Alieneci Niim
Mmttnit- LiiMlil
Uitgevers: N.V. v.h. TRAPMAN Co., Schagen.
Eerste Blad.
DE PROVINCIALE
BEDRIJVEN.
EEN VR00LIJKE
ROMANCE
DEKLAAGMUUR
TE JERUZALEM.
Woensdag 4 September 1929.
72ste Jaargang No. 8522
COII
Dit blad verschijnt viermaal per week: Dinsdag, Woensdag, Donder
dag en Zaterdag. Bij inzending tot 's morgens 8 uur, worden Adver-
tentiën nog zooveel mogelijk in het eerstuitlcomend nummer geplaatst.
POSTREKENING No. 23330. INT. TELEF. No. 20.
Prijs per 3 maanden f 1.65. Losse nummers 6 cent. ADVERTEN-
TIöN van 1 tot 5 regels f 1.10, iedere regel meer 20 cent (bewijsno.
inbegrepen). Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
DIT NtJMMER BESTAAT UIT TWEE BLADEN.
HET P. E. N.
Het jaar '28 is ook voor het P.E.N. Provinciaal
Electriciteitsbedrijf Noordholland een goed jaar ge
weest. De stroomverkoop steeg met 10.6 en kwam
op 85.523.955 K.W. Van '27 op '28 bedroeg de vermeer
dering 12.8 De verliezen in het net enz. daalden van
5.06 op 3.76
Dat de stijging van den verkoop achterbleef bij die
van het vorig jaar is te wijten aan het weer! De
polders gebruikten voor hun bemaling 933.000 K.W.
minder.
Er steekt in het bedrijf een kapitaal van ruim
f 19.264.000,rentende gemiddeld 4.6
De exploitatie leverde een voordeelig saldo groot
f 1.187.384.26. Na een extra-afschrijving op gebouwen is
de winst f 913.678.62, welk bedrag is toegevoegd aan de
reserve voor extra-afschrijvingen en vernieuwingen, die
hiermee stijgt op f 1.411.000 ruim.
Dit bedrag, zegt de directie, zal nog aanzienlijke ver
sterking behoeven en zij vervolgt:
„Ook overigens wordt in de naaste toekomst een
versterkte afschrijving op verschillende activa noodig
geoordeeld, ten einde het Bedrijf in staat te stellen
zonder te groote opofferingen mede te gaan met den
vooruitgang der techniek, die dikwerf noopt tot snellere
buitengebruikstelling van activa over te gaan, dan
waarop aanvankelijk bij het vaststellen van den vermoe-
delijken levensduur der objecten gerekend was."
Omdat het Bedrijf schade leed door oude contracten
met verschillende gemeentebesturen, die hardnekkig wei
gerden van hun rechten iets te laten vallen, kreeg het
eenige jaren achter elkaar f 240.000 uit de Provinciale
kas als renteloos voorschot. De bedoeling was, deze
voorschotten te zijner tijd op de gemeenten te verhalen
en ze daarna terug te storten in de kas der Provincie.
Inmiddels is de toestand van het Bedrijf verbeterd.
Het voorschot over '28 is niet geïnd en op de begrooting
voor 1929 is 2 ton uitgetrokken als eerste terugbetaling
aan de Provincie. Of dit bedrag dan inderdaad van de
onwillige gemeenten afkomstig zal zijn, is niet na te
gaan.
Aan 63 gemeenten of combinaties van gemeenten
wordt stroom en gros geleverd. Dit aantal wordt steeds
kleiner. Reeds wordt in meer dan 40 gemeenten stroom
ln 't klein gedistribueerd. In '29 is daar ook Zijpe bijge
komen. Sinds 1 Januari geldt voor licht en huishoude
lijke doeleinden een algemeen tarief van 5 cent per K.W.
boven het vastrecht. Het zou voor de klanten van menig
gemeentelijk bedrijf een voordeel zij, als zij door de
Provincie werden bediend.
De Zuiderzeewerken zijn een beste klant voor het
Bedrijf. Het leegmalen van de Wieringermeer zal ook
heel wat K.W.'s vragen.
Twee gemeenten, Winkel en Nieuwe Niedorp, zijn nog
niet geëlectrificeerd. In het verslag lezen we hierover:
„met de gemeenten Winkel en Nieuwe Niedorp zijn
FEUILLETON
P. G. WODEHOUSE.
48.
