Alieneci Niim Mmttnit- LiiMlil Uitgevers: N.V. v.h. TRAPMAN Co., Schagen. Eerste Blad. DE PROVINCIALE BEDRIJVEN. EEN VR00LIJKE ROMANCE DEKLAAGMUUR TE JERUZALEM. Woensdag 4 September 1929. 72ste Jaargang No. 8522 COII Dit blad verschijnt viermaal per week: Dinsdag, Woensdag, Donder dag en Zaterdag. Bij inzending tot 's morgens 8 uur, worden Adver- tentiën nog zooveel mogelijk in het eerstuitlcomend nummer geplaatst. POSTREKENING No. 23330. INT. TELEF. No. 20. Prijs per 3 maanden f 1.65. Losse nummers 6 cent. ADVERTEN- TIöN van 1 tot 5 regels f 1.10, iedere regel meer 20 cent (bewijsno. inbegrepen). Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. DIT NtJMMER BESTAAT UIT TWEE BLADEN. HET P. E. N. Het jaar '28 is ook voor het P.E.N. Provinciaal Electriciteitsbedrijf Noordholland een goed jaar ge weest. De stroomverkoop steeg met 10.6 en kwam op 85.523.955 K.W. Van '27 op '28 bedroeg de vermeer dering 12.8 De verliezen in het net enz. daalden van 5.06 op 3.76 Dat de stijging van den verkoop achterbleef bij die van het vorig jaar is te wijten aan het weer! De polders gebruikten voor hun bemaling 933.000 K.W. minder. Er steekt in het bedrijf een kapitaal van ruim f 19.264.000,rentende gemiddeld 4.6 De exploitatie leverde een voordeelig saldo groot f 1.187.384.26. Na een extra-afschrijving op gebouwen is de winst f 913.678.62, welk bedrag is toegevoegd aan de reserve voor extra-afschrijvingen en vernieuwingen, die hiermee stijgt op f 1.411.000 ruim. Dit bedrag, zegt de directie, zal nog aanzienlijke ver sterking behoeven en zij vervolgt: „Ook overigens wordt in de naaste toekomst een versterkte afschrijving op verschillende activa noodig geoordeeld, ten einde het Bedrijf in staat te stellen zonder te groote opofferingen mede te gaan met den vooruitgang der techniek, die dikwerf noopt tot snellere buitengebruikstelling van activa over te gaan, dan waarop aanvankelijk bij het vaststellen van den vermoe- delijken levensduur der objecten gerekend was." Omdat het Bedrijf schade leed door oude contracten met verschillende gemeentebesturen, die hardnekkig wei gerden van hun rechten iets te laten vallen, kreeg het eenige jaren achter elkaar f 240.000 uit de Provinciale kas als renteloos voorschot. De bedoeling was, deze voorschotten te zijner tijd op de gemeenten te verhalen en ze daarna terug te storten in de kas der Provincie. Inmiddels is de toestand van het Bedrijf verbeterd. Het voorschot over '28 is niet geïnd en op de begrooting voor 1929 is 2 ton uitgetrokken als eerste terugbetaling aan de Provincie. Of dit bedrag dan inderdaad van de onwillige gemeenten afkomstig zal zijn, is niet na te gaan. Aan 63 gemeenten of combinaties van gemeenten wordt stroom en gros geleverd. Dit aantal wordt steeds kleiner. Reeds wordt in meer dan 40 gemeenten stroom ln 't klein gedistribueerd. In '29 is daar ook Zijpe bijge komen. Sinds 1 Januari geldt voor licht en huishoude lijke doeleinden een algemeen tarief van 5 cent per K.W. boven het vastrecht. Het zou voor de klanten van menig gemeentelijk bedrijf een voordeel zij, als zij door de Provincie werden bediend. De Zuiderzeewerken zijn een beste klant voor het Bedrijf. Het leegmalen van de Wieringermeer zal ook heel wat K.W.'s vragen. Twee gemeenten, Winkel en Nieuwe Niedorp, zijn nog niet geëlectrificeerd. In het verslag lezen we hierover: „met de gemeenten Winkel en Nieuwe Niedorp zijn FEUILLETON P. G. WODEHOUSE. 