, om
de bedelaars weg te jagen dan ze te vangen. Met
snaphaan, houwer en degen gewapend moesten er
twee boven en twee beneden de Grift jacht maken
op het menschelfjk wild.
Het resultaat schijnt niet gering te zijn geweest,
blijkens een klacht van den veerman te Heteren, die
na de aanstelling van de „armenjagers" niet minder
dan 335 bedelaars over het Hetersche veer had ge
bracht, zonder een cent veergeld te hbben ontvangen.
OPLOSSING PROBLEEM No. 38L
van K J. A. van Gelder, Amsterdam.
De diagramstand in cijfers was: Zwart twee schijven
op 28 en 41, voorts een dam op 46. Wit 2 schijven op
35 en 45, en voorts een dam op 48. Wit speelt hier als
volgt: 35-30, 49-16!, zwart 39-44 gedwongen, wit 16-11,
zwart 44-50, want op 44-49 volgt 11-44 enz. Wit nu 11-6,
zwart 35-40 gedwongen, dan wit 45-34 en tot besluit 6-1.
Een klein maar pittig eindspelletje, waaruit vooral be
ginners nog veel kunnen leeren.
DE TOOVERRUIT.
De kwestie is om de cijfers 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8 en 9,
zóódanig te rangschikken, dat de som van elke drie cij
fers, die op één rij staan, 15 is. Ieder cijfer mag slechts
ééns gebruikt worden in deze tooverruit, waarin men
echter door logisch redeneeren tot het gewenscht» re
sultaat moet komen. Hoe?
DE TOO VERREEKS EN.
Iets anders, maar niet minder frappant is het vol
gende. Door een zeker getal met 3, 6, 9, 12, 15, 18, 21, 24
en 27 te vermenigvuldigen, krijgt men als product tel
kens een getal, dat uit drie dezelfde cijfers bestaat. Welk
is het bedoelde, oorspronkelijke getal?
OPLOSSINGEN DER PUZZLES
uit ons vorig nummer.
No. 378. EEN RANGSCH3KKINGSPUZLLE.
Zoowel de eene als de andere der onderstaande twee
opstellingen voldoen aan.de gestelde voorwaarden.
0
0 0 0 0
0 0
0
0 0
0 0
0 0 0 0
0
0 0
0
No. 379. HET OMGEKEERD GETAL.
Men kan dit vraagstuk zoowel algebraisch als reken
kundig oplossen. De rekenkundige is in dit geval ech
ter eenvoudiger dan de algebraische en daarom zullen
we die hieronder laten volgen.
Het getal, dat gevraagd werd, is gelijk aan 5 x de
som der cijfers,, met andere woorden het getal is een
veelvoud van 5. Op grond van de rekenkundige stel
ling dat elk getal deelbaar is door 5 als het op 5 of 0
eindigt, kunnen we dus aannemen dat het laatste cijfer
van het aorspronkelijke getal al vast een 5 of een 0
moet zijn. Daar het laatste cijfer echter ook verwisseld
kan worden met het eerste kan het geen nul zijn, want
dan zou hetgeen getal van twee cijfers meer zijn, im
mers 05 is geen getal waarvan 9 kan worden afgetrok
ken. Het laatste cijfer moet dus een 5 zijn! Telt men
bij 9 welk getal ook op, dat op 5 eindigt, dan- zal het
eindcijfer altijd een 4 moeten zijn. Alzoo weten we nu
ook, dat het omgekeerd getal 54en het oorspronkelijke
dus 45 moet zijn. Volgens de wetten der logica vindt
men dus de oplossing snel en gemakkelijk.
DAT VIEL VERKEERD UIT.
(Esquella}.
Zou ie miin dochter ook willen trou
wen als zij arm was.
Natuurlijk mijnheer, ik......
Dan krijg: je haar niet van mij. Ik zou
het ondragrelijk vinden zoo'n domme schoon
zoon te hebben.
DIE GEMOLKEN WORDT MET EEN BIJL.
Hoe gemakkelijk en voordeelig zou het zijn, in
dien wij eiken morgen, onafhankelijk van den melk
boer, het jaargetijde of eventueelen melkoorlog, er
met een bijl gewapend op uit konden trekken, om
in de dagclijksche behoefte aan melk te gaan voor
zien.
Een land, waar dat gebeurt, is Brazilië, waar de
z.g. melkboom groeit. De vrouwen nemen daar, al
vorens haar dagtaak te beginnen, een bijl en een dop
van een cocosnoot en hakken een pleet in den dichtst-
bijstaanden melkboom. Zoo krijgen zij zooveel melk
als ze begeeren. Het sap van den boom is dik als
slagroom, maar levert, vermengd met water, een ver-
frisschenden drank op. Ook de groote hoeveelheid
vruchten, die deze boom oplevert, is voor de Brazi
lianen van veel beteekenis; de appelachtige, bijzon
der sappige vruchten zijn zeer verfrisschend.
Dat was een heele tijd.
Keesje was een heele tijd van school weg geweest en
de geschiedenislessen waren intusschen natuurlijk door
gegaan. De onderwijzer onderhield hem daarover en
zei: Je bent heel wat achter. Je zult een boel in te ha
len hebben. Van wanneer ben je weggeweest?
Keesje: Vanaf den tachtigjarigen oorolg, meneer!
Niet vleiend.
Hij: „Zou jij een idioot om zijn geld willen trouwen?"
Zij: „O, Henri, het komt zoo plotseling!"
HÜ had z'n hoofd er nn eenmaal op gezet.
Er klonk een plons in de stille vijver, en tot hun
ontzetting zagen de bezoekers van het park een man
VROUWEN EN HAAR LEEFTIJD.