De herinnering aan dat meisje, dat hem door haar
huilbui op het geschikte moment gered had, bleef hem
zijn leven lang bij, en tot aan dit oogenblik had hij een
dergelijke spanning nooit weer ondervonden.
Maar, zoodra hij opkeek naar Joan, doorleefde hij
weer dezelfde gewaarwording van vijftien jaren gele
den.
Zij was op het punt te spreken. In een soort van
geestvervoering zag hij haar de lippen openen. Hij
wachtte bijna eerbiedig op de eerste woorden die zij
tot hem spreken zou in haar nieuwe rol van de eenige
koningin van zijn hzirt.
„Is dat geen schande," zei zij, „ik wierp zooeven een
penny in de chocolade-automaat en zij is leeg. Ik heb
veel zin daarover aan de spoorwegmaatschappij te
echryven."
Het was Ashe als hoorde hij naar de strofen van een
verheven lofzang.
De kleine, maar pootige kruier, het sollen met de
melkbussen moe, of misschien laten wij niet onbil
lijk jegens hem zijn, zelfs niet in gedachten was hij
er mee gereed, naderde hen.
„Het wagentje van het kasteel is er."
In de duisternis scheen op eenigen afstand een licht,
dat er eerst niet geweest was. Het snuiven van een
paard versterkte dezen indruk. De kruier begon met de
koffers van Mijnheer Peters even zachtzinnig om te
gaan als met de melkbussen.
„Eindelijk," zei Joan „ik hoop dat het een gesloten
wagentje is. Ik ben bevroren. Laten we eens gaan
zien."
Ashe volgde haar met den stijven gang van een auto
maat.
ra.
Koude is het monster dat alle fraaie dingen naar
een schuilplaats drijft. Onder de oppervlakte van een
door de vorst bezochten tuin, liggen bollen verborgen
die slechts hun tijd afwachten om in een weelde van
onderhandelingen gaande in zake de voorziening dier
gemeenten. Wij vertrouwen, dat bedoelde onderhandelin
gen tot een gunstig resultaat zullen leiden". (Dit is
inmiddels geschied).
Aan de propaganda voor het gebruik van electrische
energie werd in 1928 veel aandacht geschonken.
Deze propaganda werd in hoofdzaak gevoerd door:
a. het houden van lezingen voor land- en tuinbouw-
winterscholen en landbouwvereenigingen, toegelicht
door demonstraties van toestellen en het projectee
ren van lantaarnplaten;
b. het vertoonen van films, die betrekking hebben op
de toepassing der electriciteit op de boerderij en de
huishouding;
c. het houden van electrische laschdemonstraties, het
inzenden op tentoonstellingen van pompinstallaties,
betrekking hebbende op onderbemalingen en op ka3-
besproeiing, het demonstreeren aldaar van electrisch
melken, van electrische veevoeder- en warmwater-
bereiding door middel van nachtstroom, van ver
plaatsbare motoren voor landbouwbedrijven (hooi-
transporteursl, alsmede van toestellen, die dienen
voor de beveiliging tegen gevaren, voor mensch en
dier verbonden aan het gebruik van electriciteit,
(minimum en maximum automatische schakelaars,
goede looplampen, stal-automaten en goede schakel
kasten ter vervanging der vaak onveilig uitgevoer
de schakelborden, en waterdicht stalinstallatie-
materiaal)
d. het vertoonen van statistisch materiaal betreffende
de toepassing van electro-energle in verschillende
bedrijven (polderbemaling, malerijen, e.d.);
e. het in bruikleen verstrekken van electrische toe
stellen, dienstig voor de boerderij en het huishouden
(veevoederketels, warmwaterboilers, automatisch in-
en uitschakelende polderbemalingspompen). Op deze
wijze werden in verschillende plaatsen van ons eigen
stroomleveringsgebied a.h.w. proefboerderijen ge
vormd, voorzoover daarvoor van den kant der vee
houders en landbouwers zelf van belangstelling blijk
werd gegeven;
f. het nemen van proeven met verschillende nieuwe
toepassingen van electriciteit in landbouw en vee
teelt;
g. het vervaardigen en verspreiden van speciale bro
chures op het gebied van:
warmwatervoorziening,
veevoederketels
besproeiings- en bevloeiingsinstallaties,
polder- en onderbemaling,
koken, bakken en braden,
waschau tomaten,
kerkverwarming,
lasschen,
algemeene toepassing van electriciteit in huishou
ding, boerderij, winkel en bedrijf;
h. het verkrijgen van contact met aangesotenlen en
installateurs, welke laatsten daardoor tot meer ac
tiviteit worden geprikkeld en bekend worden ge
maakt met ook voor hen tot dusver onbekend ge
bleven toepassingen der electriciteit op allerlei gebied
Toepassing van het procédé voor hooibereiding met
behulp van een elctrischen ventilator blijft nog in studie.
