SchagerCourant
RAAD VAN SCHAGEN.
BOUWPLAN HEERENBOSCH.
Tweede Blad.
HARKT
Dinsdag 19 November 1929.
72ste Jaargang. No. 8565
Vergadering op Maandag 18 November 1929, des
avonds 7 uur.
Voorzitter de heer J. Cornelissen, secretaris de heer
A. C. Roggeveen.
Na opening der vergadering volgt de goedkeuring
der notulen.
Voorzitter leest voor dat de hoeren C. Breet, Bak
ker en F. Kaai hebben bedankt voor hun benoeming
als raadslid. De heer L. v. Rijswijk heeft deze aan
genomen. De geloofsbrieven worden onderzocht door
de heeren Van Nuland, Bakker en De Vries. De verga
dering wordt geschorst. Na heropening deelt do heer
De Vries mede, dat alles in orde is bevonden en de
commissie tot toelating adviseert, waartoe de Raad
besluit.
Daarna wordt overgegaan tot de installatie van het
nieuwe raadslid, den heer Van Rijswijk, die in han
den van Voorzitter de vereisohte beloften aflegt.
Voorzitter feliciteert het nicuw-benoemda raadslid
en hoopt dat hij zijn best zal doen om met ijver en
toewijding de belangen der gemeente te behartigen.
De heer Van Rijswijk dankt voor de vriendelijke
woorden van Voorzitter. Spr. had nooit gedacht raads
lid te zullen worden, maar meende, nu de beurt aan
hem was, de consekwentie te moeten aanvaarden. Spr.
ïieemt hier zitting als candidaat van Plaatselijk Be
lang en hoopt steeds om onder dat motto
alles te doen om de gemeente vooruit te brengen.
Maar ondanks alles behoudt spr. zich het recht voor
om van die voorstellen van anderen te steunen, die
hij in het belang der gemeente acht. Spr. beveelt zich
bij wethouders, raadsleden en allen beleefd aan voor
hun aller medewerking, tot behartiging van de wer
kelijke gemeentebelangen.
De heer Leguit maakt er aanmerking op, dat toen
hij hedenmiddag de stukken inzag, deze werden weg-
jchaald voor den Burgemeester, die ze thuis noodig
lad. Ook de heer Gorter vindt dat zeer onaangenaam,
>p die wijze heeft spr. met zijn fractiegenooten een
lur moeten wachten.
Voorzitter zegt, dat toen hij op het raadhuis kwam,
Ie stukken niet in zijn kamer waren, waar hij ze
loodig had. Toen heeft spr. ze laten thuis brengen,
foor dat de zitting begint, moet spr. de stukken na-
aan en regelen. Spr. zal het, wanneer de heeren dat
naangenaam is, de stukken niet meer meenemen en
;an ze dan niet meer regelen, als er dan iets niet
;oed is, is het niet spr.'s schuld.
Mededeelingen.
Voorzitter doet de volgende mededeelingen:
le. Uw voorzitter heeft een onderhoud gehad met
len heer Willemse over Radiodistributie aan de bui
enbuurten Deze verklaarde dat hij nog nimmer een
lanvrage uit de buitenbuurten had gehad om Radio-
Jistributie. Een dergelijke aansluiting zou hem ver-
coedelijk finantieel i nadeel opleveren. Alleen dAn
ou hij er toe kunnen overgaan, als zich een flink
antal bewoners uit dezelfde buurtschap tegelijk zou
anmelden.
2e. Ten aanzien van een 2e transformator zijn de
emoeiingen van B. en W. nog in vollen gang. Onder-
andelingen met het P.E.N. en een vertegenwoordiger
aarvan hebben al plaats gehad. Het is echter niet
ema.kkeüjk een goede plaats voor een dergelijk ge-
ouwtje iii het centrum van de gemeente te vinden.
en W. hopen deze kwestie spoedig tot een gelukkig
liflde te brengen.