48. De herinnering aan dat meisje, dat hem door haar huilbui op het geschikte moment gered had, bleef hem zijn leven lang bij, en tot aan dit oogenblik had hij een dergelijke spanning nooit weer ondervonden. Maar, zoodra hij opkeek naar Joan, doorleefde hij weer dezelfde gewaarwording van vijftien jaren gele den. Zij was op het punt te spreken. In een soort van geestvervoering zag hij haar de lippen openen. Hij wachtte bijna eerbiedig op de eerste woorden die zij tot hem spreken zou in haar nieuwe rol van de eenige koningin van zijn hzirt. „Is dat geen schande," zei zij, „ik wierp zooeven een penny in de chocolade-automaat en zij is leeg. Ik heb veel zin daarover aan de spoorwegmaatschappij te echryven." Het was Ashe als hoorde hij naar de strofen van een verheven lofzang. De kleine, maar pootige kruier, het sollen met de melkbussen moe, of misschien laten wij niet onbil lijk jegens hem zijn, zelfs niet in gedachten was hij er mee gereed, naderde hen. „Het wagentje van het kasteel is er." In de duisternis scheen op eenigen afstand een licht, dat er eerst niet geweest was. Het snuiven van een paard versterkte dezen indruk. De kruier begon met de koffers van Mijnheer Peters even zachtzinnig om te gaan als met de melkbussen. „Eindelijk," zei Joan „ik hoop dat het een gesloten wagentje is. Ik ben bevroren. Laten we eens gaan zien." Ashe volgde haar met den stijven gang van een auto maat. ra. Koude is het monster dat alle fraaie dingen naar een schuilplaats drijft. Onder de oppervlakte van een door de vorst bezochten tuin, liggen bollen verborgen die slechts hun tijd afwachten om in een weelde van onderhandelingen gaande in zake de voorziening dier gemeenten. Wij vertrouwen, dat bedoelde onderhandelin gen tot een gunstig resultaat zullen leiden". (Dit is inmiddels geschied). Aan de propaganda voor het gebruik van electrische energie werd in 1928 veel aandacht geschonken. Deze propaganda werd in hoofdzaak gevoerd door: a. het houden van lezingen voor land- en tuinbouw- winterscholen en landbouwvereenigingen, toegelicht door demonstraties van toestellen en het projectee ren van lantaarnplaten; b. het vertoonen van films, die betrekking hebben op de toepassing der electriciteit op de boerderij en de huishouding; c. het houden van electrische laschdemonstraties, het inzenden op tentoonstellingen van pompinstallaties, betrekking hebbende op onderbemalingen en op ka3- besproeiing, het demonstreeren aldaar van electrisch melken, van electrische veevoeder- en warmwater- bereiding door middel van nachtstroom, van ver plaatsbare motoren voor landbouwbedrijven (hooi- transporteursl, alsmede van toestellen, die dienen voor de beveiliging tegen gevaren, voor mensch en dier verbonden aan het gebruik van electriciteit, (minimum en maximum automatische schakelaars, goede looplampen, stal-automaten en goede schakel kasten ter vervanging der vaak onveilig uitgevoer de schakelborden, en waterdicht stalinstallatie- materiaal) d. het vertoonen van statistisch materiaal betreffende de toepassing van electro-energle in verschillende bedrijven (polderbemaling, malerijen, e.d.); e. het in bruikleen verstrekken van electrische toe stellen, dienstig voor de boerderij en het huishouden (veevoederketels, warmwaterboilers, automatisch in- en uitschakelende polderbemalingspompen). Op deze wijze werden in verschillende plaatsen van ons eigen stroomleveringsgebied a.h.w. proefboerderijen ge vormd, voorzoover daarvoor van den kant der vee houders en landbouwers zelf van belangstelling blijk werd gegeven; f. het nemen van proeven met verschillende nieuwe toepassingen van electriciteit in landbouw en vee teelt; g. het vervaardigen en verspreiden van speciale bro chures op het gebied van: warmwatervoorziening, veevoederketels besproeiings- en bevloeiingsinstallaties, polder- en onderbemaling, koken, bakken en braden, waschau tomaten, kerkverwarming, lasschen, algemeene toepassing van electriciteit in huishou ding, boerderij, winkel en