Een proef met het drogen van erwten op ruiters met
behulp van electrisch doorgeblazen lucht, leverde goede
resultaten op en deze werkwijze kan, wanneer de ta
rieven daarvoor geschikt gemaakt worden door gebleken
voldoende deelneming, met succes op groote schaal op
de boerderij worden toegepast.
Deze propaganda wordt niet uit menschlievendheid
gevoerd: slaagt ze. dan profiteert ook het Bedrijf, wat
echter weer ons allen ten goede kan komen, omdat het
een overheidsbedrijf is.
lachende kleuren op te bloeien (tenzij de tuinman ze
onderst boven geplant heeft) maar de sidderende Na
tuur durft haar bloemenpracht niet te ontplooien, of
het monster moet eerst de wijk genomen hebben. Maar
de koude belet het ontluiken van de liefde niet. Een
man in een open wagentje tijdens een Engelschen Len
teavond kan voortgaan verliefd te zijn, maar liefde is
niet het overheerschende gevoel in zijn borst. Zij krult
in zijn binnenste op en wacht betere tijden af.
Want het wagentje was geen dicht wagentje. Het
stond naar alle vier hemelstreken open, en er woei in
dat oogenblik een snerpende oostenwind. Aan dit feit
moet misschien het snelle herstel van Ashe toegeschre
ven worden uit de opgewonden stemming, die de glim
lach van Joan in hem wakker geroepen had, zijn bijna
onmiddellijk nederdalen op aarde ujt den zevenden he
mel. Diep in zijn binnenste was hij zich bewust dat zijn
gevoelens jegens Joan niet gewijzigd waren, maar zijn
eigen persoonlijkheid was te diep gewikkeld in het
bijna onoplosbare vraagstuk hoe zij het best zijn bloeds
omloop gaande kon houden, dat dat hij zich het denken
aan de liefde had kunnen veroorloven. Het wagentje
had nog geen twintig ellen afgelegd, of hij gevoelde zich
één bonk bevroren ellende.
Na kronkelende wegen waaraan geen einde scheen te
komen, voorbij duistere landhuisjes, en zwarte velden
en hagen, sloeg het wagentje een openstaand massief
ijzeren hek in, dat toegang gaf tot een glad met kiezels
bestrooide oprijlaan. Hier liep de weg ongeveer voor
een mijl door een park met hooge boomen, om daarna
opgeslokt te worden door dicht struikgewas. Weldra
werden ter linkerzijde lichten zichtbaar, eerst bij éénen
en tweeën tegelijk, die schenen en weer verdwenen, toen
er aan het struikgewas een einde kwam er het gevolgd
werd door grasperken en terrassen. Eindelijk werden
de reizigers verkwikt door het zien van een zee van
licht uit een twintigtal vensters, wat hen deed denken
aan een knapperend vuurtje des wintersavonds. Tegen
den grijzen avondhemel teekende Blandings Castle zich
af als een berg.
Het was een edel gebouw, in vroegen-Tudor stijl. Zijn
geschiedenis staat in de geschiedenisboeken van Enge
land opgeteekend, en Violet-le-Duc heeft de architec
tuur beschreven. Het beheerschte de geheele omliggen
de streek.
Het kenmerk dat in dat oogenblik op Ashe den diep-
sten indruk maakte evenwel, was het feit dat het
warmte beloofde, en voor de eerste maal sedert zij den
rit aangevangen hadden, voelde hij iets dat op opge
ruimdheid leek. Het was nog wat vroeg om zich opge
ruimd te gevoelen, bemerkte hij, want de reis was vol
strekt nog niet achter den rug. In het gezicht van het
kasteel gekomen, maakte het wagentje een omweg, die
In de samenwerking van de Provincie, Amsterdam
en Haarlem, die samen de P.E.G.E.M. vormen dat is
de Provinciale en Gemeentelijke Electriciteits-maatschap-
pij komt wijziging. De drie deelnemers komen wat de
stroomopwekking betreft, op zich zelf te staan. In ver
band hiermee wordt een nieuwe P.E.N.-Centrale ge
bouwd nabij de Hoogovens te IJmuiden. Deze zal aan
vankelijk drie eenheden van 16.000 K.W. krijgen, doch
uitgebreid kunnen worden tot het dubbele.