3e. B. en W. wenschen zich niet tot het P.E.N. te
i'enden over een eventueele overname van het laag-
janningsnet in deze gemeente, daar zij van oordeel
jn dat de onderhandelingen daarover van het P.E.N.
elf moeten uitgaan.
4e. Wat den hoek van het plantsoen aan de Mo-
instraat bij Rotgans aangaat in verband met de vei-
gheid van het verkeer op marktdagen, achten B. en
den toestand aldaar niet zoodanig, dat het nood-
ïkelijk is, het plantsoen te verkleinen. Van botsingen
p dat punt is hun niets gebleken.
5e. B. en W. zien de dringende noodzakelijkheid
iet in van een urinoir in het Plantsoen en achten
m dergelijk gebouwtje zeer ontsierend voor de omge-
ing.
Ingekomen stukken.
Van Ged. Staten is de goedkeuring ontvangen: be-
rooting 1929; besluit toelage onderwijzer plaatsver-
angend hoofd; besluit rentegevende belegging kapi-
lal; besluit wijziging data paardenmarkten; verdee-
ng der gemeente in stemdistricten.
Mej. Hettinga en mej. Barkman hadden bericht in-
pzonden, dat zij hare benoeming tot onderwijzeres
annamen.
De heer H. Willemse had bericht gezonden, dat hij
:coord ging met zijn speciaal stroomtarief.
De Minister van Onderwijs had bericht gezonden
at er in de restauratie der Slottorens door het Rijk
>uden worden bijgedragen f 1350. De gemeente kreeg
2000 voor haor rekening, aan de provincie is f 650 ge
raagd.
De heer Van Nuland vraagt, of, nu het zoolang
teds is geleden nadat er een begrooting is opge-
laakt van deze restauratie der torentjes, of het niet
sed is een nieuwe begrooting op te maken. Spr. doet
ie vraag naar aanleiding van de opmerking van den
etrokken minister, dat geen verhoogde bijdrage van
et Rijk kon worden gegeven, als niet te voren ken-
aar is gemaakt dat de restauratie meer zal kosten.
Voorzitter zegt, dat in de begrooting f 1000 is geno-
len voor onvoorziene uitgaven. Het is nogal royaal
egroot, dus spr. acht nieuwe begrooting niet noodig.
De heer Lookman vraagt, welke bezwaren B. en
hebben tegen het inkorten van het plantsoen aan
e Molenstraat.
Voorzitter: Vanwege de onsierlijkheid en het is
iet noodig.
De heer Lookman zegt, toch gehoord te hebben,
at er proces-verbaal is opgemaakt, doordat het ver-,
eer er zoo druk en gevaarlijk is.
Voorzitter is daarvan niets bekend, wel is proces-
irbaal opgemaakt voor het inrijden van de Molen
raat vanaf den verkeerden kant.
De heer Lookman zegt, dat de bocht bij Rotgans te
mal is, het is onverantwoord en spr. heeft zich er
ver verbaasd, dat b.v. op Donderdag daAr geen aan
gingen plaats hebben.
Voorzitter zegt, van de politie nog nooit klachten te
ebben gehoord over gevaar voor aanrijdingen. Maar
>r. wijst op het verzoek der Molenstraters, dat in
i volgende zitting behandeld zal worden.
De heer Lookman noemt de toestand onverant
woord en wijst op het aanrijden van zonneschermen
CP de Nieuwe Laagzijde. Spr. vraagt, of B. en W.
daaraan vooral hun aandacht willen wijden.
De heer Lookman begrijpt het standpunt niet van
p en W. om geen urinoir bij het station te willen
kaatsen:
Voorzitter: B en W. achten het niet noodig en
k»ral geen verfraaiing.
De heer Lookman meent, als het een steenen ge-
ïuwtje wordt, wat gemaskeerd, dat het niet zoo lee-
ik is. Spr. meent, dat dit genotmiddel bij het sta-
"O niet kan worden gemist.
heer Kooi bepleit eveneens de stichting van een
Inoir in dit gedeelte der gemeente.
Voorzitter wil het in rondvraag brengen, wat den
ter Van Erp aanleiding geeft te vragen, het punt
n te houden, opdat B. en W. eens kunnen rondzien
iar een geschikte plaats.