bedrijf; h. het verkrijgen van contact met aangesotenlen en installateurs, welke laatsten daardoor tot meer ac tiviteit worden geprikkeld en bekend worden ge maakt met ook voor hen tot dusver onbekend ge bleven toepassingen der electriciteit op allerlei gebied Toepassing van het procédé voor hooibereiding met behulp van een elctrischen ventilator blijft nog in studie. Een proef met het drogen van erwten op ruiters met behulp van electrisch doorgeblazen lucht, leverde goede resultaten op en deze werkwijze kan, wanneer de ta rieven daarvoor geschikt gemaakt worden door gebleken voldoende deelneming, met succes op groote schaal op de boerderij worden toegepast. Deze propaganda wordt niet uit menschlievendheid gevoerd: slaagt ze. dan profiteert ook het Bedrijf, wat echter weer ons allen ten goede kan komen, omdat het een overheidsbedrijf is. lachende kleuren op te bloeien (tenzij de tuinman ze onderst boven geplant heeft) maar de sidderende Na tuur durft haar bloemenpracht niet te ontplooien, of het monster moet eerst de wijk genomen hebben. Maar de koude belet het ontluiken van de liefde niet. Een man in een open wagentje tijdens een Engelschen Len teavond kan voortgaan verliefd te zijn, maar liefde is niet het overheerschende gevoel in zijn borst. Zij krult in zijn binnenste op en wacht betere tijden af. Want het wagentje was geen dicht wagentje. Het stond naar alle vier hemelstreken open, en er woei in dat oogenblik een snerpende oostenwind. Aan dit feit moet misschien het snelle herstel van Ashe toegeschre ven worden uit de opgewonden stemming, die de glim lach van Joan in hem wakker geroepen had, zijn bijna onmiddellijk nederdalen op aarde ujt den zevenden he mel. Diep in zijn binnenste was hij zich bewust dat zijn gevoelens jegens Joan niet gewijzigd waren, maar zijn eigen persoonlijkheid was te diep gewikkeld in het bijna onoplosbare vraagstuk hoe zij het best zijn bloeds omloop gaande kon houden, dat dat hij zich het denken aan de liefde had kunnen veroorloven. Het wagentje had nog geen twintig ellen afgelegd, of hij gevoelde zich één bonk bevroren ellende. Na kronkelende wegen waaraan geen einde scheen te komen, voorbij duistere landhuisjes, en zwarte velden en hagen, sloeg het wagentje een openstaand massief ijzeren hek in, dat toegang gaf tot een glad met kiezels bestrooide oprijlaan. Hier liep de weg ongeveer voor een mijl door een park met hooge boomen, om daarna opgeslokt te worden door dicht struikgewas. Weldra werden ter linkerzijde lichten zichtbaar, eerst bij éénen en tweeën tegelijk, die schenen en weer verdwenen, toen er aan het struikgewas een einde kwam er het gevolgd werd door grasperken en terrassen. Eindelijk werden de reizigers verkwikt door het zien van een zee van licht uit een twintigtal vensters, wat hen deed denken aan een knapperend vuurtje des wintersavonds. Tegen den grijzen avondhemel teekende Blandings Castle zich af als een berg. Het was een edel gebouw, in vroegen-Tudor stijl. Zijn geschiedenis staat in de geschiedenisboeken van Enge land opgeteekend, en Violet-le-Duc heeft de architec tuur beschreven. Het beheerschte de geheele omliggen de streek. Het kenmerk dat in dat oogenblik op Ashe den diep- sten indruk maakte evenwel, was het feit dat het warmte beloofde, en voor de eerste maal sedert zij den rit aangevangen hadden, voelde hij iets dat op opge ruimdheid leek. Het was nog wat vroeg om zich opge ruimd te gevoelen, bemerkte hij, want de reis was vol strekt nog niet achter den rug. In het gezicht van het kasteel gekomen, maakte het wagentje een omweg, die In de samenwerking van de Provincie, Amsterdam en Haarlem, die samen de P.E.G.E.M. vormen dat is de Provinciale en Gemeentelijke Electriciteits-maatschap- pij komt wijziging. De drie deelnemers komen wat de stroomopwekking betreft, op zich zelf te staan. In ver band hiermee wordt een nieuwe P.E.N.