Dit bedrijf is nu op den goeden weg. De oorlog en
waarschijnlijk ook een wat te Amerikaansch beheer
hebben heel wat narigheid en groote tekorten tot ge
volg had.
Vermelden we tot slot nog, dat zoowel de directie
van het P.E.N. als die van het P.W.N. waardeering
uiten voor de wijze, waarop het personeel zijn taak
vervult.
DAVERENDE DINGEN.
Conflicten.
Hij, die met zijn kroost uit wandelen toog. was een
eerzaam en liefdevol huisvader. Zoo een, die niet opziet
tegen de kleine lasten, die voor het kroost een vreugde
zijn. Hij verzorgde naast de meest gestrenge orde en
regelmaat ook de kleine vermakelijkheden in zijn gezin,
dit laatste zelfs beter dan een circusdirecteur bij het
arrangeeren van zijn winterprogramma. Zoo mocht het
kroost, in de vrije oogenblikken, hem in zijn veelom
vattend ambt beschoren, beurtelings paardrijden op
zijn vaderlijke knie, een anderen keer werd zijn vader
lijke rug herschapen in die van een ezel, waarop zijn
uitgelaten kroost een zitplaats vond.
Het programmanummer, dat nu zou worden afge
werkt, was een wandeling met heel het kroost In rijk
beboschte dreven.
De wandelende huisvader regelde den loop van zijn
kroost met zachte en vermanende stem, met vriende
lijken glimlach, en met kleine tikjes van zijn wandel
stok, zooals een schaapherder zijn kudde.
Maar ieder vermaak werpt somtijds schaduwen af,
die oorzaak kunnen zijn van ongelegenheid en onge
mak.
En ook hier bleek dit het geval te zijn.
Want een der jeugdige exemplaren van deze wande
lende familie kondigde Iets aan, wat steeds aangekon
digd wordt, en liefst op de meest ongelegen plaatsen
en oogenblikken, als kinderen hun ouders buitenshuis
plegen te vergezellen.
Zoo zag deze minnende vader zich geplaatst voor een
conflict, waarvoor hij een oplossing zoeken moest en
die voor het verzamelde kroost met belangstelling werd
tegemoet gezien.
Mede door den drang van dit natuurlijke conflict nam
de vader een kloek besluit en richtte, gevolgd door het
kroost, zijn schreden naar een café, waar hij door het
gebruiken van een glas bier voor een oogenblik de vrije
beschikking hoopte te kunnen krijgen over een klein
vertrek, dat iedere publieke instelling ten gerieve zij
ner klanten rijk is. Daar werd het conflict door den
zoon in kwestie opgelost, middelerwijl de vader zich
laafde aan een verfrlsschend glas bier, een lafenis, die
hem in deze moeilijke oogenblikken ten volle toekwam.
Maar, zooals aan alle moeilijkheden kwam ook aan
deze moeilijkheden een einde. En toen het kroost weer
voltallig was, werd de rekening voldaan en de wande
ling voortgezet
Weer liep de minnende, thans met bier gelaafde huls-
vader, achter en naast zijn kroost, in de beste stemming,
hem, tien minuten later, onder een boog doorbracht en
over kleine keitjes naar de achterzijde van het gebouw,
waar het weldra bij een groote deur stilhield.
Ashe steeg stijf uit, en trappelde met zijn voeten op
de steentjes. Hij hielp Joan bij het uitstijgen. Joan
scheen zoo welvarend mogelijk te zijn. Vrouwen schij
nen onvatbaar voor koude.
De deur werd geopend. Warme keukenluchtjes dron
gen naar buiten. Sterke mannen haastten zich met het
afladen van de koffers, terwijl schoone vrouwen, in de
gedaante van twee zenuwachtige werkvrouwen, Joan en
Ashe naderden en een neiging maakten. Onder meer
normale omstandigheden zou dit reeds voldoende ge
weest zijn om Ashe op de vlucht te jagen, maar in zijn
bevroren staat was hij zelfs tegen een neigende werk
vrouw bestand. Hij nam zelfs met een vriendelijk hoofd
knikje van haar welkomstgroet nota.