(Buen Humor, Madrid).
Vrouwen zegden altiid, dat ze ionger
ciin dan ze zijn.
Niet altijd. Ik beloofde mijn meisje een
parelsnoer met een parel voor elk jaar van
haar leeftijd. En ze zei vijf jaar ouder te
zijn dan ze was.
in de diepte verdwijnen. Daarna ging er een hoeraatje
op, toen iemand uit het publiek zijn jas uitwierp en den
verdrinkende nadook, De drenkeling kwam voor de
laatste keer boven, toen de redder hem naderde.
„Redt mij niet!" sputterde hij, „ik pleeg zelfmoord!
De wil niet verder leven!"
Maar de redder weigerde terug te gaan: „Spijt me
wel," zeide hij. „Maar dan moet je dat maar op een
anderen dag doen. Ik ben nu eenmaal tuk op een red-
dingsmedaille en die zal ik nou hebben, hoe dan ook!"
t Zou wel niet noodig wezen.
De twee vrienden bespraken hun aanstaande tocht
naar Parijs.
„Wat ik zeggen wil," sprak de een. „Hoe vragen we
om water in Parijs?"
„O, dat is nogal makkelijk," zei de ander," je zegt:
„Avez vous... avez vous, hm, avez vous..."
Hier bleef hij steken. Om dadelijk daarop te vervol
gen: „Maar zullen we nou wel water noodig hebben in
Parijs?!"
„Effe zien."
Knaapje (aan het politiebureau): „Me moeder het ge
hoord, dat U een inbreker gepakt heb vannacht, enne
nou wou ik vrage, of ik 'm effe mag zien, omdat vader
vannacht niet is thuisgekomme..."
INDIRECT GENEESMIDDEL.
(Esquella, Barcelona.)
Geloof jij, dat tabak van hoofdpijn
kan genezen?
Vast en zeker. Zoo gauw ik een sigaret
aansteek, loopt mijn vrouw de kamer uit.
Is het U hekend;
d a t er nabij Peking in China een brug is, die ge
heel Van porselein vervaardigd is?
dat een reis van Londen naar Berlijn, over zee
en land 20 uur duurt?
dat men het per vliegmachine in 9% uur doet?
dat Hyde Park Corner het drukste punt van
Londen is?
dat daar dagelijks ongeveer 65.000 voertuigen
passeeren tijdens de 12 werk-uren van den dag?
dat Ferdinand de Lesseps, de bouwer van het
Suez Kanaal, op 19 November te Versailles geboren
werd en op 7 Dec. 1894 overleed?
dat het Suezkanaal in 1869 voltooid werd?
d a t de Lesseps in 1897 de leiding op zich nam
van het doorgraven van de landengte van Panama?
dat levertraan uit de levers van kabeljauw ge
wonnen wordt?
dat vette levers van 300 kabeljauwen noodig zijn,
om 100 liter lever te krijgen, waaruit men 40 tot 60
traan kan trekken?
dat er dikwijls echter wel 800 kabeljauwen voor
noodig zijn?
dat Ligny, een Belgisch dorp, in de provincie Na
men, bekend is door den slag van 16 Juni 1815, toen
Napoleon het Duitsche leger onder Blücher versloeg?
onder leiding van GEO VAN
JAM.
't Is faur mekaor, roept Gerrit, als hij in de ga
rage komt. En ja, er is nog een andere auto. Die behoort
aan dokter Pieter van de Paraplu. Hij heeft veel klan
ten op het platteland, die hij moet genezen van mond
en klauwzeer. Want hij is 'n dierendokter, moet je
weten. Daarom heeft hij een auto aangeschaft en als
hij ze niet gebruikt staat ze te slapen in de garage van
do „Drie dorstige harten". De waard geeft ze dan ben
zine te drinken, want dat is het eenige, wat de auto
gebruikt voor haar dorstige hart. Er zijn veel zulke
dorstige harten in de wereld.
i
Instappe, roept Gerrit dadelijk. Dicky en Dirre
kie, j u 111 e achterin. Ik speul faur saffeur fandaog.
'k Sel 'em es lekker van ketoen gaife... 't Is wel 'n
jaufel karretje, gelauf ik...
Een, twee, drie zijn Dicky en Dirrekie ingestapt...
Rrr... pang, pang... rrrr... daar stuift de auto van
dokter Van de Paraplu weg. 't Is maar gelukkig dat
hij zelf niet in de buurt ls. Want dan holde hij dadelijk
naar de politie.
Gerrit laat er geen graa over groeien. Onmiddellijk
neemt hij een sneltreinvaart om ervan te ijzen. Dicky
en Dirrekie moeten zich met allebei hun handjes aan
de zitbank vastklampen, anders waaien ze de auto uit...
Hu... wat... gaat... gaat... gaat... dat... akelig...
snel, stottert Dirrekie. 's Is... of... mijn a... a... a...
adem... afgesneden wordt... Bukken, raadt Dicky...
Niet de wind opvangen in je mond. Dan krijg je een
kou in je maag. Je hoeft heelemaal niet bang te wezen.
Gerrit stuurt prachtig. Of hij zijn leven lang nooit an
ders gedaan had.
Nu, dat vindt Simon S waan tj es jager óók. Die auto
achter hem rijdt veel te snel naar zijn zin. Zit hem
vast en zeker achterna. Maar as ze m ij n wille pakke,
motte ze vroeger opstaan, denkt Simon. En hij laat zijn
auto nóg sneller voortrazen. Ik kan het ding wel
'n beetje afjakkeren, peinst hij. 't Is toch niet van
mezelvers... Ja, toeteren jullie maar, daar achter me...
Denk je soms dat ik stop? Dan kan je lang wach
ten!