-Centrale ge bouwd nabij de Hoogovens te IJmuiden. Deze zal aan vankelijk drie eenheden van 16.000 K.W. krijgen, doch uitgebreid kunnen worden tot het dubbele. Dit bedrijf is nu op den goeden weg. De oorlog en waarschijnlijk ook een wat te Amerikaansch beheer hebben heel wat narigheid en groote tekorten tot ge volg had. Vermelden we tot slot nog, dat zoowel de directie van het P.E.N. als die van het P.W.N. waardeering uiten voor de wijze, waarop het personeel zijn taak vervult. DAVERENDE DINGEN. Conflicten. Hij, die met zijn kroost uit wandelen toog. was een eerzaam en liefdevol huisvader. Zoo een, die niet opziet tegen de kleine lasten, die voor het kroost een vreugde zijn. Hij verzorgde naast de meest gestrenge orde en regelmaat ook de kleine vermakelijkheden in zijn gezin, dit laatste zelfs beter dan een circusdirecteur bij het arrangeeren van zijn winterprogramma. Zoo mocht het kroost, in de vrije oogenblikken, hem in zijn veelom vattend ambt beschoren, beurtelings paardrijden op zijn vaderlijke knie, een anderen keer werd zijn vader lijke rug herschapen in die van een ezel, waarop zijn uitgelaten kroost een zitplaats vond. Het programmanummer, dat nu zou worden afge werkt, was een wandeling met heel het kroost In rijk beboschte dreven. De wandelende huisvader regelde den loop van zijn kroost met zachte en vermanende stem, met vriende lijken glimlach, en met kleine tikjes van zijn wandel stok, zooals een schaapherder zijn kudde. Maar ieder vermaak werpt somtijds schaduwen af, die oorzaak kunnen zijn van ongelegenheid en onge mak. En ook hier bleek dit het geval te zijn. Want een der jeugdige exemplaren van deze wande lende familie kondigde Iets aan, wat steeds aangekon digd wordt, en liefst op de meest ongelegen plaatsen en oogenblikken, als kinderen hun ouders buitenshuis plegen te vergezellen. Zoo zag deze minnende vader zich geplaatst voor een conflict, waarvoor hij een oplossing zoeken moest en die voor het verzamelde kroost met belangstelling werd tegemoet gezien. Mede door den drang van dit natuurlijke conflict nam de vader een kloek besluit en richtte, gevolgd door het kroost, zijn schreden naar een café, waar hij door het gebruiken van een glas bier voor een oogenblik de vrije beschikking hoopte te kunnen krijgen over een klein vertrek, dat iedere publieke instelling ten gerieve zij ner klanten rijk is. Daar werd het conflict door den zoon in kwestie opgelost, middelerwijl de vader zich laafde aan een verfrlsschend glas bier, een lafenis, die hem in deze moeilijke oogenblikken ten volle toekwam. Maar, zooals aan alle moeilijkheden kwam ook aan deze moeilijkheden een einde. En toen het kroost weer voltallig was, werd de rekening voldaan en de wande ling voortgezet Weer liep de minnende, thans met bier gelaafde huls- vader, achter en naast zijn kroost, in de beste stemming, hem, tien minuten later, onder een boog doorbracht en over kleine keitjes naar de achterzijde van het gebouw, waar het weldra bij een groote deur stilhield. Ashe steeg stijf uit, en trappelde met zijn voeten op de steentjes. Hij hielp Joan bij het uitstijgen. Joan scheen zoo welvarend mogelijk te zijn. Vrouwen schij nen onvatbaar voor koude. De deur werd geopend. Warme keukenluchtjes dron gen naar buiten. Sterke mannen haastten zich met het afladen van de koffers, terwijl schoone vrouwen, in de gedaante van twee zenuwachtige werkvrouwen, Joan en Ashe naderden en een neiging maakten. Onder meer normale omstandigheden zou dit reeds voldoende ge weest zijn om Ashe op de vlucht te