De werkvrouwen, scheen het, traden hier in dezelfde
hoenadigheid op als ceremoniemeesters aan het Hof.
Een was gekomen om Joan in de tegenwoordigheid van
Juffrouw Twemlow, de huishoudster te brengen, de
andere, om Ashe te geleiden naar de plek, waar Beach,
de huismeester, wachtte om den kamerdienaar van den
voornamen gast op het kasteel zijn hulde te bewijzen.
Na een korte wandeling over een met steenen gepla
veide gang, sloegen Joan en haar begeleidster rechts
af. Het einddoel van Ashe scheen geheel links gelegen
te zijn. Hij scheidde zich van Joan met groote spijt.
Haar zedelijke steun zou hem veel goed gedaan hebben.
Nu bleef de werkvrouw voor een deur staan en klopte
aan. Een diepe stem, als oude port die zich hoorbaar
maakt, riep „.Binnen!" De leidsvrouw van Ashe opende
de deur.
„De heer, Mijnheer Beach," zei zij, en schommelde weg
naar de minder zuivere lucht van de keuken.
De eerste indruk dien Ashe van Beach, den huis
meester, ontving, was dat hij op het punt was van te
bersten. Andere menschen die voor de eerste maal
met Beach in aanraking kwamen, hadden hetzelfde ge
dacht. Het was alfof hij zich tot berstens toe opge
blazen had, naar de wijze zooals men bij speelgoed
ballons en kikvorschen ziet. Zenuwachtige menschen, en
zij, die een overdreven verbeeldingskracht bezaten, zet
ten zich, als zij Beach zagen, onwillekeurig schrap, en
staalden hun spieren voor de ontploffing. Zij, die het
voorrecht genoten hadden meermalen met hem in aan
raking te komen, waren over deze gewaarwording heen,
evenals menschen, die op de hellingen van den Vesu-
vius wonen, hun hand niet meer voor een uitbarsting
omdraaien. Zoover zij zich konden herinneren, had
Beach er altijd uitgezien als was hij een beroerte nabij,
maar hij was nog nooit door een beroerte getroffen, en
omdat dit conflict hem in de gelegenheid had gesteld
zijn vaderlijken dorst te lesschen, wat intusschen juist
door het conflict voor hem een vaderlijke plicht gewor
den was
En hij sprak tot den schepper van het conflict.
„Ziezoo Pim, dat hebben we alweer gehad!"
Maar toen bleek, dat Pim het met deze uitspraak niet
geheel eens kon zijn, want hij antwoordde: „Ja, Vader,
U hebt wat gehad, maar wij niet!"
Wat de klaagmuur feitelijk is en waartoe
ze dient» Mislukte politiek van Engeland
In de laatste maanden staat de Klaagmuur, in het
Hebreeuwsche de westelijke ringmuur, aan den rand
yan den Zionsberg; meen dan ooit in het teeken van
de internationale belangstelling.
De klaagmuur, ruim 35 meter lang en 18 meter hoog,
is een 'stuk muur van een ouden tempel. Velen denken
dat het een overblijfsel is van den tempel van Salomon
(993—953 v. Chr.) Waarschijnlijk is echter dat de klaag
muur een rest is van den door Herodes herbouwden
tempel. Zij is in ieder geval de eenig overgebleven her
innering aan de Joodsche macht en grootheid uit vroe
ger tijden. De Mohamedanen hebben indertijd beslag
gelegd op bijna alle plaatsen, welke verbonden waren
aan oude feiten van de Joodsche "geschiedenis. Zoo had
den zij ook beslag gelegd op de plaats van den ouden
tempel. Hier bouwde Omar, trouwe helper van Moham
med en tweede Kailef (634648), de beroemde moskee,
(El-Haram), het grootste heiligdom van de Mohamme
danen na Mekka en Medina. De klaagmuur is dus even
eens geen Joodsch eigendom meer. Zij staat ook op
het gebied van de Moslems, en maakt op het oogenblik
deel uit van de Moskee Omar. Reeds in de eerste eeu
wen van onze jaartelilng kwamen de Joden uit alle dee-
len van de wereld bij den klaagmuur by een, vooral op de
Groote Verzoendag en op alle Vrijdagen van het jaar
om te bidden voor het herstel van Israël en te jamme
ren over den val van Jeruzalem. Gedurende het eeuwen
lange Turksche bewind konden de Joden steeds onge
hinderd hier hun gebeden verrichten. Weliswaar kwa
men er somtijds geschillen voor, maar deze werden
steeds naar ieders genoegen opgelost. In den grooten
oorlog bezetten de Engelschen op 9 Dec. 1917 Jeru
zalem. Na den oorlog verkreeg Engeland het mandaat
over Palestina. De Engelschen wilden hier een Joodsch
centrum herstellen, waardoor de Arabieren zich be
dreigd gevoelden. De toestand werd nu geheel anders.