De heer Van Nuland wil het laten wachten tot de
begrooting, het is een finantieele uitgaaf.
Aldus goedgevonden.
De heer Gorter komt terug op de mededeeling, dat
B. en W. meenen dat van het P.E.N. moet uitgaan de
poging om het G.E.B. te koopen en niet van B.
en W. Waarom?, vraagt spr. Spr. meent dat toch al
leen maar de vraag behoeft te worden gesteld: wat is
voor de gemeente het beste? en daarvan behoort af
te hangen de houding die men aanneemt.
Voorzitter meent dat een brief om onderhandelin
gen van het P.E.N. behoort uit te gaan.
Kring Barsingerhorn.
Naar aanleiding van het herhaald verzoek van de
Commissie van uitvoering van den Vleeschkeurings-
dienst in den kring „Barsingerhorn", kan de meer
derheid van het College, gelet op de gegeven toelich
ting, thans meegaan met het verzoek om in de re
serve deel te nemen.
De minderheid (de burgemeester) kan zich daarme
de niet vereenigen, aangezien hij altijd in de veron
derstelling geweest is, dat kasgeld en reserve twee
geheel verschillende zaken zijn. Daar het echter zeer
wel mogelijk is, dat hij zich geen juist beeld van deze
zaak kan maken, aangezien hij op handelsgebied een
leek is, geeft hij er de voorkeur aan, zich van een
oordeel in deze te onthouden.
De heer Gorter is het niet met de meerderheid van
B. en W. eens. Spr. wijst op art. 11 der algemeenc
regelingsvoorwaarden, waarin is bepaald, dat voor
gelden voor de daarstellingen-inrichting verwerkings
inrichting en voor de kasgelden de gomeenteBarsinger
horn heeft te zorgen en een lecning te sliliten. Spr.
acht die zoogenaamde reserve uit den booze en geheel
uit de lijn. Dat z.g.n. kasgeld is niet anders dan een
deel der oprichtingskosten.
De heer Van Erp is het met zijn collega Gorter eens.
Spr. heeft zich er over verbaasd, dat een deel van
het college van B. en W. is veranderd van meening.
De Burgemeester heeft zijn meening gehandhaafd,
tenminste dit schijnt zoo, ofschoon het spr. wel be
vreemd dat de Voorzitter zich niet de kleine moeite
heeft getroost om elders eens te informeeren en zich
zoodoende op de hoogte te stellen. Spr. vraagt den
heer Leguit naar zijn motieven tot diens veranderde
meening.
De heer Leguit zegt, dat dit geld noodig is voor be
drijfskapitaal. En of wij het nu in den cencn of an
deren vorm geven, maakt niet veel uit.
De heer Van Erp wijst op art. 11 en meent dat als
de commissie geld noodig heeft, Barsingerhorn kan
leenen. Spr. is niet voor dat gescharrel met cijfers,
dat zien wij hier wel meer. Met die taktiek kan spr.
niet meegaan, op deze wijze weet men het doel niet te
vinden waar het geld voor noodig is.
De heer Bakker noemt het lood om oud ijzer. Als
Barsingerhorn leent, moeten wij toch ponds-pondsgc-
wijze bijdragen. Of wij nu dit bedrag voteeren of aan
stonds ons deel voor de benoodigdc lccning, is vrijwel
hetzelfde.
De heer De Vries wijst op een ander artikel, wat
zooals de lieer Schoorl inlicht, art. S is, dat de vrij
heid geeft om het reservefonds als kasgeld te ge
bruiken. Spr. acht het 't best om de tegenwoordige
reserve te laten bestaan. Schagen betaalt daarvan zijn
deel. Bij de oprichting heeft de commissie er niet aan
gedacht, dat Schagen zijn medewerking zou weige
ren en het gevolg daarvan zou zijn, dat aan allo ge
meentebesturen gevraagd zou moeten worden hun
bijdrage bij raadsbesluit te bepalen, zou verhoogèn.