jagen, maar in zijn bevroren staat was hij zelfs tegen een neigende werk vrouw bestand. Hij nam zelfs met een vriendelijk hoofd knikje van haar welkomstgroet nota. De werkvrouwen, scheen het, traden hier in dezelfde hoenadigheid op als ceremoniemeesters aan het Hof. Een was gekomen om Joan in de tegenwoordigheid van Juffrouw Twemlow, de huishoudster te brengen, de andere, om Ashe te geleiden naar de plek, waar Beach, de huismeester, wachtte om den kamerdienaar van den voornamen gast op het kasteel zijn hulde te bewijzen. Na een korte wandeling over een met steenen gepla veide gang, sloegen Joan en haar begeleidster rechts af. Het einddoel van Ashe scheen geheel links gelegen te zijn. Hij scheidde zich van Joan met groote spijt. Haar zedelijke steun zou hem veel goed gedaan hebben. Nu bleef de werkvrouw voor een deur staan en klopte aan. Een diepe stem, als oude port die zich hoorbaar maakt, riep „.Binnen!" De leidsvrouw van Ashe opende de deur. „De heer, Mijnheer Beach," zei zij, en schommelde weg naar de minder zuivere lucht van de keuken. De eerste indruk dien Ashe van Beach, den huis meester, ontving, was dat hij op het punt was van te bersten. Andere menschen die voor de eerste maal met Beach in aanraking kwamen, hadden hetzelfde ge dacht. Het was alfof hij zich tot berstens toe opge blazen had, naar de wijze zooals men bij speelgoed ballons en kikvorschen ziet. Zenuwachtige menschen, en zij, die een overdreven verbeeldingskracht bezaten, zet ten zich, als zij Beach zagen, onwillekeurig schrap, en staalden hun spieren voor de ontploffing. Zij, die het voorrecht genoten hadden meermalen met hem in aan raking te komen, waren over deze gewaarwording heen, evenals menschen, die op de hellingen van den Vesu- vius wonen, hun hand niet meer voor een uitbarsting omdraaien. Zoover zij zich konden herinneren, had Beach er altijd uitgezien als was hij een beroerte nabij, maar hij was nog nooit door een beroerte getroffen, en omdat dit conflict hem in de gelegenheid had gesteld zijn vaderlijken dorst te lesschen, wat intusschen juist door het conflict voor hem een vaderlijke plicht gewor den was En hij sprak tot den schepper van het conflict. „Ziezoo Pim, dat hebben we alweer gehad!" Maar toen bleek, dat Pim het met deze uitspraak niet geheel eens kon zijn, want hij antwoordde: „Ja, Vader, U hebt wat gehad, maar wij niet!" Wat de klaagmuur feitelijk is en waartoe ze dient» Mislukte politiek van Engeland In de laatste maanden staat de Klaagmuur, in het Hebreeuwsche de westelijke ringmuur, aan den rand yan den Zionsberg; meen dan ooit in het teeken van de internationale belangstelling. De klaagmuur, ruim 35 meter lang en 18 meter hoog, is een 'stuk muur van een ouden tempel. Velen denken dat het een overblijfsel is van den tempel van Salomon (993—953 v. Chr.) Waarschijnlijk is echter dat de klaag muur een rest is van den door Herodes herbouwden tempel. Zij is in ieder geval de eenig overgebleven her innering aan de Joodsche macht en grootheid uit vroe ger tijden. De Mohamedanen hebben indertijd beslag gelegd op bijna alle plaatsen, welke verbonden waren aan oude feiten van de Joodsche "geschiedenis. Zoo had den zij ook beslag gelegd op de plaats van den ouden tempel. Hier bouwde Omar, trouwe helper van Moham med en tweede Kailef (634648), de beroemde moskee, (El-Haram), het grootste heiligdom van de Mohamme danen na Mekka en Medina. De klaagmuur is dus even eens geen Joodsch eigendom meer. Zij staat ook op het gebied van de Moslems, en maakt op het oogenblik deel uit van de Moskee Omar. Reeds in de eerste eeu wen van onze jaartelilng kwamen de Joden uit alle dee- len van de wereld bij den klaagmuur by een, vooral op de Groote Verzoendag