De Joden gevoelden zich iets vrijer, naar de verdraag
zaamheid, welke onder het Turksche bewind tusschen
de Joden en de Mohammedanen heerschte, werd door
de bevoorrechting van eerstgenoemden te niet gedaan.
Tevergeefs was het om een beroep te doen op het arti
kel van het Engelsche mandaat, waarin de verplichting
werd opgelegd om de status quo te handhaven, d.w.z.
dat de Joodsche gemeente het recht heeft van toegang
tot het trottoir tot het verrichten van haar godsdienst
oefeningen, slechts die dingen mocht meenemen, welke
voor de uitoefening van de godsdienstplechtigheden noo
dig zijn. Engeland werd voorzichtig. De koloniale mo
gendheid met een oevrgroote Mohamedaansche bevol-
mettertijd hadden ze de mogelijkheid daarvan geheel van.
zich afgezet. Ashe evenwel, naderde hem voor de eerste
maal van zijn leven, en kreeg het gevoel alsof die op
geblazenheid geen oogenblik langer kon duren, en dat
het ergste iedere minuut kon gebeuren. Dit vooruitzicht
droeg veel bij om hem te laten ontwaken uit de lethar
gie, die hem als gevolg van zijn koude reis bevangen had.
Als klasse schijnen huismeesters hoe langer hoe min
der menschelijks aan te nemen, in evenredigheid tot
de pracht van hun omgeving. Er bestaat een type vaa
huismeester, werkzaam in de betrekkelijk bescheiden
huishoudingen van den lageren landadel, die inderdaad
een mensch en een broeder is, die met de plaatselijke
leverancies gemeenzaam omgaat, in de dorpsherberg een
vroolijk liedje ten beste geeft en die, als de nood aan
den man komt, de hand uit de mouw steekt. Hoe
deftiger de huishouding is, des te meer wijkt de huis
meester van dit type af. Blandings Castle was een van
de meer belangrijke bezienswaardigheden van Enge
land, en derhalve had Beach een zekere waardigs
traagheid over zich gekregen, waardoor hy verdiend®
dat hem een plaats ingeruimd werd in het rijk der
plantaardige gewassen. Hij vegeteerde, en als hij zich
bewoog, deed hij het langzaam. Hij sprak met de ge
wichtigheid van iemand, die droppels van een kostbaar
vocht toedient Zijn door zware oogleden overscha
duwde oogen hadden den starenden blik van een stand
beeld.
Met een bijna onmerkbaar gebaar van een vette hand,
beduidde hij Ashe dat het zijn wensch was dat hij ging
zitten. Met een plechtige beweging van zijn andere
band nam hij een keteltje op. dat op de haardplaat
stond te zingen. Met een hoofdbeweging vestigde hij
de aandacht van Ashe op een karaf, d ie op de ta*M
gezet was.
Het volgende oogenblik slurpte Asha aan een heeten
whisky-grog met het gevoel dat hem het voorrecht
vergund was deel te nemen aan een gehelmzinnigen
ritus.
Mijnheer Beach had zich voor den haard geplaatst,
zijn handen op zijn rug, en begenadigde hem met woor
den, die van zijn lippen druppelden.
„Ik heb niet het voorrecht uw naam te kennen, Mijn
heer..."
Ashe maakte zich bekend. Beach nam daarvan doop
het maken van een lichte buiging nota.
„Het moet onder het rijden hierheen zeer koud ge
weest zijn, Mijnheer Marson. De wind komt uit het
Oosten."
Wordt vervolgd,