Dat wordt op deze wijze onnoodig. Schagen zal in
contanten f750 haar deel hierin betalen. Spr. meent
dat het geen aardige geste zou zijn van Schagen te
genover de geheele commissie en tegenover haar
eigen afgevaardigde in het bijzonder, als men bleef
weigeren. Spr. dringt daarom aan om het voorstel
der wethouders aan te nemen.
De heer De Vries doet dta eveneens, zeggend dat
het toch niet anders is dan een formeele kwestie.
De heer v. Erp zegt, dat het niet gaat over de geste
en dat het nu wel blijkt waarvoor die zoogenaamde
reserve moet dienen en dat acht spr. verkeerd. Zooals
de overeenkomst het in art. 11 aangeeft, moet de
zaak ook geregeld. En wat het gezegde van den heer
Schoorl betreft, dat het voor den afgevaardigde van
Schagen niet aardig is als wij zouden weigeren. Och,
die afgevaardigde moet maar bedenken, dat zijn
werk in die commissie niet zoo heel erg op prijs
wordt gesteld en dat wij het in de Raad voor hem
moeten verbeteren. Zijn zitten daar is voor hem
zelf niet heel prettig, maar voor de heeren der com
missie nog minder.
De heer Van Rijswijk acht zichzelf nog een kind in
gemeentezaken, maar meent toch, dat- deze associa
tie op een reglement is gegrondvest en men zich
daaraan heeft te houden.
Het voorstel der beide wethouders wordt aangeno
men. Tegen de heeren: Gorter, Van Erp en Van Rijs
wijk.
Esperanto.
Er is van de Centrale Esperanto Propaganda Com
missie een verzoek ingekomen, betreffende oprich
ting van een cursus.
Naar aanleiding van dit verzoek stellen B. en W.
den Raad voor, gelet op het advies van het Hoofd
der openbare lagere school, daarop niet in te gaan.
De heer Lookman kan zich niet met het voorstel
van B. en W. en het afwijzend advies van het Hoofd
der School vereenigen. Spr. wil informeeren in Nij
megen bij het gemeentebestuur, waar een dergelijke
cursus bestaat. Spr. zegt, dat in 26 lessen ouderen
deze taal leeren, dus kinderen zooveel spoediger.
Spr. is er van overtuigd, dat deze taal toekomst
heeft en wijst er op, dat ook de katholieke voorman
nen voorstanders van dit onderwijs zijn. Reeds een
115 A 120 onderwijzers volgen de cursussen in Espe
ranto. En waar Schagen voor goed onderwijs zorgt,
wil spr. dat wij ook in dit opzicht niet achter blijv< n.
Het verbaasde spr. dat het Hoofd der School alleen
om advies is gevraagd.
Voorzitter meent, dat dit de aangewezene daarvoor
was. De heer Brouwer wil de vrije Woensdag- en
Zaterdagmiddag voor de jeugd behouden.
De lieer Lookman acht de heer Brouwer in deze
niet deskundig en wil de zaak aanhouden en elders
informeeren.
De heer Vna Erp: Neem de Radio te baat.
Den heer Overtoom is Esperanto sympathiek, maar.
hij wil de jeugd nog niet meer belasten en vraagt
of dit esperanto-onderwijs niet beter is voor de
schoolvrije jeugd.
Voorzitter zal aan het Iloofd der School advies
vragen.
De heer Bakker wil voor de toekomst bij onderwijs
cature het bezit van esperanto-radicaal ter aanbeve
ling laten strekken, en de zaak voorloopig laten loo-
pen.
Met allen voor wordt het voorstel van B. en W.
aangenomen.
R.K. School.
Er is ingekomen een verzoek van het R.K. School
bestuur, om de noodige gelden voor bestrating van
den toegangsweg naar het schoolgebouw, aanleg van
waterleiding, aanschaffing van schoolmeubelen en
leermiddelen toe te staan.
Onder overlegging der noodige bescheiden, betref
fende de onderwerpelijke aangelegenheid, stellen B.