en op alle Vrijdagen van het jaar om te bidden voor het herstel van Israël en te jamme ren over den val van Jeruzalem. Gedurende het eeuwen lange Turksche bewind konden de Joden steeds onge hinderd hier hun gebeden verrichten. Weliswaar kwa men er somtijds geschillen voor, maar deze werden steeds naar ieders genoegen opgelost. In den grooten oorlog bezetten de Engelschen op 9 Dec. 1917 Jeru zalem. Na den oorlog verkreeg Engeland het mandaat over Palestina. De Engelschen wilden hier een Joodsch centrum herstellen, waardoor de Arabieren zich be dreigd gevoelden. De toestand werd nu geheel anders. De Joden gevoelden zich iets vrijer, naar de verdraag zaamheid, welke onder het Turksche bewind tusschen de Joden en de Mohammedanen heerschte, werd door de bevoorrechting van eerstgenoemden te niet gedaan. Tevergeefs was het om een beroep te doen op het arti kel van het Engelsche mandaat, waarin de verplichting werd opgelegd om de status quo te handhaven, d.w.z. dat de Joodsche gemeente het recht heeft van toegang tot het trottoir tot het verrichten van haar godsdienst oefeningen, slechts die dingen mocht meenemen, welke voor de uitoefening van de godsdienstplechtigheden noo dig zijn. Engeland werd voorzichtig. De koloniale mo gendheid met een oevrgroote Mohamedaansche bevol- mettertijd hadden ze de mogelijkheid daarvan geheel van. zich afgezet. Ashe evenwel, naderde hem voor de eerste maal van zijn leven, en kreeg het gevoel alsof die op geblazenheid geen oogenblik langer kon duren, en dat het ergste iedere minuut kon gebeuren. Dit vooruitzicht droeg veel bij om hem te laten ontwaken uit de lethar gie, die hem als gevolg van zijn koude reis bevangen had. Als klasse schijnen huismeesters hoe langer hoe min der menschelijks aan te nemen, in evenredigheid tot de pracht van hun omgeving. Er bestaat een type vaa huismeester, werkzaam in de betrekkelijk bescheiden huishoudingen van den lageren landadel, die inderdaad een mensch en een broeder is, die met de plaatselijke leverancies gemeenzaam omgaat, in de dorpsherberg een vroolijk liedje ten beste geeft en die, als de nood aan den man komt, de hand uit de mouw steekt. Hoe deftiger de huishouding is, des te meer wijkt de huis meester van dit type af. Blandings Castle was een van de meer belangrijke bezienswaardigheden van Enge land, en derhalve had Beach een zekere waardigs traagheid over zich gekregen, waardoor hy verdiend® dat hem een plaats ingeruimd werd in het rijk der plantaardige gewassen. Hij vegeteerde, en als hij zich bewoog, deed hij het langzaam. Hij sprak met de ge wichtigheid van iemand, die droppels van een kostbaar vocht toedient Zijn door zware oogleden overscha duwde oogen hadden den starenden blik van een stand beeld. Met een bijna onmerkbaar gebaar van een vette hand, beduidde hij Ashe dat het zijn wensch was dat hij ging zitten. Met een plechtige beweging van zijn andere band nam hij een keteltje op. dat op de haardplaat stond te zingen. Met een hoofdbeweging vestigde hij de aandacht van Ashe op een karaf, d ie op de ta*M gezet was. Het volgende oogenblik slurpte Asha aan een heeten whisky-grog met het gevoel dat hem het voorrecht vergund was deel te nemen aan een gehelmzinnigen ritus. Mijnheer Beach had zich voor den haard geplaatst, zijn handen op zijn rug, en begenadigde hem met woor den, die van zijn lippen druppelden. „Ik heb niet het voorrecht uw naam te kennen, Mijn heer..." Ashe maakte zich bekend. Beach nam daarvan doop het maken van een lichte buiging nota. „Het moet onder het rijden hierheen zeer koud ge weest zijn, Mijnheer Marson. De wind komt uit het Oosten." Wordt vervolgd,

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1929 | | pagina 1